Kieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
i
1907.
46ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 56.
1
h
r a
De briefwiksel fen Jouw, Bin en Dark.
XXXVI.
Zondag 14 Juli.
Uit de Raadszaal.
VOOR
en
a.
BINNENLAND.
Wom advies.
Saldo in kas f
vorenstaande aangenomen
Vergadering op Donderdag 11 Juli 1907.
ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden.
Franco per post 95 Cents.
Afzonderlijkenos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
3,139,43
voor
den Commissaris der
aan den Burgemeester een
van 18 Juli tot 6 Augustus.
van kasverificatie
het tweede kwartaal 1907.
f 171,572,375
- 168,432,945
in
paneelen seas.
aan de
een beroep op den
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
Al liet
kennisgeving.
h. Een adres van J. H. Lammertsma,
verzoekende alsnog in het genot gesteld te
worden van eenig pensioen. Bij zijn ontslag
aanvrage meende hij levenslang uitkeering te
van de rijksverzekeringsbank
ongevallen. Nu heeft hij evenwel ver-
dat die uitkeering waarschijnlijk
en hij dan niet in
den tijd van be-
van de standplaats,
wordt, nadat is opgemerkt, dat dit jaar de
pachtsom f 214 bedraagt en de overeenkomst
de daaropvolgende 3 jaren betreft, besloten
het voorstel aan te nemen.
De heer Schotman merkt ten slotte op, dat
het de laatste maal is dat hij de zitting van
den raad bij woont. Hij dankt in de eerste
plaats B. en W. voor de verleende vriénde
lijke medewerking, want hij gevoelde zich
hier als onder vrienden, in de 2e plaats zijne
mede-raadsleden, in de 3e plaats brengt hij
wier nou de briefwiksel twisken Domeny
Heit.
Bin, it béste, ek mei ’t wiif. Skriuw gau
werom ho it mei jimme giet.
Mei hertelike groetenissên, dyn frjeon
S., ll-7-’O7. JOUW.
Tegenwoordig alle 13 leden.
De notulen worden gelezen en goedgekeurd.
Ingekomen stukken:
Een resolutie van Ged. Staten, hou
dende goedkeuring der geldleening.
b. Idem, bepalende het tijdstip waarop
de gemeente-rekeningen bij hun college moeten
zijn ingezonden, voor onze gemeente is dit
3 September.
c. Missive van
Koningin, waarbij
verlof is verleend
d. Een missive van den heer A. Banning,
houdende dankbetuiging voor diens herbe
noeming tot stadsgeneesheer.
e. Een missive van den heer D. Boelens,
waarbij hij bericht, dat hij niet wenscht aan
te nemen de benoeming tot lid der commissie
tot wering van schoolverzuim.
f. Van het Gemeentebestuur van Wonse
radeel, dat de heer Piccardt weer voor 6
jaren is benoemd tot lid der commissie van
den weg BolswardHarlingen.
g. Het proces-verbaal
over
Totaal der ontvangsten
u uitgaven
Brief fen Jouw oan Bin.
Béste Frjeon Bin!
My tocht sa, ik moast dy mar wer ris
skriuwe. De yngetiid hab ik dien krige.
Oars scil ik dér mar net folie fen sizze. Wy
habbe ek al oan it dollen wést yn de golleu.
Dat komt fen sa’n simmer sünder simmer,
mei ik wol sizze. It bigjint al aerdich to
lykjeu ef it jier saun komt yn de kroniken
to boek as in wiet, winich, kald jier. Wy
habbe mar in inkelde moaije dei hawn.
Warkum hat it troffen fen ’e wike op syn
tsjien-ieuwich feest. Ik bin der mei de bern
hinne riden. Dy habbe dér in boel wille hawn.
De hiele stêd wier grien en fol iiaggen; de
optocht en sa wier aerdich bitocht. De War-
kumers hiene eare fen hjar wirk. De stêd
wier den ek oerrinnende fol. In pear kear
hab ik tocht: dat stiet nou net, to sizzen
sa’n aide froedsman mei in fryster samar
Under it folk en den in Hynljipper op in
seas. As de froedsman mei de faem woe, bést
mar den de klean ut, it froedsmanshabyt,
fensels. En as it aid Hynljippers moai ut
komme scil, den tink ik dêrby earder oan
boat ef in prikslydtje, as oan in krom-
i. Hwa hie dat tocht, det War
kum al sa aid wêze scoe Ik hie it er net
oan sjoen, sei Jouke-slachter.
zijn dank aan het groot aantal kiezers, dat
hem bij zijn herbenoeming tot raadslid hun
vertrouwen schonk, en eindelijk aan de geheele
Bolwardsche burgerij, voor de welwillendheid*
waarmede zij hem voor 13 jaren in haar
midden heeft opgenomen. Het verblijf te
Bolsward zal bij hem steeds in aangename
herinnering blijven en hij besluit met den
wensch dat het Bolsward, de burgerij en de
heeren Burg, en Weth. en raadsleden wel
moge gaan. (Applaus.)
