Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward. en Wonseradeel.
15. Dr. tammerus canter vis-
SCHER. Ingevolge ’t vóór acht dagen
genomen besluit, benoemde de Municipaliteit
of Gemeenteraad van Bolsward den 10
November 1795 met meerderheid van stemmen
tot Secretaris //den burger Tammerus Canter
„Visscher, Advocaat voor den Hove
//Friesland, en wonende te Bolsward.
//burger Fisscher, ter vergadering van
//Municipaliteit ontboden, en met zijne
ti benoeming in kennis gesteld zijnde, bedankt
1907.
46ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 9.
AANTEEKENINGEN
Donderdag 31 Januari.
VOOR
Afzonderlijke
BINNENLAND.
feit,
de
26 Jan. Prijs f 30 W. de
van
De
de
Pingjum,
Kimswerd.
betreffende de elkander in geregelde orde
opgevolgd zijnde Secretarissen van
Bolsward, van 1500—1876.
Door D. BARTSTRA, Gemeente-Archivaris.
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
45 jaar, 3e boven de 45 jaar. T
werden behaald door J. Untema te Kimswerd,
S. Bangma te Pingjum en Anne de Haas te
Kimswerd; de pretniën door C. Blanksma te
F. de Vries en R. Poletiek te
’t Aantal deelnemers bedroeg,
13, 12 en 9.
Witmarsum, f"
Vreeze, Bolsward, f 15 Z. Castelein, Wartena,
f 5 J. Oppenhuizen, Oppenhuizen, f 5 Schilstra,
Akkrum.
III.
9. GERHARDUS CLAESZ. BALCK.
Slechts één dag na ’t overlijden van Alema,
den 16 Oct. 1696, werd hij tot diens opvolger
benoemd. 2de Resolutieb. pag. 111114.
Hij was een zoon van den destijds regeeren
den Burgemeester Claes Claesz. Balck Jr.
en tijdens zijne benoeming tot Secretaris nog
student aan de Academie te Franeker, hoewel
reeds Candidaat in de beide rechten.
Overleden den 21 Maart 1705, werd hij
den 26 daaraanvolgende in de kerk begraven.
Administratieboek.
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch, aangesloten onder No. 4*
Als 't wintert om ons henen,
Denkt de een slechts aan genot
Maar de ander zucht, bekommerd,
Om 't moeilijk levenslot.
Vrij smaak’ men de vermaken,
Die ons de winter schenkt,
Als men ook min bedeelden
Slechts liefderijk gedenkt.
Door de politie is opgespoord de
moeder die Vrijdag in het Park te Rotterdam
haar kindje te vondeling legde. Het was een
19-jarige ongehuwde vrouw te Katendrecht.
Het kind was circa 3 weken oud.
Gistermorgen kwam de 13-jarige C. K.
uit de Generaal van der Hejdenstraat te
Rotterdam als gebruikelijk melk brengen op
een zolderkamertje van een pand no. 24,
aan den Goudschen weg, hetwelk diende tot
woning van de 85-jarige Henriette Bakker,
een geheel alleen wonende vrouw. Hevig
schrikte het meisje toen zij dit haar wel
bekende oude vrouwtje totaal verbrand en
ten deele reeds verkoold op den vloer van
haar kamertje zag liggen. Een door den
inspecteur van politie den heer H. B. Paré,
dadelijk daarop ingesteld onderzoek, heeft
tot slotsom gehad, dat de vrouw waarschijnlijk
reeds Zaterdagavond is verbrand en dat de
brand veroorzaakt is doordat zij met haar
rokken met een brandende kachel in aan
raking is gekomen. Een pannetje met eten
dat op de kachel gestaan had lag daarnaast,
een stoel en een gedeelte van een vloerkleed
waren verbrand. Dit begin van brand is
vanzelf gedoofd, zonder dat iemand er iets
van bemerkt heeftook van de oude vrouw
werd geen geroep om hulp of wat ook ge
hoord. Zij leefde van een driemaandelijksche
toelage, haar uit Engeland toegezonden.
N. R. Ct,
schikte onder een hoofd, minstens tien jaren
jonger dan hij zelf, waar hij elf jaren lang
als meester had gefungeerdmaar thans werd
die zelfverloochening beloond, daar de Stads-
regeering hem den 25 April 1731 aanstelde
tot werkelijken Secretaris. Zie 3de Reso
lutieboek, pag. 84.
Den 10 December des vorigen jaars was
hij gekozen tot lid van de Vroedschap, en
voor deze bediening moest hij nu bedanken,
omdat zij niet vereenigbaar was met het ambt
van Secretaris.
