lïieuws- en Advertentieblad Bols ward en Wonseradeel. H1I TH1H 1905. No. 89. 44ste Jaargang. Verschijnt Donderdags en Zondags. ZONDAG 5 NOVEMBER. De toestand in Rusland. VOOR Afzonderlijke a de heidevlakten vloog een oude, ’t vrede heerschte hier veeren glad ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. er ongeveer uit zooals in eenzaam en stil. de grond droger was, enkele bosjes riet. maar hier midden in het voelde hij zich zoo een eenzame, zwarte vogel verregend. het goede, zwarte, losse en vol poelen grauwe, er een knoestig Een der voornaamste steunpilaren der autocratie heeft ontslag genomen uit zijn hooge betrekking n.l. Podjedonosef; de opper- procurator der Heilige Synode. Deze, een fel was zoo algemeen over zijn ontslag nog het manilest van den Vlug en zeker vloog hij door de zware regenluchthet witte schuim van de branding aan de kust was reeds flauw te zien. Op eens bemerkte hij eene groote zwarte vlakte, die zich onder hem uitstrekte. Het was een veen. Huisjes stonden op de hoogten eromheen, maar. meer spoor meer met menschen te de oude heer en jonge zijn part lang naar dat deden ze, daar was ver weg vloog naar het westen. Maar totdat ze volwassen menschen geworden waren, ja zelfs tot hun stervensuur, hielden ze de overtuiging, dat de Booze hun buiten op het Zwarte Moeras verschenen was, in de gedaante van eenen heel groote vogel met oogen van vuur. En toch was het maar een oude raaf, die naar het westen vloog om een varkensoor op te graven dat hij zoolang verborgen had. N. Arnh. Cl. der eigendommen en eindelijk nog ontslag van Witte verzekerde aan dat amnestie en opheffing van den staat van beleg werden voorbereid, waardoor Trepof’s diensten overbodig zouden worden. Aan de journalisten verklaarde hij dat de troepen in de kazerns zullen worden gehouden en men de kozakken in hunne razernij zou tegengaan; de instelling eener nationale militie acht hij onmogelijk, want ’t is nu juist zoo zeker niet, dat deze tegen de regee- ring zou worden gebruikt. Later werd aan de deputatie van den „Bond der Bonden” nog gezegd met betrekking tot de amnestie, door graaf Wittedat de wenschelijkheid van amnestie erkend werd, doch dat de be- alissing in dezen niet in zijn handen was. op de lage vlakte die zeker wat dan eene mijl lang/ was werd geen van menschen gevondenslechts een paar turfmijten aan den kant, zwarte heuveltjes en daartusschen blinkende waterplassen. Bonjour madame 1 riep de oude raaf en begon groote kringen te beschrijven boven het moeras. Het zag er zoo behagelijk uit, dat hij langzaam en voorzichtig neerdaalde en op eenen boomwortel midden in het veen ging zitten. Hier zag het den ouden tijd Hier en daar, waar groeide lage heide en De brandnetels waren uitgebloeid op de stijve stengels hing nog een soort pluimpje zwart en Overigens was grond vochtig dooreen gekronkelde boomwortels staken uit, in elkaar gevlochten als De oude raaf begreep heel goed, wat Hier hadden eens boomen gestaan, zijn tijd. net. hij zag. zelfs voor Het bosch was verdwenen, takken, bladeren alles was wegslechts de wortels waren er van over, diep onder de zachte veenmassa bedolven. Maar verder zouden de veranderingen wel niet gaan en ook de menschen zouden het in ieder geval wel laten liggen zooals het lag. De oude vogel richtte zich op. De huizen waren zoo ver weg onbegaanbare moeras veilig thuis. Iets van den ouden hij streek de glanzend zwarte en zei eenige keeren Bonjour madame Daar kwamen van de dichtstbijzijnde hoeve een paar mannen aan met paard en kar twee kleine jongens liepen er achter. Ze reden in eene bocht om de heuvels en toen recht over het moeras. Ze zullen wel dadelijk stilstaan, dacht de raaf. Maar ze kwamen steeds dichterbijde oude vogel draaide on rustig zijnen kop om het was verwonderlijk hoe ver ze zich waagden. Eindelijk stonden ze stil en de mannen namen spaden en bijlen ter hand. De raaf kon zien, dat ze met eenen zwaren