42ste Jaargang.
1903.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 77.
Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
DONDERDAG 24 SEPTEMBER.
BINNENLAND.
Dit het „KALVER-BOEK”.
I
VOOR
Afzonderlijke
’t Gerechte en zijner
zaken).
of het
bij mist
zijn
hulpkan-
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
door D. BARTSTRA.
uur brak
te mogen
consent (toestemming)
bij poene (op strafte)
gezonden aan
neschijn.”
„Item is
artikel VII),
dronkenschappen
mits hij als een
wèl
en re-
geheel eer-
getrouw te blijven aan de
geschiedenis, mag ik niet verhelen, dat de
Magistraten der vroegere eeuwen zeer na
ijverig waren op hun gezag en hunne macht,
zoo zelfs, dat het begon te grenzen aan
hoogheidswaan, en zij zich ontwassen dachten
aan het toezicht en de medewerking der
Vroedsluiden, die ten diepste door den Magi
straat beleedigd en gesard, hem in 1781 in
’t openbaar wisten te doen schuld bekennen
en bakzeil te trekken. De Magistraten van
heden, de Dagelijksche Besturen der Ge
meenten, kunnen aan dit euvel zeer moeielijk
meer lijden, omdat hunne rechten en plich
ten tegenover die der Vroedsluiden, zoowat
de tegenwoordige Leden van den Raad,
nauwkeurig en duidelijk zijn omschreven.
Daarenboven heeft thans ieder burger ’t
recht, omtrent Gemeentezaken eenemeening
te hebben, en daarover een oordeel te vellen,
dat openlijk uit te spreken, te schrijven en
te doen drukken; of hij daartoe ook de
en den juisten takt
die er zeker wèl bij
niet altijd bij wordt
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Vervol
gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
zijn eigen zaak, eene particuliere, maar
in eene zaak, betreffende bestuur
geering, eene publieke. Om nu
lijk te zijn, en
Zoo tusschenbeiden leest men in de
Nieuwsbladen van allerlei soort van Verga
deringen, Congressen, enz. waarop door vak
mannen worden besproken en behandeld
vele en allerhande zeer belangrijke zaken.
Niet lang geleden kon men lezen, dat op
eene vergadering van Rechtsgeleerden van
gevoelen was gewisseld omtrent het vraag
stuk der Voorwaardelijke Veroordeeling
Omdat ik niet ben man van ’t vak, wijd ik
niet uit over ’t pro en contra, 't vóór en
tegen van de voorwaardelijke veroordeeling;
integendeel ga ik er alleen op wijzen, dat
dit vraagpunt al weder niet is iets spik
splinternieuws, nooit eerder te berde ge-j
bracht, maar zeer stellig iets ouds, en niet
slechts door den Magistraat van Bolsward
in 1598 als stelling of als grondbeginsel
geopperd, maar ook reeds in de practijk
toegepast. Als bewijs hiervoor dienden mij
de twee laatste afdeelingen dezer aantee-
kening.
Pieter Pieters, die reeds den 23 Juni te
voren heeft geteekend eene acte, af
schrift van zoodanige acte geef ik later wel
waarbij hij beloofd heeft, zich te beteren.
Niettegenstaande deze belofte, die gebleken
is te zijn geweest een steen uit het pla
veisel van den weg, ten afgrond voerende,
is hij weder in zijne oude zonden vervallen,
en de Magistraat-Rechter, die moet straffen
den armen zondaar, ziet in dezen niet vóór
alles den boosdoener, maar meer den kran-
ken broeder misschien, en gevoelt voor hem
innig medelijden. Ik mag dit wel in een
rechter: deze behoeft niet te zijn van steen,
en niet altijd dood te blijven op de wet.
Misschien kende de Rechter den beschul
digde door en door, en heeft hij gehad
de volle overtuiging, dat het eene goede
uitwerking op dezen zou hebben, als hij nu
eens niet werd gestraft, maar ontslagen met
het dreigement, dat „ingevalle hij zich weder
mochte ontgaan in eenigerlei manieren, alle
zijne voorgaande en tegenwoordige delicten
open zullen staan,” en dan alle volgens de
Branden.
Te Nijmegen is Zaterdagnacht afgebrand
de houten loods, dienende als bergplaats bij
de zeepfabriek van Gebr. Dobbelman. Oor
zaak onbekend; alles is verzekerd. De fabriek
kan ongestoord voortwerken.
Te Groenedijk, gemeente Hontenisse, zijn
Zaterdagavond twee groote landbouwschuren
met den geheelen kostbaren oogst door
brand vernield, waarbij 15 werkpaarden, 6
stieren, 2 runderen en een twintigtal var
kens in de vlammen omkwamen.
