Kieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
Verschijnt Donderdags en Zondags
No. 57.
43ste Jaargang.
1904.
J
1
ZONDAG 17 JULI.
BINNENLAND.
VOOR
"W
afzonderlijke
dienstplichtig
dezen
huis,
S.
getrokken,
aanwezig,
dus
Iets onltrent Jongemahuis en Heremahuis
te Bolsward
en hunne Eigenaars en Bewoners.
Door D. BARTSTRA,
Archivaris der Gemeente Bolsward.
IV.
kon reeds den 12 Mei
betrokken.
hebben bedragen
overleden den 1
zijne vrouw overleed den 4
beider lijkkisten zijn mede
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
I. Jongemahuis.
Zeer stellig hebben Wierd Ages Wiarda
en Mintje Fockens sedert 1748 op Jongemahuis
gewoond voor zoover mij bekend is, hebben
zij drie kinderen gehad 1. Age Wierds
Wiarda, indertijd Secretaris van Baarderadeel
2. Alida Wierds Wiarda, gehuwd te Bolsward
den 2 December 1763 met Harmanus van
der Nagel, Organist te Tiel; en 3. Hans
Willem Wierds Wiarda, Secretaris van
Wonseradeel, gehuwd den 13 Maart 1774
met Dieuwke Yntes Yntema.
Hij was zonder twijfel aldus genoemd naar
Hans Willem baron van Aylva, doorgaans de
Gouden Aylva geheeten, Grietman van Baar
deradeel afgaande op een horoscoop, door
v. d. Kolk voor Hans Willem Wiarda
en in ’t Archief van Bolsward
was hij geboren den 27 April 1728,
en is dus eerst op den ouderdom van 46
jaren getrouwd die horoscoop is dus vervaar
digd vóór 1774, want volgens de raadgevingen
daarin ten opzichte van een aan te gaan
huwelijk, was Wiarda toen nog niet getrouwd.
Dat hij den raad, door den horoscooptrekker
hem gegeven, „om bij de keuze van eene
vrouw niet te zien op geld”, trouw heeft
gevolgd, blijkt uit het feit, dat hij gehuwd
is met zijne meid of huishoudster, Dieuwke
Yntes, den 13 Maart 1774 deze vrouw
beviel reeds den 22 Juni, daaraan volgende
van eene dochter, die den 15 Mei 1775
overleed en in den grafkelder van de familie
Jongema werd bijgezet.
Wierd Ages Wiarda was i
Sept. 1754, en zijne vrouw
Aug. 1777, en
in denzelfden grafkelder geplaatst.
Den 14 Febr. 1776, schonk Dieuwke Yntes
weder ’t leven aan een meisje, dat, evenals
haar zuster, met den naam Mintje werd
gedoopt; deze dochter bleef in leven, en
trouwde den 31 Maart 1801 met Jhr. Daniel
de Blocq van Scheltingazij beviel den 24
Mei 1802 van een zoon, naar haren vader,
Hans Willem geheeten, maar overleed in dat
kraambed, den 18 Juni, daarop volgende.
Nog zij vermeld, dat op den 10 Juli 1778
aan Hans Willem Wiarda een zoon werd
geboren, die bij den doop den naam Wierd
ontving; wat er van hem isgeworden, oleef
mij onbekend.
’t Is mij tot hiertoe niet mogen gelukken,
te vinden, wanneer Hans Willem Wiarda en
zijne vrouw zijn overledenwel weet ik, dat
zij hem verscheidene jaren heeft overleefd.
Uit het Stamboek I, blz. 323, blijkt dat
hij nog een broeder heeft gehad, geheeten
Abel, en dat Daniel de Blocq v. Scheltinga,
na den dood zijner eerste vrouw, is hertrouwd
met hare nicht, Sjoerdje Abels Wiarda, wed.
van Folkert Heringa.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van Bolsward zullen op Zaterdag 23 Juli
1904, ’s middags 12 uur, ten raadhuize
aanbesteden overeenkomstig 476 der A.V.,
het afbreken en uitruimen van
de bestaande sluis „de NijezyT’
met de daarover liggende klapbrug,
en het daarvoor in de plaats maken
van den onderbouw voor een draai
brug met vast gedeelte, met bij
komende werken.
