lieuws- enAdvertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
KEBSTMïS.
tl
I
1905.
44ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 103.
Onderlinge Brandverzekering.
I
t
ZONDAG 24 DECEMBER.
BERICHT!
l
F?
Staatspensionneering.
I
VOOR
Afzonderlijke
vn
een
was
zou
aan
op 65-jarigen leeftijd
elkeen kunnen worden
van
zou
de Staat moet
er geen grens
min als waar
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Eranco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
van bedeeling
het hoogst ver-
leder die nog
Het Bureau van de „Bols-
wardsche Courant” is telefo
nisch aangesloten onder No. 4.
I
Wegens het Kerstfeest zal de
Bolswardsche Courant'a.s. Woens
dagavond NIET verschijnen.
Het volgend nommer zal dus Zaterdag
avond worden uitgegeven.
Nieuwjaarswenschen kunnen daarin wor
den geplaatst a 25 cent.
Verzoeke beleefd vroegtijdige opgaaf.
DE UITGEVER.
Vrede op aarde! Vraag het aan den onge-
lukkigen Jood, die zijn huis ziet geplunderd
en verwoest, zijn bezittingen gestolen, zijn
vrouw en dochters schandelijk mishandeld
die zelve straks zal vermoord zijn, wanneer
hij het waagt lijf en goed te verdedigen.
Vraag dat slachtoffer van geloofshaat en ge
meenheid, wat er is van den vrede op aarde;
een gruwelijke verwensching zal het ant
woord zijn.
Vraag het den landman, die zijn akkers
ziet verwoest, zijn zonen weggestuurd om
mijlen ver weg in een onherbergzaam oord
een ellendigen dood te vinden misschien
die worstelt met hongersnood, die slaaf
is en slaaf blijven zal zoolang hij niet opstaat
en zich vrij maakt; vraag hem wat er is
van de vrede.
Zie om u heen, naar verwoeste bosschen,
vernielde landgoederen, vermoorde landheeren,
naar spoorwegen, die stil liggen, telegrafen
die niet meer werken, naar verlaten havens
en werven, naar al wat daar schrijnt, wat
daar wordt geleden; ge ontwaart alles wat
ontzetting kan inboezemen. Vrede ontwaart
gij niet!
Vraag den soldaat, den matroos, den offi-
zijn vaandel,
een broeder-
van de vrede,
de groote heir-
’t Zou dan eindelijk wezenJaren
jaren was er reeds over gesproken en men
wilde dan nu ook eens door daden toonen,
dat het meenen was. Op de ledenvergade
ring d.d. 15 Juni van dit jaar, gehouden
door de //Onderlinge Spiegelglas-Verzekering”
werden na afloop nog zeer geanimeerde
discussies gehouden over het boven dit ar
tikel geplaatste onderwerp.
Eenigen tijd daarna noodigde de heer
C. T. Bölger een aantal heeren uit tot het
houden van een vergadering met betrekking
- doch onder alle standen zijn er die met zorg
den ouderdom tegemoet gaan. Menig gefor
tuneerde is later ongelukkig geworden. Wan
neer aan iedereen staatspensioen wordt ver
leend is men zeker niemand te vergeten.
Ook verliest het pensioen in dit geval elk
karakter van bedeeling.
Er moet pensioen komen,
er zoowel voor zorgen, dat
is waar men ophoudt, zoo
men begint.
De verschillende wijzen
werden nader uiteengezet en
keerde hiervan aangetoond,
eenig gevoel heeft, zal instemmen met den
eischweg met de ouderdomsellende
Hierop werd even gepauseerd, waarna de
Spreker de bezwaren, die tegen Staatspen
sioen voor iedereen ingebracht werden, nader
uiteenzette.
Een anti-rev. blad schreef, dat de werk
man er een eer in stellen moest, zijn eigen
brood te verdienen.
Maar dan vragen wij, is dit dan soms
niet ’t geval met staatspensionneering en
wel met bedelarij
Wij ontkennen, dat het geen eer is, het
een recht, dat hen toekomt volgens de
Zij ontvangen dan, wat zij aan loon
Ruim negentienhonderd jaar geleden zuchtte
de wereld onder den ontzettenden druk van
zedeloosheid en bederf, dat alle lagen der
maatschappij had aangetast, dat steeds voort
woekerde en dreigde alles en allen te ver
zwelgen.
