Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
Zondag 7 October.
1906.
45ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 81.
OUDE MENSCHEN.
VOOR
Afzonderlijke
BINNENLAND.
.1
wb»8
buiten de
zijn zoons
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
naar huis terug-
binnen te gaan
ouden dag
Thans, nu
sta, zult u
reeds is u
dat noemt. Het was in den zomer
j
Tegen must.
De kans om bij mist te stranden op den
„Vorm” bewesten Urk een der gevaren
waaraan de schippers op de route Amsterdam-
De Lemmer alsdan bloot staan zal eerlang
veel verminderd zijn als de mistklok op Urk
gereed is. Reeds is de 23 M. hooge ijzeren
toren, afkomstig uit de fabriek van den heer
Wispelwei te Zwolle, voltooid, terwijl Don
derdag de 620 K.G. zware klok met het
uurwerk, vervaardigd te Bockenem, op het
eiland is aangekomen. Wijl de gewichten
door andere moeten vervangen worden, zullen
er allicht nog eenige dagen verloopen voor
de klok haar geluid ter waarschuwing om
Urk bij mist te mijden, kan doen hooren,
met doosjes van alle mogelijke vormen ge
vuld was.
Eindelijk vond zij, wat zij zocht. Vier
blanke guldens, die zij sedert lang bewaarde
om alleen bij eenige buitengewone gelegen
heden te worden gebruikt. Nadat zij de
schat in haar kleine versleten portemonnaie
had gedaan, ging zij zich kleeden.
Slechts met veel moeite gelukte het haar
bevende vingers haar kleeding vast te knoo-
pen. In der haast haakte zij de ceintuur
scheef vast, maar gaf zich niet den tijd dit
over te doen. Nu nog hoed en mantel en
met haastigen tred trippelde zij naar buiten.
In een bloemenwinkel kocht zij twee rozen,
de schoonste die te krijgen waren en be
taalde die met een deel van haar blanke
muntstukken.
Had de oude heer Trobom haar vroeger
bloemen aangeboden, nu hij ziek was, wilde
zij het hem doen.
Een half uur later zat zij aan zijn bed
en hield zijn koortsige hand in de hare.
Beste mijnheer Trobom, wat is het naar,
dat u ziek zijt, zeide zij en tranen vloeiden
over haar gerimpelde wangen.
Ja beste juffrouw, maar wees daarom niet
bedroefd, ik ben een-en-tachtig jaar oud en
het kan zijn, dat ik heb uitgediend, ja
werkelijk. Het is slechts droevig, dat ik u
alleen moet laten, want wij konden op onzen
zoo goed met elkaar over weg.
ik aan den rand van het graf
het ook hoorenSedert lang
mijn ideaal geweest, zooals men
van het
jaar 1850 toen ik te Göteberg kwam. Daar
was ik bediende bij schoenmaker Andersson,
die zijne werkplaats had in hetzelfde huis,
waarin ook kapitein Jansson woonde. En
bij dien kapitein kwam u dikwijls aan huis.
Wij, bedienden, bewonderden uit de verte u
zoowel als mejuffrouw Jansson. Ik herinner
mij nog zeer goed, dat de lange Lengtsson
en ik wedden wie van u denkleinsten voet
had. Ik beweerde u en hij de andere. Spoe
dig daarop kregen wij van u beiden een
schoenen te maken en de uwe waren
hal ven duim korter, ofschoon u
was dan de andere dame,
kruik bier. Ja werkelijk.
was
Nijehaske, 5 Oct. Het rangeerterrein van
de tram wordt uitgebreid. Men is er reeds
mee bezig. We hoorden dat nu ook een
spoor zal gelegd worden langs den Noord-
oostelijken kant van den Parallelweg, onge
veer vanaf halverwege ’t restaurant Vernim-
men en ’t tramstation, tot bijna aan de
nikkelfabriek, waar ’t zijlijntje zich weer met
de hoofd lijn zal vereenigen.
Reeds nu is de passage bij ’t tramstation
vrij lastig... om er maar niet meer van te
zeggen. Maar hoe zal het dan zijn? Beter,
meende een deskundige, want dan is er meer
rangeerruimte, en zullen de rangeerende ma
chines en rijtuigen minder last en gevaar
opleveren voor de passeerenden.
We zullen ’t moeten afwachten. Dat som
migen bij de laatste bewering eenigszins on-
geloovig ’t hoofd schudden is licht te begrijpen.
