No. 43.
verschijnt Donderdags en Zondags.
43ste Jaargang.
1904.
Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
ZONDAG 29 MEI.
>1
Uit de Raadszaal.
VOOR
afzonderlijke
1.
Vergadering op Donderdag 26 Mei 1904.
AVONTUUR VAN EEN STUDENT IN
WEIMAR.
kend
zeer
B.
grond
c.
vV
van B. en W.
van het bestuur der Am-
Sneek, begeleidende een
die school, waaruit blijkt dat
leerling bedroegen f 115,
f 65 werd gerestitueerd uit
Ged. Staten hou
den verkoop van
bestuurslid van
van wijlen
Tegenwoordig waren 11 leden. De heer
Y. T. de Boer is overleden, de heer v. d.
Meulen was afwezig met kennisgeving.
De notulen der vorige vergadering werden
gelezen en goedgekeurd.
Ingekomen stukken
a. Een schrijven van
haar dank brengende
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
B. en W. waarbij
en teekening eener
nieuwe school. Het gebouw thans school no. 2
benevens de teekenschool en ’t gebouw der
Bank van Leening worden dan geamoveerd,
en op die plaats een school gebouwd voor
school no. 1 terwijl tevens de school voor
m. u. 1. o. en de teekenschool daar ook
kunnen komen, terwijl het tegenwoordige
schoolgebouw no. 1 dan wordt ingeruimd
voor de klassen van school no. 2. De
districtsschoolopziener heeft zich voorloopig
met dit plan vereenigd.
Meermalen is het plan der scholenbouw
reeds besproken, B. en W. meenen nu de
beste oplossing gevonden te hebben en stellen
voor de waarde der te amoveeren gebouwen
naar taxatie te bepalen, en bij het rijk aan
te vragen om 25°/0 der onkosten dezer scholen
bouw. Het komt B. en W. gewenscht voor, het
geraamde cijfer van onkosten geheim te
houden tot de aanbesteding is geschied. Het
plan met de kostenberekening worden hierbij
voor den raad ter inzage gedeponeerd, om
ze in de volgende vergadering te behandelen.
Punten van behandeling
Benoeming van een
het Ilouckamaleen, ter vervanging
den heer Y. T. de Boer.
Bij de eerste stemming verkregen de heeren
J. Hommes 5, Oosterbaan en v. d. Meer
elk 2 stemmen, en de heeren Praamsma en
Schotman ieder 1 stem.
De Yoorzitter merkt op, dat de heer
Schotman reeds zitting heeft in het college
voor dit leen.
Bij de 2de stemming werd de heer J.
Hommes benoemd met 7 stemmen, de heer
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Vervol-
gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
hoort hij een vroolijk gelach, gepaard met
het doffe gebrom van een rollenden bal en
het geraas van vallende kegels.
Ha, ha dacht hij hier is een herberg.
Hij ging het openstaande tuinhek binnen
en zag een kegelbaan, waar drie mannen aan
het spelen waren; in de onmiddellijke nabijheid
sloegen eenige dames, op stoelen gezeten, het
spel gade. De oude linden in den tuin wierpen
hare schaduwen op dit aardige tooneeltje,
terwijl op den achtergrond een fraai huis
zichtbaar was, welks gevel zich boven het
omringende groen verhief.
Hier is het, dunkt mij, al heel prettig
zei de jonge Slowak tot zich zelf en
ook het gezelschap komt mij hoogst fatsoenlijk
voor. Waarlijk, in Weimar ontmoet men
telkens van die echt dichterlijke plekjes.
Hij ontdekte een priëel, ging er heen, zette
zich aan het tafeltje en riep met luider stem
Hé, kastelein, een kruikje bier!
Naar het hem toescheen, werden aller oogen
met verbazing op hem gericht, terwijl de
jonge dames schalksche blikken wisselden en
slechts met moeite haar lachen konden be
dwingen.
Sloechowiny behield evenwel zijn ernst en
waardigheid en deed alsof hij geen acht op
hen sloeg. Hij haalde tabakszak en pijp te
voorschijn, stopte die, sloeg vuur en stak de
pijp aan.
Inmiddels zeide een der heeren, die aan
het kegelen waren een lang, mager man,
met een ziekelijk uiterlijk en dien de student
om eene of andere reden voor den kastelein
aanzag een paar woorden tot een jong
meisje, dat naast hem zat. Ijlings ging deze
naar huis, om weldra terug te keeren met
een kruikje bier, hetwelk zij voor den student
zette, met komische deftigheid uitroepend
Als het u belieft, mijnheer
Ik dank u sprak Sloechowiny. Wat
is dit voor bier
Weimarsch mijnheer I
Hij dronk een teugje en zeide
Hmuitstekend bier
Wij houden er alleen eerste kwaliteit op
na merkte het meisje op en keerde naar
de dames terug, die fluisterend nog eenige
woorden met haar wisselden, waarbij allen,
evenals te voren, lachten.
