Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
I
I
46ste Jaargang. 1907.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 27.
4
11
De Blijde Boodschap der Natuur.
1
Donderdag 4 April.
Huisvlijttentoonstelling
TE SNEEK.
iHI
!pel in 3 bedrijven
VOOR
Afzonderlijke
en
I
I I
I
overleden burgemeester, mr. D.
eenvoudige graftombe geplaatst
’t komt geluk-
goed materiaal
schoone Lente,
lang vertoefd?”
snelt naar 1
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar 5 Cent.
wij vooral den eigen-
een zwaren Noordzee-
eenige bijzonder groote
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
Men heeft de Natuur dikwijls met een
boek vergeleken. Men bladert er in, vindt
een beeld, dat trekt en vasthoudt; men
leest ook den tekst en men leest verder,
steeds verder. Een nieuwe wereld gaat voor
u open. De oude wereld met haar leugen en
schijn is overwonnen, de weg naar .de waar
heid gevonden.
Gij vraagt, wat het boek der natuur in
houdt? Gaat naar buiten en luistert. Voor
ieder geeft het iets verschillends, hoop en
troost in leed geeft het aan allen.
Nieuwsbl. v. Steenwijk.
ons van Zon
de taal der
en
Zoo op eens, als met een tooverslag, is
het gekomen. Men vraagt niet met Bellamy
„Waar hebt gij, o
Waar hebt gij zoo
er en men
Onder lichtende sneeuw is het leven be
graven. Over het witte veld echter danst
een glinsterende Zonnestraal. De naakte
boomen van het woud geven hem vrijen
toegang en zoo schijnt hij vroolijk door ’t
wazige onderhout. De met duizende kristallen
behangen takken glinsteren en fonkelen, de
lustige meezen, de schitterende goudhaantjes
springen van twijg tot twijg door donkere
dennen en jubelen hun vroolijke sitsidie, en
de winterkoninkjes sluipen uit hun ontoe
gankelijke schuilhoeken en beginnen, op
een boomstam zittend, hun welgemoed lied
te zingen. Hebt dank, gij vriendelijke Gnomen
in het donker des wouds! Gij verstaat de
taal van dien Zonnestraal, hij spreekt u van
moed en hoop en luide wilt gij het ons
menschenkinderen melden, dat die straal van
de klimmende zon is uitgezonden met zijn
broeders om troost te brengen in het menschen-
hart, als verkondiger van nieuwe hoop. Ja,
wij begrijpen uover dal en heuvel en over
verre vlakten trekken de glanzende boden
om den weg te bereiden voor den verlosser
der Natuur, die zoo oud is als de wereld.
Voorjaar is zijn naam.
Wat ligt er niet een wereld vol hoop en
zaligheid in dat eene woordje: Voorjaar!
Steeds nieuwe boden komen, immer glanzender
immer stralender! Het witte doodskleed ver
dwijnt, groene blaadjes kiemen, hazelaars:
bloeien, sneeuwklokjes luiden, crocussen ont-f
en uit den schetterenden i-
den vink klinkt het in volle ak^,
Zie, ik verkondig u groote blijd-
zins schijnen te zijn eieren te
zullen leggen of kuit te schieten, zooals de
visschers zeggen.
Voor den verkoop ten bate der Am-
sterdamsche Vereeniging tot bestrijding der
tuberculose werden destijds 3 millioen post-
plaats en eene onder de leden de club in 2
klassen.
Wieuwerd, 1 April. De merkwaardige graf
kelder alhier heeft in ’t afgeloopen jaar een
minder druk bezoek gehad dan vroeger wel.
Toch is hij een bezoek overwaard en wordt
daarom voor ’t komend seizoen, nu velen een
doel zoeken voor uitstapje of fietstocht, in
herinnering gebracht.
Hem. Oldeph. en N.W., 1 April .In de lage
landen is het eierzoeken in vollen gang.
Geklaagd wordt over weinig vogels en over
de weinige toeschietelijkheid van landeigenaren
om permisie te verleenen. Enkele, dit jaar
zeer enkele, personen hebben de gunst, de
meerderheid moet steelsgewijze ’n eitje zoeken
te snappen, altijd in gevaar om zelf gesnapt
te worden door de dienaren der Wet, die
met argusoogen rondkijken.
Lemmer, 1 April. De haring begint te
komen. De vangst toch wordt de laatste dagen
iets beter. Heden werd hier 500 tal haring
aangevoerd; enkele visschershadden een vangst
van 10 tal. Voor het tal (200 stuks) werd
heden f 3 besomd.