Hij overleed den 10 Februari 1752, oud
55 jaar, volgens opschrift op den grafsteen,
liggende vóór het Orgel in de St. Martinikerk,
waar hij begraven is. ZieAdministratieboek
van die kerk.
Laat mij dit hier nog bij voegen, dat
Gerben Monsma een zoon was van Jan
Sterks Monsma, in leven meester Zeilmaker
te dezer stede.
13. Dr. PETRUS JACOBS DE KOK.
’t Is mij, in weerwil van langdurige en
nauwgezette onderzoekingen, niet mogen
gelukken, uit te vorschen, wanneer Dr. Petrus
de Kok tot Secretaris werd benoemd en
aangesteld.
Zijne benoeming moet evenwel binnen den
loop van eene maand na ’t overlijden van
zijn voorganger hebben plaats gehad, want
den 13 Maart 1752 onderteekent hij als
Secretaris eene Resolutie, die op dien datum
door den Magistraat was genomen.
Hij was geboren den 17 September 1731,
en huwde te Bolsward den 7 September 1755
met Catharina, dochter van Pieter Richaei
Horreus en Renica Balck, welke laatste weder
eene dochter was van den vroegeren Secretaris
Gerardus Claesz. Balck.
Gedurende den tijd van dertig jaren heeft
hij ’t ambt van Secretaris onafgebroken mogen
waarnemen; hij overleed den 21 Juli 1782,
oud in ’t 51ste jaar, volgens ’t opschrift,
staande op zijn grafzerk, liggende bezijden
achter den preekstoel aan den zuidkant in
de St. Martinikerk, alwaar hij begraven is.
- Administratieboek.
Hij was de grootvader van Mr. Boele
Jacobus de Kok, indertijd Kantonrechter alhier.
14. Dr.SIEBE GOSLINGS BRAAKSMA.
Deze bekwame Rechtsgeleerde, een af
stammeling der eenige zuster van onzen
Gijsbert Jacobs, werd den 2 Augustus 1782
benoemd tot Secretaris, bedankende alsnu
voor zijn lidmaatschap als Vroedsman, waartoe
hij den 25 Augustus 1781 was verkozen.
Zie: 5de Resolutieboek, pag. 376.
Bij deze gelegenheid protesteerde de
Burgemeester, Jhr. Schelle van Heemstra Jr.
z/tegen alles, wat in deze vergadering en bij
z/deze stemming geschiedt”. Zie: Stemboek
van Bolsward.
Deze Burgemeester woonde toen ter tijde,
tegen alle recht en regel, niet in Bolsward,
maar te Oenkerk, en was enkel voor deze
stemming naar Bolsward overgekomen.
Zoo weinig lette de Magistraat en
Vroedschap op dit Protest van den hoogade-
lijken Burgemeester, dat niet alleen de be
noeming van Dr. Braaksma tot Secretaris
doorging, maar ook den 6 Augustus zijne
acte van aanstelling door den presideerenden
Burgemeester Frans Johannes Tichelaar en
den gezworen Klerk, Claas Halma als waar
nemende Secretaris, werd geteekend.
Deze authentieke acte is nog aanwezig, en
wordt bewaard in Kast X, Loket J. no. 67.
Den 2 November 1795 werd hij benoemd
tot Raad Ordinaris in den Hove van Friesland,
en dienzelfden dag vroeg hij ontslag als
Secretaris der stad Bolsward, welk ontslag
hem zeer eervol werd verleend, zullende
ingaan op den dag, waarop zijn opvolger
zou worden gekozen en aangesteld, hebbende
men hiervoor bepaald den 10 November
eerstkomende. Zie: Resolutieb. van 1795.
«/de burgers, leden van de Municipaliteit,
z/voor ’t in hem gestelde vertrouwendoch
^verzoekt uitstel tot den twaalfden, om zich
z/over de al of niet aanneming dezer benoeming
z/te verklaren, overmits hij op gisteren gelijke
//benoeming heeft ontvangen van het district
z/Hemelumer Oldephaert, ’t welk hem wordt
ytoegestaan”. Resolutieboek van 1795.
’t Zal wel zoo zijn, dat de burger Fisscher
tusschen den 10 en 12 November 1795 voor
Hemelumer Oldephaert heeft bedankt en voor
Bolsward aangenomen; maar officieel blijkt
dit uit niets; toch blijkt wèl, dat hij reeds
den 23 dier maand stukken heeft ingeschreven,
en als Secretaris onderteekend.
De eerste jaren der werkzaamheid van den
burger-Secretaris brengen ons in den woesten
omwentelingstijd, en in zulke tijden zijn de
meerderheden in Regeeringscolleges dikwijls
onderhevig aan geweldige schommelingen, en
ondergaan vaak eene algeheele verplaatsing.