Immers de tram zal nu bezit nemen van
den geheelen weg
Balk, 3 Oct. De Gaasterlandsche vogelaar
is thans in volle actie. Eiken avond en ochtend
trekken de Houwers uit en in den loop van
len dag ontmoet men overal de lijstertrek-
iers, gaande naar of komende van de beugels.
Jommigen hebben 20 a 30 duizend strikken
|j verzorgen en het totale aantal zal wel
weinig minder dan 1 millioen bedragen.
Zondag was er flink wild in de bosschen,
zoodat op den openingsdag (1 Oct.) dadelijk
vangst gemaakt kon worden.
De prijzen der lijsters zijn 9 a 10 cent,
X van snippen 1.30 a 1.40 gld. per stuk.
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Workum, 4 Oct. Omtrent het bij onze
kust gestrande schip kunnen we mededeelen
dat het later gebleken is te zijn schipper
Duiker, die met een vracht rogge van Rot-
terdam naar Leeuwarden moest met het
tjalkschip „Hillegonda.”
Gistermorgen is bij kalme zee het schip
door de sleepboot „Voorwaarts” afgesleept
en in de haven te Harlingen gebracht. Het
bleek dat het schip weinig water bevatte.
Mindere bekendheid met het vaarwater
bleek, naar wij vernemen, de oorzaak van
het ongeval te zijn.
Sneek. Woensdagavond j.l. overleed alhier
na een paar dagen bedlegerig te zijn geweest,
ons zeer geacht raadslid, de heer M. ten
ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Ots. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
chine-Nlaatschappij tot Bevordering van
S. H. WHITTICK Co., Keizersgracht 263,
rklaart hiermede openlijk, dat men, bij
alging barer aanwijzingen f 2,50 en meer
verdienen, en dat zij over een groot aantal
beschikt van koopers harer „MIRAMAR”
S, alsmede officiëele rapporten van experts,
erscheid volkomen overeenstemmen in het
letgeen wij in ons prospectus beloven, met
rereenkomt. Wij koopen het werk. Men
«sen aan bovenvermeld adres.
De nette, kleine, ietwat gekromde grijs
aard, met het verstandige, gerimpelde, door
een lange witte baard omlijste, gelaat trok
onwillekeurig de aandacht der voorbijgangers.
Op zijn hoofd stond des winters zoowel als
des zomers een zorgvuldig glad geborstelde
hooge hoed, waarvan het model niet juist
van den laatsten tijd was. Geregeld om den-
zelfden tijd eiken Woensdag en Zaterdag
zag men hem naar de stad wandelen. Hij
ging altijd denzelfden weg, ging steeds de
zelfde vruchten- of bloemenzaak binnen en
kwam altijd met een papieren zakje of met
een aardig gebonden bouquet weer naar
buiten. Het was de oude schoenmaker Tro
bom, die sedert eenige jaren stil was gaan
leven en nu de rust van den ouden dag
genoot in zijn eigen huisje even
stad. Zijn vrouw was dood en
woonden in Amerika.
Wanneer de grijsaard
keerde, was hij gewoon even
bij de oude juffrouw, die tegenover hem
woonde.
Juffrouw Walmanu was muziekonderwij
zers en in haar jonge jaren was ze een
gevierd meisje en later een gezochte onder
wijzeres geweest. Toen zij echter oud begon
te worden, nam het aantal der lessen af en
slechts door uiterste zuinigheid kon zij het
hoofd boven water houden. Sedert vier
jaren woonde zij tegen een kleine vergoe
ding in bij den ouden heer Trobom.
Goeden dag juffrouw Vele groeten uit
de stad, ik kom er juist vandaan. Ja, wer
kelijk, zoo begon hij het gesprek.
Dank u wel mijnheer Trobom Nu, is er
wat nieuws
Niets bijzonders, ik heb er deze peren
gesnapt, maar omdat ik noch juffrouw Stafva
er veel van houden, zou u mij een groot
pleizier doen, wanneer u ze van mij wilde
aannemen, ja werkelijk.
Duizendmaal dank, beste mijnheer Trobom,
maar ik mag u toch waarlijk uw peren niet
afnemen.
Maar natuurlijk Waarom dan niet, ja
werkelijk.
Na eenige opmerkingen over het weer en
eenige vragen naar den gezondheids-toestand
van de juffrouw, nam hij met een sierlijke
buiging afscheid.
Gegroet, beste juffrouw. Mijn dank voor
uw vriendelijkheid, verontschuldig als ’t
u bljeft den overlast, dien ik u aandeed.
Ja werkelijk.
Toch niet, ik moet u bedanken, ant
woordde de oude juffrouw met een gracieuse
buiging.
