Nieuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. 1 H 3 ff 1906. 45ste Jaargang. Verschijnt Donderdags en Zondags. No. 28. DONDERDAG 5 APRIL. Voor het Kantongerecht Zitting van Vrijdag 30 Maart 1906. VOOR Afzonderlijke le. 2e. ƒ17685.— Bij 2160.— ƒ19845.— 6821.— ƒ13024.— 3488.541/2 f. 87.21 nn 400.— - 9860.271/2 pl.m. ter school gaan) 24.65 ƒ13348.82 ƒ23.51 - 1385.— 3.46 2325.50 ƒ11023.32 BINNENLAND. de kop -18.— C. W. EISMA. Hier af opbrengst beneficialen Rijkssubsidie het voertuig was nergens de handhavers der wet -22.— - 24.— - 3.— INGEZONDEN. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). een 3. II ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. schoolgeld was ƒ2488.541/2 - 1000.— alle scholen a scholen I en II en 2 pCt. waarde naar een 2 kinderen samen per jaar 1 leerling, hoogst ƒ2 per md. X 12 md. waren geklommen, terwijl middelen tot allerlei andere uitgaven niet in gelijke er toen waren) 10260.27i/2 Blijft voor Bij de inzending van de uitgaaf voor <1-1.__. rekening der Gemeente het voorstel tot verhooging van de school voor m.u.l.o. later vermeerderd met een onderwijzer per leerling (40 gerekend, die Op den rit van gisteravond bij tweespan tram- geraakte daarbij zoodanig aan de lijn staande van ADVERTENTIEPRIJS: 50 Cts. van 1—7 regels. Ver volgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4. Maakt samen ƒ2971.— -3850.— Oil 1. H. H. te Makkum. Deze beklaagde was de vorige zitting reeds gedagvaard, doch toen niet verschenen, daar hij met het schip ergens in Groningen] lag. Nu is hij er wel en nog wel en familie, daar zijn ouders met hem ter rechtbanke moesten optrekken. Dit jongmensch, hoewel hij de bewering van den kantonrechter ten volle beaamt /zoud en wijs genoeg” te zijn, kon hij, bekl., op Nieuwjaarsdag 1.1. zijn lust niet bedwingen, met nog een paar jongens (welke in de vorige zitting werden gehoord), zich met hen in de vaardigheid van ’t hier in Friesland erg in zwang zijnde „centjespelen”, te meten. er veel aan gelegen laat behoort gevoegd te worden, in cluis m.u.l.o., vermindering terecht komen voor groot belang voor de ouders, die hunne kinderen geen hooger onderwijs kunnen geven) ƒ940.50 d.i. gemiddeld per leerling (40) Scholen I en II d.i. gemiddeld per leerling (400) Scholen I en II te verminderen met lager salaris nieuwe onderwijzeres in de plaats van Leverland per leerling (400 gerekend, die er Nu voor rekening der gemeente Volgens het nieuwe voorstel zou school m.u.l.o. (Fransche school, van kJ Rest voor de gemeente, of de belastingschuldigen De heffing is echter zoo geregeld, dat Voor school m.u.l.o. wordt betaald Stavoren, 2 April, ’t Gaat slecht met de haringvangst. Nog minder dan verleden week bedroeg de totale vangst in de afgeloopen week slechts 360 tal voor 40 booten. De prijs hield zich onder die omstandig heden staande: f3 per tal. Veenwouden, 31 Maart, hier naar Suameer kwam Duisterheide een van het paarden te vallen en bekneld tusschen een der stamboomen en de in gang zijnde tram drie rijtuigen, dat het, deerlijk verwond, op de plaats dood bleef. Nadat de gederailleerde voorste wagen weer in ’t spoor was gebracht, kon de reis met het overgebleven paard worden voortgezet. Hepk. Nieuwsbl. v. Fr. Sneek, 3 April. In de groote zaal van Amicitia sprak heden avond