Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
De Kerkebrand te Arum,
I
1906.
45ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 16.
DONDERDAG 22 FEDRDARI.
j
SI
VOOR
"9
1
Afzonderlijke
i
1 April heeft de heer
Het Bureau van de „Bolsw. Courant” is
telefonisch aangesloten onder No. 4.
Uw dw.,
Weekblad Algemeen Welzijn.
Groningen, 20 Febr. 1906.
INGEZONDEN.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie).
12 Februari 1836.
I
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
i
u in de kaart kijken, want
een vreemdeling zijt
Herv. Gemeente
tot in lengte van
en beantwoorden aan
werd opgericht.
Bij den brand was de groote deksteen op
het graf van ds. Perizonius vernield geworden.
Daar de familie, op een herhaald aanschrijven
over herstelling, taal nog teeken gaf, werd
door de diakenen in 1841 besloten een oude
grafsteen, op het kerkhof liggende, door den
,/zarkhouwer" Arsonius, te laten veranderen,
in behoorlijken staat te brengen en vaneen
toepasselijk opschrift te voorzien.
In den loop der jaren werd er steeds
meer en meer aan de kerk verfraaid en ver
beterd. Ongeveer 20 jaar geleden werd aan
de firma Leichel, te Lochum, opgedragen
een nieuw orgel te plaatsen. En daar staat
nu in onze dorpskerk dat prachtinstrument,
met twee klavieren en een vrij pedaal, dat
door zijn eigenaardig timbre en Duitsche into
natie bekend is tot ver buiten onze gemeente.
Prijkte er in de kerk een fraaie kansel,
deze moest plaatsmaken voor een eikenhouten
spreekgestoelte met groot, forsch gebouwd
doophek.
En hij, die nu bij een avonddienst eens
met ons ter kerke gaat, staat verbaasd over
de zee van licht, waarin ’t gebouw zich dan
baadt. Ruim 60 koperen lampen, op koperen
standaards of op de ornamentieke kronen
geplaatst, verspreiden een licht, dat ver
bazing wekt. Deze groote verbetering danken
wij aan het huidige college kerkvoogden.
Wilde ik nog spreken over den zilver-
schat, bewaard in brandvrije kluis, die te
voorschijn komt als het Avondmaal wordt
gevierd, ik zou te veel ruimte vragen, even
zeer als ik zou gaan beschrijven, dat meters
lange laken, dat dan de tafel dekt, en waarin
door kunstenaarshand zoo schoon is geweven
de voorstelling van het Heilig Avondmaal,
naar eene der meest beroemde schilderstukken.
Moge het schoone kerkgebouw der Ned.
van den dorpe Arum, nog
jaren bestemd zijn voor
het doel, waarvoor het
Ws.
M.!
Ontvang mijnen dank voor uw kostelijk
stukje in de Bolswardsclie Crt. van 18 dezer.
Daar hebt ge werkelijk een goed werk mee
verricht. Nu weten we, wat we aan u heb
ben. Alleen vinden we het jammer, dat we
geen kennis met u hebben kunnen maken
op onze Openbare Vergadering, waar gij
schitterdet door afwezigheid met allen, die
doodsbenauwd zijn voor de stem der Waarheid.
Eu toch hebt ge de stem der Waarheid
moeten vernemen, dank zij het uitvoerig
verslag mijner rede in de Bolswardsclie Cou
rant, en getuige uw stukje, hebben we doel
getroffen. Ge hebt de harde waarheid ge
voeld, doch tracht uw geweten te sussen
door u zelven wijs te maken, dat die Chr.-
Demokraten met hunne harde waarheden
geen Christenen zijn. Jammer echter voor
beweren met geen enkel bewijs
laadt ge natuurlijk den schijn
een zeer oppervlakkig man-
u, dat ge uw
staaft, want nu
op u van al
netje te zijn.
Wat laat ge
iedereen voelt, dat ge
zoowel op het terrein der Christen-Demokraten
als op dat van het Christendom. Hadt gij
ons blad Algemeen Welzijn gelezen, dan
zoudt ge geweten hebben, dat wij krachtens
ons Christelijk beginsel demokraten zijn, dat
onze demokratie staat of valt met het Christen
dom. En waart ge op het Christelijke erf
thuis geweest, dan zou het u bekend ge
weest zijn, dat het Christendom in aard en
wezen demokratisch is.
Op welk erf gij dan wel bekend zijt? Uit
onmiddellijk ingewonnen informaties is ons
gebleken, wat we trouwens ook al vermoed
den, dat ge op het konservatieve erf uwe
tenten hebt opgeslagen, ge u „Christelijk”-
Historisch noemt.
