Nieuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. E. STATEMA Ez i r r «in 1907. 46ste Jaargang. Verschijnt Donderdags en Zondags. No. 101. F "KT "Plo Van den Hak op den Tak. I I M Donderdag 19 December. i i •f Firma B. Cuperus Az I PRIJSVERLAGING ABONNEMENTSGELD van de „BOLSWARDSCHE COURANT I 1. I. I.® 1. 1. IS I I I. I. I. I. I. 1.4 s JU g 44 ra B E Uit het Rijk der tonen. 1- MmI VOOR ut abonné’s, daar ons BINNENLAND. Fr. I stuks privaattonnen in oud iiTarme lamme, ineen gulden mat 53 ABONNEMENTSPRIJS: 80 Cents per 3 maanden. Franco per post 95 Cents. Afzonderlijkenos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. ""/"v *7* gulden maar, dan dadelijk even heen. Zoo wordt i ADVERTENTIEPRIJS: 10 Cts. per regel. Het bureau van Een rare snuiter verscheen er dezer dagen voor de rechtbank te Amsterdam, terecht staande wegens overtreding der hondenbe lasting. Hoe oud bent u vroeg de president, Tenminste 89 jaar, sei de man, aan zijn z/poester- ’t orgel, opdat die anderen organist kon er aan de piano i zoo aantrekkelijk mogelijk te maken. zullen algemeen verspreid worden, Heeren Adverteerders. belangrijke toename van Waar bent u geboren? Tenminste in Amsterdam. Waar woont u? Tenminste in de Willemstraat. Wat is uw beroep? Tenminste straatveger. Deze man, die tenminste een zonderling mag heeten, zal wel tot zes gulden boete veroordeeld worden. Tenminste, als de recht bank vonnist overeenkomstig den eisch. Waarom zich die man zoo dwaas of ten minste zonderling uitdrukte, is moeilijk uit te maken, tenminste voor ons, die er niet bij tegenwoordig waren. Wellicht was het slechts komediespel, evenals mijn buurjongen, een echte strop, de vorige week zoo meesterlijk speelde: Waarom huil je, vent? vroeg hem een bel, was Dan zal ik je de heer goedig grond, die de strop weer Nou moeten Gelijk wij in ons vorig nummer publiceerden, zullen we het abonnements geld van dit Blad met Nieuwjaar belangrijk verlagen en stellen op f 0,40 per kwartaal in de stad, f 0,50 franco per post. Wij verwachten door deze verlaging eene Blad nu onder ieders bereik zal komen. Het zal ons streven zijn om den inhoud De in dit jaar nog verschijnende nummers waarop wij de bijzondere aandacht vestigen van De Bolswardsche Courant in ieders belangstelling aanbevelende, De Uitgever Illi I 17 regels 50 Cts. Vervolgens Overigens naar plaatsruimte. dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4. loop ik er de wereld bedrogen. Maar doen we zelf niet meermalen mee aan dat bedriegen? Ja, ik weet wel, uit goedheid soms. Mevrouw L. gaf laatst haar huisknecht, dien ze wegens oneerlijkheid moest ontslaan, tóch een goed getuigschrift, want ze wilde den man niet ongelukkig maken. Goedkeurend knikkend leest de knecht het door en zegt dan leukjes Mevrouw kon mg dus toch eigenlijk wel in dienst houden. Die man was zeker gevat. Wal en A. v.’ 