Dr. J. L. Chaillet alhier over ’t onderwerp: „Wat willen de pacifisten, waartoe een vrede-ten- toonstelling Na de lezing werd een afdeeling gesticht van de internationale vereeniging „Vrede- tentoonstelling”, aanvankelijk met 25 leden. Om lid te worden, betaalt men ineens f 1,50, waarvoor men o.m. ook in 1910 of 1912 toegang verkrijgt tot de tentoonstelling in ’t te stichten Vredesgebouw in Den Haag. ’t Kohier van den Hoofd. Omslag, dienst 1906, is hier vastgesteld tot een be drag van f 63402,50, of bijna 5 pCt. van ’t belastbaar inkomen groot f 1,278,710. De aanvoer van kievitseieren bedroeg heden alhier ongeveer 200 stuks, welke tegen 35 ct. per stuk werden opgekocht, van 1 leer- ƒ41.25 - 8.25 Na ruim een uur te hebben staan wachten, werd eindelijk tegen twaalf uur de openbare zitting van het Kantongerecht geopend. Het vrij groote aantal zaken, betreffende de voor kort ingetreden kinderwetten, waren voor een groot gedeelte oorzaak, dat ons geduld zoo lang op de proef gesteld werd. Eindelijk werd er gebeld en ging het Kantongerecht in openbare terechtzitting over. De eerste, die wat op zijn kerfstok had en zich daarvoor verantwoorden moest, wasDat de jongeling zich ling, hoogst ƒ3.75 per md. X U md- dat onderwijs gegeven wordt en 1 leerling, laagst ƒ0.75 X H m(h voor 2 of meer kinderen aanmerkelijk minder. B.v. voor hen, die in den hoofdelijken omslag zijn aangeslagen zuiver inkomen van 1000ƒ1500 voor Voor school I wordt geheven van laagst ƒ0.25 X 12 md. en voor hen, die in den hoofdelijken omslag zijn aangeslagen naar een zui ver inkomen van ƒ1000ƒ1500 voor 2 kinderen samen per jaar 3 kinderen evenredig lager. Wie kan dat niet betalen? In 1891 heb ik het initiatief genomen het schoolgeld progressief te regelen en voor wie ’t noodig was te verlagen. Toen waren de kosten van het onderwijs pl.m. ƒ3000 lager dan tegenwoordig, het schoolgeld was ƒ2200 en de hoofdelijke omslag ƒ13500. Thans heb ik medegewerkt tot verhooging, omdat ik het billijk en overeenkomstig de wet vind, dat de ouders, die in de eerste plaats geroepen zijn bij te dragen in de kosten van het onderwijs hunner kinderen, naar hunne middelen dit toelaten, een kUin deel van de hoogere kosten betalen. Mijn loon was allereerst een brief van afkeuring van de Liberale Kiesvereeniging (waarvan ik niet eens lid ben), geschreven op een toon alsof ik aan die vereeniging ver antwoording verschuldigd zou zijn en niet volgens eed en geweten, zonder last of rugge spraak met hen, die benoemen, mag spreken of stemmen in den Raad. Of ik nu mis was, mij dieper in de moeras werk, of ik verdiend heb gedeclineerd of scheef aangezien te worden om mijne handelingen en gedragen, of om mijn trekken door het land met degelijke menschen, met mannen van karakter, wensch ik ook aan de publieke opinie over te laten. 