Raming f 14200,Bestek met teeke-
ningen verkrijgbaar tegen betaling van
f 2,..ter Secretarie^JLnlichtinnen
bij wie hij een zoon heeft gehad, Nicolaas
geheeten hij is overleden in 1855.
De heer S. Braunius Oeberius in 1838, als
medeërfgenaam zijns vaders, voor de helft
eigenaar daarvan door scheiding, mij is
onbekend met wien of wie, in 1839,
verkocht, nadat het eigenlijke Jongemahuis
reeds in 1840 was afgebroken, op den 1
November 1854 het westelijk gedeelte van
den grond, waarop het Huis had gestaan
met nog een stuk van den tuin, benevens
eene woning, staande aan den noordkant van
’t voormalige Jongemahuis in de Kerkstraat,
aan de heeren' Voogden van ’t Sint Anthoni
Gasthuis voor de som van 2500 guldens.
Dezen stichten op dien grond vooreerst
eene Naaischool voor meisjes uit den minge
goeden stand; deze school, vei rezen op het
oostelijk gedeelte van den aangekochten tuin,
werd bij daghuur gebouwd door den timmerbaas
Watse van Assen, en
1855 worden ingewijd en
De stichtingskosten
f 1700.72.
Vervolgens
Leeuwarden, 14 Juli. Voor eenige jaren
nam een 17-jarig jongeling uit deze ge
meente als vrijwilliger dienst bij het Instruc
tie bataljon te Kampen, doch werd na ver
loop van eenige maanden om zeker feit
gestraft, waarbij hem tevens het recht werd
ontzegd om gedurende drie jaar bij de ge
wapende macht te dienen.
Bij de loting trok hij een
nummer, waarom een ander voor hem moest
invallen. De jonge man, geheel niet meer
aan militieplichten denkende, kreeg dezer
dagen bericht voor Ged. Staten te verschijnen,
omdat 1 Juli de tijd was verstreken van
bovenvermelde drie jaar, en daar hij gèene
reden tot vrijstelling kan laten gelden, wordt
hij zeer waarschijnlijk nog als soldaat inge-
lijfd.
Voorzeker geen rooskleurig vooruitzicht
voor de jonge vrouw en hare twee kleine
kinderen, die hierdoor hun man en vader
een tijdlang moeten missen.
De kermis is in aantocht en men is
druk bezig met het opbouwen van kramen
en tenten. De groote kermiswagens, door
vier paarden getrokken, rollen over de Prins
Hendriks brug, die verleden jaar nog al
geleden moet hebben onder de zware lasten,
waarom ze thans belegd werd met breede
rails. Deze voorzichtigheidsmaatregel om de
brug te sparen, bracht heden echter een
menschenleven in gevaar. Toen een der
wagens uit de rails schoot en de hellende
straat afroldë, raakte een knecht van den
stoomcroussel Wolfs tusschen den zwaren
disselboom en het ijzeren hek der hoek-
huizinge bekneld, zoodat hij bewusteloos bij
den brugwachter in huis werd gedragen en
de hulp werd ingeroepen van Dr. Meindersma.
De toestand bleek gelukkig bevredigend te zijn.
De scheepvaart was door het moeilijk
transport der zware kermiswagens over de
brug langer dan vier uren gestremd.
Aan het Nieuwe Kanaal wordt het paar
denspel van Corty Althoff opgesteld, waar
het een prachtige standplaats heeft en stellig
veel bezoek zal trekken.
