Kieuws- en Advertentieblad Bolsward. en Wonseradeel. Aan onze Lezers! V No. 31. Verschijnt Donderdags en Zondags. 43ste Jaargang. 1904. ZONDAG 17 APRIL. BINNENLAND. i EEN DUUR GRAPJE. VOOR afzonderlijke aan meer de plaats het onge- pl.m. alleen van de financieele Met een voorgaand Nummer dezer Courant ontvingen onze abonné’s een proef-exemplaar van het Humoristisch Weekblad. Met vertrouwen onderwerpen wij het Humo ristisch Weekblad aan de beoordeeling onzer lezers, overtuigd, dat de eerste kennismaking tot eene langdurige zal aanleiding geven. Voor den luttelen prijs van 30 cents per 3 maanden, of 45 cents franco per post, stelt hij zich voor een Weekblad te leveren, fraai geïllustreerd, bevattende gezonden on- schuldigen humor, hoogst boeiende verhalen, etc. etc. Om het plan naar behooren te kunnen verwezenlijken behoeven wij den algeheelen steun onzer lezers en daarom vertrouwen wij, dat niet enkelen den wensch zullen te kennen geven om het Humoristisch Weekblad ge regeld te ontvangen, doch dat alle lezers zonder onderscheid het in dit blad voor komend Biljet geteekend zullen inzenden. Eerst dan kan deze nieuwe onderneming als volkomen geslaagd beschouwd worden DE UITGEVER. den schrik, dien u van den schok. Zonder nog te rekenen dat ik een (Jrommelsche verkoudheid heb opgeloopen. Als men een het nog zoo nooit, waar ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Eranco per post 95 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. overdekte wagens getrokken door eenige paardjes. Ze bewogen zich vergezeld van een groote volksmenigte, door de Hoogstraat tot de Beurs, waar halt gehouden werd, zoodat men toen eens alles naar hartelust kon opnemen. De menschen, acht in getal, zagen er zeer armoedig uit, en op het eerste gezicht kon men wel zien, dat het vreemden waren. Ook de paarden waren zeer buitengewoon opge tuigd, met klinkende bellen, dat zeer de aan dacht trok van de straatjeugd. Burgemeester en politie-agenten waren spoedig ter plaatse aanwezig, om die lieden te zeggen, wat hun te doen stond. Naar men zeide waren het zigeuners, afkomstig uit Belgiëx Ja, ja, we zullen dat allemaal wel laten gelden, laat mij maar voor de zaak zorgen. Op raad van den procureur neemt mijn heer Dugrand een advocaat. Daar het niet blijkt van welk balkon het stuk ijzer is komen vallen worden de vijf huurders gedag vaard van de vijf verdiepingen. Op die wijze moet de schuldige vroeg of laat zeker ont dekt worden. De vijf huurders nemen elk een advocaat. Eenparig verklaren zij, det het stuk ijzer niet van hun balkon afkomstig is en voegen er bij, dat in elk geval alleen de eigenaar aansprakelijk zou zijn voor het onderhoud van alles, wat zich buiten aan 't huis bevindt. Bijgevolg wordt de eigenaar van ’t huis in het proces betrokken. Deze neemt ook een advocaat. Maar omdat hij bij het bouwen van het huis met een architect had onder handeld, die alle risico op zich had genomen, haast hij zich genoemden architect te doen aanschrijven, om hem borg te stellen voor eventneele boete. De architect neemt een advocaat, maar schuift alle schuld voor hetgeen er gebeurd is op zijn onder-aannemer, den smid, die alle verantwoordelijkheid voor zijn werk op zich had genomen. Ongelukkigerwijs was de smid dood en had als erfgenaam drie neven, die het met elkaar over de verdeeling der nalatenschap niet eens konden worden en op zeer gespan nen voet leefden. Zij wilden niets met elkaar te doen heb ben en daarom besloot ieder voor zichzelf zijn zaak te behartigen en ieder nam een advocaat. Na verloop van een jaar ongeveer waren de verschillende instanties afgeloopen- het had heel wat in gehad, want naar alle zijden moesten de griffiers hun paperassen sturen; eindelijk toch kon er een dag voor het plei dooi w’orden vastgesteld. Op dien dag komen de tien advocaten met hun tien cliënten voor de drie rechters, die de rechtbank vormen. De zaak kan echter niet