Nu verwondert ons uw schrijven niet meer.
Wat gij als Konservatief, want dat zijt ge,
anders waart ge niet Chr.-Hist., onder
Christen verstaat, is heel iets anders dan
wij er onder verstaan en het verblijdt ons
werkelijk, dat wij niet Christelijk zijn in
den zin, zooals u dat opvat. Dat „Christelijk”
van u, den Konservatief, is een leugen.
Immers: Konservatisme is in den grond
Mammonisme, in de Schrift geldgierigheid
genoemd en ons daarin aangewezen als de
wortel van alle kwaad. Nu heeft onze Hei
land ons geleerd, dat we niet Hem èn den
Mammon kunnen dienen. Een Mammon-
dienaar en dat is elke Konservatief
kan dus geen volgeling van onzen Heer en
Heiland zijn, en wanneer hij desniettegen
staande toch „Christelijk” wil heeten, is dat
een leugen.
W eet wel, dat uw konservatief beginsel
vloekt tegen het Christelijk ideaal. Daarom
begrijpt gij ons, Christen-Democraten, niet
en ontzeggen wij u het recht, om over ons
Christen zijn te oordeelen. Als konservatief
snapt ge niets van het Christendom, dat in
aard en wezen, gelijk we boven ook reeds
zeiden, democratisch is. Als ge het Evangelie
kendet, zoudt ge heel anders oordeelen en
zeer zeker op het terrein des levens heel
anders tegenover uwe medemenschen staan.
Een boom wordt toch maar aan zijn vruch
ten gekend en in den regel zijn de vruchten,
die van konservatieve zijde gezien worden,
alles behalve goede vruchten, zoodat we in
dat opzicht ook weinig goeds van u ver
wachte».
ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver
volgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Aan de Redaktie van de
Bolswardsclie Courant.
Geachte Redaktie!
Van bevriende zijde ontving ik Uw blad
van Zondag 18 dezer, waarin de Heer J.
de Boer een artikeltje aan mijn adres schrijft.
Wil U zoo vriendelijk zijn om mij eenige
plaatsruimte in uw geëerd blad af te staan
om genoemden heer te beantwoorden? Bij
Voorbaat mijn collegialen dank.
Gewoon om steeds recht op den man af
te gaan met open vizier, richt ik dan het
woord tot den Heer J. BE BOER
te Bolsward.
U uit tot een openbaar debat op nader te
bepalen plaats en tijd te Bolsward over ,zhet
standpunt der Christen-Demokraten en dat
der //geloovige” Konservatieven”.
Acht ge U zelven tot dit laatste niet in
staat, dan moogt ge daarvoor ook wel een
Uwer voormannen uitnoodigen.
In allen gevalle verlangen we van U, zoo
ge aanspraak wenscht te maken, op den naam
van te zijn een man van eer en karakter,
dat ge deze zaak tot een voor ons bevredi
gend einde zult brengen. We laten ons niet
ongestraft iets aanleunen door den eersten
den besten Konservatief. Ge hebt ons den
handschoen toegeworpen, hebt a gezegd, en
zult nu ook b moeten zeggen, want weet
wel, dat ge anders voor een laffe lasteraar
zult worden gehouden.
Hervormend treden wij Christen-Demokraten
op, op elk terrein des levens, en komen
daardoor telkens in botsing met de mannen
van het starre behoud, die terwille van vuile
gewinzucht aan het oude krampachtig zich
vasthechten, ze mogen ons bestrijden zooveel
ze willen, doch met eerlijke middelen zullen
ze dat doen, en zoo niet.we zullen ze niet
sparen.
Wie meer ons bedoelen wil leeren kennen,
hij leze ons orgaan Algemeen Welzijn, waar
van steeds proefnummers zijn te verkrijgen
bij A. H. RUNIA, Groote Kampen, Bols
ward en wie met ons den strijd wenscht te
voeren ter bevordering van aller welzijn, den
strijd tegen de mannen van het starre behoud,
tegen het doodelijke, land en luiden ver
dervende konservatisme van mannen als
de heer De Boer en zijn geestverwanten, hij
schare zich onder de banier der Christen-
Demokratie en sluite zich bij onze afd. aan.
En hiermede hebben we voorloopig het
onze gezegd. Het woord is nu aan den heer
J. de BOER.
U, geachte Redakteur, nogmaals dankzeg
gende voor de verleende plaatsruimte,
Hoogachtend,
Sneek. Vrijdagavond j.l. heeft Ds. Iden-
burg van Amsterdam in de Ned. Herv. Kerk
alhier voor eene talrijke schare eene boeiende
rede uitgesproken, ten behoeve van de Chr.
