Nieuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. Donderdag 1 Augustus. Bierbrouwerij „Di I I I f3 L. J. TI Adres voor PIA 1907. Verschijnt Donderdags en Zondags. No. 61 46ste Jaargang. Firma F. SMITS VAN DE AUTOMOBIEL. Verkrijgbaar bij Bier, geven steeds Welk genot, vroeg ik me af, kan er nu i i toch in zitten om met zoo’n dolle vaart Organist en Mi die daar in dat ding zitten, het gelaat bedekt met een masker van den griligsten vorm, tegenover ’t Stadhuis, de oogen bedekt door een paar glazen, die VOOR afge- v men hoewel elk (let wel iedereen, vooral de automobilist) meewerkt. Ooststellingwerver BINNENLAND. en w van en een kostbaarder élégance wonnen; ik zeggen, naarmate de dame, in plaats zou nemen, tengender en van vorm was. Maar de auto, hoe en kostbaarder, hoe dikker, grover zwaarder. Alles is groot en dik en de een eigenaardig ij allen verlaten ’t kerkgebouw, bange zorg voor den dag van emotie, gevolg van spanning, en met één leden, en in ünderdiel, it boun //Jong Fryslan” det syn wirk fen ’e propaganda makket, wyls’t boppedet 32 Fryske selskippen om utens der as biïtengewoan lid by oansletten binne. It is fenseis, det it selskip nou ek gans mear dwaen kin as yn ’t foarige wol. Sa stelt it bygelyks prikken yn ’t wirk, om skoal bern in pear ure wyks les to jaen yn Frysk lézen en skriuwen. Sa haldt it nou, büten de algemiene gearkomste, ek. in //Sel- skipsdei”, dêr’t men byinoarren komt om Fryske sang, musyken foardrachten to hearren. Forline jier hat det for ’t earst west, en wol to Ljouwert. Ik heb ook in de auto gezeten, ’k Had niet gedacht, dat ik ’t ooit zoover zou brengen er zijn van die zaken, waar men iets tegen heeft, een vooroordeel; en hoewel elk voor oordeel een dwaasheid is, heeft iedereen ze. In ’t algemeen houd ik niet van rijden. De spoortrein alleen maakt een uitzondering; ik vind het een genot in een sneltrein te zitten, in een hoekje van de coupé, met het zalige bewustzijn, dat ik ontslagen ben van alle zorg; dat niemand mij bij de jas kan vatten, omdat hij me even moet spreken. Hoe sneller ’t gaat hoe liever. Velden en boomen, huizen en kerken, dorpen en steden v’ëmreB.deir Hoofdagenten en ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad ie telefonisch aangesloten onder No. 4. ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. Afzonderlijkenos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. met een masker de oogen u aan een En wat is zoo’n ding lomp rijtuigen, ik bedoel hadden althans dit voor, dat zij, naarmate ze duurder en kostbaarder en weelderiger werden, ook in élégance wonnen; ze waren teerder, zou die er fijner grooter en slanke jonkvrouwe vormt contrast met haar voertuig. ’k Heb ze gehaat en verafschuwd, ik heb mij er aan geërgerd. Dat ik ooit bekeerd zou worden tot vriend kwam mij vrij proble matisch voor. ’k Wil eerlijk blijven. Ik zat op een morgen in ’t gras aan den weg, anderhalf uur van de stad. Ik had wat bloemen en planten geordend in natte papieren, om ze mee te dragen in de parapluie, die ik meer als plantenbus dan als regenscherm had mee genomen. Ik stond op; daar kwam weer zoo’n akelige stofmachine aanwie weet rijdt ’t ding niet recht op mij aan I Dat deed de chauffeur ook en hield stil. Was u van plan om op te stappen naar de stad Ja, dat was mijn doel. Als u wilt kan ik er u gemak- kelijker brengen, stapt u in! En ik ben ingestapt en heb toen mijn eersten rit gedaan, ’k Heb geen last gehad van ’t stof; ik heb den hoorn bijna niet gehoord. Ik ben menschen en rijtuigen voorbij geredenik heb de zeemanskunst van mijn vriendelijken voerman bewonderd en ik ben verzoend geraakt. Geen grooter tegenstelling dan een auto te ontmoeten als rustig wan delaar en er in te zitten. Ik heb den man van harte bedankt: niet alleen omdat hij ’t mij gemakkelijk maakte, maar