Zonder zich te haasten, rookte Sloechowiny
zijn pijp en dronk het voortreffelijke bier,
maar volgde gelijktijdig met belangstelling
het spel der drie heeren.
De tweede heer was een flink en knap man,
rijzig van gestalte, met een arendsneus
en eene uitdrukking van fierheid op het
gelaat. De derde, een klein en reeds bejaard
manneke, nam door zijn fraai gelaat en
vriendelijke oogen terstond voor zich in.
Voortdurend schertste hij met de dames.
Wat den langen, mageren kastelein betrof,
die met hen kegelde diens spel deed den
student bepaald zijn stoicijnsche kalmte
verliezen. Bij iederen worp week de bal
zijwaarts af, aldus aanleiding gevend tot een
poedel, zooals men dat in het kegelspel noemt.
Blijkbaar vermaakten de jonge dames zich
kostelijk over deze onhandigheid van den
kastelein, want telkens riepen zij vroolijk uit
PoedelPoedelPoedel
Niet zonder medelijden kon Sloechowiny
zulk spel aanzien. Hij ging naar de spelers
en bood aan den kastelein te leeren, hoe deze
zijn bal recht moest werpen.
Wel antwoordde de aangesprokene
met een glimlach, gij schijnt een meester
in het kegelen te zijn
De student boog.
Wie zijt gij dan?
Een student uit Jena.
Dat dacht ik al half... Waarin studeert gij
In de philosophie.
Gij hebt waarschijnlijk nog niet lang in
Jena gewoond
Een maand ongeveer. Nu wilde ik Weimar
eens zien dit moderne Athene, waar de
groote vernuften schitteren, tot wie een
eenvoudige Slowak als ik wel niet toegelaten
zal worden.
Ah zijt gij een Slowak
Een Hongaarsch Slowak uit het district
Presburg. Mijn naam is Andreas Sloechowiny.
Sloe... Hoe zegt gij?
Sloechowiny.
Ah, pardon, uw naam is wat moeilijk uit
te spreken. Nu, wees zoo vriendelijk, mijnheer
Sloe... en zoo voorts, mijne plaats bij het
spel in te nemen; ik ben te moe.
v. d. Meer 2, en de heeren Oosterbaan en
Praamsma hadden ieder 1 stem.
2. Rapport en vaststelling van de rekening
van het Algemeen Stads Armenhuis over 1903.
Het rapport der Commissie, welke de reke
ning heeft onderzocht luidde, dat er geene
op- of aanmerkingen waren, weshalve de
Com. concludeerde tot goedkeuring der reke
ning en die van den huishoudelijken boek
houder (de laatste in ontvangst en uitgaaf
beide ter somma van f 11.163.065).
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
3. Adres van het Bestuur der Fereeniging
uhet Groene Kruis'’ om een bergplaats voor
materialen voor ziekenverplegingmet advies
van Burg, en Weth.
Het Bestuur vraagt een bergplaats voor
materialen voor ziekenverpleging van de
gemeente in bruikleen te mogen bekomen,
en daarvoor is het oog gevallen op een deel
der ruimte in het waaggebouw of boven T
Stadhuis.
B. en W. om het urgente der zaak, voegen
er dadelijk hun advies bij. De Koninkl.
goedkeuring, die was aangevraagd is inmid
dels den 11 Mei verleend. Het komt B. en W.
gewenscht voor deze nuttige vereeniging ter
wille te zijn door een deel der waagruimte,
en wel den Z. W. hoek, daarvoor te be
stemmen, en een oppervlakte van 16 M2.
af te staan voor f 5 per jaar, terwijl de
vereeniging dan zelf dient te zorgen voor
een behoorlijke afscheiding.
De heer Boersma is niet tegen ’t voorstel
van B. en W. doch daar het hier geldt een
zoo nuttige en philantropische vereeniging
had hij liever gezien, dat het gratis werd
afgestaan.