De heer Boersma heeft de vorige week
gemerkt dat het brandspuithuisje in de waag
te klein is, nu het «Groene Kruis” wordt
verplaatst, kan daarin mooi voorzien worden,
waarom hij de aandacht van B. en W. hierop
wenscht te vestigen.
De Voorzitter gevoelt behoefte den heer
Schotman die hij in zijne verschillende function
reeds zijn dank bracht, nu ook als raadslid
ten afscheid toe te spreken, en hij verheugt
zich in de gelegenheid hem hier te kunnen
danken voor al hetgeen hij voor Bolswards
belangen deed. Ook als raadslid werden zijne
heldere en duidelijke adviezen en de onomwon
den wijze van spreken steeds op prijs gesteld,
en het is daarom dat hij hem hartelijk dank
brengt voor de wijze waarop hij ook steeds als
raadslid werkte.
Met den wensch dat het den heer Schotman
in zijn nieuwe standplaats wel moge gaan,
verbindt hij de hoop, dat wanneer deze later
eens zit te peinzen over vervlogen jaren ook
deze raadszaal steeds in aangenamen her
innering bij hem zal blijven, alsmede de
personen, hier ontmoet. (Applaus.)
Sluiting der vergadering.
Oudega, (VIL) 10 Juli. Een paar uur had
den ze getrapt. Ze kwamen uit den kleihoek.
Hengel en aas hadden ze reeds voor aan de
fiets gebonden en ze waren vroeg opgestaan,
de vier amateurvisschers, om de baarsjes in
de Oudegaster Brekken te verschalken. Fluks
afgestapt bij onze hospita, huurden ze een sloep,
en staken vol moed van walmaar ’t zuiden
windje en de zacht kabbelende gotjes waarvan
ze misschien gedroomd hadden waren een
stevige Zuidwester en hooggekuifde golven ge
worden, die hun ranke vaartuig spoedig aan
lager wal brachten, en ofschoon ze beweerden
een school gezieu te hebben, vonden ze het
maar beter de visschen met rust te laten,
met vereende krachten de golven te trotseeren
en van lager wal te geraken. Blij, dat de
visch hen niet gevangen had, bestegen ze
hunne rijwielen, keerden terug vanwaar ze
gekomen waren, ’s nachts droomende van
hooge golven, die hun scheepje dreigden
te vullen, van scholen, die hen toewenkten,
doch ontwakende met een blij gevoel dat ze
niet weer gingen visschen.
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Westergo. Betalen de gaardeniers per
pondemaat bouwland f 60 tot f 80 huur,
ze maken dit jaar met de vroegrijpe aard
appelen goede zaken.
De oogst is overvloedig en de prijs hoog.
Er zijn er, die van drie- tot vierhonderd
gulden per pondemaat maken.
En er komt meer van, want na de rooiïng
der aardappelen wordt een tweede vrucht
geplant, n.l. kool of rapen.
Het gaat den kleinen grondgebruiker best.
Ofschoon het vlas over het geheel goed
staat, knop krijgt het wegens gemis aan
zonnige dagen niet. Tarwe en garst en
evenzoo het loof van vele aardappelen heb
ben van den harden wind geleden.
Van ziekte merkt men op de aardappel
velden niets.
Veel binnengebracht hooi was groen, en
dewijl er veel nieuw gras en klaver mee
opgeharkt is, waardoor broei ontstaat, is
menig boer al bezig den verzamelden voor
raad te verwerken.
Een kenschetsend staaltje van de schade,
die iedereen lijdt door het slechte weder,
deelt de Tel. mede. Zondag j.l. ging een
kellner naar Zand voort als losse hulp voor
dien dag. Dit geeft op een mooien Zondag
soms een verdienste van f 20 tot f 30. De
man gaf nu 65 cent voor zijn reis uit, en
kwam met een bruto verdienste terug van...
50 cent; had dus 15 cent verloren, want
loon wordt niet gegeven.
zullen genieten
voor
nomen,
eerlang zal ophouden,
staat is, in zijn onderhoud te voorzien. Met
het oog op zijn langdurige diensten aan de
stad, doet hij daarom
raad om eenig pensioen.