vooral omdat hij mij genezen heeft van mijn vooroordeel tegen de auto’s. Niet voortdurend is mijn ingenomenheid zoo groot gebleven, als bij dien eersten rit. Ik heb later nog meermalen gebromd tegen de stinkende gauwe zooals een botanicus het ding noemde maar toch ik geloof wel, dat de antipathie zal verminderen, als iedereen op van gemeenten. De wedstrijd strekt zich uit over vier afdeelingen teven, reuen, enkele spannen en meerspannen. Voor tijdverlies wordt den deelnemers, die geen prijs behalen, 25 cent vergoed. Keurmeester is de heer Seegers, Warmoesstraat, Amsterdam. Mishandeling van een conducteur komt den 20-jarigen Jan B. te Bolsward, bij verstek, te staan op 7 dagen gevangenisstraf. Hedenmiddag, aldus deelt men ons mede, sloeg de bliksem in de Ned. Herv. Kerk te Scharnegoutem, gelukkig zonder brand te veroorzaken. Sn. Cl. Workum, 29 Juli. Dat er op het gebied van naastenliefde nog al iets gedaan wordt kan vooral gezegd worden van eenige leden van de N. C. G. O. V. alhier, die zich gedurende een 6-tal Zondagen beschikbaar hebben gesteld voor eenige honderden maaiers en hooiers, om hen des Zondags zooveel mogelijk een aangenaam tehuis te bezorgen, hen in de gelegenheid te stellen hunne brieven te schrijven, waarvoor hen de benoodigd- heden tegen zeer lage prijzen werden ver strekt enz. enz. Ter bevordering van het eigenlijk doel werd hen gratis thee en koffie geschonken, teneinde te voorkomen, dat zij niet meer naar de herberg behoefden. Dit werd gedaan zonder de benoodigde gelden daarvoor beschikbaar te hebben doch tevens ondernomen, in de hoop, dat onze meerge- goede burgers, die terdege met het doel sympathiseerden, en waarvoor reeds eenige steun werd toegezegd, het tekort zouden dekken. Na het voldoen van al de gemaakte onkosten voor het verstrekken van koffie en thee, en de benoodigde suiker enz. enz. bleek, dat er ruim f 50 tekort was. Dit was een belangrijk bedrag voor de Vereeniging, doch een paar ijverige bestuursleden spanden zich voor de zaak in en ook dit tekort was spoedig gedekt, hoofdzakelijk door H.H. Landbouwers te- en onder Workum en eenige gegoede of sympathieke ingezetenen. Zelfs een oud-Workumer de heer F. Moll uit Den Haag juichte dit edele werk zóó toe, dat hij de daad bij het woord voegde en een postwissel met een bedrag deed toekomen. Selskipsdei 1907. Der binne net folie selskippen, dy’t yn koarte jierren sa hird oanwoan binne as it ^Selskip for Fryske tael- en skriftenkenuisse”. Sa’n jier ef tsjien lyu hie it fiif kriten en hts 400 leden, nou 15 kriten, in stive 1500 Langweer, 27 Juli. Welk noodlot dreef toch die duif dwars door een ruit in onze kerk Was ’t een roofvogel, die haar vervolgde, haar tot wanhoop dreef? Wij weten ’t niet. De kerkelijke schoonmaakster bemerkte haar en deelde het den kerkelijken deurwaarder mee. Hedenmorgen vijf uur was deze reeds op zijn post. Deuren en ventilatie-ramen werden geopend, de duif gehitstzij bleef. Des middags ruischten volle orgeltonen door de gewelvenzij bleef en zat nu hoog on genaakbaar op den achterwand van ’t orgel. Welke demon mag in haar gevaren zijn en welke booze plannen mag zij koesteren voor de Zondagmorgen-preek Onze notaris wordt gehaald schot ligt het duifje vleugellam op de orgel- zoldering ontlast morgen rijker. Witmarsum, 29 Juli. Heden werd de land bouwer KI. Tj. W. alhier in het land door een kalverstier tegen den arm geschopt, waar door dit lichaamsdeel brak. Leeuwarden. Den 27 Juli is ter griffie alhier gedeponeerd de eerste uitdeelingslijst in het faillissement van den gewezen notaris Sierevelt. De uitkeering bedraagt 9°/0 en zal later nog door eene gevolgd worden, welke onge veer 5% zal bedragen. He'pk. Nieuwsbl. v. Fr. Sneek. De Bond ter Bescherming van den Trekhond in Nederland houdt a.s. Donderdag de Nieuwe Veemarkt alhier