Nieuws- en Advertentieblad Bols ward en Wonseradeel. ii i 1905. No. 43. 44ste Jaargang. Verschijnt Donderdags en Zondags. ZONDAG 28 MEI. Bootle’s zaken. VOOR Afzonderlijke bevel u even een was zei heilig boontje ’t nog donker. dat gedacht zou hoeft gedaan, wat hij zijn plicht achtte, af, meende beetje in de op onaangeroerd en het venster bed te gaan en eenvoudige ge- dronk niet. Zijn beneden aan i er was ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Vervol gens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. en wij moeten dat welgemoed en had gauw de deür ra ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. De detective zag de verbouwereerde hospita aan. Geen woord over dit alles, juffrouw, aan niemand. Deze onschuldige man gaat nu met mij naar beneden. Als ge niet in groote moeilijkheden wilt komen, laat dan niemand in huis vernemen, wat er gebeurd is. Buiten wachtten twee agenten, en dit droeg bij om de onderwerping van den braven man inderdaad voorbeeldig te maken. De agenten keerden terug in burgerklee- ding, en wachtten in Bootle’s kamer, of de heeren Popham en Greenfinch ook kwamen opdagen. Inderdaad verschenen beiden in den loop van den dag, en beiden werden heel netjes ingerekend. Den volgenden dag moest juffrouw Skewers voor den rechter komen om getuigenis af te leggen. Bootle was waardiger dan ooit; hij wilde niets zeggen. Ik behoud mij mijn verdediging voor, zei hij kalmpjes. Met kinderlijk onschuldigen blik zag hij Popham en Greenfinch aan, waarna hij be leefd boog voor zijn oude hospita. Wij moeten onderwerping toonen, j uf- frouw, dat is de hoofdzaak. De drie firmanten werden dadelijk naar de cel gebracht. Bij de behandeling hunner zaak droeg Bootle zijn verdediging voor op een manier, die de oprechte bewondering wekte van de talrijke onder het publiek aan wezige zaakwaarnemers. De rechter zei: U is zoo handig, dat ge u gemakkelijk de weelde hadt kunnen veroorloven, eerlijk te zijn. Hij werd veroordeeld tot zeven jaren tucht huisstraf, wegens roof met geweldpleging. Dat was het einde van Bootle’s zaken. Meneer Bootle ging nooit uit. Waarom? Dat wist geen mensch, zelfs juffrouw Ske wers, zijn hospita, niet. Er kwamen brieven, geadresseerd aan „Popham” en soms „Green finch, adres den heer Bootle”, een enkelen keer ook „Popham”, adres den heer Green finch. De juffrouw vond dit wel gek, maar zij was niet gewoon, zich veel te bekommeren om het doen en laten van de heeren als dezen geregeld betaalden. Ze had de instructie, wanneer er iemand kwam vragen naar Popham of Greenfinch, te antwoorden, dat ze nooit van die gekke menschen had gehoord. Dat deed ze dan ook trouw en smeet gewoonlijk den vrager de deur voor den neus dicht. Bootle placht vroeg naar had in het algemeen zeer woonten. Hij rookte niet en lectuur bestond uit romans, meest Fransche en het Londensche adresboek, wat gek genoeg was, daar hij nooit ergens heenging. Hij kwam laat beneden om te ontbijten, maar als hij ’s avonds naar boven was, hoorde men hem nooit bellen of om iets vragen. Hij zag er ’s.morgens dikwijls ver moeid uit, alsof hij slecht geslapen had. Bootle’s gezondheid was namelijk zwak; daarom deed hij ’s middags dikwijls een dutje op de sofa. Zijn zitkamer was beneden aan de straat, en als de brievenbesteller er was geweest, haalde hij zelf meestal de brieven uit de bus. Ook deed hij gewoonlijk zelf open, als een enkele maal een heer kwam om hem te spreken. Die heeren, dacht juffrouw Skewers, brach ten zeker ook zijne brieven naar de post of deden boodschappen voor hem; want zij behoefde nooit iets van dien aard voor hem te doen. Op een Zondagmorgen bij het ontbijt zei Bootle,-die uit een stichtelijk boek zat te lezen Juffrouw, ik zal misschien morgen ochtend wat laat beneden komen. U heeft zeker al gemerkt, dat ik een beetje hink? Ik heb namelijk wat last van jicht. Gunst, meneer, dat