Nieuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. No. 56. Verschijnt Donderdags en Zondags. 43ste Jaargang. 1904. Praatjes over dit en dat. XXXIX. DONDERDAG 14 JULI. BINNENLAND. VOOR INGEZONDEN. geen langer staking r ver- Fr. zoover was; trok ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. en die van genoeg. Geheel de uwe, JOCHEM OPMERKER. Bolsward, H Juu 1904, 'i de Zuivelschool, eens wat naderbij Geen van ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Vervol gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Ik heb gehoord, dat zou toestaan bij gelegen heid der opening van de Zuivelschool, maar niet op een zoo maar willekeurig genomen dag.” //Hé! doch laten wij in huis gaan, op straat spreek ik niet graag over de Zuivel school.” en paarden kwamen er nog al maar naar men ons meedeelt gin- 30 kannen met melk verloren, er ook niet zonder averij Mijnheer de Redacteur! Ik ben weer terug van mijn reizen en zwalken. Ik had al lang trek om weer naar Bolsward te komen, doch de berichten, die ik vandaar kreeg, moedigden mij niet aan. Mijn vrouw schreef de vorige week nog z/De gemoederen zijn nog steeds op jou ver bitterd en in menig gezelschap hoort men schimpscheuten op je, zoodat het hier nog geen //treves” voor je is.” Toen ik echter Zaterdagmorgen bij mijn oom te Oldeboorn de Leeuwarder Courant zag en daarin met groote letters las zzEen historisch feest te Bolsward” en toen ik dat artikel doorzag, begon mijn bloed sneller door mijn aderen te bonzen en ik dacht: //Jochem, nu zijn de rapen gaar.” Zoo’n historische herdenking brengt ver broedering tusschen alle partijen en daar mag je niet bij ontbreken. Ik dacht zoo terstond, dat ik wel een goed postuur heb voor een edele of een ridder, Harmen kon mijn oude bediende, Klaas mijn schildknaap zijn, dan waren we practisch werkzaam in ’t belang der gemeente... en ik pakte mijn boeltje samen, nam afscheid van mijn gastheer en trok nog denze]fden dag afPer telegraaf ver wittigde ik mijne huisgenooten van mijne nadering en ’s avonds ben ik gearriveerd. Neef Harmen haalde mij af, doch die zei, zoo gauw hij mij de hand had toegestoken z/’t Is mis hoor, de optocht gaat niet door. Als je daarom, komt, kan je wel weer op- marcheeren.” z/Hoe zoo,” vroeg ik, zzis er nu al zwarigheid om de duiten bijeen te krijgen?” z/Neen, dat zou wel vlotten. Bolsward heeft steeds getoond, wat te willen en te kunnen, doch de Burgemeester heeft zijn toestemming geweigerd.” z/Wat blief?” riep ik verwonderd uit, z/dat jok je toch zeker. Onze goede burger vader, die steeds zulke zaken bevordert, die met ambitie aan dergelijke feestelijkheden meedoet, zou die hier een spaak in ’t wiel steken, dat geloof ik niet, Harmen.” //En toch heeft hij de toestemming geweigerd, nu de commissie het op 7 Sep tember wilde houden. Z.EdAchtb. het wel als B. verschoonbaar geacht, aangeteekend heeft, daar de kinders wel niet zoo mooi, maar toch altijd zuiver in de school komen. Vaak genoeg moet ik ze verschoonen om reden, dat ze ongemak aan hun hebben, dat zij in de school ophalen, dus Meester kan wel begrijpen, dat ’t een mooie blaam voor ons is. Er wordt ook maar wat achter gezet. Maandagmorgen had alhier op de Leeuwarder straatweg een botsing plaats tusschen twee beladen melkwagens. De bestuurders van een uit de stad en een van Oosterwierum komende wagen wil den beiden het eerst aan de fabriek zijn, want, wie eerst komt, wordt eerst geholpen. beiden wou achterblijven, vandaar de botsing, met het gevolg dat een der wagens met paarden en al in de sloot te rechtkwam. Voerman goed af, gen ruim terwijl de wagen is afgekomen. Een schadepost dus voor de eigenaren der melk. Zondag hadden hier weder een 2-tal fietsongel ukken plaats. Op de Oosterkade brak een fiets de voorvork, waardoor de be rijder tegen den grond sloeg en een paar lichte, kwetsuren bekwam, terwijl