een concours trekhonden voor Sneek en omliggende Mar do wier ’t aDinne for de leden. Det is men fen doel om nou oars tö ünderlizzen. Fen ’t jier scil ’t in gearkomste wêze yn ’e iepen left, en wol yn ’t Oranjewald, en elts dy’t der twa kwartsjes for oer bat, dy scil den frije tagong habbe. It is op Woansdei de 14 Augustus. It Hearenfeansk Frysk Sjongkoar, it Hea- renfeansk Muzykkorps, jiffer A. Ringler en de hearen Sjouke de Zee en Joh. M. Keuning scille mei-inoar for in nochlike dei soargje. De jouns scil der op ’t Hearenfean yet in fleurige neiforgearring balden wirde, mei foardrachten en sa. For Fryske ljue dy’t wier-wier hwet mei hjar Frysk ophabbe, scil dy dei grif in moai ütsje wirde, det kin net oars!. Roode sokken en wit linnengoed. Hoewel rood niet de kleur des vredes is, veroorlooft een der gedelegeerden ter tweede Vredesconferentie zich de weelde roode sokken te dragen. Op zichzelf genomen is dat geen vergrijp tegen een of ander gebruik, vorm, zede of gewoonte, maar is alleen een quaestie van persoonlijken smaak. Toch kan zulk een voorliefde voor de kleur des bloeds noodlottig worden, wauneer de kleur niet „waschecht” is en de sokken in al te intieme aanraking komen met waschgoed dat de kleur der on schuld en des~ vredes draagt. Dit ondervond een Haagsche waschvrouw, naar de Courrier de la Conférence mededeelt. Een dagbladschrijver, die ter gelegenheid der conferentie in onze residentie verblijf houdt, nam met verbazing en ontzetting waar, dat zijn linnengoed, zijn boorden en alle verdere zaken, die tot de lijfwasch van den man behooren, een bloederige kleur hadden gekregen in de wasch. Wellicht een ernstige misdaad veronderstellend in het rustige ’s-Gravenhage, toog hij op onderzoek uit en vernam nu geen moordrelaas, maar kreeg de mededeeling van de waschvrouw, dat een der gedelegeerden, die klant was van dezelfde inrichting, roode sokken droeg, welke niet //echt van kleur” bleken te zijn. Het rood en het wit verdroeg zich niet en van de ongelukkige waschvrouw wordt nu een schadevergoeding gevraagd ten bedrage van achthonderd gulden voor het bedorven linnen goed des dagbladschrijvers, wat zelfs voor een journalist ter conferentie een nogal hoog bedrag aan lijfwasch lijkt. Naar men ons van bevoegde zijde mede deelt moet er bij de spoorwegen sinds lang een ontevreden geest heerschen. Meer bizonder moet zich die uiten in het gedeelte van Noodbrabant en Limburg, het geen ressorteert onder de inspectie ’s-Her- togenbosch, en mede op het station den Bosch zelf. Het gevolg hiervan moet dan ook zijn, dat al reeds vroeger door flinke ambtenaren en beambten op overplaatsing uit dat ge deelte is aangedrongen, en voor zoover heden bekend, door het meerendeel der ambtenaren van het station te ’s-Hertogenbosch over plaatsing is verzocht Noordbrabander. Een Staking. Door den heer G. de Graaf Schietbaanstraat 7 te Rotterdam, werd 14 dagen geleden aan een zijner slepers die niet wilde doen wat hem gelast werd, het werk opgezegd tegen heden, waarmede hij genoegen nam. Maar toen hij vanmorgen weder aan het werk wilde gaan, werd dat door den heer De Graaf niet toegestaan. Daarop staakte onmiddellijk het geheele personeel, zijnde 30 vaste en 20 losse sleepers, het werk en verliet de stallen. Onder de stakers zijn er velen die meer dan 25 jaar bij de firma in haar sleepersbedrijf werkzaam zijn. De heer De Graaf denkt er niet aan den ontslagen sleeper weder aan het werk te zetten. schaft en de paarden om als rookvleesch en biefstuk verorberd te worden sedert de auto’s hun intocht hebben gedaan. En die intocht is een triomftocht geweest. Verbazend neemt het getal toe; ’t wordt meer en meer chique een auto te hebben en voort te snorren over den weg, overal klinken de diepe tonen van den signaalhoorn, overal raast het tuf tuf. De familie