Daar verschijnt in den stikdon keren nacht
van heidendom en ongeloof, aan den Ooster-
schen hemel een ster der hope; een leidster,
die de wijze Koningen heenvoert naar de
onaanzienlijke schuur in Bethlehem, de schuur,
waar zoude ontstoken worden het Licht der
Wereld. En Engelenkoren zingen juichend
en jubelend hun Hosannah en als de herders
wakend bij hunne kudden hoog boven zich
het der menschheid hooren verkondigen, dat
er Vrede zal zijn op aarde, dan knielen zij
en verbergen het aangezicht. Maar de zang
jubelt in hen na en de eeuwen hebben haar
gehoord en de menschen weten dat er op
aarde moet zijn Vrede; Vrede tusschen allen
die geboren zijn uit Adam en Eva! Vrede
tusschen broeders en zusters, Vrede voor en
met allen
Negentien eeuwen zijn sinds voorbijgegaan!
Wanneer wij den blik wenden naar het
verre Oosten, dan rilt en beeft het in ons,
waar ons oog niets ontwaart dan jammer
en ellende. Versch gedolven graven, ver
brande steden en dorpen, slachtvelden over
dekt met bloed en lijken, verminkten, doodelijk
verzwakten, een land verwoest door den
fakkel van den oorlog. In de twintigste eeuw,
die volgt op wat daar gewichtigs plaats had
in het Heilige Land, zien wij millioenen
menschen tot aan de tanden gewapend tegen
over elkander staan; zien wij alle harts
tochten ontketend, de Volkeren opgezweept
tot afschuwelijken broedermoord; zien wij
menschen met doodelijken haat in het hart
op elkander instormen, elkaar verscheuren
als wilde dieren. En dat alles om een
weinig meer macht, een weinig meer grond
gebied, wat oorlogsroem. Of neen, hier niet
daarom! Hier de verschrikkelijkste aller
rampen, gebracht over twee goede volkeren,
niet ter verdediging van huis en altaar, neen,
enkel om mannen, die recht hebben op men-
schenrechten te houden in slavernij en knecht
schap. Enkel om een door en door verrotten
maatschappelijken toestand te bestendigen,
ten voordeele van slechts enkelen. Een adel,
dien naam onwaardig, een geestelijkheid, in
verdorven, ziedaar de machthebbers, die, nu
zij deu bodem voelen wankelen onder hunne
voeten, hun^volk wikkelen in een buiten-
landschen oorlog, om te sterker te zijn naar
binnen.
Vrede op aarde! Bittere spotternij!
Daar zien wij een volk worstelen om zijn
vrijheid, een geheel volk van slaven, dat
voor zich op eischt zijn goddelijk recht op
een menschwaardig bestaan. En wij zien een
iaffe en zwakke regeering met zweepslagen
en bajonnetten wanhopige pogingen aanwen
den om zich staande te houden ten koste
van alles, in den ijdelen waan, dat zij de
vrij heid-idéé zal kunnen fnuiken, dat zij de
gedachten zal kunnen aan banden leggen,
dat zij onwaar zal kunnen maken de orakel
taal dat de wereldgeschiedenis is het wereld
gericht! Misdadige dwazen, misdadige vij
andenvan deu vrede, die eenmaal hèerschen
zal en heerschen moet, als de mensch weten
cier, die ontrouw wordt aan
omdat hij niet langer wil zijn
moorder, vraag hem wat er is
Vrede op aarde Ga naar
banen, die voeren uit alle deelen van het
Czarenrijk naar dat oord van onbeschrijfe
lijke ellende, dat waardig is het opschrift
te dragen, dat Dante schreef boven zijn hel
Gij, die hier binnentreedt, laat alle hoop
thans varen
Zie ze, de duizenden, met ketenen be
laden zich voortslepend, slecht gekleed, slecht
gevoed, mishandeld en afgebeuld, maanden
lang de vreeselijkste martelingen ondergaand,
om ten slotte het einddoel van den tocht
te bereiken, waar het leven ophoudt, een
langzaam sterven begint. Tel gij de been
deren, welke liggen te bleeken in de koude
winterzon, getuigen van de onbarmhartige
wreedheid, waarmede een ontaard bestuur
zijn beste zonen ten verderve doemt. Vraag
daar in Siberië naar vrede, of neen, doe het
nietgij zoudt misschien het antwoord niet
kunnen verdragen, gij zoudt misschien ook
de menschheid gaan vloeken.