Friesche Zuidwesthoek, 1 April. Alsof
’t goud is, zoo loopen en draven de op-
koopers van nuchteren kalveren. Voor dag
en dauw zijn ze in de weer en als ’s morgens
de boeren de staldeuren openen, staan niet
zelden de concurrenten al te wachten op even-
tueelen handel. Gelukt of mislukt ’t, dan
gaat ’t in groote haast verder, naar ’n vol
genden stal. Natuurlijk is de fiets hier ’n
onbetaalbaar vervoermiddel. O wee, als een
band ’t begeeft dan... maar
kig weinig voor, want voor
zorgt de kalveren-koopman. Wat bij groote
menschen gezien wordt bij kalveren, vertoonen
de jongens bij de lammeren velletjes. Neen
maar, die wedijver is aardig, al blijft krakeel
soms niet uit.
Herik. Nieuwsbl. v. Fr.
Sneek. Zaterdagmorgen werd op ’t graf
van onzen
Alma, een
met dit opschrift:
Mr. Dirk Alma, in leven burgemeester
van Sneek, geboren te Amsterdam 21 Nov.
1844, overleden te Sneek 29 Nov. 1906.
Een stamroos laat zijn treurende twijgen
hangen over ’t hoofdeind van den te vroeg
ontslapene.
De maker van 't prachtig, eenvoudig ge-
denkteeken is onze stadgenoot, de heer J.
Hofstra, die door dit werk weer heeft ge
toond, dat men niet naar buiten behoeft te
.gaan, niet onze steenhouwers behoeft te
passeeren bij ’t plaatsen van passende gedenk-
teekenen op de laatste rustplaatsen.
- De tentoonstelling van werkstukken
teekeningen der leerlingen van de Am
bachtsschool alhier werd Paaschmaandag
bezocht door honderden belangstellenden.
’t Prachtig weer was de oorzaak dat ook
een groot aantal bezoekers per fiets van
buiten was gekomen.
Voor de verpachting van het buffet
in het station der N. T. M. alhier, was in
geschreven als volgt:
Mej. H. Boswijk te Rotterdam f 476,
K. Schurer alhier f 455, J. N. de Vries
alhier f 405, J. Schutter te Wijckel f325,
K. Hiemstra f 312, G. Hammersma f 300,
P. J. Knorr f 260, allen alhierx en mej.
J. Dijk te Oranjewoud f 258.
Gégund aan den heer K. Schurer.
Dinsdag werden alhier ter markt
aangevoerd ongeveer 900 kievitseieren, waar
voor van 22 tot 25 ct. per stuk werd betaald.
Met het intreden der lente is in
Artis te Amsterdam het bedrijvige voorjaars-
leven weer aangevangen. Voor iemand, die
houdt van natuurstudie, is er in de ver
schillende afdeelingen het geheele jaar door
wel allerlei op te merken, maar wanneer de
lente
neer
zoek
men
pheer
opmerker zooveel te bestudeeren en te ge
nieten valt, toch wel het meeste genoegen.
Reeds zijn de meeste der tropische, nog
niet geacclimatiseerde dieren uit de winter
verblijven voor den dag gekomen, en kunnen
en genot
I
II
I
schrijCourant
De kilometervreter het bekende dolle
kluchtspel dat twee jaar geleden in de
kermis zoovelen heeft vermaakt, ging gis
teren avond in den schouwburg. Het
Brondgeest ensemble komt alle eer toe,
want de wijze waarop het kluchtspel werd
vertolkt, was, zooals trouwens verwacht
mocht worden, alleszins zeer verdienstelijk.
Er werd braaf gelachen om de allergrap
pigste toestanden en quiproquo’s die in
het in het stuk voorkomen en de bijval
die het ensemble oogstte was niet het
minst te danken aan den heer Westerman
die zonder charge met groote vis-comica
den pantoffelheld typeerde. Trouwens alle
rollen werden vlot en zeer goed weerge
geven.
Wij noemen nog de h.h. Brouwer, v.
Eisen, Staalduyn, v. Zuylen en dames M.
Beekman en ten Hoonte. Het was een
avond van vermaak dat het Brondgeest
ensemble heeft geschonken.
Ook de andere Groninger bladen gaven
zeer gunstige recenties.
