Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
No. 37.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
43ste Jaargang.
1904.
Een onaangename vergissing.
i
ZONDAG 8 MEI.
BINNENLAND.
VOOR
1
.n
SU
afzonderlijke
Stom
weer
ik
Drie billetten
hing
ons
con-
helpt
6995.
- 5783.
- 5374.
naar mijn hand.
l juist vertrekken, toen Burn-
i het hoofd uit het venster
had ik ’t evenwel aan
reeds het signaal voor
trein weerklonk, zoodat ik hals
naar mijn coupé snelde, waarvan
een beetje luider
Maar wanneer er ondertusschen andere
reizigers in onze coupé komen
Dat gebeurt niet, want ik heb den
ducteur een wenk gegeven. En u
mij, zoo noodig, niet waar
Natuurlijk, antwoordde ik, want dat was
net een kolfje i
De trein zou
side oprees en
stak.
Conducteur, riep hij, hoe laat zijn we te
Burnside!? stamelde ik verschrikt,
en plotseling kwamen mij allerlei voorstel
lingen van gevangeniscellen, overvolle ge
rechtszalen etc. voor den geest. Groote hemel
hoe kon ik mij toch zoo laten misleiden
Ja, en u zult daarvan rekenschap moeten
geven 1
Vergeefs waren al mijne pogingen om hun
te beduiden, dat ik het slachtoffer van een
geslepen schurk was geworden. Zij geloofden
mij niet toen mij plotseling inviel, wat
de kerel op zijn courant had geschreven. Ik
voelde in mijn zak gelukkig, de courant
zat er nog in
Daar, zeide ik, als ge mij niet gelooft,
misschien is dat iets om u tevreden te stellen.
Als wat u vertelt, op waarheid berust,
merkte Burt op, nadat zij beiden blijkbaar
ten zeerste verrast het geschrevene hadden
gelezen, bewijs ons dan dat u de bankbeambte
Soundso zijt. Hebt u iets bij u om dat te
bewijzen? Open uw koffer maar eens?
Ik wilde aan dat verzoek voldoen, maar
trad verwonderd terug. Dat is mijn koffer
niet die is van den detective, ik wil
zeggen van Burnside
De beide detectives sprongen op en grepen
den koffer, braken het slot open en trokken
al heel spoedig van onder eenige andere zaken
een plat marokijnen étui te voorschijn. Een
druk op een veer in het deksel en het vol
gend oogenblik fonkelden en schitterden de
diamanten ons tegen.
Dat zijn lady A.’s diamantenriep Parker.
Wat een gelukkig toevalHij is er met den
verkeerden koffer vandoor gegaan
Zoo was het. Burnside had mijn koffer,
die toevallig veel op den zijne leek, in der
haast weggenomen, toen hij de coupé weer
verliet.
Lachend gingen de detectives weer zitten.
Nu geloofden zij toch dat ik de waarheid
had gezegd.
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
■Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
gegund.
Bij den landbouwer J. B. te Hoens-
broek, krijgt de hond, vastliggende aan zijn
ketting, geregeld bezoek van een hoen, dat
voorzichtig het hok binnensluipt. Nauwelijks
heeft de hond dit bemerkt of hij verwijdert
zich aanstonds, zoover de ketting het toelaat,
van zijn verblijfplaats en wacht geduldig het
oogenblik af, dat de kip weer te voorschijn
komt. Dan ziet men /Floor,” terwijl hij zijn
bek reeds likt, in het vooruitzicht van de
heerlijke surprise, die hem wacht, op zijne
beurt het hok binnengaan om ’t gelegde ei
te verorberen. (L. K.)
B. en W. van Amsterdam hebben
bij den Gemeenteraad een voorstel ingediend
om een 'motor-sproeiwagen aan te schaffen,
die langs de electrische trambaan voortbe»
wogen zal worden.
ik eenigszins
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Vervol
gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
was
van lord A., die er met de
lady A. vandoor was gegaan
in de couranten verbazend
veel te doen was geweest.
Ik moest de geschreven regeltjes ver
scheidene malen overlezen, vóór ik het
waagde een blik op mijn anderen reisgenoot
te werpen, die, eene havana rookende, zich
blijkbaar geen gevaar bewust was. Sedert
een week had de politie tevergeefs naar hem
gezocht. De courant, die ik in de hand
hield, bevatte daaromtrent ook nog een paar
berichten, die de detective eveneens met
potloodstrepen had gemerkt.
Bij onze aankomst in Stafford, waar de
trein vijf minuten stilstond, verkeerde ik
begrijpelijkerwijze in hoogste opgewondenheid.