is jammer! de hospita met ambtshalve sympathie. Ach ja, wij arme menschen moeten in ons leven heel wat doorstaan. Ik heb anders tot nog-toe geen klagen gehad. Dat kan ik van mij niet zeggen. Maar ik ben ook niet altijd een geweest, al zeg ik het zelf. Och, wij zijn geen van allen heilige boontjes, juffrouw. Maar het leven is een beproeving. Onderwerping is de hoofdzaak, juffrouw. Zegt u dat wel! Elk moet zijn pakje dragen. Zeker; doen, nietwaar? Nu ja, dat hangt er van de juffrouw, die altijd een positie was tegen haar lot. De brave Bootle vermaande zijn hospitia tot tevredenheid, en ze kreeg waarlijk respect voor hem. Dus juffrouw, besloot hij, laten zeggen: morgen om Heel best. En worden? O, neen! Bootle knikte genadig en juffrouw Skewer ging heen, niet al te gerust. Haar commen saal begon zoo raar te redeneeren in den laatsten tijd. Ze geloofde grif, dat hij iets onder de leden had. Ze sloot dien avond vroeg, en Bootle ging ook vroeg naar bóven. Hij deed de deur van zijn slaapkamer op slot zooals gewoonlijk. Men kon het door ’t geheele huis hooren, daar ’t slot oud en roestig was. Men wist dan precies, wanneer Bootle te bed ging. Tegen elven werd er nog gebeld. Juffrouw Skewers ging opendoen, dat wil zeggen op een kier, terwijl de ketting van de deur nog gesloten bleef. Buiten stond een man in een lange grijze jas. Hij legde den vinger op de lippen en fluisterde Politie... wees maar niet bang. Ik moet u even spreken. O hemeltje! Wat is er? U kan ons misschien helpen. Woont &ier een meneer Greenfinch? BINNENLAND. Leeuwarden, 25 Mei. In de terechtzitting van a.s. Woensdag zal zich hebben te verant woorden, A. Z. van Wommels, die op 27 Januari j. 1. aan den inspecteur van politie te Franeker aangifte heeft gedaan, dat te zijnen nadeele was gestolen of verduisterd een koffer tje, inhoudende een pak kleeren, een aantal gouden tientjes en ongeveer f 7 aan zilver geld, welk koffertje hij bij zijn vertrek ten huize van Geertje Post te Franeker had la ten staan. Hem wordt ten laste gelegd, dat hij die aangifte heeft gedaan, terwijl hij wist, dat noch diefstal, noch verduistering te zijnen nadeele was gepleegd. Franekeradeel, 24 Mei. In den nacht van Maandag op Dinsdag zijn in deze omgeving geheele aardappelvelden bevroren. De ver bouwers, die wat laat met poten zijn geweest, zijn de ramp ontkomen. Vele laatsten zullen nu de eersten zijn. Verrassend was ’s morgens het aanzicht van een aardappelveld in de nabijheid van eene boerenhoeve. Een deel van de vrucht stond nog groen tusschen de zwarte broe deren, het had dus geen letsel van de vorst bekomen. En wat nog opmerkelijker was, dat onbevroren deel had juist in omtrek den vorm der boerenwoning, zelfs.de schoor steen was afgeteekend als eene schaduw. „’t Giet by streken'', zegt de Friesche boer. En hij heeft gelijk. Wij zagen op sommige akkers bijvoorbeeld, dat de uiterste planten van den hollen voren groen stonden, terwijl die op de kruin waren zwart gevroren. Nbl. v. Friesland. STADSNIEUWS. Het bezoek bij de „Hollandia” te Bolsward door het Engelsche Landbouw- Reportergezelschap ter bezichtiging van onderscheidene zuivel-inrichtingen van Friesland. Bij aankomst van het gezelschap per extra tram vanaf Sneek, wordt dit door de Directie van de fabriek ontvangen, speelt tegelijk ’t muziekgezelschap uit het Hollahdiapersoneel het Engelsche en Hollandsche volkslied. Het gézelschap wordt daarna geleid naar een der eetzalen van het personeel en door de Directie welkom geheeten in Bolsward; bij welke gelegenheid een der directeuren hun in het Engelsch als volgt toespreekt: M.M. „Voordat wij aan onze ronde door door de fabriekslocalen beginnen, hoop ik U mij een paar oogenblikken wilt schenken; in de eerste plaats om U een hartelijk welkom toe te roepen in Bolsward en in de tweede plaats om de Friesche Maatschappij van i we elf uur