10. In den vroegen morgen van den 2den Februari, waren twee marechaussees der brigade, gelegen te. Witmarsum, in de om streken aldaar op surveillance. In de nabijheid van het dorp Longerhouw op de z.g. Schraarderlaan zagen zij op den weg een melkwagen staan, welke daar geheel onbeheerd stond en tevens zoo, dat er niets passeeren kon. De eigenaar van te vinden, waarom het noodig achtten te wachten, tot de persoon kwam, die zijn wagen daar zoo zonder toezicht achter gelaten had. Na een half uur gewacht te hebben, kwam de bezitter opdagen en ontving hij weldra van de marechaussees eene invitatie om eens voor ’t Kantongerecht te verschijnen, of te wel, tegen hem werd proces-verbaal opge maakt. Bekl. K. V. genaamd, wonende te Lon gerhouw, heeft gevolg gegeven aan de uit- noodiging, want thans zien wij hem „voor de balie” staan. V. verklaart nu, dat zijn wagen voor eventueel passeerende voertuigen niet in den weg stond, daar het eene wiel op den berm en het andere ongeveer een voet van den berm, op den grintweg stond en er gemak kelijk een hooiwagen voorbij kon, daar de wagen juist bij een kruispunt stond. De marechaussees geven eene andere lezing van de zaak en zeggen, dat er zelfs geen fiets meer langs kon. Bekl. tracht het geval nog aanschouwelijk voor te stellen, doch dat hielp hem niet veel en het slot van de historie is, dat hij voor zijne nalatigheid gestraft wordt met den eisch f 3 of 2 dagen. Nadat de eisch uitgesproken is, vraagt de Kantonrechter of bekl. nog iets aan te merken heeft, waarop laatstgenoemde antwoordt, dat hij nu niet meer weet, wat hij doen moet, daar dezelfde marechaussees hem nu toestem ming gegeven hebben, om den wagen daar te hebben. Hierop worden de getuigen terug geroepen, die den Kantonrechter uitduiden, dat ’t verlof gegeven is, wijl zij bekl. een plaats aangewezen hebben bij een driehoekig stukje land, daar waar de drie wegen samenkomen en het dus voor de passage niet hinderlijk is. Bekl. gaat mopperend heen, zeggende„wat ik zeg, baat toch niets.” De overige zaakjes in het Zaterdags-nummer. Mijnheer de Redacteur! Beleefd verzoek ik U onderstaande in Uw blad op te nemen. Omdat het ingezonden stuk, (Zondag 1 April), van „Een der protesteerende ouders”, eene zaak betreft, die in ’s Raads vergadering, in het openbaar, behandeld werd, meen ik verplicht te zijn daarop een antwoord te geven, onderteekend met mijn naam. De becijfering in dat stuk geeft niet het juiste beeld van den toestand en dit dient toch wel uit te komen, om ’t zoogenaamde raadsel op te lossen. Dit acht ik althans van groot belang voor de publieke opinie. Het juiste bedrag der kosten van onderwijs in de gemeente, behoort n.t. als punt van uitgang genomen te worden, bij de beoordeeling of er reden bestond het schoolgeld eenigszins te wijzigen en voor enkelen te verhoogen. En dan mag niet worden vergeten dat in 1905 een nieuwe school zou worden gebouwd, waaraan de gemeente ruim ƒ22000 ten koste moest leggen; de kosten van het onderwijs gestadig dekking daarvan evenals van verhouding waren gestegen, het opgegeven cijfer van algeheele uitgaaf voor van de stichtingskosten van samen a 36000.4 pCt. rente liggen, dit spel te beoefenen, blijkt wel uit de verklaring van de ouders tegen den kan tonrechter, dat zij reeds een paar weken lang bekl’s zakgeld, ten bedrage van 25 cents, ingehouden hebben, doch dat hij daar niets om geeft. Ook wist bekl. wel, dat dit soort van uitspanning niet geoorloofd is. De kansen van den beklaagde staan nu zeker niet zoo goed, als ze misschien wel op dien bewusten Nieuwjaarsdag in zijn spel deden, daar de eisch van den Ambtenaar van het O. M. luidtf 1 boete sub. 1 week naar de tuchtschool. Op de aanmerking, die de moeder maakt op de boete, antwoordt de Heer Ambtenaar, dat het dan heel geschikt van de ingehouden zakcenten kan betaald worden. 