Zoodra de trein stilstond, snelde ik naar ’t
buffet, waar het volgend oogenblik ook de
detective met het onnoozelste gezicht der
wereld verscheen.
Kijk niet om, fluisterde hij, terwijl hij
naast mij kwam staan, hij staat daarginds
bij de koffietafel. Want in geval hij lont
ruikt, maakt hij zich uit de voeten. Te
Crewe schijnt hij iemand te verwachten,
want te Euston verzond hij een telegram
daarheen en ik hoorde, dat de telegrafist
naar een nummer vroeg dat was no. 2964.
Het nummer van onzen wagen, zei ik.
Juist! Het telegram schijnt een bevel te
zijn aan den geadresseerde om zich te Crewe
bij hem te voegen en wanneer zij te Liver
pool met hun tweeën waren, zou ik heel
wat met hem te stellen hebben.
En wat denkt u nu te doen
Hem onmiddellijk na ons vertrek beet te
pakken, hem te binden en onder de bank
te schuiven, opdat zijn kameraad hem te
Crewe niet zal kunnen zienzal dan in een
andere coupé kijken en misschien den ge-
heelen trein doorsnuffelen om hem te zoeken.
Te Liverpool kan dan de politie hem in
bewaring nemen, terwijl ik den anderen in
het oog houd, omdat ik niet weet wie van
hen de juweelen heeft, want het is mij
natuurlijk ook te doen om de juweelen te
krijgen.
Dokkum, 3 Mei. Een driejarig jongetje,
dat heden avond op het Noorderbolwerk alhier
spelende was, had het ongeluk voorover in
de gracht te vallen. Het negenjarig dochtertje
van den Inspecteur van Politie, dat op
eenigen afstand aan het bloemenplukken was,
zag het ongeval, snelde te hulp en had het
geluk het jongetje van een wissen dood te
redden.
Lemmer, 5 April. Het staat er met de
ansjovisvisscherij, de hoofdbron van het be
staan onzer visschers, niet gunstig voor.
Was vorige jaren de vangst toch meestal
om dezen tijd in volle fleur, tot heden is
door onze visschers, nog niet één van deze
vischjes gevangen. Ook de hier ontvangen
berichten uit andere visschersplaatsen luiden
alle zeer ongunstig.
Met de botvangst wil het ook nog niet.
In de geheele afgeloopen maand is hier nog
geen 6000 pond aangevoerd, wat nog geen
vijfde van de vangst van de zelfde maand
van verleden jaar is.
Jiepk. N.bl. v. Fr.
Onder de ingezetenen
Workum, 4 Mei. Onder de ingezetenen
dezer gemeente werd heden de aanbesteding
gehouden van het vergrooten der Chr. School
alhier met drie bovenlokalen.
waren ingekomen n.l. van:
Groenhof en Gielstra
H. Stuur
S. Zeüstra
Het werk is aan den laagsten inschrijver
Op een donkeren, allesbehalve aangenamen
herfstavond reisde ik met den nachttrein
van Euston naar Liverpool, om vandaar met
de boot naar Belfast te vertrekken, waar ik
een bruiloft zou bij wonen.
In de rookcoupé tweede klasse bevonden
zich behalve mij nog twee andere passagiers,
die elk in een hoek op de bank tegenover
mij zaten. Nadat ik het mij gemakkelijk
had gemaakt, stak ik een sigaar op en
vouwde ’t avondblad open van de courant, die
ik had gekocht.
Vóór ik mij daarin verdiepte, monsterde
ik mijn medereizigers eens. Op reis mag ik
mij den tijd graag door gezellig onderhoud
verkorten. Doch de beide heeren, reeds van
middelbaren leeftijd, zagen er te gereserveerd
uit, dan dat ik mocht verwachten, dat ze
met mij, een jongmensch, een praatje zouden
willen aanknoopen.
Toen wij ongeveer een half uur hadden
gereden voelde ik plotseling, dat ik op een
eigenaardige wijze zachtjes op den voet
werd getrapt en ontmoette, opkijkend, den
doordringenden blik van mijn overbuurman.
Pardon, mijnheer, zeide hij met een zon
derling lachje willen we eens ruilen met
couranten Zooals ik zie, is u met de uwe
gereed.
Wel zeker, antwoordde
verrast.
Terwijl wij onze couranten verwisselden,
gaf hij mij nogmaals een waarschuwenden
trap op den voet. En men stelle zich mijne
verwondering voor toen ik op den rand van
de mij gegeven courant met potlood ge
schreven las
Houd u kalm. Ik ben politiedetective.
