Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
■l
I
I
47ste Jaargang. 1908.
No. 53.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
Amsterdanische Beelden.
r
1
I
Donderdag 2 Juli.
I
r
n
j
-
VOOR
Afzonderlijke
één die schijndood
BINNENLAND.
Fr.
was
sr
’t Geneert U toch niet
//Flora” ging? Hoog ge-
mijn verwachtingen niet
ver
in ee-
goed
prachtig banket
het gasthof //de
6 ure reeds te
hoopvol naar het
zijn. Ook
tijd voor
krijgen 1
’k Moet
jaar of
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
naar hun pension vervoerd,
Oudega (W.) 29 Juni. Het vischseizoen is
geopend. Gisteren zagen we met den ochtend
trein de eerste vischclub arriveeren. Den
geheelen dag hebben de amateurs op ’t water
doorgebracht, ofschoon ’t weder weinig uit
lokkend was en de hooge wind de baarsjes
naar de diepte dreef. Komen de warme zomer
dagen, dan bieden de Oudegaster Brekken om
hun vischrijkdom een uitstekende gelegenheid
voor liefhebbers van de hengelsport, om
hun hart eens op te halen.
Joure, .29 Juni. Op den katholieken land
dag hier heden gehouden en die door ongeveer
500 personen bezocht werd, heeft de heer
mr. Aalberse in een rede eene beschouwing
gehouden over den politieken toestand. Pater
v.d. Vloodt van Witmarsum behandelde bet
onderwerp „Boerenleenbanken”, de heer T.
Hettinga van Cornjum sprak over „Lectuur”
de heer Fransen van Leeuwarden over Candi-
daatstelling in meervoudige districten.
Wonseradeel, 29 Juni. Nauwelijks is bij
enkele boeren het hooi geheel, bij anderen
nog maar gedeeltelijk binnen, of er wordt
reeds over broeien geklaagd, ja sommigen
beginnen reeds te dollen, om brand te voor
komen.
dat zij het stuur kwijtraakten en in
De
door dr. Veenenbos te Oosterbeek te zijn
verbonden, zijn zij
er echter bij voegen, ’t is al ’n
zeven geleden en Amsterdam is ook
vooruitgegaan in dien tijd1
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4,
Hepk. Nieuwsblad v.
De Belgen over Friesland.
In het Belgische blad Be Vaandrig van
Zondag 28 Juni j.l. komt o.m. het volgende
voor aangaande den te Sneek gehouden kaats
wedstrijd op 21 Juni j.l.:
Naar Friesland.
Lustig en opgetogen namen we hier Zaterdag
morgend om 6.13 uren de trein naar Brussel
om daar de andere Belgen te vervoegen, en
met 13 trokken we vandaar onder ’t geleide
van den heer B. Meunier, voorzitter der
Landelijke Vereeniging, over Antwerpen naar
Roosendaal. Daar moest men af om de tol
beambten onze reiszakken te laten teekenen
en weer op weg... We stoomen den Moerdijk
over op eene brug van 1400 meters, dan door
Rotterdam boven de huizen weg, en komen
zoo te Amsterdam, waar we 2 uren tijd hadden
om wat te eten, en vrienden en kennissen
eenige zichtkaarten op te sturen... Om 2
ure 45 nemen wij den trein naar Enkhuizen
om van daar per boot door de Zuiderzee naar
Stavoren te varen. De zee was woelig, de
overtocht duurt ruim twee uren. We komen
goed en frisch langs den anderen kant, kruipen
weder den trein in, en voort naar Sneek,
waar we rond 7 ure aankomen. Daar worden
wij door de leden van ’t bestuur verwelkomd.
Het muziek wacht ons binnen de statie af
en eene donderende Brabamjonne begroet ons.
Het was een onvergetelijke triomftocht rond
de stad naar het gasthof ,/De Wijnberg".
Vijf duizend Friezen van beide geslachten
waren te been, en stapten op de maat van
het muziek mee, golvend als mooie baren,
met het muziek meezingende, woelende joe
lende, juichende, dansende. Kortom eene schit
terende betooging onder de honderden groote
Nederlandsche vlaggen, waaronder wij eene
Belgische bemerkten bij den heer K. Christian I
Dank daarvoor! zoo buitengewoon geest
driftig en grootsch, dat onze pen ze niet
beschrijven kan. We kwamen eindelijk in
ons gasthof aan, waar een prachtig maal ons
wachtte... of we ons buiksken deugd deden I
want ’t was recht smakelijk.Gedurende dit
eetmaal gaf het stadsmuziek een welgelukt
concert. Daarna een uitstapken... Sneek is
een prachtig mooi stadje van 13.000 inwoners
prachtige gebouwen, schoone winkels. Het
bier is er smakelijk. Na nog eenige uren
gezellig samenzijn trokken we naar ons bed,
waar, dat kunt ge raden, onze vermoeide
ledematen met wellust werden neergevleid.