Gisternamiddag omstreeks 5
een hevige brand uit bij den bakker W.
van Dolder Azn., te Veenendaal. De bak
kerij en een met hooi gevulde schuur zijn
totaal uitgebrand, alleen het voorhuis is
blijven bestaan. Ook zijn de varkens, het
paard, kippen enz. gered.
De oorzaak is onbekend, de perceelen
enz. zijn verzekerd bij de Onderlinge Brand-
En misschien heeft deze voorwaardelijke
veroordeeling eene goede uitwerking gehad;
misschien is de arme zondaar, de afge
dwaalde, de kranke broeder, op den goeden
weg gebracht en er door genezen. Als iets
in staat is, afgedwaalden terug te brengen,
gevallenen op te richten, zedelijke krenken te
genezen, dan is het ’t medelijden, de barm
hartigheid. En als die niet in staat zijn,
verbetering aan te brengen, dan helpt zeker
niets, en is de delinquent zoo goed als ver
loren. En hier zeg ik met opzet zoo goed
als en niet geheel verloren, want ik geloof
aan de onvernietigbaarheid van ’t be
ginsel van ’t goede, van ’t beeld Gods in
den mensch. Dit kan worden verduisterd,
bezoedeld, verminkt en bedorven, geheel
verdorven, vernietigd, nimmer. Dezelfde wet
voert heerschappij èn in de natuur, de
wereld der zichtbare dingen, èn in de wereld
der onzienlijke, der hoogere en geestelijke
dingen„Er wordt niets vernietigd.”
Ten opzichte der zaak van Krijn Lieuwes,
die alleen voor dronkenschap, wat niet
temin al erg genoeg was, werd beschul
digd behoef ik niet te treden in eene
opzettelijke behandeling daar ik ’t voren
staande in dezen voldoende mag achten.
In een volgend opstel hoop ik weder
eenige zeer interessante mededeelingen te
doen.
Bolsward, 21 Sept. 1903.
noodige bekwaamheden
bezit, is eene vraag,
behoort, maar die er
voorop gezet.
In de twee voorste uitspraken vinden wij
voor de eerste maal als straf toegepast
verbanning, want de vorigen waren niet dan
eenvoudige uitleidingen, uit de stad
brengen, en bevel, om de stad te verlaten.
Verbanning was eene zeer zware straf, meest
toegepast op zeer erge misdrijven, behalve
moord en eenige andere, die met den dood
werden gestraft; bannissement was een ge
woon toevoegsel na geeseling en brandmerk.
Herhaling van misdaad, recidivisme, werd
meestal gevolgd door verbanning. Zij werd
opgelegd of voor een bepaalden of voor on-
bepaalden tijd; zij kon opgeheven worden
ter arbitrage, beslissing van den Magistraat.
Slechts zeer zelden werd een boosdoener
veroordeeld tot verbanning voor eeuwig. De
uitdrukking „bij zonneschijn” wil eenvoudig
zeggen: midden op den dag, niet bij nacht
of in ’t geheim, maar in ’t volle zonne- en
daglicht, in ’t openbaar, en ten aanschouwe
van iedereen.
IV.
X. „Op huiden den 27 Septembris
1598 is Pieter Gerrits Smeteer, vermits
zijne veelvuldige dronkenschap en on
tuchtig leven; item vermits zijn kwaad
spreken op den Magistraat en de (al)
gemeene zaken, uit een boos en vijandig
gemoed, uit de stad gebannen, zonder
daarin te mogen weder keeren buiten
van den Magistraat,
van over te worden
den Hove, en dit bij zon-
lingen daaromtrent klinken al zeer ontmoe
digend.
Laten we den tijd niet vooruit loopen
en afwachten wat de ervaring in deze zal
leeren.
Akkrum, 21 Sept. Hedenmorgen had de
vrouw van schipper Hendrik Leeuwen het
ongeluk bij Nes overboord te slaan. Tenge
volge de vrij snelle vaart van het schip,
kostte het veel moeite de drenkelinge te
redden. Alhoewel men aanvankelijk meende,
dat de vrouw reeds overleden was, bleek
zulks gelukkig niet het geval te zijn. Haar
toestand is echter nog niet buiten gevaar.
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Sneek. Onze stad schijnt thans aan de
beurt te komen bij h.h. inbrekers.
Door ’t inslaan van eene ruit wist men
zich tusschen Vrijdag en Zaterdag toegang
te verschaffen tot ’t kantoor van de firma
Oppedijk, houthandel alhier.