Vereeniging tot verpleging van krankzinnigen
in ons Vaderland, in de bekende gestichten
Dennenoord, Veldwijk en Bloemendaal.
Na afloop meldden zich een 20-tal als
begunstigers dier vereeniging aan. De gehou
den schaalcollecte bracht ruim f 70,op.
De reeds alhier bestaande afdeeling heeft
zich dus uitgebreid.
Met ingang van I April heeft de heer
M. H. Tromp ontslag aangevraagd als Bur
gemeester der gemeente Wijmbritseradeel.
Men schrijft uit Maastricht aan het
N. v. d. D.
Het referendum, door den Minister inzake
de vreemde pasmunt uitgeschreven, heeft
hier vooral aan de neringdoenden veel ge
noegen gedaan. Alleen vreest men, dat, indien
de Belgische pasmunt ineens aan den omloop
wordt onttrokken, men niet terstond Neder-
landsche daarvoor in plaats zal hebben. Het
zou daarom aanbeveling verdienen een vol
doend getal 21/2 en 5 cents nikkelen stukken
te laten aanmunten, waardoor de Belgische
pasmunt aan de circulatie werd onttrokken^
Voor ons Christen-Demokraten is het
Evangelie van Christus richtsnber in alles.
Ook bij de beoordeeling van de konservatie
ven, wier geestelijke vaders daarin voldoende
door Jezus hekend gemaakt zijn, t. w. de
Farizeërs en Schriftgeleerden. Dezen meenden
evenals gij de waarheid te hebben. Onze
Heiland was in hun oogen een groot zon
daar, Hij had den duivel, men verachtte
Hem, omdat Hij aanzat met tollenaren en
zondaren en ze zochten Hem te dooden. Die
Farizeërs en Schriftgeleerden beroemden er
zich op tegenover Jezus, dat ze kinderen van
Abraham waren. Maar wat antwoordt Jezus
hen? //Als gij kinderen van Abraham waart
zoudt gij Abraham’s werken doen
z/maar,” voegt Jezus er aan toe: //Abraham
kent u niet.” Ten volle is dit Woord des
Heilands van toepassing op de hedendaagsche
Farizeërs en Schriftgeleerden, alias de geloo
vige en vrome konservatieven van uw slag.
Wij voegen u in Jezus’ Naam toe: //Als
gij Christenen waart, zoudt ge Christus’
werken doenmaar moeten er helaas
aan toevoegen, gezien uwe daden, /Christus
kent u niet.”
Wat voor goeds hebben we van U, mijn
heer de Boer, en uwe geloovige Konservatieve
medestanders te wachten. Immers niets. Gij
Konservatieven bewandelt een pad, dat zoo
wel naar den politieken als den geestelijken
dood voert.
Zin voor Waarheid hebt ge niet, het
Christendom maakt ge tot een leugen en tot
een aanfluiting, waar ge het met voorliefde
bezigt als een masker om uw mammonnistisch
aangezicht voor de goêgemeenten te ver
bergen. Ook voor U en uwe Kons. mede
standers geldt het woord des Heilands: Gij
kunt niet God dienen en den mammon.
En waar Jezus de Scharen waarschuwde
met de woorden: //Indien Uwe gerechtigheid
niet overvloediger zij, dan van de Farizeërs
en Schriftgeleerden" (de geloovige Konser
vatieven van die dagen,) //gij zult het Konink
rijk Gods niet zien”, zoo waarschuwen ook
wij onze lieden voor heel de geloovige
Konservatieve bent.
Uw Konservatisme is de doode vlieg, die
de politieke zalf stinkende maakt. Van
sociale hervormingen hebt ge een afkeer.
Het recht van den arme, de weduwe en de
wees erkent ge niet. De verdrukte en ellen
dige roept tevergeefs tot U. Wij, die voor
armen en verdrukten en ellendigen in de
bres springen, die strijden voor de Waarheid
en het Recht, die Jezus voetstappen wenschen
te drukken, worden door U gekwalificeerd
als eenmaal Jezus door de Farizeërs en
Schriftgeleerden. Ge waarschuwt de menschen
voor ons, scheldt ons voor zzrood”, verwijt
ons vrienden te zijn van ongeloovige demo
kraten, heet ons gevaarlijke lieden, 'ja, som
migen uwer hebben ons verweten uit den
duivel te zijn.
Maar dat alles schaadt ons niet, wel hen,
die zulks doen. zzZe hebben mij vervolgd”,
zegt Jezus, zzze zullen het ook u doen...
//liegende en alle kwaad van U sprekende”.
Alles wat wij van de geloovige Konserva
tieven van uw slag ondervinden is ons een
bewijs, dat we op den rechten weg zijn, en
zal ons een spoorslag zijn om in de kracht
des Heeren steeds vuriger U te bestrijden.