De heer v. d. Meer zou willen vragen of
de afgestane ruimte wel voldoende is
De Yoorzitter. Jk kan den heer Boersma
antwoorden dat B. en W. in principe er
voor zijn, de vereeniging te helpen bevor
deren, toch vonden zij ’t niet raadzaam een
precedent te stellen door ’t gratis af te
staan. Het gevorderd bedrag is evenwel zoo
laag, dat het geen bezwaar voor de vereeni
ging is, terwijl ik verder kan zeggen dat
het Bestuur er zeer mee content was, en
dit ook de bepaalde ruimte voldoende acht.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
4. Vaststelling der concept-bouwverordening.
De Yoorzitter deelt mede, dat het woord
//vaststelling” hier minder correct is. Dit
ontwerp dient heden behandeld te worden,
om daarna door de Commissie voor de volks
gezondheid onderzocht te worden en eerst
dan kan de verordening door ons vastgesteld
worden.
De heer Praamsma. Het is niet mijn be
doeling discussie te voeren over deze bouw
verordening. Het is mij voorgekomen, dat
deze omvangrijke verordening door bekwame
handen is gegaan. Toch heeft het mijne
aandacht getrokken, dat de strafbepalingen
nog al tamelijk streng zijn. Dit zal ook wel
noodig zijn, zal de verordening iets uitwer
ken, maar toch is ’t mij opgevallen, dat,
waar B. en W. de toestemming tot bouwen
moeten geven, wanneer er geschil ontstaat,
de ondernemer van den bouw binnen 30
dagen bij den raad in beroep kan komen en
de raad gehouden is, binnen 30 dagen die
zaak te behandelen. Die termijnen van 30
dagen vind ik wel wat lang en daaruit zullen
vele bezwaren kunnen ontstaan. Groote bouw
werken zooals nu bijvoorbeeld de school,
worden in den breede voorbereid, doch kleine
bouwplannen moeten in den regel spoedig
uitgevoerd zijn en daarom zou ik die ter
mijnen liever bepaald zien op 14 dagen.
De heer v. d. Meer. Het is ook mij ge
bleken, dat de verordening nog al een heel
stuk is en daarbij heb ik gevonden, dat het
niet gemakkelijk valt te raadplegen. Gaarne
zou ik zien, dat er bij het afdrukken een
alphabetische klapper bijgevoegd werd.
De Yoorzitter. Ik kan hierop zeggen, dat
er reeds maatregelen zijn getroffen om er een
alphab. overzicht achter te plaatsen, terwijl
ik den heer Praamsma kan opmerken, dat
in de verordening, welke B. en W. vooral
hebben geraadpleegd, die termijn nog langer
was gesteld. Het zal toch niet aangaan elke
maal vergadering te houden binnen 14 dagen
na het inkomen van zulk een beroep. Het
mag in de practijk soms eenigszins lastig
zijn» wanneer de bouwers aan de voorschriften
der verordening voldoen, wanneer zelfs bij
afwijking een behoorlijk overleg met B. en W.
wordt gepleegd, zal er geen beroep op den
raad noodig zijn, wijl de geschillen heel vaak
reeds in der minne zullen kunnen worden
opgelost.
De heer Praamsma. Ik heb ook de be
zwaren van het noodig worden eener raads
vergadering overwogen, doch in art. 7 5 wordt
gezegd, dat in die verordening met de woorden
z/goed”, //voldoende” en //behoorlijk” bedoeld
wordt, dat het de goedkeuring van B. en W.
wegdraagt. Bij kleine verbouwingen kan dit
toch, vrees ik, tot moeilijkheden aanleiding
geven.
De heer v. d. Meer. Ik had eerst de
zelfde bezwaren, doch heb ze niet zoo zwaar
gesteld, wetende dat 30 dagen is een maxi
mum en er steeds getracht zal worden, de
zaken zoo spoedig mogelijk te behandelen. In
deze verordening is een groote macht toege-
aan B. en W. en de geschillen zullen
zeker ook meest opgelost worden door
en W. alleen bij niet overeenstemming
zal de tusschenkomst van den raad worden
ingewonnen.
De heer Eisma. Ik moet er nog bij voegen,
dat er ook rekening moest gehouden worden
met de wet zelf, en de toestemming van B.
en Wvoor bouwen of verbouwen wordt alleen
geweigerd wanneer niet is voldaan aan de
voorschriften en bij geschil heeft de bouw
ondernemer het recht zich tot den raad te
wenden binnen zekeren termijn, terwijl de
raad toch ook zich moet voorbehouden, die
gerezen kwestiën behoorlijk te kunnen over
wegen. Nu mag het soms al eens lastig
zijn, men bedenke, dat het alleen geldt de
gevallen waarbij niet wordt voldaan aan de
voorschriften.