Ontvreemd werd een zilveren horloge van
den boekhouder, die toevallig zijn gouden
remontoir juist thuis had liggen. Naar geld
is blijkbaar druk gezocht en aan bier en
madera hebben de dieven zich aardig te
goed gedaan.
Onze politie doet streng onderzoek en
het is te wenschen dat de daders spoedig
gevonden worden.
-Vrijdagnacht heeft de politie alhier
proces-verbaal opgemaakt tegen den postiljon
van den postwagen, die ’s nachts half een
van hier vertrekt naar Stavoren, wegens het
blazen op/ zijn horen.
Naar men verneemt moet hij volgens in
structie blazen op den horen, om zijn aan
komst te melden aan de post- en
toren.
Daar hij op zijn reis naar Stavoren nog
in een 5-tal andere gemeenten bij zijn aan
komst ook den horen laat klinken, is men
benieuwd welke gevolgen dit proces zal
hebben.
Het spoorwegongeluk te Barneveld.
De toestand van de twee verwonden bij
het jongste spoorwegongeluk te Barneveld,
die in ’t ziekenhuis te Apeldoorn worden
verpleegd, is gelukkig vooruitgaande. De
wisselwachter Tennissen van Amsterdam zal
spoedig de inrichting kunnen verlaten.
Dure tulpenbollen.
Bij eene veiling te Oegstgeest nabij Leiden
werden 100 tulpenbollen, zoogenaamde Mu
rillo’s (zuiver geel) verkocht voor f 800.
Be man met den baard.
Men schrij ft uit Edam
Dezer dagen is gemeld dat bij Kortrijk
overleed „de jnan met den baard”, die be
zitter was van een 3 meter en 65 cM. lan
gen baard. Zijn haargroei was zijn brood
winning. Edam heeft ook zoo’n phenomeen
gehad, n.L, Pieter Dirks Langebaert, den
burgemeester-philantroop. Als hij stond op
de hooge „Noorderbrug” alhier, hing zijn
baard in het water.
Dien buitensporig langen baard liet hij
zien op kermissen in verschillende steden,
en het daarvoor ontvangen bedrag stond hij
welwillend af ten behoeve van „die arme
weeskinderen van Yedamme”, die van de
opbrengst werden getracteerd.
Het portret van deze „Langebaert” hangt
in Edam’s Museum en is daar dagelijks te
bezichtigen.
Friesche Zuidwesthoek, 20 Sept. De
jacht op hazen wordt in Friesland heden ge
opend, tot 28 October gedurende 3 dagen
per week (Maandags, Dinsdags en Zaterdags)
daarna tot 20 Nov. eiken werkdag en ver
volgens tot de sluiting weer 3 dagen per
week. De vooruitzichten zijn niet gunstig.
Vooral op de velden der beroepsjagers is hets
haarwild slecht voortgekomen, gevolg vooral
van de veelvuldige regens en den natten
bodem. Waterwild is er voldoende, maar
wegens den hoogen waterstand moeielijk te
naderen.
Het aantal aangevraagde jachtakten is niet
kleiner dan gewoonlijk.
Leeuwarden, 21 Sept. De gewezen ma
kelaar te Buiksloot, J. C. Helling, veroor
deeld tot 3 jaar gevangenisstraf wegens den
loterijzwendel te Sneek, heeft van zijn recht
van cassatie afgezien. Hij berust in zijn
straf en zal die, op zijn verzoek, te Amster
dam ondergaan.
Stavoren, 21 Sept. Een marineschip in
de haven, is te allen tijde en niet ’t
minst voor de jeugd een welkome ver
schijning. De los gekleede Jantje’s geven
een aangename afwisseling op straat en zetten
wat levendigheid bij aan ’t alledaagsch gedoe.
In de laatste dagen verscheen hier twee
malen de „Geep”, het opnemingsvaartuig
in dienst van de marine. Met nauwgezet
heid vergewist men zich door middel
van peilingen van het zich verleggen van
stroomgeulen en banken. Den geheelen zomer
worden op die wijze de territoriale wateren
afgewerkt, om met October weer blijvend de
marinehaven, Nieuwediep, op te zoeken.
21 Sept. Een kalme avond. Rustig
welft zich de met sterren bezaaide donkere
hemel boven de oude stad, ’t Is verleidelijk
nog even een straatje om te loopen. Achter
den dijk ’t lichte ruischen van de rustelooze
zee. Daartusschen van de havenzijde ver
wijderde klokkentonen, als ’t getamp eener
beêklok. Dwaalt niet de ontvankelijke fan
tasie naar ’t ver verleden, naar ’t oude
„kerkhof”, waar in de diepte ’t St.- Odulfs-
klooster bedolven ligt
Doch de werkelijkheid is eene andere. Op
het uiteinde van den Noorderdam zendt de
nieuwe mistklok, dag in, dag uit, de nachten
incluis, haar tonen uit over land en zee.