In handen van B. en
PUNTEN VAN BEHANDELING.
1. Behandeling van hel adres van mej.
E. Holwerda, om herbenoemd te worden tot
Stadsvroedvrouw, met advies van Burgemeester
en Wethouders.
B. en W. stellen voor adressante opnieuw
te benoemen op de bestaande instructie.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
2. Foorstel van Burgem. en Welks. tot
wijziging en aanvulling van de bouwver
ordening.
Daar bij het gehouden onderzoek omtrent
den woningtoestand gebleken is, dat ongeveer
150 woningen niet voldoen aan de eischen
der verordening, vooral ten opzichte van
privaten en watervoorziening, en het moeielijk
zal zijn daar overal op den bepaalden tijd
in te voorzien, stellen B. en W. voor om
de artt. 19 en 46 aan te vullen met de
bepaling dat B. en W. uitstel van die voor
waarden kunnen verleenen, indien daarbij te
ernstige moeielijkheden bestaan.
Ter visie en tevens te zenden
Gezondheidscom missie.
3. Voorstel van Burgem. en Welks. tot
het onbewoonbaar verklaren van twee woningen.
Op advies der Gezondheidscommissie stellen
B. en W. voor twee woningen, eigen aan
het R. K. Armbestuur, bewoond door Jacob
Adema en Koenraad Jansen onbewoonbaar
te verklaren met ingang van 12 November,
wijl deze woningen in zulk een slechten
staat zijn, dat zij niet meer voor bewoning
geschikt zijn te achten, terwijl de gebreken
van dien aard zijn, dat herstel niet mogelijk
wordt geacht.
Ter visie tot de volgende vergadering.
4. Aanbieding en vaststelling van de school-
geldkohioren over het 2de kwartaal 1907.
Us Master hat my forteld, dat Domeny
Siemelink it Warkumer doapsetel licht hie,
lit aide skrifturen en det hy de hiele skied-
nisse fen de aid stêd yn in boek opsteid hie
en ik scoe it ris fen him to lézen ha. Et
wier in treftich stik wirk.
Jisterjoune hab ik Master hjir hawn om
in piipfol tobak. Do habbe wy tige dis-
petearre, ek oer de kiezerij. Mei de ried is
it by uzes by it aide bleau. De libralen
geane efterut, seit Master, de jonge ljue
stimme allegearre soosjael en ho dat sa?
Om ’t er mear aksje yn sit, yn de soasjalen,
tocht Master. Mar sy binne dêrom net ’bet
ter. Wier, it is oan de buk faek net to sjên,
hwa ’t de brij op iten hat. En seit immen
al«jonge, ik bin s&’n bésten ienz/, den is
dit noch mar sizzeu. Dwaen is ek in ding.
Ik hab Master frege hwet it tramskandael
yn Fryslan dochs wier. It wier nou for
dizze dagen dtfoun, wier syn oardiel, en hy
foun it skandalich te praten fen in tram
skandael, sdnder it wier to meitsjeu.
De aide hear Van Houten habbe se ut ’e
Keamer wipt. Dér wirdt tit Fryslan non in
eigen Fries yn syn plak stjurd. Dit is it
forstannichste hwet de Steaten dwaen koene.
Wy meije wol opkomme for eigen folk en
folksbistean. Nou wirdt it to geleard, scilstd
wol sizze.
Fen ’t simmer melk ik aerdich. It gemaek
fait my eltse wike ta. Myn burman klage
okkerdeis oer it minne waer en dat him
alles sa tsjintribele. Ik sei tsjin him dy’t
goed hat, hat noed, mar dy ’t gjin hat,
hat it noch minder.
Sa wier ’t ek, wier syn antwird, en as men
it fen alle kanten neigiet den helle it iene
it oare faek oer. Hy molk ek skoan en dat
kaem deis twaris. Wier it mei de yngetiderij
dus min, mei de melkerij, wier it mar bést.
Goed en tsjoed troch elkoar, sa giet it yn
it libben. Dit is nou net in great brief, mar
dochs greater as dat üs ald-Domeny ienkear
oan üs heit stjurde.