Gaasterland, 13 Juli. De heerlijke zon
nedagen van Juli brengen tal van toeristen
naar de bosschen. Eiken dag worden ze
aangetroffen, niet alleen bij en om de be
kende uitspanningsplaatsen, maar in elk deel
van de gemeente, waar van natuurgenot te
profiteeren valt. Zondag is natuurlijk de
drukke dag: rijtuigen en velo’s voeren de
bezoekers aan, ook van ver, uit Holland
dikwijls. Op de wandelingen wordt het
gemis van rustbanken gevoeld. In de wan-
deloorden elders vindt men ze overal, hier
niet toch zou ’t gemak ook hier zeer
gewaardeerd worden. Op het mos zit het wel
goed, maar de boschzoomen zijn stoffig en
veel insecten maken ’t zitten soms lastig.
Sneek, 13 Juli. Men zij op zijn hoede.
Te Oudega (W.) was gisteren en vandaag
een, Zigeunertroep. Als oudergewoonte hebben
ze weer gestolen als raven. Hedenavond arri
veerde een familie hier.
Onze politie zal vrijzeker wel zorgen, dat
’t fijn gezelschap zoodra mogelijk naar elders
verhuist.
Molkwerum, 14 Juli. Een 3-jarig kindje
van den visscher Z. alhier, werd, buiten
zittende, door een insect gestoken. Eerst
lette men er niet optoen echter het hoofd
van het kindje opzwol en miskleurig werd,
achtte men het noodig de hulp van een ge
neesheer in te roepen. Deze constateerde
gevaarlijke bloedvergiftiging,, maar mocht er,
na herhaalde operatie, in slagen het patientje
te redden. De toestand is thans bevredigend.
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Sneek. Tot leeraar in de Wiskunde
aan het Gymnasium te Leeuwarden op een
jaarwedde van f 2500, is benoemd de heer
dr. J. van der Feen, thans leeraar aan het
Gymmasium alhier.
Hennaarderadeel. Door de Antirevolut.
Kiesv. „Nederland en Oranje” is tot candidaat
gesteld voor de a. s. gemeenteraadsverkiezing
(vacature Struiksma) de heer T. IJ. Vellinga
te Oosterend.
Jellum, 12 Juli. Wegens het heerschen
der mazelen in ons dorp, is de school gedeel
telijk ontvolkt. Gelukkig toont deze epidemi
sche ziekte hier van een goedaardig karakter
te zijn en heeft zij een geregeld verloop,
zoodat medische hulp bijna niet wordt inge
roepen. Alleen kost het onze huismoeders
vrij wat moeite, in deze schoone zomerdagen
de kleinen binnenshuis te houden.
Tzummarum. Op onze kust is komen
aandrijven een flesch, die bij opening bleek
te bevatten een in potlood geschreven briefje
van den volgenden inhoudAls deze flesch
geopend wordt, ben ik niet meer. Verzoeke
s. v. p. mijn lijk thuis te bezorgen. De
eerlijke vinder zal eene goede belooning
ontvangen van mijne weduwe, Rustenbur-
gerstr. De onderteekening en het verdere
adres hebben nogal van het zeewater gele
den en zijn daardoor niet duidelijk te lezen,
’t Kan zijn, dat dit geschrift in verband
staat met een op zee afgespeeld drama. De
mogelijkheid bestaat ook, dat men hier te
doen heeft met een misplaatste grap.
Balk. Beroepen bij de Ned. Herv. Gem.
alhier dr. A. Troelstra van Burgwerd.
EERSTE KAMER.
Het wetsontwerp op het Hooger Onderwijs
is verworpen met 27 tegen 22 stemmen.
De heer Van Welderen Rengers (Friesch
afgevaardigde) had - zegt de N. Rt. Cl.
aan zijne rede eene inkleeding gegeven,
werd door heeren Voogden
van het Gasthuis op den 30 Januari 1855
aanbesteed het bouwen van eene Bewaarschool
voor jonge kinderen ook uit den mingegoeden
standden hoek van Jongemastraat en
Kerkstraat.
