Kieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
44ste Jaargang. 1905.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 102.
BINNENLAND.
WERKPAARD.
DONDERDAG 21 DECEMBER.
MARIA.
1
REDE B. de GREVE.
VOOR
Afzonderlijke
gezamenlijk den
N. Arak. Crt.
Zijn
denis
strijd
7'-"^
afschuwelijk krij-
was hartverscheu-
een
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
aan die
i de dui-
Het oude vrouwtje is nog steeds kras
gezond en
haar zoo
Het Bureau van de „Bols-
wardsche Courant” is telefo
nisch aangesloten onder No. 4.
-
van de zaak te weten te
men moeten wachten op het
het meisje, dat nog niet mag
Toen ging ze naar
schoof het zeildoek van
liet haar voorgaan.
Mijn verteller zweeg
sigaret op.
moest om den mensch te verheffen uit dien
poel van ellende, dat men
strijd aanbinden moest.
WelEerw. eindigde met de geschie-
van Jeanne d’Arc vergelijkend met den
van Kruisverbond en Mariavereeniging.
Jeanne d’Arc wilde een leger hebben om
den koning te ontzetten te Orleans, God
hadhet haar gelast. Men voegde haar toe,
dan kunt ge het immers ook zonder leger
als God het wil. Neen, zeide ze, God wil
dat het leger de koning zal ontzetten, Hij
zelf heeft het gezegd.
Welnu indien u toegevoegd wordt, dat
wanneer God de drank urt de wereld wil
hebben, Hij dit zonder vereenigingen wel
zal doen, dan zegt gij, dat God wil, dat de
vereenigingen zullen strijden tegen koning
alcohol, de Paus heeft het gezegd.
Na nogmaals tot aansluiting te hebben
aangespoord, eindigde de Spreker zijn rede,
die met applaus begroet werd.
De vergadering werd door den Voorzitter
gesloten, die een woord van dank bracht
aan den Spreker voor zijn indrukwekkende
rede en de aanwezigen eveneens aanmoedigde
zich aan te sluiten.
De zaal was flink bezet en we meenen
gerust te mogen verklaren, dat de vergade
ring naar wensch geslaagd is, daar ongeveer 30
personen zich bij de vereeniging aansloten.
De politiek in den raad.
Men seint uit Beverwijk aan de Residentie
bode
De R.K. kiesvereeniging „Recht en Plicht”
nam met algemeene stemmen een motie aan
waarin werd afgekeurd de houding van een
der Katholieke Raadsleden, die medewerkte
tot de benoeming van een vrijzinnig gemeente-
architect. In de motie werd de wenschelijk-
heid uitgesproken, dat alle Katholieke Raads
leden en bijzonder het lid, dat door blanco
te stemmen en de benoeming van den Katho
lieken sollicitant onmogelijk maakte in het
vervolg beter de belangen der Katholieke
partij zullen bevorderen.
Leeuwarden, 19 Dec. Hedenmorgen leek
de toestand van het aangerande meisje zeer
gunstig. De dader heeft bekend, dat schan
delijke voornemens hem bij den aanval be
zielden.
Om de finesses
komen, zal
herstel van
spreken.
Amsterdam, 19 Dec. Een hevige brand
woedde heden ochtend in een" perceel van
drie étages in de Rapenburgerstraat. Op de
derde verdieping zocht een gezin van man,
vrouw en kind uitweg. Zij werden door de
vlammen afgesneden. De man wierp een
bed op straat, daarop sprong de vrouw.
Toen de man met het kind onder den
arm wilde springen, bleef hij haken en liet
het kind vallen. Het kind heeft de armen,
de man de beenen gebroken de vrouw is
eveneens gewond. Allen zijn doofstom.
Nijland, 18 Dec. ’t Was heden feest in
’t dorp. De vlaggen waren uit, het fanfare
corps speelde wel een vol uur en velen gin
gen op receptie. Wat was er aan de hand
We hebben heden een honderdjarige gekre
gen, een bijzonderheid waarop slechts weinig
dorpen zich kunnen beroemen, ’t Is Janke
Abrahams de Haas, weduwe van Ulbe Zand-
stra, bijgenaamd //it aide wyfke fen Parregea",
die in Septembermaand, toen de Koningin
en de Prins naar Bolsward kwamen, nog aan
den weg zat om de hooge gasten te begroeten.
en
verheugde zich heden zeer in de
algemeen betoonde belangstelling.