Dit tooneel werd sedert drie en een half
jaar tweemaal in de week bijna onveranderd
herhaald. Dikwijls waren het druiven, appels
of bloemen in plaats van peren, maar steeds
bewees de juffrouw hem een grooten dienst
als zij het aannam. Soms bleef hij een wei
nig langer en juffrouw Walmann bood hem
dan een kopje koffie aan, speelde een paar
stukjes op de oude piano en de grijsaard
luisterde in stille verukking.
Bijna iederen Zondag kwam de juffrouw,
als zij niet bij een van haar vroegere leer
lingen was genoodigd, bij Trobom eten, dan
deed diens huishoudster, juffrouw Stafva,
haar uiterste best alles zoo deftig mogelijk
te doen zijn.
Ja, de juffrouw is zeer verwend, om het
zoo eens te noemen, vertelde zij aan de
buurvrouw. Men kon er toch niet aan den
ken haar het eerste het beste voor te zetten,
zij die met graven en baronnen had ge
dineerd.
Gold het juffrouw Walman, dan liet juf
vrouw Stafva haar fantasie den vrijen teugel
en de vrouwen in de omgeving kregen door
hare verhalen een zeer hoog idee van de
beteekenis der muziekonderwijzeres in jonger
jaren.
Toen mijnheer Trobom de laatste maal
in de stad geweest was, had hij kou gevat
en kreeg longontsteking. Vroeg in den
morgen kwam juffrouw Stafva bij juffrouw
Walman en vertelde haar, dat mijnheer haar
wenschte te spreken, zoodra de dokter er
geweest was.
De oude juffrouw was geheel buiten zich
zelf. Met zenuwachtige haast doorzocht zij
de bovenste lade van haar schrijftafel, die
Gate, sedert verscheidene jaren gepensioneerd
Oost-Indisch ambtenaar.
Wat hij voor onze gemeente als raadslid
is geweest, dat bewezen de woorden, die de
Voorzitter en de heer Dokkum in de raads
zitting van gisterenavond aan de nagedachtenis
van den overledene wijdden.
Als lid van de Commissie van Toezicht
op ’t L. O. in dezen gemeente zal Ten Cate’s
verscheiden ongetwijfeld lang worden gevoeld
wijl hij als Schoolman in die Commissie de
rechte plaats was.
Hoe zijn hart nog altijd aan de school
hing, de onderwijzers in onze gemeente
kunnen getuigen met hoeveel belangstelling
en opgewektheid hij bij zijn schoolbezoek de
lessen in verschillende klassen vaak volgde
en hoe goed het hem deed als een leerling
eens een ferm antwoord gaf.
Als lid van de C. v. T. op ’t M. O.
heeft hij menigen nuttigen wenk gegeven,
die onze school voor M. O. ten goede is
gekomen.
Niettegenstaande zijne gezondheid in de
laatste jaren veel te wenschen liet, bleef hij
tot zijn laatste oogenblikken zijn opgeruimd
heid behouden en had hij voor ieder, niet
in ’t minst de jeugd, steeds een vriendelijk
woord.
Htrechtsche Tram-Maatschappij.
Men meldt uit Utrecht
Het personeel der Utrechtsche Tram-Mij.
verkeert op dit oogenblik in een betreurens-
waardigen toestand. Zonder zijn schuld staat
dit personeel binnen korten of langen tijd
voor bet feit, zonder betrekking te zijn
tenzij de Gemeente goedgunstig over hen
beschikt. De onderhandelingen van de Ge
meente met de Utr. Tram-Mij. betreffende
de overname van de tramlijnen dier Maat
schappij door de gemeente hebben tot niets
geleid. De thans bestaande ringlijn van de
gemeentetram oefent natuurlijk geen gunsti-
gen invloed uit op het bedrijf der Utr. T.
Mij.; bovendien besluit de Gemeente telkens
tot aanleg van nieuwe lijnen en zal 1 April
a.s. de U. T. Mij. haar dienst op de lijn
Bilstraat, wegens vervallen der concessie,
moeten staken. Zoodoende wordt aan de U.
T. Mij. door de gemeentetram een scherpe
concurrentie aangedaan, waarvan ten slotte
het personeel het slachtoffer zal worden.
Dezer dagen is dan ook aan genoemd per
soneel vanwege de directie een wenk dien
aangaande gegeven. Vannacht heeft het ge
zamenlijke personeel vergaderd en besloten
een tweetal adressen te zenden, het eene aan
het Gemeentebestuur, daarin verzoekende dat
de gemeente besluite het personeel der U. T.
Mij. in dienst bij de gemeentetram over te
nemen; het andere aan de directie der U.