doorgaan, want eerst gelasten de rechters een onderzoek in loco. De partijen kunnen het niet eens worden over de benoeming van een enkele deskun dige; daarop worden overeenkomstig de wet drie experts benoemd, belast „om i’ te onderzoeken”, de „oorzaak van val op te sporen en te zeggen, ”wie er aansprakelijk voor is.” Als alles is afgeloopen, komen de tien advocaten en de tien cliënten voor de rechters om te pleiten en de uitspraak te vernemen. De ongelukkige Dugrand ziet zich in zijn eisch niet ontvankelijk verklaard, „daar het is vastgesteld, dat het stuk ijzer, dat op zijn hoed was gevallen, van het balkon der 3 de verdieping was losgeraakt, maar dat ommo gelijk is te bepalen aan welke oorzaak het moet worden toegeschreven, daar het gebruikte materiaal van goede kwaliteit is en volgens de regelen der kunst schijnt behandelddat men dus, bij gebrek aan iedere klaarblijkelijke oorzaak, het ongeval moet toeschrijven aan een toe val, waarvoor geen enkele der bij de zaak betrokken partijen aansprakelijk kan zijn. Natuurlijk gaat mijnheer Dugrand in hooger beroep. De tien advocaten, door tien nieuwe vergezeld in Frankrijk mogen de advocaten der eerste instantie niet pleiten voor het hof behandelen de zaak voor vijf raadsheeren. De debatten duren drie zit tingen. Eindelijk, na lang beraadslaagd te hebben, wordt de volgende uitspraak gedaan „Het Hof De motieven der eerste rechters aannemende, bevestigt hun uitspraak.” Dugrand was op alle punten geslagen, maar niet tevreden en gebruikte zijn tijd, om de rechters naar de maan te wenschen en hemel en aarde tot getuigen te nemen, dat er geeu recht meer te krijgen is. Daarna haalt hij den hoed uit de kast, den ongelukkigen hoed, de oorzaak van dat geheele proces. Hij brengt hem naar zijn hoedenmaker. De kosten komen op fr. 6.25. Eenige dagen later krijgt hij de rekening der rechtbank, die hem tot betaling van alle kosten veroor deeld heeft. Zij bedraagt 4265 franks. 4265 franks ’t is wel wat duur; maar men gunt zich niet ongestraft het genoegen, om „Of het daarom gelukken zal zonder Grondwetsherziening, nu reeds tot de finale oplossing, in den geest van het bekende Unie-rapport, te geraken, valt vooralsnog niet te beslissen. Hiertegen zijn bedenkingen gerezen, die het tot dusver nog niet gelukt is uit den weg te ruimen”. En na de uiteenzetting bezwaren volgt dan „Uit dien hoofde eischt de voorberei ding .zelfs van dezen voorloopigen maat regel omvangrijke en nauwkeurige bere keningen, ook afgezien van het nader onderzoek of de finale oplossing niet nog aannemelijker zou zijn, en het is uit die oorzaak, dat een besliste aankondiging van ■wat zal worden voorgesteld reeds in de Troonrede van dit zittingsjaar van verre niet te denken viel”. Nu één van zijn Memorie ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Vervol gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het was een i stad Dokkum, j.l. Donderdagavond, die drie beide óf de Minister heeft m zijn Memorie van Antwoord van 1902 onwaarheid gesproken óf hij sprak onwaar heid in zijn Unie-rede van de vorige week. Het democratisch antirev. blad voegt er bij „Beide malen hebben de vergoders van Zijne Excellentie hem luide toegejuicht Vooraf had het reeds vermeld, hoe bij het Uniefeest, volgens het verslag in De Standaard „dr. Kuyper optrad onder geestdriftig applaus, dat onbedwingbaar uit de stampvolle kerk opklonk”, en opgemerkt dat dit zinnetje met een kleine variatie voor elke Deputaten- vergadering, onverschillig of er al dan niet nog iets van beteekenis zal tot stand komen,” past en ook wel zal gelden voor de komende Deputaten-vergadering in 1905. „Daarover,” zegt het blad, „verwonderen wij ons aller minst. Wij kennen de groote meerderheid der partijgenooten, die deze vergaderingen bezoeken of daarheen worden afgevaardigd. Een trouw beeld van het Christenvolk of van Christen-arbeiders geven zij niet.” Geven deze uitingen