Kieuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. 3 1906. 45ste Jaargang. Verschijnt Donderdags en Zondags No. 77. IBM GBlïïï Poets uitsl Zondag 23 September. VOOR Afzonderlijke BINNENLAND. aan. van van dezen namelijk ook een een zekere Louis ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Ots. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4. Sloten, 19 Sept. In verschillende bladen wordt melding gemaakt van het onderzoek, ingesteld naar een marechaussee der brigade S., beschuldigd van mishandeling van een burger. De toedracht der zaak is deze: Den 15 Augs. was er zangersfeest te Balk. Onder de avondbezoekers bevond zich R. v.d. G. alhier, die per fiets naar B. was gereden. Hij werd echter door de marechaussee aangehouden, omdat zijn fiets niet van een brandende lantaarn was voorzien, 't Schijnt, dat v.d. G. toen geweigerd heeft zijn volle digen naam op te geven en als gevolg daar van haalde hij zich een tweede procesver baal op den hals, n.l. wegens verzet tegen de politie. Den volgenden morgen begaf v.d. G. zich naar de kazerne om met den brigade-commandant over het gebeurde te spreken. Op diens bureau nu heeft de mare chaussee L. hem, v.d. G. volgens beweren, een zoodanigen klap tegen het hoofd gege- wn tótö' 1 «rok* cux ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Eranco per post 95 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. L, men over boord et aardappelkistje ♦’KMft'’ met v'agje> a^s herkenningsteek* paardenmarkt waren aangevoerd 221 paarden en 9 veulens, samen 230 st. Voor le soort paarden werd besteed van f 350600, voor 2e soort van f 150300 en voor 3e soort van f80175. Slachtpaarden golden van f 6090. De prijzen van veulens bedroegen f80—180. De handel, in alle soorten, was vlug. Sneek, 20 Sept. Door den heer J. L. Raadersma te Oppenhuizen, sedert 29 jaren leeraar in Geschiedenis en Schrijven aan de Rijksnormaalschool, is uit die betrekking eervol ontslag aangevraagd. Wat de heer R. voor gemelde inrichting alhier was, kunnen zij getuigen, die eens zijn leerlingen waren. Op de grondslagen, door hem gelegd, konden de onderwijzers gerust hun verdere studiën voortzetten, waar door ’t te rijmen is dat zijn heengaan voor de inrichting een groot verlies mag worden genoemd. Niet zoo heel ver. Wij liepen door een aantal mij onbekende straten op het quartier Montmartre toe. Louis speelde voor gids Dat is de bekende cabaret „l’Enfer” en daar heb je „de Ciel”. Daar heb je de beruchte kroeg „Rat mort”. Het moet daar heel jolig toegaan. Ik ben er nog niet geweest. Dat leven daar bevalt mij niet Mijne achting voor Louis steeg. Ook zijn uiterlijk had in vergelijking met vroeger een gunstige verandering ondergaan. Hij droeg zelfs manchetten. Eindelijk waren we op de plaats van bestemming aangekomen. Het was een zeer net atelier, een beetje wanordelijk. Maar orde was steeds de zwakke zijde van Louis. Hoe onopgeruimder mijn atelier is, des te opgeruimder ben ik zelf, placht hij steeds te zeggen. Ik bewonderde de blijken van zijn vlijt. Het was niet te loochenen dat hij enorme vorderingen had gemaakt. In het bijzonder viel mijn aandacht op een studiekop. Och laat dat prul toch liggen 1 meende Louis, drink liever een cognacje De cognac was goed, Louis drong er op aan, dat ik drie glazen er van zou nemen. Hij had zelfs karaf en glazen op zijn atelier. Nu, hoe bevalt je mijn landschap? vroeg hij met trotsch, terwijl hij den ezel waarop de doek stond een weinig in het licht plaatste. Nou ik vind haar, openhartig gezegd, een beetje al te schoolsch Dat begrijp je nog niet mijn beste meende hij, anders was zij op de tentoonstelling niet aangenomen. Dat begreep ik en gerustgesteld ging ik op de chaise-longue