boom wortel aan den gang waren, dien ze er uit wilden hebben. Daar zullen ze wel gauw moe van worden, dacht de raaf. Maar ze werden niet moeze hakten met de bijlen die waren ’t scherpst, dat zag hij wel ze groeven en kloofden en kregen ten slotte werkelijk den zwaren tronk op zij, zoodat heel het sterke wortelnet rechtop in de lucht stond. De kleine jongens waren ’t moe langer kanalen in het moeras te graven. Zie die groote kraai eens daar ginds 1 zeide de een. Ze voorzagen zich van steenen en met de handen vol, gingen ze achter de heuvels op de loer liggen. De raaf zag ze heel goed. Maar hij had iets gezien, wat veel erger was. Hier buiten in het moeras was ook geen vrede voor hem. Nu had hij toch gezien, dat zelfs de grauwe boomwortels, die ouder waren dan de oudste raaf en die zoo vast in ’t diepe moeras ingevlochten zaten, zich voor de scherpe bijlen gewonnen moesten geven. En toen de jongens juist zoo dichtbij gekomen waren, dat zij wilden gaan gooien, verhief hij zich op zijne sterke vleugels en vloog weg. Maar terwijl hij hoog in de lucht zweefde en op de ijverig werkende mannen neer zag en op die domme jongens, die hem daar stonden aan te gapen met eene steen in iedere hand, werd de oude eerwaardige vogel boos. Hij schoot als een arend op de jongens neer en terwijl zijne groote vleugels hen om de ooren fladderden, krijschte hij met eene afgrijselijke stem De duivel zal je halen 1 De jongens gaven een schreeuw en vielen van schrik op den grond. Toen ze een uur later het waagden om op te wen, was het weer stil en rustig; ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. tegenstander van Witte, gehaat, dat de vreugde i grooter is dan over Czaar. Waar men het manifest ontvangt is de menigte steeds in den beginne geestdriftig gestemd, doch dra koelt deze weer en begint het liedje van voren af aan. Bijna nog hef tiger dan voor de afkondiging van het manifest treden politie en kozakken thans tegen de menigte op. Bovendien hebben deze laatste nog iets uitgedacht om de attentie van het belangrijke onderwerp af te leiden. De correspondent van de Manchester Gu ardian schrijft o.a. ook het volgende aan zijn blad: „Tusschen dit schuim en de meer ont wikkelde jongelieden hebben gevechten plaats gehad, en in afgelegen straten maken de boeven vriendelijke praatjes met de politie. Een oproer van het plebs is juist wat de voorstanders van het oude regeeringstelsel zouden wenschen, en was te verwachten. Dergelijke feiten kunnen enkel stuiptrekkingen zijn van het stervende régime óf ze kunnen beteekenen dat de autocratie alleen van tac tiek veranderd is, en volstrekt geen zelf moord heeft begaan. We zullen het binnen kort weten”. Dit schuim 1 Voorwaar is het treurig ge steld in verschillende plaatsen. ]n St. Peters burg wapent men het gepeupel om dienst te doen als een verlengstuk der politiemacht om op te treden tegen het intellectueele deel van het Russische volk, de „rooden”. Op pleinen en in straten hebben gevechten plaats en in sloppen en stegen staan die „witten” met politie te beraadslagen. Treuriger nog is het in het Zuiden des lands gesteld. Alles wordt uitgedacht om de strijd in een ander spoor te brengen. In Odessa, Kief, Cherson, Nowgorod, Rostov a./d. Don en vele andere plaatsen hebben weer jodenvervolgingen plaats in den ergsten graad. Men beschuldigt ze van het aan den gang brengen en leiden der revolutionaire beweging, dat ze zich vijandig toonen tegen hun vaderland, enz. enz. Men beschuldigt ze! Wie is die men, die naast den strijd voor vrijheid en recht er nog aan denkt om zijne medeburgers te ver volgen? Welke liberaal en socialist had den tijd om zich te keeren tegen hunne mede strijders? Niemand was er die er aan dacht. De strijd is niet begonnen door hen die in blinde hartstocht op hun medemenschen af stormen, omdat ze Joden zijn. Het manifest nam de burgerij te veel in beslag en dat deed strijd ontstaan tusschen ontevredenen