Onze reisgezel is Burnside, van wien u
natuurlijk wel eens heeft gehoord. In Liver
pool vind ik een bevel om hem in hechtenis
te nemen. Ik moet dus alles doen om te
maken, dat hij tot zoover meereist en met
een maatregelen nemen om hem onschadelijk
te maken. Ik reken, als het noodig is, op
uwe hulp. Kom in Stafford even bij mij in
de wachtkamer.
Natuurlijk wist ik wie Burnside
een secretaris
diamanten van
en over wien
Crewe
Om 8 uur 45 mijnheer
Uitstekend, dankjeToen ging hij
zitten, terwijl de detective en ik beteekenis-
volle blikken wisselden.
Mijn hart begon toch
te kloppen bij de gedachte aan de worste
ling, die ons te wachten stond, want Burn
side was een krachtige, gespierde kerel, en
de detective, Ofschoon hij er ook wel ge
spierd uitzag, was toch van veel tengerder
lichaamsbouw. In elk geval zou het een
harde strijd worden.
Toen wij het derde station na Stafford
achter ons hadden, legde de detective zijne
courant weg en veegde even als gedachten-
loos met zijn zakdoek langs zijn gezicht.
Toen stond hij op en deed alsof hij iets in
het bagagenet zocht. Doch plotseling wendde
hij zich om en had met een snelle bewe
ging Burnside in den hoek gedrukt en hem
de knie op de borst gezet.
Vlug, houdt zijn handen vastriep hij.
Ik sprong toe en greep de handen van
den schurk, die hij juist in den zak wilde
steken, zeker om een wapen te grijpen. Op
hetzelfde oogenblik zag ik, dat zijn gezicht
met den zakdoek van den detective bedekt
was, waaruit een eigenaardige zoete reuk
opsteeg. Na eenige minuten wanhopig wor
stelen begon zijn tegenstand te verzwakken.
All rightzeide de detective. Dat was
een zwaar karweitje. PffffGauw het ven
ster open, anders gaan wij door de chloro
form ook van ons stokje
Ik voldeed aan zijn bevel, want mij be
gon het ook al te duizelen. Intusschen had
de detective handen en voeten van den be-
wustelooze gebonden.
Ziezoo, zeide hij, help me nu den spits
boef maar onder de bank schuivenMet
moeite wisten we, dat gedaan te krijgen.
En nu voor alle zekerheid er nog een
reisdeken over! Mooi zooNu mag zijn
compère voor mijn part de coupé visiteeren
Maar als hij bijkomt, zal hij wel lawaai
maken.
Wees maar niet ongerust, daarvoor be
staat weinig kans. Hij zal wel zoo gauw
niet bijkomen, hij is goed gebonden en
bovendien zal ik even voor Crewe hem nog
een doek voor den mond binden. Maar mag
ik nu uw naam weten Lord A. zal na
tuurlijk erkentelijk zijn voor den uitsteken
den dienst dien u mij heeft bewezen.
Met trots voldeed ik aan dat verzoek en
in gespannen verwachting bleef ik het ver
der verloop der zaak afwachten.
Toen de trein te Crewe binnenliep, zag
ik op het perron een heer met een zwarten
baard en van een flinke gestalte, die de
wagennummers opnam. Dat is hem zeide
mijn reigenoot. Ik zal den conducteur ver
zoeken een bordje met //Gereserveerd” voor
ons raampje te hangen. Wij kunnen dien
sinjeur hier niet gebruiken
Met deze woorden verliet hij de coupé en
sloot het portier.
Burnside begon thans zwaar adem te halen,
een bewijs, dat het bewustzijn toch bij hem
terugkeerde. Ik moet bekennen, dat het mij
wel een beetje onaangenaam te moede werd,
toen de zwartgebaarde, langzaam langs den
trein loopend, de nummers opnam en bij
onze coupé gekomen, een scherpen blik naar
binnen wierp.
Thans verscheen de conducteur en
het bordje met //Gereserveerd” voor
raampje.
Verruimd steeg ik uit, sloot het portier
weer en wachtte op mijn reisgenoot, die
even later terugkeerde.
Alles in orde vroeg hij. MooiIk heb
zooeven verdere instructies naar Liverpool
getelegrafeerd. Nu zal ik u even aflossenj
ingeval ge soms ook een glas grog wilt gaam
drinken. Jr,
Daar ik erg koud was, bestelde ik aan
het buffet een glas wannen wijn.Nauwelijks "helpen ontsnappen, Burnside was?
de lippen gezet, toen
het vertrek van den
over kop
mijn coupé snelde, waarvan de con
ducteur de deur achter mij dichtwierp, ter
wijl de trein zich reeds in beweging stelde.