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Terwijl de landbouwer Lammert
van Jutrijp alhier ter kerke was,
Snoek,
de Jong
ontstond Dinsdagmorgen, ongeveer half acht,
brand in de door hem bewoonde boeren-
huizinge. Hoewel men alles spoedig in het
werk stelde den brand te blusschen, is men
daarin niet mogen slagenook de brand
spuit kon in. de vlammenzee weinig uit
richtenvan het vee vonden 17 stuks den
dood in de vlammende inboedel kon nog
grootendeels worden gered.
Naar men mededeelt is de oorzaak van
den brand onbekendalles was verzekerd.
De boerenplaats was het eigendom van den
heer Menalda, wijnhandelaar te Leeuwarden.
Dinsdagmiddag, zoo deelt men mede,
is in het Eluessenmeer een schip, geladen
met turf, gezonken. De opvarenden werden
door een voorbijvarende stoomboot gered.
Bijzonderheden ontbreken.
De vorst heeft de scheepvaart in de
Friesche venen gestremd.
De scheepvaart van Kampen naar
Zwolle en van Kampen naar Hasselt en
Genemuiden door Mastenbroek is door de in
vallende vorst opnieuw gestremd.
Zondagmiddag is aan boord van de
sleepboot „Union I” liggende aan een scheeps
werf te Hillesluis bij Rotterdam, de 31-jarige
vrouw van den kapitein Meijer, bij het aan
maken van de kachel van de kajuit in brand
geraakt.
Over het geheele lichaam bekwam de vrouw
vreeselijke brandwonden. Per raderbrancard
naar het 'ziekenhuis overgebracht is zij nog
denzelfden avond overleden.
Door een kellner is in een café aan
de Kruisstraat te Rotterdam in betaling ont
vangen een valsche rijksdaalder met het jaar
tal 1865 en de beeltenis van Koning Willem
III.
en stak haastig een
stervende herhaalde smeekend Maria, Maria.
Toen keek onze pleegzuster, een groote
blonde, de doctor even aan als vroeg zij
is er werkelijk geen hoop meer
Hij schudde zwijgend het hoofd.
Ze deed een paar schreden naar voren
en knielde voor den stervende Hier, zeide
ze zacht en nam zijn smerige, met bloed
bevlekte hand in de hare.
Marie, mijne Marie, nu is alles... weer
goed... maar waar zijn je mooie vlechten
lieve, fluisterde hij terwijl het laatste vonkje
levensvuur in zijn oogen verdoofde en hij
met zijn bebloede handen over haar gezicht
streek.
Met eene snelle beweging rukte zij de
kap van haar hoofd en trok eenige haar
naalden uit den zwaren knoet goudblond
haar, twee lange dikke vlechten vielen haar
op den rug.
Hij betastte haar gelaat, hare vlechten,
trachtte de lippen te spitsen tot een laat-
sten kus toen sloten zich zijne oogen
voor immer.
De dokter en ik keken zwijgend naar
het lijk. Onze pleegzuster stond op. Zij had
het haar weder onder de kap verborgen,
wiesch gezicht en handen.
r" buiten, de dokter
de tent op zijde en
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 17 regels. Ver
volgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
arm al lang verloren en
zoo goed en kwaad als
dienst in de tent van onzen
In Petersburg ziet men ze tegenwoordig
overal op straat, die ongelukkigen, ver
minkten uit den oorlog. Hangende in hun
krukken zich stijf voortsleepend langs de
trottoirs, of zittend in een hoek tegen den
muur; dikwijls in lompen, sommigen met
het kruis op de borst. In de parken zitten
ze hier en daar op een bank, enkelen nog
in nette uniform, rookende.
Op een dag in de maand Augustus zat
ik in ’t Alexander Park, een Russische
courant te spellen, toen een jong onder
officier, hij miste zijn rechterarm, zich naast
mij zette en terstond het gesprek begon
metU lijkt sprekend, mijnheer, op een
officier van ons regiment, dien ik in Mand-
schoerije heb zien sterven.
Zoo, vroeg ik, maar was de dood van
dien officier dan zoo iets bijzonders, dat u
daar nu aan herinnerd wordt
Ja, zeide hij nadenkend, zoo. iets vergeet
men nooit. Maar ik zal ’t u vertellen, be
gon hij met de zijn volk eigen mededeel
zaamheid.
Ik had mijn
deed nog tijdelijk
het ging
docter.