en tevredenen. Maar, de politie weet wel, dat er in Rusland en vooral in het zuiden een ingek ankerden haat tegen de Joden is en wanneer men die kon opwekken, dan zou de strijd wel eenigszins gebroken zijn en zij gemakkelijker spel krijgen. Bovendien kan men misschien hiermee nog eens tegenstanders winnen van het manifest, dat vrijheid van geweten, woord, vergadering en vereeniging toestaat. Vermomde politieagenten stookten te Odessa het gepeupel op tegen de Joden. Men trok daarna naar de winkels en magazijnen van dezen om ze te plunderen. Gemeenschappelijk boden ze tegenstand, waarop kozakken aan renden, die op hen vuurden en velen doodden. Hevige straatgevechten volgden wat een vree- selijke paniek onder de geheele bevolking teweeg bracht. En thans komen uit alle plaatsen berichten, dat de Joden vervolgingen in vollen gang zijn en wiukels en magazijnen worden vernield en in brand gestoken. Te Wiasma o.a. is het geheele Jodenkwartier verwoest. En aan wien geeft men hiervan de schuld, wie heeten de aanleggers van de troebelen Natuurlijk, de revolutionairen, die zoo onte vreden zijn en zoo weinig vertrouwen heb ben in de regeering, terwijl juist de getrouwe onderdanen, politie en kozakken, van alles de schuld hebben door vreedzame volks menigten aan te vallen en door de bevolking tegen elkaar op te stoken. Hoe kan men vertrouwen hebben in een regeering, die steeds dat vertrouwen geschonden heeft en wier ondergeschikten op een dergelijke lage manier handelen? Hoog over wijze raaf. Hij moest vele mijlen ver naar ’t westen, heelemaal naar den zeekant, om een varkensoor op te graven, dat hij daar in een tijd van overvloed verborgen had. Nu was het laat in den herfst en voedsel schaarsch. Wanneer je één raaf ziet zegt Vader Brehm behoef je maar om te kijken om den tweede te zien verschijnen. Maar men kon lang omkijken, toen deze oude, wijze raaf kwam aanvliegenhij was en bleef alleen. Zwijgend en zonder zich ergens om te bekommeren vloog hij met zijne sterke, gitzwarte vleugels door de dikke regenlucht naar ’t westen. En terwijl hij kalm en bedachtzaam zoo voortvloog, keken zijne scherpe oogen naar het landschap beneden hem en de vogel ergerde zich. Jaar op jaar zag hij meer groene en gele vlekken en ze werden steeds grooterstuk voor stuk werd van de heidevelden in beslag genomen en er stonden kleine huisjes met roode daken en lage schoorsteenen, waaruit de rook opkrinkeldemenschenwerk en menschen overal. Hij kon zich uit zijne jeugd herinneren het zou nu een paar winters geleden zijn dat het hier juist eene goede woonplaats was voor een degelijke ravenfamilie. Lange, onafzienbare heide vlakten, jonge haasjes en vogeltjes in over vloed, eiderganzen met groote, heerlijke eieren en zooveel van allerlei heerlijkheden, als men maar wenschen kon. Nu stond hier huis aan huis tusschen gele akkers en groene beemden en er was zoo weinig voedsel te vinden, dat een oude, eerwaardige raaf mijlen ver moest vliegen voor een armzalig varkensoor. Die menschen die menschende oude vogel kende ze, hoor Hij was opgegroeid onder de menschen en nog wel onder de aanzienlijksten. Op het groote landgoed dicht bij de stad had hij zijne jeugd gesleten. Maar iederen keer, dat hij nu het land goed voorbij moest, vloog hij er zoo hoog mogelijk overheen om niet herkend te worden. Want als bij eene dame beneden in den tuin zag, meende hij, dat het de jongejuffrouw was, gepoederd en met eenen strik in het haar en dan bleek het bare moeder te zijn met sneeuwwitte krulletjes en een weduw- kapje op. Of hij het goed had gehad bij die deftige menschen Och, wat zal je daarvan zeggen. Eten in overloed en er viel veel te leeren, maar het was toch altijd gevangenschap de eerste jaren gekortwiekt en later op parole d’honneurs zooals de oude heer het gewoonlijk noemde. En dat eerewoord had hij gebroken, ’t Gebeurde in het voorjaar, toen er eene glanzend zwarte juffrouw raaf over den