van het democratisch deel der antirevolutionuaire partij niet een eigenaardig kijkje op hetgeen er in die partij omgaat Alg. Handelsbl. Dienstweigering. De krijgsraad te Haarlem deed uitspraak in de zaak van A. Ris, milicien van het 7e reg. infanterie te Amsterdam, ter zake van dienstweigering, en veroordeelde hem wegens dit misdrijf tot een militaire gevangenisstraf van 6 maanden, ingaande 5 April. „Verbrennt die Springschnürrestond voor enkele jaren te lezen in de groote Duitsche dagbladen en medische tijdschriften. „Verbrandt de springtouwen!” Door het onophoudelijk springen worden hart en lever aangedaan. liet is de oorzaak van ernstige kwalen, met den dood als onvermijdelijk gevolg! De Duitsche onderwijzeressen hebben niet nagelaten haar leerlingen te wijzen op het gevaarlijke van het touwtje-springen. Wanneer zullen de Nederlandsche onder wijzeressen dit voorbeeld volgen Wat baat het of de Regeering alles doet om de volksgezondheid te bevorderen, wan neer het volk zelf niet meehelpt Daarom Verbrandt de springtouwen 1 fLeidsch Dagll.) Maandagmorgen is te Hollum (Ame land) aangespoeld een vat, dat geheel gevuld blijkt te zijn met... Bordeaux-wijn. Het is gemerkt A 8 F. no. 454 en volgens pei ling door de kommiezen bedraagt de inhoud 500 L., waarvan de invoerrechten dan f100 bedragen. Zigeuners vreemde verschijning in de twintig advocaten en acht rechters aan het werk te stellen, ongerekend nog de griffiers, de deurwaarders enz. proces begint, al legt men matig en sober aan, men weet men terecht komt. Al ziet de zaak er nog zoo eenvoudig uit, al heeft men het grootste gelijk van de wereld, men mag zich wel tweemaal bedenken vóór men zich de advocaten overlevert. Als men niet vast besloten is, de zaak door te zetten, ook al moet men er zijn laatste stuiver bij in schieten, dan staat men aan de onaangenaamste verrassingen bloot en de meeste menschen maken zulke heldhaftige plannen niet. Als men in een restauratie gedineerd heeft en een zuur gezicht zet om de hooge rekening, dan weet men ten minste nog, wat men voor zijn geld heeft gehad en men heeft daarvan toch nog eenige voldoening genoten; maar op ’t stuk van procedure groeit de rekening zoo ongemerkt aan en bereikt daarbij gewoon lijk zulk een hoogte, dat het eindcijfer vol strekt niet in evenredigheid staat tot de waarde Van het voorwerp in kwestie. Deze laatste bewering is door tal van voor beelden te staven; wij zullen er echter slechts één kiezen en een klein proces behandelen, dat onlangs voor de rechtbank te Parijs geëindigd is. Nu zal meti zeggen: Parijs is Holland niet; maar dat doet hier minder ter zakeals het op procedeeren aankomt, is men hier al aan een even slecht kantoor, als in Frankrijk. Ziehier, wat er gebeurd is. Een koopman uit de Rue St. Denis te Parijs we zullen den man gemakshalve mijnheer Dugrand noemen wandelde op een avond teg|n twaalf uur langs een huis in het Quartier de 1’ Europe. Er raakte iets los aan een der balkons van dat huis en viel op zijn hoed, die daardoor heelemaal was ingedeukt en bedorven. Dugrand werd nijdig als een spin, te meer omdat hij niet wist, wie er de schuld van was, daar hij op zijn roepen geen antwoord kreeg en zich tevreden moest stellen met de vuist te ballen tegen de gesloten blinden. Gelukkig komt er een politie-agent voor bij. Mijnheer Dugrand houdt hem aan, laat het ongeval constateeren en gaat naar huis terwijl hij een foulard om zijn hoofd heeft geknoopt, om toch maar geen kou te vatten. Den ganschen nacht kan hij den slaap niet vinden, want Dugrand is zenuwachtig van gestel, tamelijk kwaadaardig en koppig, en den geheelen slapeloozen nacht brengt hij door met het overwegen van wraakplannen. Den volgenden morgen om acht uur rent hij naar een procureur. Oh, oh, zegt deze, dat is een ernstig geval. U moet een proces beginnen. We zullen 25 francs vragen om den hoed te repareeren en 5000 francs schadevergoeding. 