De feestelijke bijeenkomst in het Tentoon
stellingsgebouw op Zaterdag belooft een ge-
noegelijke avond te worden, terwijl we van
de in Bolsward met zooveel succes opge
voerde operette „De Meikoningin” welke
Zondagavond in „Amicitia”, wordt gegeven,
niets dan goeds verwachten. Van harte
hopen we, dat het comité haar veel omvat
tende werkzaamheden met succes mag zien
bekroond en de Tentoonstelling op een druk
bezoek mag rekenen
Kimswerd, 1 April. Met de mooie dagen
komt er ook weer nieuw leven in de kaatsers-
wereld. Gisteren zijn ze hier al druk bezig
geweest, terwijl Zaterdagavond de leden der
Kaatsclub hebben vergaderd. Deze herbenoem
den tot bestuurslid en keurmeester de H. II.
J. G. Dijkstra en E. Brunia en tot afge
vaardigde den heer W. K. Postma; in de
plaats van den heer J. Brinksma werd gekozen
tot keurmeester de heer R. Buwalda. Uit de
rekening van den penningmeester bleek dat
’t nadeelig saldo van ’t vorig jaar. groot f40,
was gedaald tot f5.78. Er was ontvangen
f 155.50 en uitgegeven f 161.28. Verder werd
besloten, dezen zomer te houden een kaats-
partij door parturen van 3 personen uit ééne
ze, evenals de bezoekers, genieten van de
weldoende buitenlucht in het koesterend
voorjaarszonnetjevele vogels prijken nu in
schitterend bruiloftskleed en onder de water
vogels in de groote vijvers zijn al eenigen
bezig met de zorg voor hun nakomelingschap.
Hier zwemmen de mannetjes-zwanen met
trotsch opgeheven vleugels, gevolgd door hun
wijfjes over den vijver en leveren elkaar bij
wijlen slag; enkele paren hebben reeds een
aan vang gemaakt met nestbouw. Een paar
Zuid-Amerikaansche Zwarthalszwanen heeft
evenals vorige jaren weer een nest gemaakt
op het eilandje in den midden vijver, waar
het wijfje nu reeds zit te broeden. Spoedig
zal men het gelukkig echtpaar, dat zooals
velen zich van verleden jaar nog zullen
herinneren, de aardige mollige jongen be
hoedzaam op den rug met zich medeneemt,
met hun kroost om zich heen kunnen vinden.
Ook de bekende Aalduikers of Schollevaars
hebben hun nesten weer gemaakt vlak aan
het pad, zoodat men spoedig de ouders de
jongen weer kan zien voederen. De sierlijke
wilde eenden, waarvan de midden-vijver een
uitgebreide verzameling herbergt, zijn om ’t
hardst bezig met hun minnespelen.
De jonge Orang-oetang, die nu reeds ruim
vier jaren in Artis leefde, is ook dezen
winter goed doorgekomen en begint nu lang
zamerhand zich tot een geweldig sterk man
netje te ontwikkelen. Als de warme dagen
weer wat duurzamer blijken, komt voor hem
ook de goede tijd weer aan, dat hij op zijn
grasveld en in de boomen zijn potsierlijk
leven van aankomende orang-oetang-jongen
kan leiden.
De beide Lynxen, die zoo zeldzame, bijna
uitgestorven groote roofdieren Van Noord
en Oost.-Europa blijken zich in hun Artis-
leven uitstekend geschikt te hebbenhet
zijn prachtige exemplaren geworden. Maar
buitengewoon goed hebben zich ook de jonge
bison en vooral het Nijlpaardje ontwikkeld,
die beloven wat voor de toekomst.
De verzameling waadvogels, de meest com
plete collectie ter wereld, die o.a. twee zeer
zeldzame nog nimmer in eenigen zoölogischen
tuin aangevoerde en verleden jaar voor het
eerst levend naar Europa, speciaal naar Artis
gebrachte vogels, den Koningslepelaar van
Australië en den Zwartkopreiger van Mada
gascar bevat, is een aandachtig bezichtigen
overwaard.
Ook van de tegenwoordig zoo zeldzame
witte pauwen, de bijzonder schoone, witte
variëteit van den op Java levenden wilden
pauw, kan men in de groote volière en in
de fasanterie paren vinden. De Zuid-Afrik.
Wildebeesten”, antilopen onlangs door het
Artisfonds ten geschenke gegeven, maken
het best. De jonge dieren, nog pas anderhalf
jaar oud, beginnen, althans het mannetje,
reeds blijken te geven van het typisch wilde
karakter, dat ze, ouder geworden, zullen
openbaren.
In het Aquarium zijn thans van de in de
kleine zaal ter bezichtiging gestelde eieren
van den zalm en van een Zwitsersche Marene-
soort tot de houtingachtingen behoorend,
uitgekomen en de jonge larven, in het stadium
verkeerend waarin ze leven van den mede
ter wereld gebrachten voedingsdooier, zijn
uitstekend waar te nemen, ofschoon ze zich
volgens hun aard verschuilen.