bestond, toch speelde zij een niet onbelang-
rijken rol in ons Amsterdamsch politiek leven
der laatste twintig jaar. //Burgerplicht”, de
groote kiesvereeniging, Was de Tweede Kamer
der liberalen, maar de Grondwet vaak de
Senaat. Zij toonde verschillende malen het
recht van veto te bezitten. Toen na de
eerste kiesrechtuitbreiding, waarbij tegelijk
de meest geavanceerde vrijzinnigen uit de
groote kiesvereeniging traden en de radicale
vereeniging//Amsterdam” oprichtten, de Bur
gerplichten mr. W. H. de Beaufort wilden
wippen en in plaats van hem mr. Veegens
candidaat stelden, was het de Grondwet, die
over dit snood bedrijf haar veto uitsprak en
den heer de Beaufort na herstemming met
zijn liberalen tegencandidaat toch in de
Kamer haalde. In die dagen konden de
liberalen zich nog de weelde veroorloven met
diverse candidaten voor den dag te komen;
nu zullen ze dit wel uit hun hoofd laten.
Nog grooter overwinning behaalde de Grond
wet na de Kamerontbinding als gevolg van
de kieswet-Tak v. Poortvliet. Toen wilde
Burgerplicht liefst drie anti-Takkianen wippen,
maar de Grondwet hing zoo zwaar aan de
andere zijde dat niet alleen deze drie heeren
bleven zitten maar er nog een vierde (mr.
Pijnappel) bijkwam. De ziel van z/de Grond
wet” sterft niet met het lichaam, zij gaat
over in de afd. Amsterdam van den Bond
van Vrij-liberalen. De lezers van dit blad,
hoe anders zij .er misschien over denken
zullen, duiden mij dat ongewoon uitstapje
op politiek terrein niet ten kwade. Ik heb
’n paar keer eenige maanden in het voor
uitstrevende, verlichte, moderne Skandinavië
gereisd. Op den Donderdag vóór Paschen
arriveerde ik in Christiania. Toen het Zater
dagavond 11 uur was, aarzelde ik geen
oogenblik in den exprestrein plaats te nemen,
die mij behoudens een paar keer overstappen
in 48 uur in Amsterdam bracht. Gaarne
zat ik m’n twee Paaschdagen in den trein
om den 2en Paaschavond in plaats van in
’t gezellige Christiania, in Amsterdam te
van het goede (nl. wat in dezen
z/goed” geldt) kan men te veel
De schijndoode
Dat is de Ned. Operette. Toen het ge
zelschap Kreeft Buderman uit den Artis-
schouwburg uit elkaar spatte als een zeepbel
en de leden van beteekenis overal vaste
engagementen aannamen, was ieder ’t er over
eens dat de Nederl. Operette was overleden.
Ze is het jaren gebleven. Wel waren er
verschijnselen die er op wezen, dat een ont
waken uit den doodsslaap niet tot de on
mogelijkheden behoorde: het operette-gezel-
schap Cauveren, dat ondanks haar goede
voorstellingen geen bezoekers wist te trekken,
het Ned. operette-ensemble dat roeide met
de riemen, die het had en de welverzorgde
Apollo-operettes in den Stadsschouwburg,
de drie K’s, Kreeft, Kelly en Kiehl
afzonderlijk gezelschap
het goede doel mochten
op iets dat duurzaam en
Den Zondag waren we om
been en trokken moedig en
kaatsterrein.
Het terrein was met groote Hollandsche,
Friesche en Belgische vlaggen versierd, en
langs twee kanten stonden groote verhoogen
opgetimmerd: men schat de massa op drij
duizend menschen en daaronder een overgroot
getal mooie Friezinnetjes... de fammen ge
noemd, daar mochten wij nu niet veel mee
praten, maar... maar ’t spel gedeeltelijk volgen
meest dat waarin de Belgen meestreden. Onze
lezers zullen misschien verwonderd zijn te
zien dat bij elke twee Belgen een Fries ge
plaatst was, zulks werd gedaan om de Belgen
te versterken in het opslaan; ongelukkiglijk
de Friezen moesten het zelve bekennen, het
verlies der Belgische partijen is grootelijks te
wijten aan het slecht opslaan (leveren) der
Friezen, dit was ook de meening van de
Sneeker Ct. en andere.
Op de eerste ronde bleven 4 Belgische
partijen meester. Eene enkele was gevallen
met 2x/2 sPel op 3, (’t zij langs hier 5 gelijk
op 6) ’t was De Grève, Francois en Banning;
op de tweede ronde verloren nog drij Bel
gische partijen en er bleef dus nog slechts
eene overFlorent Hylebos, Alfred Soumillon
en Tijmstra, met drij Friesche partijen. De
Belgen werden nu opvolgentlijk twee maal
geklopt, en bekwamen dus niet een prijs,
daar er maar 3 prijzen uitgeloofd waren en
ze op no. 4 kwamen. De zilveren medalie,
uitgeloofd door het Belgisch Sportblad Le
Jeu de Balie, voor den Frieschen kaatser
die den versten slag doet, werd gewonnen
door C. Werkhoven van Witmarsum. De
zilveren medalie door twee sportliefhebbers,
voor den Belgischen kaatser die den versten
slag doet," werd behaald door Jan de Launoit,
die op eene lengte van 52 meters sloeg.