Doch wie beschrijft mijne verbazing, toen
ik inplaats van den detective den zwart-
gebaarden compère van Burnside tegenover
mij zag, die mij zijn revolver voorhield
Dat spelletje is uit, vrindje voegde hij
mij op ruwen toon toe.
van verbazing en ontsteltenis, omdat
ik mij volkomen in de macht- van dezen
schurk gevoelde, zonk ik op de bank neer.
Jij bent een geraffineerde schurk, maar toch
nog niet geraffineerd genoeg, ging hij voort.
Nu haal je me eerst maar eens mijn vriend
van daar onder de bank vandaan en maakt
zijne handen los. Maar gauw wat
Ik gehoorzaamde in een soort van ver-
dooviug en spoedig zat Burnside op de
bank tegenover mij en wreef zich verward
het voorhoofd.
Wat zoek je, Parker vroeg de nieuw-
aangekomene, de revolver voortdurend op
mij gericht houdend.
Ah, ben jij ’t Burt? antwoordde de ander
wiens bewustzijn langzamerhand terugkeerde.
Zijn die vervloekte schurken weg?
Een hebben wij er hier nog, maar onge
lukkig niet den voornaamste
Goed, antwoordde Burnside met een blik
op mij. Hoe is de ander ontsnapt
Gevolg gevend aan uwe uitnoodiging,
wachtte ik u te Crewe en herkende daar
onmiddellijk onzen man. Ofschoon het mij
verwonderde, dat ik u niet zag, vertrouwde
ik toch, u hier of daar wel te voorschijn
te zullen zien komen. Daarom volgde ik
hem tot naar het plaatsbureau, waar hij een
biljet naar Glasgouw nam, een bewijs,
dat er een kink in den kabel was gekomen.
Toen snelde hij naar den wagen terug, dien
onze vriend hier bij die woorden wees
hij op mij op hetzelfde oogenblik ver
liet. Daar ik dezen voor een gewoon pas
sagier hield, lette ik niet verder op hem,
maar hield onzen man in ’t oog, die voor
zijn coupé heen en weer slenterde. Omdat
ik u nog altijd niet zag komen, begreep ik
dat u iets moest overkomen zijn, wat u ver
hinderd had uw plan te volvoeren. Toen de
trein afluidde, sprong hij in de coupé en
wierp het portier achter zich dicht. Ik wachtte
nog een seconde tot het signaal voor het
vertrek klonk en sprong hem toen vlug na.
Doch de coupé was leeg onze man was
verdwenen
Door de andere deur?
Ja, en helaas was het te laat hem te
volgen, want het volgend oogenblik keek ik
onder de bank en tegelijk arriveerde onze
vriend hier ook weer en liep als een lam in
mijn armen.
Intusschen was ik zoo langzamerhand tot
de overtuiging gekomen, dat hier een leelijke
vergissing had plaats gehad en dat ik in een
alleronaangenaamste positie verkeerde. Bij
afwisseling werd ik gloeiend heet en ijskoud.
Mijne heeren, waagde ik eindelijk te begin
nen, hier heeft een zeer onaangenaam mis
verstand plaats gehad.
Jawel, zeide Burt op schamperen toon,
dat had ik ook al zoo gedacht! Nu, dat
zullen we wel eens onderzoeken. Hoe heet je?
Ik noemde mijn naam en voegde er tevens
bij, dat ik ambtenaar aan een bankinstelling
en thans op reis naar Belfast om een brui
loft bij te wonen.
Houd die praatjes maar voor je en vertel
ons liever de waarheid! Waar heb je den
buit verstopt?
De buit? Wat voor buit? Ik verzeker u
mijnheer, ik weet nergens van en begrijp van
de heele zaak niets I
Chloroformiseeren kan je intusschen uit
stekend! snauwde de ander mij toe.
Dat deed de detective, ik niet! verklaarde
ik nadrukkelijk.
Dewat?
Onze verdwenen medepassagier, de detective.
Luister eens, jonge man, zeide de man met
den zwarten baard thans op bedaarden maar
ernstigen toon, je bent óf de grootste schob
bejak, die er rondloopt, bf een groote ezel
Weet je dan werkelijk niet, dat wij beiden,
mijnheer hier en ik, detectives zijn, en dat
je waarde verdwenen vrind, dien je hebt
-4
Bolswardsclic Courant
i