Na den slag bij Moekden, waren alle
tenten van ’t roode kruis, overvol met ge
wonden, het gekerm en
schen van onze menschen
rend. Men bracht midden in den nacht
brancard voor onze tent met het lichaam
van een officier er op.
Er is nergens plaats dokter, riepen de
dragers buiten, hier is een officier
Onze docter ging naar buiten met de
pleegzuster, die ih dezelfde tent dienstdeed.
Geen hoop meer, zeide hij terstond toen
hij ’t afschuwelijk verminkte lichaam van
den ongelukkige zag. Breng hem zoo lang
in mijn tent.
De dragers deden zooals hen gezegd werd
en stelden de brancard midden in onze
docters tent
De aanblik dien het lichaam van den
officier bood, was afgrijselijk, hij bloedde
uit eenige wonden in het onderlijf, een
been was hem verbrijzeld, een granaatscherf
had hem een doodelijke wonde aan het
hoofd toegebracht. Zijn gezicht was schier
onherkenbaar van vuil en rook, zijn uniform
aan flarden, in de rechtervuist hield hij
krampachtig het gevest van zijn afgebroken
sabel.
Hij heeft nog slechts enkele minuten te
leven, zeide de docter zacht tot de pleeg
zuster. Wij stonden alle drie op een afstand
van den stervende en zagen met ontzetting
zijn doodstrijd aan. Hij liet plotseling
het gevest van zijn sabel vallen, stak beide
handen omhoog, opende de oogen en vroeg
zachtMaria, Maria waar ben je
Hij roept zijn beminde, fluisterde de
docter, We keken elkaar ontsteld aan, de
’t Is winter. De rivier ligt strak, stijf
vast gekneld in een wit harnas van op een-
gekruide ijsschotsen.
Een troep arbeiders met eenige paarden
is bezig zware balken los te hakken uit het
twee A drie voet dikke ijs. De balken worden
eerst losgemaakt en daarna met een paard
er uit getrokken.
Hier is een groepje bezig, groot geschreeuw.
Een oude, dikke schimmel doet vergeefsche
pogingen een lange balk op te trekken.
Onbarmhartig ranselt de koetsier het beestje
met een kleine zweep. Het ijs is glad en
de op scherp gezette hoeven krassen er diep
in. Toch glijdt het dier op eens uit, een
zijner logge achterpooten plompt in het wak.
De koetsier trekt aan de teugels den kop
omhoog. Het paard verschrikt, bonst en
krast over het ijs, kan niet vooruit, het
touw zit aan den balk vast. Ook de andere
achterpoot plonst lomp in ’t water tusschen
de ijsschotsen. Het beest glijdt verder ach
teruit, het halve lichaam in ’t water.
Stijf, onbeholpen trapt het woest van zich,
een voorpoot raakt nog te water. Log, ligt,
hangt het zware lichaam, kop en hals uit
gestrekt, de andere voorpoot krom vooruit,
de hoef diep in ’t ijs gedrongen. De groote,
angstige oogen puilen, het paard hijgt, de
breede dikke tong ver uit den bek, adem
als stoom in de koude lucht, de lippen op-
gekruld, de geelbruine tanden geheel zicht
baar, het weinig behaarde onderlijf paars van
ploselinge, lievige konde.
Een vreeselijke vloek van den koetsier
doet de andere werklui toesnellen, ijverig,
razend op het beest, omdat het hun ophield
in het werk. Het touw wordt losgemaakt.
Een paar man aan de leidsels, een paar aan
het tuig en 4 visschen den langen, druipenden,
dunnen staart op - zij trekken, schreeuwen.
Plotseling één donderende vloek, vier
mannen vallen op den rug een stuk van de
staart in de vingers.
Een touw wordt geslagen om den hals
één om het overgebleven stuk staart en zij
trekken het plompe lichaam halverwege op
’t ijs. Het paard is kalm, besellende dat men
helpt, alleen de oogen zijn afschuwelijk ver
draaid. Eén achterpoot is nog in ’t water
onder het ijs geschoten, met een stuk hout
wordt ze er uitgewrongen. Het beest ligt
nu geheel op ’t droge, hijgend.
De zweept ranselt, vloeken en verwen-
schingen klinken. Log, angstig nog, krast
het paard omhoog, druipend nat. Een dik
stuk hout daalt tweemaal hard op ’t dier;
een vloek sist tusschen de lippen.
Daar staat de groote, plompe schimmel
weer, stil, stijf, gedwee, kalm. De gure wind
blaast langs zijn lijf en doet de natte haren
tot een ijskorst worden.