We zullen ons volk voor U waarschuwen
als voor de gevaarlijkste lieden, die we kennen,
als zijnde de ergste revolutiestokers, want
gij als Konservatief, die in het streven van
het volk naar verbetering de revolutie ziet,
maakt zelf de revolutie (Keizer Wilhelm I).
Gij en uwe Konservatieve medestanders
mijdt zorgvuldig onze vergaderingen en tracht
ook anderen er van terug te houden. Waarom
Omdat ge het licht der Waarheid schuwt
en vreest ontmaskerd te worden. Ge staat
als de Farizeërs. achter de deur te luisteren,
om daarna even naar buiten te schieten en
nijdig te vragen: z/zijn wij dan ook blind?”
Ge neemt in uwe blindheid de vrijheid
om achter onzen eerenaam Christen, (door u
typisch een lidwoord genoemd, alsof het geen
meerdere beteekenis heeft dan de woordjes de,
een of het, nu voor U heeft het dat ook
blijkbaarnietjeen vraagteeken te plaatsen en laat
’t daarna geheel weg. Daartegen protesteeren
we, daartoe ontzeggen we U het recht, en
we geven U in ernstige overweging om uwe
woorden terug te nemen met de erkenning,
dat ge U op onbekend terrein hebt gewaagd.
Zijt ge daartoe niet genegen, dan daag ik
Vervolg.
Groot was de verslagenheid der dorpelingen
toen de elementen hadden uitgewoed en van
het trotsch gebouw niets meer over was dan
een puinhoop.
Maar men bleef niet lang zitten in zak
en assche, al spoedig werden maatregelen
genomen voor den herbouw.
Het college van kerkvoogden, bestaande
uit de heeren Jan A. Anema, Jan Feckema
en P. Blanksma, stelde alle pogingen in het
werk om een flinke, groote kerk met daarbij
passenden toren te verkrijgen; en reeds in
Augustus van hetzelfde jaar werd aan den
toren de eerste steen gelegd door Siebe
Baukes Yetsinga, twee jaren oud en zijn
overgrootvader A. J. Anema, die reeds 81
levensjaren telde.
Aannemer van het werk was C. P. Keuning
te Ureterp.
En op den lOen December van het vol
gende jaar, 1837, noodden twee nieuwe,
welluidende klokken de gemeente ter eerste
plechtige godsdienstoefening in het nieuwe
kerkgebouw, waarin de predikant, de heer
Ds. J. Dijkstra, voorging, sprekende naar
aanleiding van 1 Joh. 4 Eb, vGod is liefde.”
En daar stond nu de nieuwe kerk, groot
en ruim, met een open toren getooid.
Binnen in was alles keurig ingericht,
’n flink orgel, geleverd door de firma Ypma uit
Bolsward, prijkte boven de dubbele schips-
deuren.
Gestoelten waren aangebracht voor ’t Col
lege Kerkvoogden, de familie Anema, het
huisgezin van den predikant en armvoogden,
terwijl ook weer eene Z/Camminga-bank”,
was aangebracht, over welks inrichting echter
eerst nog al wat getwist was geweest.
Aan die Cam miuga-bank is een oude voor
waarde verbonden. In lang vervlogen dagen,
stellig reeds vóór 1700, //besprak” eene
freule C, va» Eysiuga der Diaconie eene
eeuwige rente van f 25, benevens de rente
van honderd ducatons, ongeveer f 9,50. In
geen enkel boek der Diaconie is echter
omtrent deze bespreking iets te vinden,
reeds twee honderd jaar lang wordt echter
vrij geregeld deze som betaald door de be
woners van //Camminga-State”, de groote
boerenplaats aan het oost-eind va» ons dorp.
Had nu bij den herbouw der kerk de
familie, eigenares dezer plaats, reeds aan
merkingen gemaakt op de teekening van het
te bouwen gestoelte, herhaalde malen na dien
haakte het tusschen haar en de Diaconie.
In 1855 kwam het tot een conflict over
het onderhond en zoo noodig herstellen van
deze zitplaatsen. Het bleek, dat er geen
enkel bewijs te vinden was, dat aanwijzing
kon doen, dat de Diaconie daartoe verplicht
was. En zoo is de toestand tot op heden
en komt in de jaarrekening der Diaconie
over 1905 onder de ontvangsten, even als
altijd de post voor, wegens eeuwige Rente
van Camminga-State, benevens de rente van
100 Ducatons, de somma van f 34,45.
Bolswardsclie Courant
F. VAN DER PERS,
Redacteur-Uitgever van het Chr.-Dem.
I
I