op de Ged. Pol een leerlinge bij den caféhouder F. door de glazen terechtkwam; ook zij bekwam geen noemenswaardig letsel. Maandagmiddag is alhier is den ouder dom van 91 jaar overleden de heer B. de Jongh, gepensioneerd commies ter Secretarie. De overledene was gerechtigd tot het dragen van het Metalen Kruis 1830-1831, het verguld zilveren Eereteeken der Schut terij en de gouden Eeremedaille met de Zwaarden in de Orde van Oranje Nassau. Zondagmiddag geraakte, toen de trein van Leeuwarden in aantocht was, een 5-jarig knaapje bij de spoorbrug te water. Eerst toen de trein gepasseerd was, nam men het hulpgeschrei van den drenke ling, waarop in een oogwenk een paar man nen te water gingen, die ’t kleine manneke spoedig op ’t droge hadden. Aan school no. 1 doet zich ’t zeld zaam geval voor, dat er voor de laagste klas tot heden evenveel leerlingen zijn in geschreven als voor de hoogere klassen. Workum. Vrijdag j.l. viel de landbouwer S. Heeres, wonende in het Workumerveld, boven uit de z.g. //bindten” van zijne hui- zinge naar beneden en kwam in de schuur terecht. Gelukkig heeft de man tot nog toe geen nadeelen van zijn val ondervonden. Alleen heeft hij eenige dagen het bed moeten houden. Zaterdag j.l. moesten een paar oudere kinderen van den Stations-Chef alhier op hun klein anderhalfjarig zusje passen. Zij speelden samen in het gras vlak bij het station bij de z.g. „Diepe Putten.” Doordat de kleine zich te ver op den kant van de sloot waagde en de oudere kinderen niet op hun plicht pasten, geraakte het te water. De kinderen op den wal aan het schreeuwen om hulp, wat gelukkig werd gehoord-door den jongen D. R., die toevalligerwijze daar in de nabijheid was, die de tegenwoordigheid van geest had, gekleed te water te springen en het kind, dat reeds begon te zinken, te grijpen en met het hoofd boven water te houden. De vader die inmiddels was aan gekomen, nam zijn lieveling aan en hielp het verder mede uit het water, waarna de redder zelf op den wal wist te komen. Lit dankbaarheid voor het redden van zijn kind gaf de vader aan Douwe Robijns een geldelijke belooning. Eere aan den Hinken jongen Gaasterland, 11 Juli. In onze gemeente staat het er op vele boerderijen recht treurig voor; de meeste weilanden toch hebben een dor en doodsch aanzien, als gevolg van de aanhoudende sterke droogte. Er is alzoo groot gebrek aan voedsel voor het vee, zoomede aan drinkwater, daar de meeste landslooten droog zijn. De hooioogst nadert het einde; de opbrengst is beneden het middelmatige, de kwaliteit is naar wensch. De akker en tuingewassen staan zeer goedv z/Hoe dat een en ander is, daar weet ik ’t rechte niet van, doch ’t zal zoo wel gebeuren, om geen langer staking van den dienst te hebben, dan hoogst noodig is.” Verbazend,riep ik uit, zzwat is dat hier veranderd. Wat een ruim veld, wat een flink plantsoenHe, dat kan metter tijd nog wel mooi worden. Als dat boom gewas wat opschieten wil, hoop ik maar, dat onze raad vergeet, dat hij het besluit heeft genomen om dien tuin voor bouwterrein te verkoopen. Wij hebben hier wel behoefte aan wat //groen,” en als daar nu nog wat banken in komen, zooals ik in ’t raadsverslag las, dan kunnen daar gezellige zitjes komen. Ik sta verbaasd want ik heb de raadsverslagen getrouw gevolgd en wist van deze verandering niets.” z/Ik heb ’t je immers toch geschreven, dat ons plantsoen opgeknapt is.” z/Ja, maar ik dacht zoo maar een beetje voor bewijs en dien buitenkant alleen. Deze aanleg zal nog al wat gekost hebben en die tuinkant wasvoor bouwterrein bestemd.” z/Hoe dat in zijn werk is gegaan, weet ik ook niet, maar ik ben toch met deze verandering ingenomen. Wel staat de be planting nog wat kaal, doch dat verandert wel. Er zullen een volgend jaar wel weer wat nieuwe boompjes bij moeten, doch dan gaat het uit den gewonen dienst van onder houd. Dat er nog al