't Zet, Maar zijn gevatheid had natuurlijk niet het gewenschte gevolg. Een Pruisisch soldaat was daarmee gelukkiger. Toen hem het Ijzeren Kruis overhandigd zou worden, werd hem schertsend gevraagdWat hebt ge liever het IJzeren Kruis of honderd Thaler? Wat is het Kruis waard? vroeg de soldaat on middellijk. Drie Thaler. Wel dan had ik graag 97 Thaler en het Kruis. En hij kreeg ze. heer T. H. Siemelink, predikant bij de „-***1* Doopsgezinde Gem. alhier, heeft een beroep •-■^Nontvangen naar gelijke gemeente te Vlissingen Goes. Tjerkwerd. Totnogtoe werden Ouderlin gen en Diakenen der Ned. Herv. Gemeente alhier rechtstreeks door de stemgerechtigde lidmaten gekozen. Omdat de gemeente zich uitbreidt, moest nu dat werk opgedragen aan een kiescollege. Zondag jl. had de ver kiezing van tien Gemachtigden in dat college plaats. Al de kandidaten der rechtzinnigen werden gekozen een met 49 st. de anderen boven de 50 stemmen, terwijl die der vrij zinnigen één 41 st., de anderen beneden de 40 stemmen in de minderheid bleven. Ge kozen zyn: Jan Haagsma, Otte Jouwsma, D. Quarré, H. Reitsma, P. Schuil, Ype Zijlstra, K. Zijsling, Sj. Buwalda, D. P. v.d. "S "g s g S 5 a c oude heer meewarig. Ik kan niet bij de het snikkend antwoord van Paultje. eens helpen, manneke, zegt en licht den knaap van den nu belt zoo hard hij kan. Als op zijn beenen staat, zegt hij we alle twee hard wegloopen, meneer, anders krijgen we allebei klappen. Als je zoo beetgenomen wordt, dan maak je een raar figuur. Maar echt boos worden kun je toch om zoo’n guitenstreek niet. Men moet bij de jeugd wat door de vingers zien. Als het hart maar op de rechte plaats zit! Flinke Hollandsche jongens zijn er ge lukkig nóg genoeg. Of waren dat geen jongens van Jan de Wit, die twee, die daar laatst onder Zeist dien hondenbeul zoo afstraften? Toen de kerel weigerde gevolg te geven aan hun verzoek om af te stappen en, op te houden met zijn onbarmhartig geransel, ont namen zij hem zijn knuppel en dienden hem een flinke rammeling toe, zoodat hij zoo gedwee als een lammetje werd en voor zijn hond op eens de vriendelijkheid zelve werd. Ja, ja, er zijn nog echte jongens van het goede oude slag! En we vinden ze overal. Een Londensch blad verhaalt van den jongen heer Frans Collins, die uit een trein viel, welke in volle vaart was. Men ging zijn lijk zoeken, maar vond het niet. Wel vond men den knaap in levende lijve kijkende naar een voetbalwedstrijd! Waar men zooveel flinkheid en edelen moed ontwaart, als bij genoemde knapen, daar kan er wel wat door den beugel. Trouwens, men moet ook in de samenleving weten te geven en te nemen. Dat is geen slimme, oneerlijke leefregel, maar een wijze deugd. Zoo dacht er ook een dominee over, die zijn preek in deze vijf regels samenvatte Z/Mijn preek zal kort zijn, hoorders; Toch telt ze licht voor twee: Leert in het lieve leven Hier nemen en daar geven. Doet daar je voordeel meel” Dit is voorzeker een wijze les, de wereld is toch niet alleen voor ons geschapen en we dienen zooveel mogelijk anderen tegemoet x„ i Kleine verhalen, schetsen, ernst en lach, uit het leven van beroemde kunstenaars, bijeen verzameld van eigen en vreemden bodem. I. Over verstrooidheid bij Toonkunstenaars. In de vorige eeuw leefden er twee be roemde toonkunstenaars, die zich onder scheidden door bijzondere verstrooidheid. Het waren Friedemann Bach, oudste en meest begaafde zoon van den grooten Johann Sebastiaan, en Georg Benda, lid van de be kende kunstenaarsfamilie van dien naam. Van de vele vermakelijke voorbeelden, die men van hunne verstrooidheid vertelt, geef ik eenige ten beste. Bach was benoemd tot organist te Halle. Zijn verstrooidheid speelde hem in dit ambt, waarbij stiptheid van zoo groot belang is, soms erge parten. Dat hij, door zijn kostjuffrouw herinnerd dat hij dienst had, van opstond, zich kerkwaarts begaf, om de eene deur