Slot volgt.
10. SIERCK WIEBESLAMRINGH.
Toen deze op 23 Maart 1705 tot Secretaris
werd benoemd, 5de Resolutieb., pag.
148151, was hij ook nog student te
Franeker, en wel in de Wijsbegeerte en in
de Rechten.
Hoeveel moeite ik ook heb aangwend, om
te vinden, wanneer hij is overleden, of op
eenigerlei andere wijze als Secretaris is afge
gaan, is mij dit toch niet mogen gelukken
wèl is mij gebleken, dat het laatste, door
hem als zoodanig geteekend stuk, dateert van
den 25 October 1715.
Uit sommige vingerwijzingen in het 3de
Resolutieboek blijkt vervolgens, dat de
Magistraat zich tegenover hem had verbonden,
om, bij zijn eventueel overlijden, zijn zoon,
Ruardus Gregorius, tot zijn opvolger te
benoemen en aan te stellen; doch toen de
vader stierf, dit schijnt intusschen wel
zeker, was de zoon nog slechts 7 jaar
oud, en daarom veel te jong, om als Secretaris
te kunnen optreden.
Nu werd door den Magistraat, die zelden
verlegen was, om zich op de eene of andere
wijze uit eene moeielijke zaak te werken en
te redden, er op gevonden ’t navolgende
z/Het Secretariaat te doen waarnemen door
z/den gezworen klerk, Gerben Jans Monsma,
z/tot tijd en wijle, dat de daarvoor bestemde
z/en aangewezene den gepasten ouderdom
z/zoude hebben bereikt”.
Eu zoo geschiedde het, en werd een
eenig in onze stadsgeschiedenis!
11. RUARDUS GREGORIUS LAM-
RINGH. Deze jongeling, den 15 Januari
1708 geboren, was op denzelfden datum des
jaars 1726 achtien jaar oud geworden, en
toen student aan de Franeker Universiteit.
Eenige maanden later diende hij een
rekwest in bij den Magistraat der stad
Bolsward, waarin hij er op wees//dat
z/de Stadsregeering vroeger aan zijn vader
z/had beloofd, hij dezen als Secretaris zoude
z/opvolgen bij diens overlijden; dat de
//Magistraat toen, te weten in 1715, toen
z/zijn vader stierf, den gezworen klerk, Gerben
„Monsma, met de waarneming van 't Secre-
z/taris-ambt had belast, tot tijd en wijle hij,
„Ruardus Gregorius Lamringh, den competen-
z/ten ouderdom zoude hebben bereikt, om ’t
//voorschreven ambt zelf te kunnen bedienen;
dat hij reeds vóór eenige maanden
z/achttien jaar oud is geworden, en zich de
z/vereischte bekwaamheden voor die bediening
z/heeft eigen gemaakt; redenen waarom
//hij den Magistraat nederig en ootmoedig
z/is verzoekende, hem wel te willen benoemen
»tot Secretaris der stad Bolsward”.
Dit rekwest in de vergadering op Maandag
den 13 Mei 1726 gelezen zijnde, besloten
Magistraat en Vroedschap, den suppliant zijn
verzoek in te willigen, en hem aan te stellen
tot Secretaris. 3de Resolutieboek pag. 65
en 66.
Slechts vijf jaren heeft hij de betrekking
mogen waarnemen hij overleed den 21 April
1731 aan de tering, en werd in de kerk
begraven. Administratieboek.
12. GERBEN JANS MONSMA.
Dezelfde, die van den 25 October 1715 tot
den 13 Mei 1726 voor R. G. Lamringh de
bediening der Secretarie had waar genomen.
*t Zal hem, lid eener oude burgemeesterlijke
familie, in 1726 veel zelfverloochening hebben
gekost, weder te moeten dienen als onderge-
Hepk. Niewosbl. v. Fr.
Leeuwarden. In het jaar 1905 werd door
de directie van de stadsreiniging een nieuwe
mestspecie bereid, zoogenaamde turfmest,
bestaande uit fijn gemalen turfstrooisel, ver
zadigd met ier en beerstoffen.
Deze mestspecie vond al dadelijk een grooten
aftrek in Noordholland. In genoemd jaar
werden via StavorenEnkhuizen niet minder
dan 158 waggons turfmest naar genoemde
provincie verzonden, en in 1906 klom dit
getal tot 444. Het zou zeker nog grooter
zijn geweest, indien er niet vóór en nh ge
brek aan waggons ware geweest.