Heit wier ta dyaken stimd. Dit scoe Domeny
him boadskipje, mar do’t Domeny by uzes
kaem, wieren heit-en-dy dy deis, mei üs, as
bern, nei pake en beppe ta. Wy hiene do
destiids in faem, mei in ünthald fen toall
fire oant middei en dit like Domeny ek wol
to witten. Do’t er hearde det de boer en
boerinne beide fen honk wieren, krige er it
tsjernlid, en skreau dér mei kryt op det heit
dijaken wirden wier en eft er it de wyks
oannimme woe. De faem koe it boadskip den
mar sjên litte. Do’t wy de jouns thus kamen,
tocht dy forjittelike Sjurt net om Domeny
syn brief. De oare moarns, do’t üs mem de
tsjerne ynsloech, seach hja det der mei kryt
op it lid skrast wier en de faem krige kibjeu
hjiroer. Nou skeat it hjar yn ’t sin, det dit
domeny syn wirk wier en men lies do hwet
der op it lid skreaun stie. De sneon-to-jouns
skreau heit op in ierdapelbak, det hy it
oannaem. Dy bak kaem yn in kroade en dér
ried és wounjonge mei nei de pastorij. Dit
Deze kohieren, ten bedrage van f 254
voor de school voor m.u.l.o. en van f 277,45
voor school No. 1 worden zonder discussie
aldus vastgesteld.
5. Resolutie van Ged. Staten inzake de
wijziging der gemeente-begrooting over 1906,
met advies van Burgemeester en Wethouders.
Van Ged. Staten is zonder goedkeuring
terug ontvangen de wijziging der gemeente-
begrooting 1906, met aanmerkingen. De
gewenschte veranderingen zijn nu aangebracht
waarbij de wijziging opnieuw dient behandeld
te worden en vastgesteld,
De wijziging betreft in hoofdzaak dat de
post vanf 1470, voorschotten aan ambtenaren,
worden geboekt bij de onvoorziene uitgaven,
inplaats van in de afdeelingen waarin die
uitgaven zijn gesteld.
Met algemeene stemme goedgekeurd.
6. Behandeling van de concept verordening
op de brandweer.
In de concept-verordening zijn eenige ver
anderingen aangebracht en nog enkele redactie
wijzigingen worden door den heer v. d. Meer
voorgesteld.
Bij art. 2 wordt nu bepaald dat de sleutel
der brandspuithuisjes niet meer op de secretarie,
doch in het politiebureau zal hangen.
Bij art. 6 wenscht de heer v. d. Meer
dat in het rapport van den opperbraud-
meester, dat na eiken brand moet worden
uitgebracht omtrent de oorzaak en omvang
van den brand, ook wordt gehandeld over
den toestand der brandbluschmiddelen.
Na eenige discussie tusschen den Voorzitter
en de heeren v. d. Meer en Lunter wordt
deze wijziging goedgekeurd met 10 tegen 2
stemmen (de heeren Oosterbaan en Lunter,
terwijl de heer Eisma buiten stemming bleef).
In art. 24 stellen B. en W. voor dat bij
uitbrekenden brand gerucht zal worden ge
maakt door signalen op een hoorn, slaan op
de trom en ’t luiden der klokken, een en
ander op order van den opperbrandmeester
of van den Burgemeester.
De heer Lunter vond wel goed dat er
twee trommelslagers waren aangesteld, wijl
het te lang duurt dat een de geheele stad
kan doorkomen.
Na eenige discussie wordt in de verordening
geplaatst «alarm slaan op de trom”, zoodat
het getal tromslagers nu onbeperkt is.
De heer Boersma wenscht nog even te
spreken over de belooning aan het brand
college, doch de Voorzitter zegt dat daarin
reeds voorzien is door een supplement op
deze verordening, dat zoo direct aan de orde
zal komen.
De verordening op de brandweer wordt nu
met algemeene stemmen goedgekeurd.
B. en W. hebben een supplement op deze
verordening betreffende de belooning van het
brand weercollege.
Thans is f 50 gesteld iudien er in een
jaar een of meer branden ontstaan, benevens
f 109 presentiegeld en bovendien f 100 voor
vertering.
B. en W. stellen voor dat na eiken brand
met den opperbrandmeester dé belooning wordt
bepaald, die men noodig en billijk acht, en
dat ook omtrent den brand van 25 Juni
hiernaar gehandeld zal worden.
De heer Boersma vindt dit voorstel heel
billijk en verheugt er zich in.
De heer Eisma vindt het raadzaam, dat
dit voorstel ter visie komt tot de volgende
vergadering.
Alzoo besloten.
De Voorzitter doet daarop de mededeeling
dat van de Firma Wed. van Bergen een
voorstel is ingekomen om voor 3 jaren vast
een standplaats te hebben der stoomcaroussel
tegen f 300 staangeld. Met Harlingen, Fra-
neker en andere plaatsen heeft zij ook
zulke overeenkomsten, zoodat dan wederzijds
meer zekerheid bestaat.
Na eenige discussie over
taling, en de aanwijzing
'4
t
Bolswardsclie Courant,