Vrede op aardeDe machtigen dezer
wereld, zij spotten er mede. Straks komt
een kleinigheid aan de grenzen de goede
verstandhouding verstoren tusschen twee
naburenwapengekletter klinkt er in de
verte, hooren wij met angstig oor alreeds
den donder van het kanon, den bodem dreu
nend onder den stormpas der honderdduizenden
in dood en verderf gezonden om gekwetste
eigenliefde of hoogheidswaan. Of de heer
schappij ter zee, de uitbreiding van een in
vloedsfeer of wie weet welke andere beuze
larij, zij is in staat de hartstochten te ont
ketenen, de menschen te maken tot erger
dan wilde dieren
Vrede op aarde!
Hij, die dien vrede bracht,'hij gaf
evangelie van liefde, waarin geen plaats
voor haat of broedermoord
Maar de menschen hebben die leer niet
begrepen of niet willen begrijpen en zoo is,
een negentienhonderdjarig voorbeeld
den grooten meester, de vrede op aarde
woord gebleven, een woord en niets meer
wat voor de menschheid zelve niet
een waan, dat kan werkelijkheid
ieder onzer
wat wij
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
ondanks
van
een
Dan,
meer is dan
worden voor
Wij behoeven niet te vragen
daarvoor moeten doen, de les is ons gegeven
aan ons haar te leeren, haar toe te passen,
niet met den mond alleen, maar met het hart.
Vrede op aarde, zij kan ons deel worden,
wanneer wij den medemensch leeren be
schouwen als onzen naaste, wanneer wij in
praktijk brengen de leer, dat wij onze naasten
moeten liefhebben als ons zelve.
Dan zal er geen plaats zijn in ons hart
voor boosheid tegen den broeder, geen plaats
voor nijd of haat, geen plaats voor wrok.
Dan zal er vrede zijn in ons hart; wij
zullen ons deel hebben aan den vrede op
aarde, die het deel moet zijn voor de men
schen van goeden wil
Woensdagavond j.l. trad bij den heer Sj.
Meijer, voor een behoorlijk bezette zaal op,
de heer H. de JONG van Oudehaske, met
het onderwerp: //Staatspensionneering een eisch
des tijds”.
De vergadering werd geopend door den
hëer G. C. EISMA, die de aanwezigen een
woord van welkom toeriep en hoopte, dat
öok deze vergadering voor den Bond weer
succes mocht hebben.
De heer de JONG begon met een ge
dichtje van Waling Dijkstra, //Aldejiersjouns-
winske fen en aid minske”. Spreker wees er
daarna op, dat zoovele duizenden met zorg
den ouden dag tegemoet zien. Betrekkelijke
welvaart wisselt af met mindere tijden, totdat
de werkgever ten laatste aan den ouden
afgetobden werker te kennen geeft, dat hij
hem niet meer gebruiken kan. Dan wacht
dikwijls het armhuis of inwoning bij kinderen
en welke gevolgen dit na zich sleept is
genoegzaam bekend. Ieder heeft wel eens de
uitdrukking gehoord: //Waar de armoe de
deur inkomt, vliegt de liefde het venster uit”.
Als voorbeeld gaf Spreker hierop een
aardig verhaal van propagandistische strek
king.
Op allerlei wijze trachten die ouden aan
den kost te komen en schroomen daarbij
niet de hand uit te strekken voor een aalmoes.
Slechts weinigen zijn in staat zich zelf te
onderhouden, de meesten weten dat op de
arbeidsmarkt oude trekken als iets verkeerds
worden beschouwd en dikwijls wijst men ze
van de hand, omdat zij de misdaad begaan
hebben oud te zijn en dan is het natuurlijk
armoe lijden. Die oudjes worden dan in
een gemeentelijk of kerkelijk armhuis bijeen
gebracht, waar man en vrouw van elkander
moeten scheiden en gereglementeerd en ge
dresseerd, het einde afwachten.
Napoleon III wilde, dat bij geboorte
ieder kind f 25 in de pensioenkas
worden gestort, ’t zij dat dit door de ouders
werd gedaan of indien deze onmachtig waren
te betalen, door den Staat, dat deed er niet
toe. Hierdoor
f 150 jaarlijks
uitgekeerd.
Dit stelsel is niet kwaad, doch het groote
nadeel is, dat 't eerst over 65 jaar in wer
king zou treden.
Verder werden er nog een paar andere
stelsels door Spreker genoemd n.l. van Charles
Booth en van Arend, welke laatste wil, dat
de Staat de kosten zal dragen en alleen daar
helpen waar dit noodig is.