Dit werk werd aangenomen door en gegund
aan Tjeerd van der Meer, timmerman en
aannemer te Groningen, onder garantie van
zijne borgen Reinder Jochums van der Meer,
winkelier, en Hermanns Donker, grossier,
beiden wonende te Bolsward, voor de som
van f 6549 met bijwerk, opzicht, verven
enz. enz. klom dit bedrag tot eene som van
f 8706.88
’t Gebouw werd kant en klaar opgeleverd
in de maand Juni 1856, en werd den 8 Juli
plechtig ingewijd en voor het schoone doel
geopend.
’t Nog overige, verreweg grootere gedeelte
van Hof en Tuin, vroeger behoord hebbende
bij Jongemahuis, was door den heer Oeberius
in 1854 aan zich gehouden, zoomede het
aandeel in de collatie, van Hauckama-Leen;
maar daar hij_ reeds den 11 Jan. 1855
overleed, hebben zijné erven in 1875 dien grond
verkocht voor bouwterrein, waarop achtereen
volgend huizen verrezen, en zoo is ontstaan
het fraaie noordelijk gedeelte der Jongema
straat, dat deze straat maakt tot een der
mooiste van onze goede stad Bolsward.
't Geslacht van Juwingha of Jongema heeft
in Bolsward gewoond, genoten en gebloeid,
geheerscht en gestreden, verdrukt en geleden
van 1300 1552 toen het met Tjaard
Jongema in 1552 uitstierf, en ’t bezit'van
Jongemahuis overging in de vrouwelijke lijn,
die daarvan den eigendom behield tot 1748,
toen het Huis gekocht werd door een burger.
Eindelijk is ook dit gevallen, voor den
moker en het houweel in de hand des sloopers.
Sic transit gloria mundi 1 Zoo gaat voorbij
der wereld heerlijkheid
Wordt vervolgd.
waaruit wel kon worden opgemaakt, dat het
pleit beslist was. Bij dit ontwerp zei hij
kon aan de gemoedsbezwaren, waarop men
van de rechterzijde wees, niet worden tegemoet
gekomen, hoe gaarne men dit links ook zou
verlangen, tenzij men daar een belangrijk
deel van zijne innige overtuiging zou willen
prijsgeven. Dit mocht niet.
Een conflict tusschen Kamer en regeering
zou dus bijna onvermijdelijk zijn. Welnu,
brak het uit, dan mocht men daarin niet
zien een uiting van obstructionisme van eene
liberale meerderheid tegen eene regeering,
die niet aan hare zijde stond. Had niet de
Kamer herhaaldelijk getoond, ook deze regee
ring in het welbegrepen belang van het land
te willen steunen Zij zou dat ook verder
willen doen. De regeering had het zelve in
de hand, elk conflikt te voorkomen, zoo zij
maar niet, gelijk nu, een twistappel naar
binnen wierp, waar de Kamermeerderheid
niet in zou kunnen bijten.
Wij willen ons teekent de N. Rt. Cl.
hierbij aan op het oogenblik niet in de
politieke gevolgen van het conflict van heden
verdiepen, noch daarover voorspellingen doen,
noch gissingen wagen. Wij bevelen slechts
de woorden van den heer Rengers der regeering
nog eens tot kalme overweging aan.
In de Woensdag j.l. gehouden zitting
van de Provinciale Staten dezer provincie
werd o. m. behandeld:
Punt 49. Adres van „Schuttevaer” over
de verbinding van Bolsward met de zee. De
rapporteurs konden zich met het voorstel
van Ged. Staten niet geheel vereenigen. De
door de vereeniging bedoelde doortrekking
van het groot scheepsvaarwater van de Hou-
kesloot langs de Sneeker gracht tot IJlst
werd in de winterzitting niet noodzakelijk
geacht. Het is dus onjuist, dat reeds geheel
voldaan is aan een deel der wenschen van
adressanten. Wel is voldaan aan den wensch
der verbinding van Bolsward met de zee.