ontbijten u wil zeker niet gestoord van lid van Popham verzon formatie uit, kochten de dienstboden maakten de buit te gelde eigenlijke werk was een vaste hand, een oog als een valk en een gehoor als een roodhuid. Hij was doorkneed in allerlei listen, en tot dusver had hij altijd een gaatje gevonden om te ontsnappen, als hij door de politie in de engte gedreven werd. Hij bleef nooit lang in een woning en had voor de zekerheid altijd eenige (nage maakte) getuigschriften van aanzienlijke per sonen bij zich. Niemand kreeg hem ooit te zien, terwijl zijn beide handlangers in honderd rollen en vermommingen nu hier, en dan daar waren. J uffrouw Skewers had heel wat ondervonden, maar dien avond was zij er stil van. De detective posteerde zich in Bootle’s slaapkamer, gereed achter het kamerschut te verdwijnen, zoodra hij voetstappen hoorde op het plat. Te vijf uur in den morgen was Om half zes werd er een sluipend, schuivend geluid vernomen, en een oogenblik later stapte Bootle door het raam zijn slaapver trek in. Snel als de bliksem sprong de deteclive naar hem toe, wierp hem op den grond en toonde een revolver. Ik schiet als je een beweging maakt. In naam der wet neem ik je gevangen. U is al te ijverig, meneer, zei Bootle heel zacht, als iemand wiens geest afwezig was. Ik ben een onschuldig man; ik wandel in mijn slaap. Dat geeft niet, zei de man der wet en haalde de handboeien voor den dag, welke hij vlug om de onschuldige polsen bevestigde. Juffrouw Skewers, die al dien tijd op de trap had gezeten, kwam nu, aangelokt door het gedruisch, eens kijken, wat er te doen was. Lieve hemel! wie hebben 1 riep zij uit. Wij moeten onderworpen zijn aan het lot, juffrouw; onderwerping is de hoofdzaak. Het is een vergissing, maar deze goede man Landbouw' dank te zeggen voor de gelegen heid die zij ons gegeven heeft, U hier in onze fabriek te ontvangen. Het zal ons aangenaam zijn U een kijkje te geven over het groote geheel en wij zullen pogen U de volledigste verklaringen te geven, zoodat gij hier zult weggaan met indrukken, die U in staat zullen stellen aan het Britsche publiek de meest volledige inlichtingen te geven over reinheid, zuiverheid en herkomst van drie belangrijke artikelen van hun dagelijksch voedselgecondenseerde melk, boter en kaas. Onze Maatschappij was de eerste in ons land, die een fabriek voor gecondenseerde melk oprichtte en wel in 1881 te Vlaar- dingen, in de provincie Zuid-Holland; als stichters van die industrie in Nederland zijn wij in het bijzonder trotsch op het goede onthaal van dit artikel in de Engelsche markt en zijn niet minder verlangend dat eens te kunnen zeggen van de Hollandsche boter en kaas. Het is de hartelijke wensch van alle eerlijke fabrikanten een goed artikel te leveren en het als zoodanig erkend en geapprecieerd te zien. Wij vertrtrouwen dat met de hulp van onze regeering, die ons sinds verleden jaar bijstaat met hare orticieele controle, wij op den rechten weg zijn en hopen zeer, dat uw7 bezoek aan ons land er toe zal bijdragen om aan de zijde van het Britsche publiek de gewenschte appreciatie te zien voor ons streven om zuivere waar te leveren niet alleen, maar de zekerheid daarvan te geven. En nu, mijne heeren, verzoek ik den Voorzitter van de Maatschappij van Landbouw met zeven Engelsche heeren onzen heer Directeur te volgen en de overige heeren om mee te willen gaan met onzen Adj.-Dir. en heer Administrateur.” Achtereenvolgens werden bezocht de na volgende afdeelingen: lo. De afdeeling alwaar de melk wordt ontvangen en de monsters voor het onder zoek genomen; het lokaal waar de melk, welke voor de botermakerij is bestemd, langs machinalen weg wordt ontroomd, die room verder behandeld; gekarnd, de boter bewerkt, verpakt in vaten, kisten en rollen voor de verzending gereed gemaakt. 