Sneek. Zondagmiddag werd door de IJs-
vereeniging /Sneek”, op de kunstijsbaan aan
den Stationsweg eene ringrijderij gehouden
onder heeren en dames, leden en huisge-
nooten der vereeniging, waaraan door 22
paren werd deelgenomen.
De prijzen bestaande uit fraaie kunstvoor
werpen, werden gewonnen door; 1. J. van
Sneek, 28 Jan. Heden morgen is alhier
in het St. Antonius-Ziekenhuis na een smar
telijk en langdurig lijden in den ouderdom
van 52 jaar overleden de heer Rudolf Paehlig,
gep. kapitein van ’t O. I. Leger.
De heer Paehlig was 2 Febr. 1854 geboren
te Groningen en werd op 21-jarigen leeftijd,
in 1875, als officier aangesteld.
Hij nam deel aan de Atjeh-expeditie in de
jaren 1876 en 1884. Tijdens de Lombok-
expeditie was hij observatiecommandant van
Bali en van 1886 tot 1888 gewestelijk adju
dant te Medan (Sum. Oostkust.)
In 1888 werd hij tot kapitein bevorderd
en in 1896 op verzoek met pensioen eervol
uit den dienst ontslagen.
Van 1896 tot heden was de overledene
commandant van de d.d. schutterij alhier.
Lemmer, 28 Jan. Als bizonderheid mag
zeker wel worden vermeld, dat ons dorp,
tellende even over de 3500 zielen, dezen
winter met niet minder dan 13 hardrijders
voor den dag kwam, n.l. de volgende per
sonen: Hendrik, Lammert en Cornelis Dijk
stra; Liekele Poepjes 31 jaar, Liekele Poepjes
19 jaar, Klaas Poepjes en Arend Poepjes;
Hidde, Sibolt en Trijntje vd. Bijl; Janus en
Rienk Coehoorn, en Eelke de Vries. Allen
hebben ze prijzen, premiën of cadeaux ge
wonnen.
UITSLAG HARDRIJDERIJEN.
Arum, 27 Jan. Uitslag Ledenhardrijderij
om Luxe voorwerpen, 15 paren. 1ste prijs,
G. Koopmans en Hendrika Postma. Premie,
Jan KI. Terpstra en J. Terpstra allen uit
Arum.
Kimswerd, 27 Jan. Uitslag der hard
rijderij onder de leden der club, om luxe
voorwerpen. Ie klasse tot 35 jaar, 2e tot
De prijzen
der Feer en Anna Bakker, 2. Tj. Halbertsma
en Tonia Lankhorst, 3. Dirk J. Bouma en
mevr. Bouma.
De wedstrijd werd opgeluisterd door het
Stedelijk Muziekcorps, directeur de heer Paul
Gaillard.
Door de ijsvereeniging //De Friesche
Jeugd” had de uitgeschreven hardrijderij van
jongens en meisjes oud 13, 14 en 15 jaar
plaats, voor welke rijderij zich 24 paren
hadden aangegeven doch welke, vermoedelijk
door het slechte weer, niet allen present
waren, en waarom besloten werd de twee
cadeaux niet te laten verrijden.
De eerste prijs van f 15 werd gewonnen
door Klaas Bleeksma, 15 jaar en Fokje Sipma,
14 jaar, beiden van Deersum.
De 2e prijs van f 10 door Albert Kamstra,
15 jaar en Akke van Wieren, 15 jaar,
beiden van Goënga.
De 3e prijs van f 5 door Bouke Brouwer,
14 jaar van IJsbrechtum, en Trijntje Koldijk,
15 jaar, van Deersum.
ALS 't WINTERT.
Als ’t wintert op de vlakte,
De sneeuw de velden dekt,
De wintervorst zijn bloemen
Op onze ruiten trekt;
Als door zijn killen adem
De vliet stolt tot kristal,
Dan wordt er veel geleden,
Ontbeerd schier overal.
Als ’t wintert in ons midden,
Wordt nog te veel geleên,
Door menschen en door dieren,
Vaak hopeloos gestreên.
Als ’t wintert in ons midden,
Verwarm’ ons hart een gloed;
Ontdooie ’t mededoogen
Zelfs in het kilst gemoed 1
Een collecte verboden.
Burg, en Weth. van Leeuwarden hebben
afwijzend beschikt op het verzoek van den
Christelijken Bestuurdersbond, om in die
gemeente een collecte aan de huizen der
ingezetenen te houden ten behoeve van de
slachtoffers der werkstaking te Rijssen.
Moord.
Gisternacht is de heer Maas, veldwachter
te Mill (N. B.) vermoord. Bijzonderheden
ontbreken. De Bossche justitie vertrok naar
Mill.
Bolswardsche Courant
1
I