De bassins met Noord- en Middellandsche
zeeanemonen zien er prachtig uit en onder
de visschen noemen
aardigen Snotdolf,
bewoner, waarvan
wijfjes van
zegels vervaardigd. Hiervan werd l millioen
verkocht en bleven 2 millioen stuks over.
Naar het Hbld. verneemt, worden deze on
verkochte zegels allen ten postkantore te
Amsterdam gestempeld, waarna zij in veiling
zullen komen ten behoeve van bovengenoemde
Vereeniging.
Te Maastricht zijn Zondagavond eenige
personen de woning van een herbergier binnen
gedrongen en hebben den inboedel vernield.
Ook werd een raam uitgebroken en werden
meer andere daden van geweld gepleegd. De
politie is de daders op het spoor,
er alles weer verjongt en later wan
de zomer hoogtij viert, geeft een be-
aan den lommerrijken Artistuin, waar
zich als ’t ware voelt in een atmos-
van den vreemde, waar voor een fijn
De oude sagen vertellen
dagskinderen. Deze kenden
dieren, hadden gemeenschap met elfen
gnomen en verstonden het ruischen van den
wind. Zij wisten wonderbloemen, wichelroeden
en springwortels te vinden en de krachten
der natuur waren hun onderdanig. Men prees
deze Zondagskinderen gelukkig. Zij waren
het ook en zijn het nog heden.
Nog heden?
Ja zeker, nog heden. vVant zoolang er
Zondagen zijn, zoolang zijn er ook Zondags
kinderen. Alleen is menig Zondagskind van
heden op een werkdag geboren en toch be
gaafd met hun talenten. Ze zoeken hun vreugde
in den grooten, groenen tempel der Natuur.
Hun vertelt de vogel zijn wederwaardigheden
op reis, zij zien de rondedans der elfen en
de murmelende beek fluistert hun de schoon
ste sprookjes van het woud in het luiste
rende oor. De werkplaats der natuur ligt
voor hen open. De sprookjes schijnen slechts
sprookjes, in den grond zijn zij waarheden.
Wie de taal der natuur verstaat en wie naar
haar waarheden geluisterd heeft, dien laat
zij niet meer los. Zijn materiëele behoeften
verminderen; kan hij slechts naar die stem
men luisteren, dan is hij tevreden. En te
vreden zijn, is gelukkig zijn.
Daarom, o mensch I
„Vermijd de stadt en ’t straetgeschil,
„En kies een ruimer baen.”
Open uw oogen, ooren en hart de
terugkeerende vogelen, de ontbottende knop
pen verkondigen de blijde boodschap der
Natuur. En voor ieder, die zoekt, ligt het
mysterie der Natuur open; want het wil
zich niet opdringen, het wil gezocht zijn,
dan openbaart het zieh vanzelf,
Naar men ons bericht is het aantal voor
werpen zoo enorm groot dat het Comité
zelfs met een 10 tal dames en heeren
versterkt, de handen vol zal hebben om alles
op tijd klaar te krijgen.
Het gebouw zal door planten en drapeeriën
een feestelijk aanzien worden gegeven.
Zooals uit achterstaande advertentie blijkt,
zal de in ons land en daarbuiten vermaarde
beensnijder van Oosterbeek op de tentoon
stelling werkzaam zijn; en het publiek een
blik gunnen op de kunst, om van gewone
beenderen de prachtigste voorwerpen te fabri-
ceeren. Het Comité stelt bovendien de bezoe
kers in staat in de bekroning van som
mige afh^W'^r x^efidfly^r
plooien hun kelken, en uit den schetterenden
slag van den vink klinkt het in volle aki,Ij OUCrU.
koorden: Zie, ik verkondig u groote blijd-
schap. Het is gedaan met de heerschappij AMICITIA opvoering vai
de"
als met een tooverslag, is JLdJLB j
Zij is er en men snelt naar buiten om PEST ENSEMBLE,
haar wonderen te aanschouwen. Men verheugt
zich over het jonge groen, de eerste bloemen.
Men vraagt niet: wanneer kwaamt ge? Ze
zijn er. Men hoort de vogelen zingen en
vorscht niet met Vondel:
„Wat zingt het vroolijck vogelkijn,
Dat in den boomgaard zat?”
Want men weet er geen antwoord op te
geven. En toch is de kennis der natuur de
wetenschap, die den mensch het naast is en
die hem het meest bevrediging
schenkt.
Bolswardsche Courant
I