heeft haar machine voor privé-gebruik, en bovendien een voor den dienst van ’t personeelde groote firma’s en winkeliers laten hun goederen per auto-car bestellenoveral loopt men gevaar er door overreden te worden maar gelukkig is de chauffeur van het gehalte van den sneltrein- machinist, wat kalmte en berekening aangaat in ’t ’laatste opzicht zelfs diens meerdere, want hij heeft werkelijk te berekenen hoe Agenten, by wie tevens hij dien bocht zal nemenhoe hij dat rijtuig de Coupons der Pandbrieven betaalbaar zaj passeeren; of hij zal inhouden of door- z«n- rennen voorbij het tweespan van mijnheer X e tree ie, of mevrouw y., met wien hij (tusschen twee Mr. R. P. DORHOUT MEES. haakjes innig medelijden heeft, dat zij zich Mr. P. B. J. REELING BROUWER, nog bedienen van het ouderwetsehe vervoer- --middel, dat hem aan een trekschuit doet ‘"JT" denken.) \j Ik heb, eerlijk gezegd, de auto’s met een schuin oog aangezien, ’t Was zeker al weer een vooroordeel en toch ook iets meer. Ik Kenners VHll een g(ben een - geboren wandelaar en als zoodanig, was de tuf-tuf mijn antipathie. DierSOOrien (iel voort te vliegen en je medemenschen verschrikt op zij te doen stuiven of ze te verblinden floor een stofwolk, die hen nog een poos het voortgaan onmogelijk maakt? Is het geen razernij en spiegelt zich dat ook niet af in heel het kostuum van den automobilist, ’s Winters is ’t een (naar men zegt) men- schelijk wezen, gehuld, neen weggemoffeld in een ontzaggelijke pelsjas met dito muts, .zoodat alleen het puntje van den neus zichtbaar blijft; ’s zomers is’t niet veel beter al is de stof, die ’t omhulsel uitmaakt, van andere, lichtere soort. Zijn dat menschen, die helsche gedaanten -monsterafhtig dier doen denken. en groot! De de door mij gehate, ik vinu nel een trotscn gezicht als’ nei uier-' voorbij stapt; als het holt door het land; als een kranig huzaar het berijdt. Maar er achter te zitten in een rijtuig, neen, dan voel ik niets meer voor ’t schoone dier. Een stuk linnengoed, dat te drogen hangt, een vlag die wappert, een hoop grint langs den weg een kleine jongen, die spontaan uiting geeft aan zijn vroolijkheid door te schreeuwen of aan zijn behendigheid door met een der keisteentjes te gooien, doen in den bol van het schoone dier gedachten ontstaan, die ik niet zal trachten te ontleden, maar waardoor het sprongen en bewegingen maakt, die mij naar ’t portier doen grijpen. Een paard voor een wagen is en blijft voor mij een stuk lomp onzinnig vee, dat kuren heeft en harts tochten en waaraan ik mij liever niet toe vertrouw. Mijn oog blijft, zoo mogelijk, gevestigd op de ooren van den viervoeter en ik huiver bij de gedachte, dat de koetsier of de voerman eens wil toonen, wat zijti bruintje wel kan. In zoo’n geval ben ik altijd gereed te zeggen, dat ik den tijd heb, een uitdrukking waarvan de koetsier in den regel de portée niet begrijpt. Ik ken geen vreeselijker ding, dan dat een vriend, bij wien ik logeer, zijn blijdschap over ons samenzijn te kennen geeft door een toertje voor te stellen’t Is voor mij het eind van alle genot, in elk geval een opschorting daarvan. Niets heeft mij van dien afkeer kunnen genezen, zelfs niet de verzekering van een zeventigjarige, die mij bij zekere gelegenheid vroegU houdt zeker niet van rijden? Neen, mijnheer rijden doe ik uit plichts gevoel, uit onderwerping en berusting, nooit voor mijn genoegen. Och daar moet u niet bang voor zijnik ben driemaal op hol geweest; tweemaal ben ik met het rijtuig omgevallen; tweemaal ben ik met paard en wagen in ’t water terecht gekomen en zooals u ziet, ik ben nog hecht en gezond niet tegenstaande mijn zeventig jaren. U ziet, er is geen gevaar bij. Maar de rijtuigen zijn op weg om Bolsvarisclie Courant i i 1 1 o

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1907 | | pagina 1