zitten. Louis haalde een sigarenkistje te voorschijn en bood mij een sigaar aan. Ik had je een verzoek te doen, begon hij. Zie je, ik wil deze schilderij tentoonstellen, maar mij ontbreekt de lijst. En ik heb op het oogenblik geen geld om een te koopen. De verven en dat eeuwige reizen naar Sèvres hebben mij ontzaglijk veel geld gekost. Zou je mij niet negentig franc kunnen leenen En ik dacht dat je geen schulden meer maakte Dat doe ik ook niet. Maar de termijn van aangifte voor de tentoonstelling loopt binnen drie dagen af en wanneer ik de schilderij dan niet ingezonden heb, dan is mijn heele werk tevergeefs geweest. En je begrijpt toch wel dat ikdat ding niet zonder lijst kan inzenden 1 Heb je dan geen oude lijst meer? Een oude lijstDe schilderij moet een nieuwe, een oorspronkelijke lijst hebben. Ik wil toch niet door een lijst die in strijd is met den stijl, het geheele werk bederven! Toe zeg, help mij uit de verlegenheid. Ik ben overtuigd dat de schilderij zal verkocht worden. En ik beloof je, dat je de som zult terugkrijgen wanneer ik het geld heb. Ik dacht er eens over na en gaf toen het gevraagde. Ik wilde het succes van Louis niet in den weg staan. Negentig franc sche nen mij weliswaar een beetje veel voor een kleine lijst, maar menig succes is nog duurder gekocht. Toen ik de trap afdaalde had ik wel een beetje berouw van mijne goedhartigheid, maar het eigenlijk berouw kwam eerst later. Drie dagen na het bezoek bij Louis liep ik mijn anderen Parijschen vriend Hingler in de „Parislana” in de armen. Hij verheugde zich over onze ontmoeting en nam mij ter stond mee naar zijn atelier. Het is niet heel ver weg drong hij Het is in ’t quartier Montmartre, Wederom ging ik voorbij de „l’Enfer” en de Z/Ciel”, en zag uit de verte de „Rat mort”. Hier zijn wij! verklaarde Frits ten slotte. Wij stonden voor hetzelfde huis waarin zich ook het atelier van Louis bevond. Ik vond het aardig dat het toeval mijne beide vrienden in een en hetzelfde huis gebracht had. Frits liet mij binnengaan. Ik keek om mij heen en kon mijn oogen niet gelooven. Wat moest dat beteekenen. We stonden in het atelier van Louis. Daar stond de ezel met het landschap, daar stond de studiekop, de chaise longue. Ga toch zitten onderbrak Frits mijn min of meer verwarde gedachtengang en haalde de mij welbekende cognac karaf en het kistje sigaren voor den dag. Het was mij nog steeds niet duidelijk wat deze comedie moest beteekenen. Louis herhaalde mijn vriend Theo uit dagend en sloeg met de vuist op de tafel. Louis is een schurk zooals er weinigen zijn. Sla me alsjeblieft de meubels hier niet stuk, zeide ik verwijtend. Je doet Louis onrechtHij is een genie O ho Ik dank voor zulke genieën. Hij is mij driehonderd mark schuldig Jij ook ’t Is toch een flinke kerel. En ook een genie. Hoe hij het klaarspeelt telkens weer nieuwe slachtoffers te vinden dat is mij een raadsel. Dat moet toch een aangeboren talent zijn. De eene heeft talent voor muziek, de andere voor dichten, de eene weer voor schilderen en gene voor tooneelspelen. Louis heeft het talent te poffen En wij het talent om er in te loopen. Ik heb zelfs eens voor dien kerel mijn gouden horloge naar den lombard gebracht. Het was een aandenken aan mijn grootvader en weg is het. Dat beteekent nog in het geheel niets. Mij heeft hij er nog op een heel andere manier tusschen genomen, indertijd te Parijs. Zoo, wat was dat dan? Vertel die geschie denis eens. Met genoegen. Je weet, ik was in mijn leven maar éénmaal te Parijs, drie weken lang. Ik heb van Parijs niet veel gezien, daar ik geen vrienden had, die in de stad bekend waren. De eenige menschen die ik in de wereldstad kende, waren Louis en eene zekere Frits Hingler. Ik