2. R. V. en R. v. d. P., S. 8., U. v. M., W. d. v. d. P. allen te Workum, hebben 31 December 1905, op een paadje of voetpad, de passage gestremd. Beklaagden zijn niet aanwezig. Ook hadden zij zich tevens voorgenomen het nieuwe jaar door saluut-schoten welkom te heeten, tenminste volgens het procesverbaal van den agent van politie, dat o.a. luidt dat zij, beklaagden, voorwerpen op den grond gooiden, wat ontploffingen tengevolge had. Al deze baldadigheden worden hun beloond met den eisch bij verstek, de eerste drie f 1 sub. 1 dag hechtenis, de laatste f 1 of week opzending naar de tuchtschool. G. M. en J. B. beiden te Hindeloopen. De eerste was als minderjarige gedagvaard. Noch bekl., noch diens ouders waren aan wezig, waarom deze zaak uitgesteld wordt en in de zitting van 4 Mei a.s. opnieuw aan de orde komt. 4. G. H. te Koudum is in dienst bij den heer K. Okkinga te Kollum. Bekl. was in de vorige zitting reeds opgeroepen, doch de zaak was tot op heden uitgesteld voor een nader onderzoek. G. H. had 30 Dec. 1905 onder Koudum een vracht lijnkoeken op een voertuig, waar van de wielbanden volgens proces-verbaal niet breed genoeg waren, in verhouding tot den last. Nu was de heer Okkinga zelf als getuige gedagvaard en deze legde de verklaring af, dat de bevrachting meer dan 500 kilo was en dus werkelijk, in verhouding der wiel banden, te zwaar was, waarop de eisch luidt f 8 sub. 5 dagen hechtenis. 5. O. J. IJ. te Makkum heeft den 29sten Januari in de Kerkstraat aldaar, voor zijn zwager een kalf vervoerd op een tweewielige kar, maar nu juist niet op een bijzonder zachte wijze. Volgens het proces-verbaal hing van het dier buiten de kar terwijl de hals op den rand schudde. Bekl. wordt er opmerkzaam op gemaakt, dat de kar te smal was en de liggende houding van het beest pijnlijk was. Bekl. wist in ’t geheel niet, dat zulks strafbaar was en hij kon zich niet voorstellen, dat deze wijze van vervoer pijnlijk voor het kalf was. Hij verklaart verder, geen //pijn lijkheid”, beschadiging of eenig letsel aan het dier gezien te hebben ende eigenaar heeft er ook nog flink aan verdiend De attentie van den beschuldigde tegenover zijn familielid wordt in dit geval nu juist niet zoo zeer geapprecieerd, daar er geëischt wordt f 3 sub. 2 dagen hechtenis. Ook deze bekl. maakt aanmerking tegen de boete, daar hij vader van 9 kinderen is, met deze verschijning ook al een daghuur kwijt is, zoodat deze //liefdedienst” hem wel wat duur uitkomt. 6. S. J. te Bolsward heeft de politie verordening dezer stede overtreden, door op 27 Januari niet gebruik te maken van een urinoir. Eisch f 3 of 1 dag. 7. M. T. B. te Workum werd 31 Jan. 1906 op ’t Zuid aldaar, in kennelijken staat aangetroffen. Eisch f 15 of 3 dagen. 8. 8. B. te Koudum, van ‘t zelfde laken een pakje als no. 7. Daar bekl. reeds bij de tweede herhaling veroordeeld is, wordt zijn straf verzwaard en wordt geëischt 21 dagen hechtenis. 9. L. W. te Hindeloopen had 31 Jan. ook iets anders gedronken dan „koude koffie”. De man was zeker tegen den invloed van die spiritus niet bestand, waarom de politie zich genoodzaakt zag hem in te rekenen. Eisch f 10 sub. 3 dagen hechtenis. Bolswardsche Courant 1 i

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1906 | | pagina 1