De Yoorzitter brengt zijn dank voor de
appreciatie welke de raad hierbij verleent
aan dit werk van B. en W. en de Comm.
voor de strafverordeningen, door niet noodig
te achten deze omvangrijke verordening
artikelsgewijze te behandelen.
Ik stel dan nu voor te besluiten, dat hier
een bouwverordening zal worden in ’t leven
geroepen.
Met algemeene stemmen alzoo besloten.
De heer Boersma wil nog gaarne een ver
zoek doen, niet wetende of hij zich tot B.
en W. of in dezen tot den raad behoort te
wenden. Het is n.l. bepaald, dat het Selskip
for Fryske tael- en schriftenkennisse hier
dit jaar hare algemeene vergadering zal
houden en dat dan zeer zeker het hoofd
bestuur en vele leden hier zullen komen.
Dit jaar te Heerenveen werd een tochtje
naar ’t Oranjewoud gedaan, doch op natuur
schoon kunnen wij hier niet bogen, wel
evenwel is hier veel schoons op ’t gebied
van kunst en oudheid. Het bestuur der afd.
heeft mij verzocht, te vragen of dien dag
het schoone stadhuis enkele uren ter be
zichtiging kan gesteld worden.
De Yoorzitter. Bij voorbaat en zeer zeker
zoowel namens B. en W. als namens den raad,
kan ik toestemmend antwoorden. Ten allen
tijde is het ons aangenaam wanneer vreem
delingen een belangstellenden blik willen
werpen op hetgeen wij bezienswaardigs heb
ben. ’t Is mij steeds een genoegen alles te
laten bezien wat hier op ’t gebied van oud
heid of kunst is verzameld en zoo mogelijk
zal ik mij ook dien dag disponibel stellen,
de heeren te ontvangen.
Sluiting der Vergadering.
Mej. Westerbaan,
voor hare benoeming
tot onderwijzeres in de handwerken, en tevens
kennisgeving dat zij 2 Mei in functie is
getreden.
b. Een resolutie van
dende goedkeuring van
aan B. Algera.
Idem, goedkeurende de wijziging der
gemeentebegrooting.
d. Idem, goedkeurende de tijdelijke geld-
leening van f '6000.
e. Missive van Ged. Staten, houdende
bepaling van het tijdstip waarop de geineente-
rekening bij hun college moet zijn ingezonden,
voor onze gemeente 2 September.
Een en ander voor kennisgeving aange
nomen.
Een adres
bachtsschool te
verslag over
de kosten per
waarvan f 65 werd gerestitueerd uit ver
schillende subsidies. Iedere leerling heeft dus
nog f 50 gekost, en daar ook uit Bolsward
5 leerlingen de school bezoeken, verzoekt
het Bestuur een toelage uit de gemeentekas,
wat ook door andere omliggende gemeenten
geschiedt.
g. Een adres van J. Nawijn, tuinman,
en pachter van den stadstuin. Hij wijst er
op, dat door het afgraven van het bolwerk
bij Amicitia die tuin minder beschut is,
zoodat hij daarvan schade heeft. Hij wil
gaarne ook het gedeelte dat thans als greid-
land gebruikt wordt, in bouwgrond ver
anderen en is, wanneer dat toegestaan wordt,
genegen voor 10 jaren per jaar f 25 hoogere
pacht te geven dan thans.
h. Een adres van W. Eekhof, pachter
van de brug te Parrega, verzoekende een
restitutie van f 15 op de pachtsom, aan
gezien de brug wegens reparatie van 16
Dec. tot 27 Januari gesloten was niet
alleen voor de scheepvaart maar ook voor de
rijtuigen er over.
Deze 3 adressen in handen
om advies.
i. Een missive van
zij overleggen het bestek
In Augustus van het jaar 1803 ging een
jong student te Jena, Andreas Sloechowiny
van deze stad naar Weimar. Hongaar en
Slowak van geboorte, had hij niet lang
geleden van zijne geboortestad Presburg eene
toelage bekpmen, die hem in staat stelde te
Jena in de philosophie te studeeren. De
Duitsche taal was hij volkomen meester.
Te Weimar gekomen, belandde hij, na de
vele merkwaardigheden der stad in oogen-
schouw te hebben genomen, eindelijk vermoeid
in een zeer eigenaardige straat, met fraaie
huisjes, die door tuinen waren omgeven. Het
was dien dag ondragelijk warm en hij ver
langde zeer naar drinken. Aandachtig zag
hij rond naar een logement, maar nergens
liet zich een uithangbord zien. Plotseling
Bolswardsclie Courant