kende dezen nog van de schildersschool. Een nette kerel en beangstigend fatsoenlijk, ’n beetje’n „streber”. Ik wilde eerst een paar dagen a bonne aventure door Parijs boemelen en daarna Frits opzoeken. Voor geen geld ter wereld zou ik Louis willen ontmoeten. Ik stond namelijk met hem op voet van gewapenden vrede. Öp onze laatste ontmoeting te Berlijn had ik hem wegens zijn schuldenmaken eens geweldig de les gelezen en hem de verzekering gegeven dat hij van mij geen cent meer zou krijgen. Naar deze zedepreek had hij geduldig ge luisterd en ten slotte de opmerking gemaakt, dat hij voor de strekking daarvan niet veel voelde. De verzekering echter dat mijn beurs in het vervolg voor hem gesloten zou zijn, nam hij mij ten zeerste kwalijk. Hij ging heen en ik heb hem toen niet teruggezien. Theo lachte. Mijn hemel, hoe vaak heb ik hem al gezegd dat er van mij niets meer te halen viel. En toch groeit zijn debetconto bij mij gedurig aan Zoo gaat het met mij ook. Maar luister nu eens. Op den morgen van den tweeden dag van mijn verblijf in de Seine-stad zat ik voor een café op de boulevard. Ik dronk mijn bier en trachtte De NLatin te lezen. Nadat ik mij grondig daarvan overtuigd had, dat mijn kennis van het Fransch geen cent waard was, wilde ik betalen en weggaan. Betalen deed ik dien dag dan ook meer dan ik verwacht had. Toen ik namelijk wilde opstaan, stond Louis plotseling voor mij, stak mij beide handen toe en riep vol vreugde Dat is prachtig Jij in Parijs Jongen, dat was nu eens een verstandige gedachte van ie om je ouden vriend Louis te Parijs te bezoeken Aan ontkomen was nu niet meer te denken. Wij maakten te zamen een kleine wandeling en spraken over de oude studieherinneringen. Men kan op Louis niet boos zijn, want hij bezit een onverstoorbaar goed humeur. Ik heb tranen gelachen, toen hij mij den genialen streek vertelde, welke hij een model gespeeld heeft, aan wie hij niet alleen het honorarium schuldig bleef, maar die hij ten slotte ook nog 5 mark afhandig wist te maken. Dat is nu anders geworden, voegde Louis er aan toe, ik heb het oude leven vaarwel gezegd. Ik werk als een paard en zal zelfs op de tentoonstelling uitkomen. Een landschap bij Sèvres. Ik geloof dat -het zeer goed uitgevallen is Toen hij mijn wantrouwend knippen met de oogen bemerkte zei hij je gelooft me niet? Nu ja, dat kan ik je toch eigenlijk ook niet kwalijk nemen. Je kent den nieuwen Louis nog niet, die er uit mij gegroeid is. Maar misschien wil je mijn nieuw atelier wel eens zien. Heb je tijd Dat is het eenige wat ik hebIs het ver yan hier Zeg eens zijn wij hier in jou atelier? vroeg ik. Frits zag mij verbluft aan. Natuurlijk waar dan anders? En dit landschap? Heb ik geschilderd. Ik heb er overigens last genoeg mee gehad. Ik wilde die doek namelijk tentoonstellen, maar toen is er een bekende van mij gekomen, een zekere Louis Kunst, en heeft de lijst van mij geleend. Hij beloofde wel-is-waar die spoedig weder terug te brengen, maar dat heeft hij tot dusverre nog niet gedaan. Hij heeft namelijk de lijst verpand. Acht dagen geleden nu is de termijn van aangifte voor de tentoonstelling afgeloopen zonder dat ik de schilderij heb kunnen inzenden Tot hiertoe had Theo opmerkzaam geluis terd. Nu begon hij plotseling met beide handen als bezeten op zijn knieën te slaan en te brullenEen genieDie kerel is on betaalbaar. Een genie! Wie is een genie? informeerde mijn neef Hendrik die op dit oogenblik de kamer binnentrad. O, een kennis van ons, Kunst! Mijn neef werd bij het hooren naam wrevelig. Ik ken zekeren Louis Kunst, een zoogenaamde kunst schilder, zeide hij. Die kerel heeft mij te Maagdeburg driehonderd mark afhandig weten te maken, die ik ondanks alle moeite tot op dit oogenblik nog niet terug heb kunnen krijgen. 