wat dood ging, schrijf ik toe aan den laten tijd van dezen aanleg en daarbij dat het weer ook niet gunstig is geweest. Dat herstelt zich later wel. De aan leg is wel losjes en smaakvol, vind ik. Als dat wat aangroeit en de jeugd er haar schen dende hand, waarvan ik reeds sporen zie, af houdt, wordt het hier op den duur wel aardig. Uit de verwoesting door de tentoonstelling aangericht, is dan nu na twee jaren van beproeving, ten slotte iets goeds gekomen. Na lijden komt verblijden!” Neef wilde met mij nu ’t restant van ’t hooge bolwerk langs, om die haar voltooiing nadert, te bezien, doch ik zei hem terstond, dat ik mij daar niet meer met bemoei, en geheel een afwachtende houding aanneem. Het ge bouw, daar twijfel ik niet aan, zal wel goed zijn, dat kan ik hier van ’t bolwerk af wel zien en dat heb ik reeds eerder gezegd, maar dat onze gemeente voor al die onkosten komt te staan, dat blijf ik nog steeds bejam meren. Kom laten wij hier maar bij ’t oude Jodenkerkhof afgaan. z/Hé, kijk, dat zijn die afgekeurde woningen zeker. Kom, ze zijn al gesloten, maar wat zeg ik, gesloten, de jeugd schijnt ze weer te willen openen en is reeds druk bezig geweest ze af te breken. O, daar loopen twee mannen met roode banden om de pet, zijn dat oppassers en misschien parkopzichters z/Die? Neen Jochem, dat zijn twee lieden van den reinigingsdienst. Heb je dat nog niet eerder gezien, die hebben voor tenue een blauwe kiel en een pet, met rood afgezet.” //Al weer iets nieuws in mijn afwezig heid. De regenjassen der politie heb ik dezen winter al gezien, doch de gemeente ambtenaren van den reinigingsdienst ook al in costuum, dat wist ik niet. Dat heb je mij ook niet geschreven. Hebben de stadstimmerlui ook een apart pakje gekregen? z/Neen nog niet, maar die zijn nu aan de beurt, denk ik.” Nu ik weer thuis ben, zal ik wel spoedig weer eens een stukje voor u schrijven. Uit de verte gaat dat zoo goed niet, dat heb ik gemerkt. Al een paar malen had ik wat voor de krant gereed gemaakt en als ik het oom voorlas zei die: Z/Ik vind er niks an,” en daarom verscheurde ik het maar. Nu staat mijn familie hier mij weer terzijde en zal ik u spoedig schrijven over: lo. mijn vriend Gabe Siepel, 2o. zekere advertentie in de Bolswardsche Courant, 3o. de scholenbouw, 4o. de leermiddelen, bij ’t openbaar onderwijs en wat er meer te voorschijn zal worden gebracht. Voor heden reeds Friesche Zuidwesthoek, 11 Juli. Met groote belangstelling zien de beroepsvisschers alhier het vonnis tegemoet door de Recht bank te Heerenveen te wijzen in zake een aangelegenheid, waarbij hun belang in hooge mate betrokken is. ’t Betreft een procesver baal wegens ’t visschen met den sleephengel voorzien van een kikvorsch als aas. Hon derden snoeken en baarzen worden er mee gevangen. De liefhebbers beweren, dat ’t geoorloofd is evengoed als de blinkert of torpille; de visschers en sommige Rijksveld- wachters betwijfelen het. De Rechtbank zal ’t nu uitmaken en hare beslissing interes seert velen. Koudum, 11 Juli. Motoren krijgen we hier ook al, waarom ook niet! In de plaats werd ’n aër-motor opgericht voor graanmaal- derij en met September dat ’s beter nieuws wordt er een motorboot in de vaart gelegd ter vervoer van passagiers, vee en vrachtgoederen, ’t Heeft lang geduurd voor ’t zoover kwam; thans is echter de vereischte toestemming waarop de uitvoering van het plan wachtte, verkregen. We twij felen niet of de onderneming zal in een behoefte voorzien. Hindeloopen, 11 Juli. Naar aanleiding van het alhier opgemerkte ziekteverschijnsel bij weidend rundvee aan den zeedijk meldt de Veldbode, ’n landbouworgaan, dat toch de ziekte vermoedelijk aan gras-roest (puccinia) zal moeten worden toegeschreven: al de ge constateerde verschijnselen wijzen er op. De ziekte is een hersenziekte, die ook elders, met name in Zeeland, is voorgekomen. Gorredijk, 