5000 francs? V\ el zeker, voor heeft uitgestaan tengevolge Sneek. Dinsdag waren aan de weekmarkt alhier aangevoerd ongeveer 14.000 stuks kievitseieren, welke verkocht werden voor 12 tot 14 cent per stuk, ongerekend nog de eieren, welke rechtstreeks aan de han delaars of aan particulieren worden verkocht. En dat gaat de geheele maand April zoo door. Zeker, zegt de Landbouw-kronikeur van „Het Noorden”, het is een mooi kapi taaltje, dat er mee verkregen wordt, maar de eieren, waarvoor de Engelschman en de Franschman ons zulke hooge prijzen betalen, komen ons zelf nog duurder. Immers we roeien er een nuttigen vogel voor uit. We zijn er al aardig mee op weg. Een vogel, die een onnoemlijk aantal insecten, wormen en slakken verdelgt en die daardoor oneindig nuttiger is dan door het leggen van duur betaalde eieren. Mocht dit worden ingezien hoopt de schrijver. De wet beschermt den kievit niet voldoendede eigenaars van landerijen kunnen ’t echter zelf doen door nog meer dan nu reeds geschiedt, het eier- zoeken te verbieden. Workum. Als men in steden en dorpen eens nagaat hoe of het timmervak in de laatste jaren vooruit is gegaan, kan men het beste zien aan de vele nieuwe gebouwen, terwijl verscheidene huizen geheel nieuw worden opgetrokken of veel veranderd. Ten minste in de plaats onzer inwoning worden verscheidene winkelhuizen in moderne stijl en met de nieuwste verbeteringen ingericht en evenals vele slagerijen met groote spiegel ruiten versierd. Dit alles brengt werk, veel werk aan, terwijl de eene winkelzaak om de andere noodzakelijke verbouwingen verricht, om met de anderen te wedijveren in grootte en aan zien. Een tiental jaren geleden huiverden de timmerknechten bij de gedachte aan winter, omdat ze meestal met September of tot het laatst van October werk konden krijgen en dan met bange zorg den winter tegemoet gingen. In de laatste jaren is dit anders, terwijl door de meeste knechten den geheelen winter en zelfs nu nog bij het lamplicht wordt gewerkt tot 8 of 9 uur ’s avonds. De vraag naar timmerknechten is dan ook zeer belangrijk. In bijna iedere courant vindt men advertentiën, waar ze soms bij 10-tallen worden gevraagd. Dit een en ander brengt mede, dat andere vakken, als ververs, smeden, enz. hiervan profiteeren en daardoor meerdere werkzaamheden ontvangen en zoo doende heeft bijna ieder voordeel bij de nog steeds vooruitgaande tijden van het timmer- en bouwvak. Een oordeel over minister Kuyper. De redevoering door minister Kuyper bij het jongste zilveren feest van „De Unie, een school met den Bijbel” gehouden, wordt door het weekblad De Christen Demokraal, onder redactie der heeren Staalman en mr. T. de Vries, scherp veroordeeld. De heer Kuyper heeft daar o.a. verkondigd dat het denkbeeld om de wettelijke regeling van het lager onderwijs ineens te wijzigen volgens het bekend Unie-rapport, „moge zijn opgekomen in het hoofd van een enkelen onbezonnene, die geen verantwoordelijkheidsbesef kent, maar bij de mannen die dit besef dragen nimmer opkwam.” De Chr.-Dem. nu zegt dat „zoo te spreken is de waarheid in het aangezicht slaan”... „een ongeëvenaarde.(ja laat ons maar zeggen) brutaliteit”. Immers „finale oplossing van het onderwijsvraagstuk, in den geest van het gewijzigde Unierapport voor zoover de Grondwet toelaat”, was niet het denkbeeld „van een enkelen onbezonnene,” zonder besef van verantwoordelijkheid, maar... „punt 1 van het program van urgentie der antir. partij, waarvan dr. Kuyper de steller is” I Verder zeide de Minister„Er is dan ook door het Kabinet nimmer aan zoo iets gedacht.” Deze verklaring van dr. Kuyper noemt de 'Chr. Democraat „een brutale onwaarheid”. Ten bewijze van deze bewering schrijft het blad het volgende In de Memorie van Antwoord, ingezonden op 19 November 1902, zeide de Regeering o.m. op pag. 8, Bolswardsche Courant

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1904 | | pagina 1