20 Sept, 't Grootste deel der knechts aan de steenhouwerij van de firma G. en J. Cool alhier, een 20 personen, heeft ’t werk gestaakt. Meer loon is de oorzaak van de staking. De niet aangeslotenen bij den Bond werken door. Zaterdag wordt een der firmanten, die te Amsterdam woont, verwacht, om met de stakers hun eisch van 15 en 16 ct. per uur te bespreken. Heidenschap. Naar wij vernemen is in den nacht van 1.1. Zaterdag op Zondag een van de paarden van den veehouder B. H. alhier van zijn staart beroofd. Een ongehoord en buitengewoon iets in deze streken. Zoo ongehoord, dat we ver trouwen, dat niemand der Heidenschapsters hieraan schuldig is. Uit Stougjesdijk (gemeente Mijnshee- renland) wordt aan de Dordr. Ct. gemeld Van de gelegenheid, dat de stoomtram langzamer moet rijden bij de halte Group- molen voor 't afgeven der brieven, maakte de vrouw van den postbode gebruik om uit te stappen. Haar rok haakte echter aan de treeplank, met ’t ongelukkig gevolg, dat een wiel over den rechtervoet ging, zoodat deze zoo ernstig gekwetst werd, dat hoogst waarschijnlijk de teenen geamputeerd moeten worden. De militair J. G. Suiker, van de 4de comp. 3de bat., in garnizoen te Gouda, viel Woensdag-avond in het kamp bij Zeist bij het waterputten voorover in een 16 M. diepen put. Dadelijk meldde zich een korporaal aan om hem er uit te halen. Na zich aan een touw te hebben laten zakken, mocht hij er met veel moeite in slagen hem te vatten. Naar boven gehaald zijnde kon de genees kundige dienst echter slechts den dood con- stateeren. Nek en schedel waren door den val gebroken. Zondag jl. zou de werkman v. W., van de suikerfabriek te Breda, zijn 25-jarige werkzaamheid aldaar herdenken. In een lokaal der fabriek wachtte men den jubi laris, om hem de geschenken te overhan digen, maar er kwam bericht, dat hij een bloedspuwing had gekregen, en hij reeds was bediend. Men heeft hem toen de ge schenken thuis bezorgd. Auto-ongeluk. Gisternamiddag reed op den straatweg van Bunschoten naar Nijkerk een auto bij het uitwijken voor een kar met zooveel kracht tegen een telefoonpaal, dat de ma chine geheel defect geraakte. De inzittenden kwamen gelukkig met den schrik vrij. Met behulp van een paard, dat een boer in de op de SALO buurt voor geld en goede woorden afstond, werd de auto naar het station Nijkerk ge- W sleept, van waar de reizigers met hun ge broken machine per trein den terugtocht aanvaardden. Een origineele post. Het zal zeker niet ieder bekend zijn, op welke wijze schepelingen, die naar West- Indië varen, soms brieven naar het moeder land verzenden. Wanneer bij dag de Wester- eilanden of de Azoren werden gepasseerd, zet een buiten gebruik gesteld - voorzien van een stokje ken waarin geborgen worden een flesch, inhoudende de brieven met verschuldigde porto’s, een fooi voor den vinder, een schriftelijk verzoek, de brieven te posten, en een tweede flesch niet „snaps”. Door den stroom drijft deze ongewone mail landwaarts en wordt opgepikt door strand- visschers, en bijna zonder uitzondering be reiken deze brieven hun bestemmingslechts een enkele maal wordt wel eens vergeten (doch dit behoort tot de zeldzaamheden) de brieven van postzegels te voorzien. N. R. Crt. Het 4-jarig zoontje van den heer J. Quirijns, te Bezooien, werd dezer dagen boven in het hoofd door een wesp gestoken. Hierdoor ontstond een verzwering der hersenen waaraan het knaapje na een verschrikkelijk lijden van eenige dagen, is overleden. ’s Bossche Crt. Nobele naburen deelen hun geluk met anderen en dragen hun ongeluk alleen, VU I H Bolswardsche Courant Gl

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1906 | | pagina 1