De tijd van vochtige koude en mist nadert
snel en de proef diende genomen of het
nieuwe instrument dan zijn werk naar be-
hooren zal kunnen verrichten.
Die proef is in zooverre naar wensch uit
gevallen, dat met strenge regelmatigheid de
tonen worden voortgebracht, maar
geluid sterk genoeg zal blijken om
op eenigen afstand steun te geven aan de
Heert smid, (vergelijk
door zijne menigvuldige
en ontuchtig leven, en ver
goed pater familias (huis-
vader) zijne kinderen voorziet, dan hen
verlaat en ze overgeeft ten laste van de
stad, ter stad uitgebannen, en zal
daarin niet weder mogen keeren, buiten
des Magistraats consent, en dit morgen
bij zonneschijn.”
„Item Pieter Pieters, kramer, (reizend
koopman met een mars, voluitmars
kramer), is uit zijne tegenwoordige ap-
prehensie ontslagen, niettegenstaande zijne
voorgaande acte, dateerende van den 23
Juni 1598, daarbij hij beloofd heeft,hem
niet meer te vergrijpen met dronkenschap,
vechterij en ontuchtig leven of anderszins,
met zulken voorbescheid, dat hij, inge
valle hij hem namaals (naderhand) weder
mochte ontgaan in eenigerlei manieren,
alle zijne voorgaande en tegenwoordige
delicten open staan zullen.”
„Item Krijn Lieuwes, smid, is uit zijne
gevangenschap los gelaten, met zulken
bescheid, dat, zoo verre hij namaals met
dronkenschap zich vergrijpt, men hem
met naardere (ergere) straften zal corri-
geeren (trachten te verbeteren) tot arbi
trage (scheiding) van
exigentie (bevind van
Ongetwijfeld is deze rechtszitting van den
27 September 1598 eene drukke en lang
durige geweest, al waren de voorbereidselen
voor de berechting dezer vier soortgelijke
delicten ook nog zoo goed in elkaar gezet
’t vódrbrengen der beschuldigden, de ver
schillende uitspraken, ’t wegleiden der ver
oordeelden, na elke uitspraak, t hooren
soms nog van getuigen, de afzonderlijke
pleitredenen der advocaten en procureurs
postulant, en wat al meer bij eene rechts
zitting mag behooren, dit alles neemt zeer
veel tijd in beslag. En dan nog is de eerste
zaak eigenlijk eene dubbele, die eensdeels
met de andere zaken wel iets gemeen heeft,’
maar toch anderdeels zeer veel er van ver
schilt, zoodat daarvoor eene afzonderlijke
behandeling vereischt wordt. Dat vervolgens
voor volkomen dezelfde misdrijven geheel
ongelijke straffen worden opgelegd, valt wel
in het oog; doch dat hierbij aan willekeur,
sympathie of antipathie, moet worden ge
dacht, daarvan heb ik, naar ik meen, reeds
in mijn tweede hoofdstuk op afdoende wijze
het tegendeel betoogd; doch iets zeer be
denkelijks schijnt het, dat de Magistraat
hierbij optreedt als rechter in zijn eigen
zaak. Evenwel ben ik zoo vrij, ook in dit
opzicht te beweren, dat zulks al weder
schijnbaar, en niet in werkelijkheid zoo is.
De aanteekening zegt van den delinquent,
dat hij wordt beschuldigd van „kwaad
spreken op den Magistraat en de algemeene
(stads) zaken,” dat is in de taal van onzen
tijd: hij heeft gekritiseerd het regeer en
bestuur der stad. En nu is er immers geen
sprake van dat deze man heeft kwaad ge
sproken van de Magistraatspersonen, maar
wèl van den Magistraat, als regeerings-
lichaam, en mede van zijn bestuur der al
gemeene of stadszaken. Hierop aanmerkingen
te maken, en dan nog wel, „met een boos
en vijandig gemoed”, geheel zonder recht
of reden, was iets, dat volgens het oude
stelsel geen gewoon burger of inwoner
mocht doen; zulks behoorde, indien noodig,
tot de rechten en plichten van de Gezworen
Gemeente of de Vroedsluiden, de Vertegen
woordigers van de geheele Burgerij. De
Magistraat sprak dus hier geen
1
Bolswardsche Courant
t -
1