Maandagavond j.l. trad in de //Doele" op
de WelEerw. Heer B. de Greve van Vorden.
Zijn Eerw. hield een rede over de drank
bestrijding in ’t algemeen en met betrekking
tot Kruisverbond en Maria-vereeniging.
De Voorzitter van de afdeeling //Bolsward",
de heer N. J. A. van der STEELE, opende
met een gepast woord de vergadering. Hij
wees er op, dat toen voor 8 jaar de afd.
//Bolsward" van ’t Kruisverbond werd op
gericht, deze niet met onverdeelde instem
ming werd begroet, doch sedert dien de toe
stand veel veranderd is. Na nog den wensch
te hebben uitgedrukt, dat na de rede de
aanwezigen overtuigd zouden zijn van het
nut der drankbestrijding, gaf hij het woord
aan den Spreker.
De WelEerw. Heer De GREVE begon
met te verklaren dat hij volgaarne hier op
treden wilde, teneinde propaganda te maken
voor de drankbestrijding.
Uit diepe overtuiging was Spreker drank
bestrijder. Veel ellende had hij gezien, welke
ontstaan was door drankmisbruik en menig
een was dan ook in den laatsten tijd drank
bestrijder geworden, wat niet meer als iets
bespottelijks beschouwd wordt.
Men moet niet alleen denken
duizenden dronkaards, doch ook aan
zenden die door gestadig gebruik minver
mogend zijn geworden of zelfs onvermogend.
’t Is niet alleen het geschrei der kinderen,
wat ons tegen het drankmisbruik doet strij
den van die kleinen die met striemen en een vloek
inplaats van met een boterham en een kruisje
naar bed worden gejaagd, maar al die kin
deren die gedegenereerd, ter wereld komen.
De oorzaken zijn, zoo zeide Zijn Eerw.,
dat wij te veel drinken, dat wij ge
dwongen drinken en dat wij onverstandig
drinken.
Te veel drinken 1 Voor f80 millioen wordt
in Nederland opgedronken aan alcohol. Men
huilt en lacht met alcohol, viert doopplech
tigheid met alcohol en schenkt ook bij sterf
geval alcohol, kortom, altijd wordt er
alcohol gebruikt.
Gedwongen drinkenWanneer men niets
gebruiken wi] ismen onbeleefd, evenals dit
’t geval is met een gastheer, wanneer die
niets aanbiedt.
Wijl wij onverstandig drinken! Dit komt
doordat wij ons zelf eerst hebben wijsge
maakt, dat ’t goed is, terwijl juist het tegen
deel geconstateerd moet worden.
Wij willen een matig, een normaal ge
slacht. Wij zeggen niet zonder alcohol, dat
is slechts een. utopie, doch een verstandig
en vrij geslacht moet er komen, dat zichzelf
de baas is en niet drinkt tegen den zin.
Hoe daartoe te geraken Er zijn er, zoo
zegt Spreker, die de herbergen willen ver
minderen, den accijns verhoogen of den ver
koop van alcohol een staatsmonopolie willen
doen worden, dat helpt niet voldoende. Paus
Leo XIII heeft het woord gesproken, Hij
heeft het geleerd, n.l. dat in vereenigen de
kracht zit.
In den breede werd het nut van vereeni
gingen daarna uiteengezet.
Het gebruik van sterken drank is nooit
tot uw voordeel. Wanneer ’t om de klandizie
gaat, vaart steeds de kastelein er het beste
bij. Ook om de gezondheid behoeft men ’t
niet te gebruiken.
Vraagt het slechts aan den dokter en hij
zal u het tegendeel verklaren. In onzen
tijd van tuberculose en zoovele andere ziekten
is het juist zeer schadelijk. En wanneer
men nu een twintigtal weet, die wel 80 jaar
zijn geworden, daartegenover kan men dui
zenden opsommen die financiëel en moreel
te gronde zijn gegaan. Geen gestel kan
tegen den alcohol, hij doemt slechts de men
schen tot ondergang voor hun tijd en ook
geldelijk gaat men achteruit, sociale wetgeving
geeft niets zoo lang het meerdere geld omgezet
wordt in meerderen alcohol.
Vele arbeiders zijn er die werken voor
een borrel, doch ze vergeten daarbij dat er
een Hemel is, dat de werkman is bestemd voor
den Hemel.
Spreker wees er op, dat men samenwerken
Bolswardsche Courant