2o. Het verdampen van de melk. In deze afdeeling wordt de melk gepasteuriseerd, be reid en gereed gemaakt voor het indampen, afgekoeld en in bussen gebracht; die bussen gesloten, geëtiquetteerd en ingepakt en zoo noodig in het magazijn overgebracht. De versche melk welke bij het begin van het bezoek in ontvangst werd genomen, was als het ware reeds ingepakt in bussen en kisten toen het bezoek was afgeloopen. 3o. Eene zeer interessante afdeeling maakt de modern ingerichte kaasmakerij uit en werd aldaar achtereenvolgend bezichtigdhet koel- lokaal voor de versche melk, de kaasmakerij, de pekelkamer, het magazijn voor kaasrijping en het groote magazijn, terwijl daarna tevens de groote ijshuizen met koude werkkamers en bergplaatsen voor de verpakte boter werden bezichtigd. 4o. Hel bezoek strekte zich verder uit over de navolgendeonderafdeelingen. Machine kamers (welke met recht eene tentoonstelling- afdeeling mogen worden genoemd), ketelhuis; feparatie-werkplaats en de groote pakhuizen waar de wintervoorraden worden opgelegd. 5o. De timmerwerkplaats is een ruim lokaal voor de onderscheidene bewerkingen voor het vervaardigen van boterkisten, tonnen en kisten voor melkemballage plaats hebben. 6o. Als bijzonder merkwaardige werk plaats mag worden genoemd de groote blik- fabriek waar de bussen ten getale van onge veer 50 duizend per dag worden gemaakt. Hier ziet men de kisten blik binnen komen en nadat ze zijn gereinigd in 10 bewerkingen tot bussen fabriceeren. De Directie geeft eenige aanwijzingen, be treffende de gunstige ligging van de fabriek met hoofdweg en Makkumervaart voor de fabriek en tramverbinding direct in de fabriek, zoodat de transportgelegenheid voorzeker op de meest gunstige wijze is verzekerd. Na dit bezoek gaat het gezelschap ten slotte nog even naar het schaftlokaal, om een afscheidslied (Engelsche Volkslied en Wilhelmus) te hooren van „Hollandia’s Mannenkoor*, waarna de heer Frean van de Times dankzegt en de bezoekers uitnoodigt met een Hurrah afscheid te nemen. Van de fabriek wapperde de Engelsche naast de Hollandsche vlag. (Ze'had den ketting nu losgemaakt, en de detective stond in de gang.) Dien ken ik niet. O, dan is ’t Popham Ook niet. De politieman keek haar strak aan en zei Bootle De juffrouw schrikte. Dat dacht ik wel. Hier heb ik een om huiszoeking te doen. Ik moet even de zitkamer van meneer Bootle zien. Juffrouw Skewers durfde niet tegenstrib belen. ’t Is zoo’n net mensch, zei ze. Hij gaat nooit uit en betaalt geregeld. Hé, een brandkast. Is die van u Neen, van hem. Wat moet ons soort menschen met zoo’n brandkast! Hij slaapt zeker boven? Wil gaan kloppen? Zij klopte en klopte nog eens, maar niets scheen Bootle te kunnen wekken. De politieman haalde toen een paar inbrekersinstrumenten, zooals juffrouw Skewers ’t bij haar 'zelve noemde, uit zijn zak geopend. ’t Was donker in de kamer. Hij stak waslucifer af. Bootle’s bed was leeg en Bootle was nergens te zien, stond wijd open. De uiterst verbaasde juffrouw volgde den heer van de politie op zijn verkenningstocht, ’t Venster kwam uit op een plat. Langs dat plat kon men gemakkelijk kruipen tot aan den muur van een aangrenzend huis, een werkplaats met verscheidene verdiepingen, waar een ijzeren buitenladder was aangebracht om in geval van brand de werklieden in veiligheid te brengen. Van het plat kon men zonder veel moeite op de ladder komen en en langs deze neerdalen op een plaatsje, dat door een poort uitkwam op een andere straat. Langs die ladder ging en kwam de brave Bootle in ’t holle van den nacht. Dit onderzoek had voor goed het alibi waarop hij steunde, onmogelijk gemaakt. De heer Bootle was namelijk een inbreker beroep, die bij nacht werkte. Hij was een firma, waartoe ook de heeren en Greenfing behoordenBootle alles, de andere twee gingen op in- om, enz. Maar bij ’t Bootle de zielhij had Bolswardsche Courant

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1905 | | pagina 1