T. Mij., waarin het personeel, thans, nu de
diensttijd te lang is geworden, vermindering
van diensttijd zal verzoeken en toestemming
om uit het Pensioenfonds der Maatschappij
te mogen treden, in verband met den komenden
toestand, waarin het personeel der U. T.
Mij. zal geraken.
Woensdagmorgen sloeg een span van
zes paarden, dat voor een stuk gespannen
was en op de Gasthuisvelden te Breda aan het
oefenen was, op hol. De artilleristen waren
niet bij machte de paarden in te houden en
deze holden nu de Nieuwe Huizen in, draai
den daarop en reden vervolgens de spiegel
ruit en de winkelkast bij een bakker stuk.
Eindelijk slaagde men er in de dieren te
grijpen en kon men de berijders, die voor
het meerendeel naast de paarden hingen, uit
hun hachelijke positie bevrijden.
‘s-Hert. Cl.
gen” voor~raij zingende zieke plot
seling. Het is vijftig jaar geleden, dat ik
het" de laatste maal van u heb gehoord.
Het was op een bal bij kapitein Jansson
alle vensters stonden open en spel en ge
zang klonken duidelijk tot onze werkplaats
door.
Zij deed het dadelijk. De stem, die voor
vijftig jaar hetzelfde lied had gezongen, zal
toen wel anders hebben geklonken dan de
nu door snikken onderbroken stem van de
zeventig-jarige. Maar den ouden vriend gaf
zij hetzelfde genot als weleer. Toen zij ge
ëindigd had, lag hij stil met een gelukkigen
glimlach om den mond.
Dank u, beste juffrouw. Ik dank u voor
paar
juist een
een hoofd grooter
Zoo won ik een
Nu is Lengtsson reeds lang dood. Dat
nog eens een vr'oolijk huis. Toen is u ver
loofd geraakt en het sneed mij door mijn
hart, toen ik dat vernam. Hoewel ik er
nooit aan gedacht had met u te trouwen,
ik, een arme schoenmakersknecht, kon ik
de gedachte, dat een ander u zou krijgen,
toch niet verdragen. Ik vluchtte naar een
anderen meester en zag u slechts zelden
meer. Eenigen tijd daarna vernam ik, dat
uw verloofde was gestorven en toen was ik
zelf reeds getrouwd en had mijn eigen werk
plaats. Daarna ryerdeu mijn zoons geboren
en verliep het eene jaar na het andere.
Dikwijls zag ik u en vond ik, dat u veel
was veranderd. Toen mijn zoons vertrokken
al de vreugde, die u mij bereid hebt in
mijn laatste levensjaren. Nu kan de oude u
niet meer zijn opwachting maken, maar u
zult ook ondervinden, dat hij niet ondank
baar was. En steeds weer drukte hij haar
de hand.
Juffrouw Walman had haar ouden vriend
voor het laatst gezien. Toen den volgenden
dag de zon ter kimme ging, was het leven
van den ouden Trobom gevloden.
De begrafenis was voorbij een def
tige begrafenis, verzekerde juffrouw Stafva
en het testament werd voorgelezen. Toen
bleek de grijsaard te hebben bepaald, dat
juffrouw Walmann en Stafva tot aan haren
dood zijn huis kosteloos zouden bewonen en
zijn verdere inkomsten samen deelen. En
wanneer zij ook niet meer zouden zijn,
moest het verkocht worden en zou zijn ge-
heele bezit komen aan de vacantiekolonie in
in de stad. De zoons, die welgestelde men-
schen waren, hadden schriftelijk hunne toe
stemming gegeven tot dit testament van
hunnen vader.
Zoo kon juffrouw Walmann in haar
laatste levensdagen onbezorgd leven. Maar
toch scheen ’t haar niet goed te gaan, zij
verouderde zichtbaar. Uit den grond van
haar hart betreurde zij haar ouden vriend
en reeds na een half jaar volgde zij hem
in het graf.
Juffrouw Stafva woont nu alleen in het
huis en geeft menige visitie voor de buur
vrouwen. En dan kruidt zij de goede koffie
met ontelbare geschiedenissen van mijnheer
Trobom en juffrouw Walmann. Wie zich
het meest er voor interesseerden, werden
spoedig weer uitgenoodigd en daar de dames
dat spoedig begrepen, wedijverden velen
weldra in groote aandacht, zoodra juffrouw
Stafva begonik herinner mij dat eens,
toen mijnheer nog leefde...
Bolswardsclie Courant
ai
1
M
I
1
UI a wfe-iw ivfeBi fc.lv JlrtilU.