Men wilde staatsbemoeiing vermijden en
ging zoover, dat elke bemoeiing uitgesloten
diende te worden. Op een Congres te Eisenach
besloot men dit.
De premiën moeten worden betaald door
de arbeiders, de patroons en de regeering
en de uitkeering daarbij in evenredigheid te
brengen met de premiën. Dit stelsel is in
Duitschland aangenomen.
De pensioenwet door Dr. Kuyper voorge
steld, was op Duitsche leest geschoeid. Er
zou slechts, pensioen worden verleend aan
hen, die minder dan f 1000 verdienden,
was het loon hooger, dan kwam men niet
voor pensioen in aanmerking.
Uitvoerig behandelde de heer de Jong de
pensioenwet Kuyper en wees hij op het onvol
doende in dit onderwerp.
Het premiestelsel vooral werd afgekeurd,
want zij die loon trekken, zoo zeide ZEd.,
kunnen van hunne karige loonen hun deel
der premie niet betalen. Ja, er zullen er
misschien zijn, die de geheele premie moeten
betalen. De werklieden worden dus het
zwaarst gedrukt en ook de werkgevers ont
komen er niet aan.
Deze wet zou bovendien een kolossaal
ambtenaren-corps in het leven roepen en ook
door de omvangrijke administratie zou veel
verloren gaan. Bij de ongevallenwet waar dit
precies zoo is, bedraagt dit 60 °/0 van alle
uitgaven.
Deze regeering heeft gelukkig ’t wets
ontwerp ingetrokken.
De vrouwen waren buiten rekening ge
laten en daarom is het streven van den
Bond van staatspensioneering het meest ver-
kiezelijkst, daar deze aan allen een gelijk
pensioen wil doen toekomen.
De S. D. A. P. wil arbeiders-pensioneering,
is
wet.
steeds te weinig kregen en nu is het plicht
van den Staat dit te herstellen. Ook Dr.
Kuyper is dit met ons eens. Deze vraagt
o.a. nog of den vrijen werkman niet het
zelfde toekomt als den slaaf, die hoewel hij
ten laatste niet meer werken kan, toch leeft.
Wij moeten beseffen, dat al het werk, wat
er geschied is, is gedaan door hen, die op
den ouden dag armoe lijden.
De spaarzaamheid zal afnemen zegt men,
doch een Deensch professor bewijst, dat in
Denemarken het sparen door de pension-
neering juist toegenomen is. Dit gespaarde
zal het pensioen vërgrooten, de laatste loodjes
wegen het zwaarst.
Millioenen zijn noodig om een behoorlijk
pensioen te verleenen (40 mill.) Een groot
deel kan opgebracht worden door verhoogde
successierechten, circa 411/2 mill.
De koopkracht der oudjes zal vermeerderen,
tengevolge hiervan moet er meer geproduceerd
worden, zullen de arbeidskrachten beter
worden betaald, alzoo de loonen stijgen en
dientengevolge de welvaart toenemen.
Verder kan er nog veel opgebracht worden
door een belasting op weelde-artikelen, op
goederen //in de doode hand” en bezuiniging
op leger en vloot. Wel wordt er 48 mill,
uitgekeerd voor een vijand, die komen kan,
doch er is geen geld disponibel voor een
vijand, die er reeds is, de ouderdomsellende.
Mocht er dan nog te kort zijn, dan willen
wij nog wel een progressieve pensioenbe-
lasting.
Het bedrag is evenwel voorhanden. De
ouden van dagen leven nu ook, men denke
slechts aan de kerkelijke en burgerlijke arm
besturen, overige liefdadigheidsinstellingen,
aan bedelaarskolonies en gevangenissen. De
regeering moet ingrijpen.
Die millioenenvrees is geheel ongegrond.
Tienduizenden zien met vrees de toekomst
tegemoet. Gezamenlijk moeten wij voor die
ouden opkomen, met wier lot een ieder
deernis gevoelt.
Spreker gaf nog een schets van het doel
en streven van den Bond en moedigde de
aanwezigen aan zich als lid op te geven.
Applaus.)
Van de gelegenheid tot het stellen van
vragen, werd door niemand gebruik gemaakt.
Velen gaven zich nog op als lid en de
heer Eisma wees bij de sluiting op het goede
resultaat dezer vergadering.
Bolswardsciie Courant
I
J
l