Met de goedkeuring der reeds uitgevoerde
door adressanten gevraagde uitdie
pingen, vereenigt het rapport zich, maar de
rapporteurs, kennis gekregen hebbende van
het bestaan eener natuurlijke geul in de
Heegermeer, zouden een onderzoek wenschen
of het vaarwater niet daarheen verlegd kan
worden.
Op voorstel der rapporteurs werd zonder
debat besloten:
I. Aan de schippersvereeniging „Schut-
tevaer” te berichten, dat aan haar verlangen
tot verbetering van de verbinding van Bols
ward met de zee werd voldaan en dat bij
de uit te voeren uitdiepingen van vaarten
en kanalen, in onderhoud en beheer bij de
provincie, in dit jaar op haar verder verzoek
is gelet;
II. goed te keuren dat de uitdiepingen
van het vaarwater van de IJmedam tot in
de Morra en van de geul door het Heeger
meer nabij Heeg zijn opgenomen in het be
stek van de dit jaar uit te voeren bagger-
werken, en
III. Ged. Staten uit te noodigen, een
onderzoek te doen instellen naar het bestaan
en de bruikbaarheid van een natuurlijke
vaargeul aan den ingang van het Heeger
meer nabij Heeg.
Dinsdag werd door den 22-jarigen J.
S. te Dordrecht woonachtig, bij de politie
aangifte gedaan, dat hem op zijn terugreis
van Harderwijk, waar hij vrijwillig had dienst
genomen voor het koloniale leger, zijne
porteinonnaie, inhoudende ongeveer f 43
van zijn handgeld, benevens zijn verlofpas
en een spoor wegkaartje, was ontrold, hetgeen
nogal gemakkelijk schijnt te zijn geweest,
daar hij eenigszins onder den invloed van
sterken drank verkeerde. Hij wist zich echter
te herinneren dat de portemonnai te Utrecht
nog in zijn bezit was en bij vertrek van
daar in slaap te zijn gevallen, om bij zijn
ontwaken te Harmelen tot de ontdekking
te komen dat zijn geld verdwenen was.
Blijkbaar heeft hij zich dat toen echter niet
zwaar aangetrokken, want hij legde zich
opnieuw ter ruste en sliep- weldra zoo vast
in, dat hij naar Rotterdam zou zijn door
gereisd, wanneer men hem niet tijdig gewekt
had. De politie heeft natuurlijk een onder
zoek ingesteld, maar of dat eenige vrucht
kan opleveren mag zeker worden betwijfeld.
D. Q,
Na den dood van Mintje Fockens, wed.
Wierd Ages Wiarda, schijnt Jongemahuis
door scheiding in bezit te zijn gekomen van
Alida Wiarda, wed. van der Nagel, die den
21 Jan. 1782 overleed en in den grafkelder
werd bijgezet.
De eigendom van Jongemahuis ging nu
over op hare eenige dochter, Wierdina Reinira
van der Nagel, die den 1 Nov. 1786 trouwde
met Mr. Paulus Marius Beuckens Braunius,
Secretaris van Tietjerksteradeel, en
verkochten Jongemahuis met nog een
ernaast staande in de Kerkstraat, aan Ilarmanus
Branius Oeberius, toen Ontfanger der Gemeen
temiddelen, later Secretaris der stad Bolsward,
en Sjoerdje Osinga, echtelieden, voor de som
van 8000 gulden, den 26 Oct. 1803.
Deze echtelieden woonden sedert op Jonge
mahuis, waar hun den 4 Feb. 1807 werd
geboren een zoon, dien bij den doop op den
26 Febr. de naam Sjoerd werd gegeven.
Hermanns Braunius Oeberius overleed den
2 Oct. 1838, zijne vrouw was reeds lang te
voren gestorven, en hun eenigste zoon, Sjoerd
Braunius Oeberius, volgde terstond zijn vader
op als Secretaris der stad Bolsward.
Hij was gehuwd of huwde later met Anna,
dochter van den Notaris Nicolaas Meijer^
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Vervol
gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
rardsche Courant
r
•i
i
I