in en de andere weer uit te loopen, om thuis direct weer aan de piano te gaan, ge beurde meermalen. Soms gaf hij daarom trapper” den sleutel van in noodwendigheid een ophalen. Op een Pinksterzondag had hij dit ver zuimd en ging hij, om het groote kerkfeest niet te verstoren, reeds vroeg naar de kerk en zette hij zich, den orgelsleutel in de hand, op een der vrouwenstoelen. Intusschen vergeet hij geheel zijn werk en beschouwt hij zich als ’n gewoon kerkganger. Toen het klokgeluid verstomde, en het voorspel des orgels moest beginnen, bleef hij rustig zitten. Hij bespeurde er niets van dat men hem toewenkte, schudde eens met het hoofd en zei Wat duurt dat lang, ’k ben nieuwsgierig wie vandaag het orgel zal bespelen. Op een goeden dag kwam hij bij den lateren muziekdirecteur Rust, die destijds te Halle studeerde en uit erkentelijkheid voor het piano-onderwijs Bach’s correspondentie verzorgde. ,/Zie eens aan”, zegt Friedemann, terwijl hij een brief overreikt, //hier heb ik een mooi beroep als Hof kapelmeester naar Rudolfstad schrijf als je blieft gauw, dat ik het aanneem”. Rust leest en verheugt zich over de mooie positie zijn onderwijzer aangeboden. Op eens, op den datum wijzende, roept hij uit//Maar dat schrijven is reeds 'n jaar oud I” //Wezenlijk zegt Friedemann, geheel van de wijs, //dan moet ik den brief zoo lang bij mij gedragen en het antwoorden vergeten hebben. Tijdens zijn verblijf te Berlijn werd Bach meermalen ontboden bij prinses Amalie, zuster van Frederik den Grooten, die een groote vriendin der muziek, tevens een voortreffelijke pianiste was. Eens gelastte zij, haar ’n kop thee te brengen, tijdens Friedemann speelde. //Mij ook een”, zei hij ongegeneerd, zonder zich in de voordracht zijner fuga te laten storen. Kirnberger, de onderwijzer der prinses, die achter Bach’s stoel stond, stikte bijna van ingehouden lachen. De prinses echter fluis terde hem toeu Beste Kirnberger, het is Bach l” De thee komt en de prinses reikt eigen handig den spelenden Bach de eerste kop toe, die hij, zonder op te zien, met ’n vluchtig z/dank U” aanneemt en met welbehagen drinkt. Daarop zegt hij waardeerend„Die thee is best, hier is het kopje’’ en reikt dat over zijn schouder der prinses toe, die het lachend aanneemt, em dan verder naar zijn heerlijk spel te luisteren. Bach had beslist vergelen waar hij was. Maar nog slimmer deed het zijn tijdgenoot Benda. Deze was eens op ’n bal masqué tegenwoordig. Daar hem na eenigen tijd het masker lastig begon te vallen, nam hij dit af en wandelde, het in de hand houdende de zaal rond. Daar ontmoet hij een vriend, die hem begroet met de woorden: „Kom, U ook hier, mijnheer Benda.” Deze echter, vermeenende dat hij nog gemaskerd was, antwoordde met zorgvuldig veranderde stem: //O, wat is U ver mis, waarde heer, ver mis! U moet beter raden.” De hertogin van Gotha had een nieuwe piano aangeschaft en ontbood haren kapel meester Benda om het instrument te pro- beeren. Nadat hij eenigen tijd gespeeld had, sprong hij plotseling op en plaatste zich in een hoek van den Salon. Hij bleef daar ’n tijdlang staan, waarop de hertogin hem vroeg z/maar waarde Benda, wat voer je daar toch uit?” Het antwoord was: //O, mevrouw, ik wilde eens hooren, hoe het instrument van uit de verte klinkt” Van de modernere kunstenaars leed o.a. de zanger Lablache aan groote verstrooidheid. Tijdens -zijn oponthoud te Napels werd hij meermalen ontboden bij den koning, die zich gaarne amuseerde met den humor van den zanger. Eens kwam er weer ’n oproep om ten hove te verschijnen. Hij spoédde zich naar het paleis, wachtte in de anti-chambre, tot de koning hem zou laten roepen en onderhield zich daar met de aanwezende kamerheeren, die hij om permissie vroeg, den hoed op het hoofd te mogen houden, wijl hij nog al ver kouden was. Plotseling roept de dienstdoende kamerheer//Z.M. verwacht Signor Lablache” In zijn haast hieraan te voldoen, vergeet hij, dat hij zijn hoed heeft opgehouden, grijpt vlug een anderen en treed zoo ’s konings kabinet binnen. Deze ontving hem, schaterend lachend, wat Lablache ’n beetje van de wijs bracht. Hij herstelde zich evenwel al ras en ver oorloofde zich te vragen, waardoor de lach lust des konings zoo opgewekt werd. //Mijn beste Lablache", antwoordde de koning ffzeg me toch, welke van die beide hoeden is de uwe, die, welke gij op het hoofd of die welke gij in de hand hebt, of behooren zij U beiden, met het vooruitzicht, dat gij er eens een vergeten mocht.” yO, ik ongeluksmensch”, riepide zanger met komisch-verlegene stem, als hij zijn dwaasheid bemerkte, welke hij in zijn ver strooidheid had gedaan, //twee hoeden zijn inderdaad te veel voor ’n man zonder hoofd.” Ws. Friesche Zuidwesthoek, 16 Dec. Te Berlijn zoo melden de nieuwsbladen als eene groote bijzonderheid wordt nog gras gemaaid. Op verschillende plaatsen in deze omgeving gebeurt dit in wintermaand meermalen z.g. stalvoedering en is ’t voorgekomen, dat iemand z’nkoebeestje tot Februari versch(?) gras kon voorzetten. Het bericht van verre wil misschien wijzen op den goeden stand van de weiden. De ligging is ook hier buitengemeen, waarom sommige veehouders het jongvee nog niet gestald hebben, 's Nachts en op ruwe dagen vindt het vee echter be schutting. Steenwijk, 16 Dec. K. H. knecht bij den beurtschipper A. Bruinenberg alhier, schijnt ’t niet te gaan als vele woekeraars die zoo gedurig uit genotzucht hun geldbuidel nazien. Zoodoende kon de man, die j.l. Zaterdag tot de ontdekking kwam, dat hem uit een kastje in ’t vooronder een bedrag van circa f 100 was ontstolen, den marechaussee niet den juisten tijd van den diefstal opgeven. Dit bemoeilijkt het onderzoek zeer en zal zeker wel tot gevolg hebben, dat hij zijn opge spaarde penningen nooit weer ziet. Hepk. Nieuwsbl. v. Sneek. Uitslag der door de Commissie van beheer der Gemeentereiniging alhier gehouden aanbesteding voor het maken en leveren van: I. 100 stuks geheel nieuwe privaattonnen groot model, met 100 stuks bijbehoorende deksels II. 200 beslag. Ingeschreven door: •S 2- 1 J pi Workum. Onze geachte stadgenoot de heer T. H. Siemelink, predikant bij M Bolswardsche Courant 7 i I I I I I 1 04 <d l o □o Oi 02 I Q CD 10 O 10 10 GQ CO t o CD Ph <D 02 I rM CD <D cn -c -c f— f-i CD C0 CO os co 10 i’1 I VGI o O o oó CQ 10 C0 i 0 o e; 0 0 s; s: r i i i i i i i i oi oc o cxd 10’ 20 10 10 cq 05 ra S 5 X? T3 s "i O'S - - Q—O O' D0 Ph 2 B'S 8 o CXS *■0 44 - J N CD o 03 10 CO CD 02 Oi I I OO kO I o 10 O2O2GQGOGQ'^^GO0iQ2c^CQO2 I 1O oo r—< -M - - t— CQ GQ QQ CD O I I I I I 10 - 02 O Oj CD 10 W* -sj WW WW - *QOiö«OQO«OCQCQOJOiajWob» I I I I l J; J q =8 S3 W X C ’E o S3 a <D DO k* bc CC CO r-r-1 U h O

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1907 | | pagina 1