11 Juli. Tot leden der jury voor het in deze maand vanwege den Frie- schen Bond van Harmonie- en Fanfarecorpsen alhier te houden concours, zijn benoemd de heeren Mr. Jac. Kalma te Groningen, K. Visser te Franeker en Jac. F. van Zutphen te Harlingen. Stavoren, 11 Juli. Het zijn de Amster- damsche pleizierj achten en kotters Z/De Sirene,” z/Bestevaer” of hoe ze meer mogen heeten, die tegenwoordig onze haven binnenvallen, ’t zij om daar even te toeven, ’t zij om naar binnen te gaan ter kennismaking met Fries- lands meren, maar overigens is het hier bijzonder slap met de scheepvaart, hetgeen, naar men meent, tendeele moet worden toe geschreven aan den lagen stand van ’t boezem water (beneden zomperpeil,) in verband met ondiepten, welke hier en daar in het vaar water voorkomen. Een en ander zou tengevolge hebben, dat door de schippers aan de vaart over de Lemmer de voorkeur wordt gegeven. Terwijl elders tengevolge van lang durige droogte de slooten uitdrogen en de molens door in malen voorzien in het gebrek aan water, doen in de Stavorensche meer polders de molens af en toe nog dienst om het overtollige polderwater uit te malen. Ook in tijden van groote droogte n.l. wast daar gewoonlijk het water gestadig, wat in verband moet staan met de vele wellen, die blijven doorvloeieu. Ongelukkig is het water vrij algemeen sterk salpeterhoudend, zoodat de groei van het gras er eer door wordt tegengehouden dan bevorderd en men ook hier uitziet naar verfrisschenden regen. Oosterzee, 11 Juli. Witte raven zijn zeld zaamheden, maar men kan ze tegenwoordig zien bij den veehouder T. Veldstra alhier. In een boom op de hoeve zit een zwarte moederkraai met twee witte jongen. Deze vogels zijn bizondermak, men kan ze dagelijks uit en in hun nest zien vliegen. Hepk. Nieuwsbl. v. Sneek, 12 Juli. Een curieus feit deed zich gisteren in school noalhier voor. Bij ’t invullen van de absentielijst komt de rubriek voor: Verschoonbaar geacht verzuim. Een moeder krijgt het rapport van haar kind thuis en leest: zooveel malen verschoon baar geacht verzuim. Dat zal de drommel halenPapier en pen en inkt te voorschijn gehaald en ’t volgende geschreven aan den man, die ’t onderwijzen van haar kind voor zijne rekening heeft. Meester. Ik aou- zoo gaarne willen weten waarom ’t Was een hartelijke verwelkoming, Zater dagavond thuis, ’k Was dan ook langer dan 3 maanden weg geweest en ons praatje met Harmen over den historischen optocht is er toen geheel bij ingeschoten. Heden kwam hij zijn //twaalfuurtje” bij mij halen en toen hebben wij heel wat zaken besproken. Ik deelde mijn wederwaardigheden genoegens van ’t buitenleven mee, en waren nog al interessant, hij hielp mij eenige zaken in de stad op de hoogte, voor dat niet reeds schriftelijk geschied een kleine wandeling door de stad zeer mijn attentie. Wat is ’t een eigen aardig genot, als je na een tijd afwezigheid, zoo voor ’t eerst weer tal van bekenden ziet, als je de veranderingen opmerkt, die er in zoo’n korten tijd ontstaan. De boomen, dezen winter kaal, deden hun best weer groen te worden, voor zoover dit na een radicale besnoeiing hen mogelijk was. Enkele huizen, die je anders niet opmerkt, trekken terstond je aandacht doordat ze vernieuwd zijn of nog in aanbouw. Toen wij langs de Dijlakker bij de St. Janspoort kwamen om het plantsoen te beschouwen, zei ik: uWat stellage hebben we hier bij de brug?” //O ja,” zei Neef zzdat heb ik je nog niet verteld. Hier hangt de motorboot van Wommels in een hulphelling. Er schijnt wat aan de schroef gekomen te zijn en de machine werkte ook niet goed, die boot wordt nu door de firma de Ruiter nagezien.” //Hé, wat vreemd, zoo’n nieuwe boot al dadelijk zoo defect en dan dacht ik ook, dat zoo’n boot daarvoor op een werf of helling moest,11 Bolswardsche Courant

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1904 | | pagina 1