tuin vloog. Een tijd daarna misschien wel een paar winters later kwam hij op het buiten terug. Maar eenige vreemde jongens wierpen hem met steen en de oude heer en de jonge juffrouw waren niet thuis. Zij zullen in de stad zijn, dacht de raaf en kwam een tijd later terug. Maar dezelfde ontvangst viel hem te beurt. Toen was de oude eerwaardige vogel want intusschen was hij oud geworden beleedigd en sedert dien tijd vloog hij over het huis heeu. Hij wilde niets maken hebben en juffrouw konden voor hem kijken, en hij van overtuigd. En alles, wat hij geleerd had, vergat hij zoowel de moeielijke Fransche woorden, die hij binnen in de kamer van de juffrouw leerde, als de minder lastige krasse uit drukkingen, waarmee hij zich op z’n eigen houtje vertrouwd maakte in de dienstboden kamer. Slechts twee gezegden bleven in zijn geheugen hangen als overblijfsel van zijne verdwenen geleerdheid. Wanneer hij in een bijzonder goed humeur was, gebeurde ’t wel dat hij Bonjour, madame I zei, maar als hij boos was, krijschte hijDe duivel zal je halen 3 November. In ons vorig artikel onder bovenstaand opschrift maakten we in het laatst melding van een manifest door de sociaal-democrati- sche partij op groote schaal verspreid, waarin er op gewezen wordt, dat de strijd der pro letariërs niet tot staan wordt gebracht, doch moet worden voortgezet. Woensdagmorgen werd er wederom een op rotatiepersen gedrukt bericht uitgegeven, ’t Waren raadgevingen van werklieden verenigingen en der sociaal-democratische partij, waarin wantrouwen werd uitgesproken over de invoering der in de oekase genoemde rechten en werden er te dien einde waar borgen gevraagd. Er werd op aangedrongen den strijd voort te zetten, tot dat de beloften vervuld zijn. De Petersburgsche correspondent van de Times betwijfelde het reeds of het manifest de agitators, die tot nog toe steeds zege vierden, niet juist prikkelen zou den strijd met des te meer heftigheid door te zetten ter verkrijging van algemeen kiesrecht en een volledige volksvertegenwoordiging. Deze heeft dus zeer juist gezien. In Polen en Finland wordt de strijd vuriger dan te voren gevoerd, zoo ook in Odessa en vele andere plaatsen. Volgens de Times correspondent behoort een burgeroorlog tot de meest waarschijnlijke dingen. Niet alleen van den kant der revo lutionairen wordt deze strijd met alle heftig heid gevoerd, neen, de meer tevredenen trekken tegen hen op. In St, Petersburg heeft men tenmiste twee partijen, de „witten" en de „rooden". De „witten", het minst intellectueele deel der bevolking, zijn loyaal en tevreden, de „rooden” willen meerdere vrijheden en waar borging voor de uitvoering der verleende concessies. Optochten worden door beide partijen gehouden. De aanvoerder der,,roo den”, alle werklieden, studenten, advocaten, priesters, -dokters enz., is een lange have- looze student die een staf ordonnancen en adjudanten heeft. Zijn vlag is rood meteen witte streep, ten teeken van zijne vrede lievende gezindheid. Aan hunne optochten nemen officieren, soldaten en matrozen deel en wanneer de stoet politie passeert salueert deze de roode vlag. Een generaal maakte zich van de vlag meester en sommeerde de politie de menigte uiteen te jagen, doch een inspecteur gaf hem heel kalm te verstaan dat: „Iedereen thans in Rusland het recht heeft zijn politieke gevoelens te uiten”. Op het Kazanplein kwam het o.a. tot een bot sing tusschen „witten” en „rooden”, waarbij drie gewonden vielen, die door den ambu- lance-dienst der „rooden” verpleegd werden. De „rooden”, die bijzonder goed georgani seerd zijn, eischenalgemeene politieke am nestie, opheffing van den staat van beleg, intrekking der dwangwetten, opheffing van de doodstraf en instelling eener nationale militie uit arbeiders gevormd tot bescherming handhaving der orde Trepof. notabele burgers, Bolswardsche Courant - I I

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1905 | | pagina 1