Werden bijzonder toegej uicht Karei Hylebos,
De Launoit, De Bilde, Soumillon, Florent
Hylebos en De Grève. Daarna werd het
Belgisch spel gespeeld. De partijen waren
samengesteld als volgtle Moens, Meganck,
De Bilde, De Grève, Balon; 2e Karei Hylebos,
De Launoit, Soumillon, Florent Hylebos en
Francois (’t zij de partij Geeraardsbergen,
deze laatste wonnen met 6 spelen tegen 5.
De Friezen juichten de overwinnaars luid
ruchtig toe.
Gedurende deze strijden speelde het staf-
muziek van het 9e Reg. Inf. van Leeuwarden
de schoonste stukken.
Na het spel werd een
opgediend in de zalen van
stad Munster” en een twintigtal bestuursleden
van de Friesche kaatsbonden woonden het
bij. De heer Bogstra sprak een prachtige
rede uit, waarna een vijftal andere. De heer
Meunier antwoordde voor de Belgen en zegde
zijn welgemeenden dank voor de waarlijk
koninklijke ontvangst. Daarna trok men naar
de zaal ,/de drij Friezen” (bedoeld is natuurlijk
de buitensocieteit Z/de Harmonie”,), waar
de prijsuitdeeling plaats greep, waarna bal.
Eenige dansen waren uitsluitelijk voor de
Belgen voorbehouden, ook deden ze hun
best en een overgroote bijval viel hun te beurt.
Deze feestelijkheden werden door een overgroot
getal Friezen en bijzonderlijk Friezinnen bij
gewoond... die bijzonder veel van de Belgen
schijnen te houden. Het was laat na-avond
toen we de zaal verlieten en nog niemand
maakte aanstalten om ’t flikkeren zoo te laten.
Kortom, ’t was een prachtige avond, zooals
we er in ons leven maar weinige tegenkomen.
Maandag morgend vertrokken wij met pak
en zak naar de statie, begeleid nog eens door
de waarlijk beleefde bestuursleden, en namen
om 8.41 de trein naar Stavoren. Heer en
mevrouw Christian begeleiden ons zelfs tot
in Amsterdam. We kwamen om 6.30 in
Brussel aan, waar we van de andere vrienden
afscheid namen en stoomden om 10 uren in
Geeraardsbergen toe. Zulke reis vergeten
we nooit!
Zaterdagmiddag fietsten twee vreem
delingen, een heer en een dame, de helling
op den Amsterdamschen Straatweg bij de
Lichtenbeek af. Daarbij hielden zij elkaar
vast en ook toen de vaart grooter en grooter
werd, lieten zij elkaar niet los. Het gevolg
was,
volle vaart tegen een boom smakten,
dame brak beide polsen, de heer één.
enz.). De regisseur achtte het niet beneden
zijn waardigheid zelf het koor in ’t eerste
bedrijf te openen.
Was dat geen prachtig lesje voor dames
en heeren artisten, die op hun teentjes ge
trapt zijn, wanneer zij in ’t belang van het
geheel een ondergeschikte partij moeten
spelen.
waar
(elk aan een
bonden) voor
werken, maar
was, wees dit alles toch niet.
Maar nu heb ik van het Ned. Operette-
gezelschap onder directie van den heer A.
Janmart Jr. Die Lustige Wittwe in ’t Hol-
landsch gehoord,
dat ’t maar in
spannen waren
onlangs had ik deze operette nog van de
Duitschers in den Stadsschouwburg gehoord.
Maar zonder overdreven patriotisme moet ik
ronduit verklaren, dat deze Hollandsche
voorstelling de Duitsche overtrof. Zonder
elk der medewerkenden te noemen wil ik
twee punten aanstippen. Eerstens mijn eer
biedige hulde aan den heer S. van Beem,
hoe hij graaf Danils speelde. Het tweede
bedrijf gaf hem gelegenheid tal van prach
tige, talentvolle //trekjes” te leveren, z’n
lied van de koningskinderen was in één
woord subliem.
Tweedens zongen meer deun, doch vooral
de heer van der Stappen, zooals de Duitschers
dat in geen honderd jaar zullen nadoen.
En ’t ensemble, ’t geheel? De kleinste,rollen
waren in handen van artisten, die met succes
hoofdrollen hadden gespeeld in andere ope-
retten (mej. Penksen, de hr. André van Dijk
Met ’n herinnering aan dat verstandige
conservatisme breng ik' een eeresaluut aan
nummer twee die ons deze week is ont
vallen: de kiesvereeniging de Grondwet. Ja
ouderwetsch was zij wel in hart en nieren,
maar uit hoe ’n handjevol heeren zij ook
XLIII.
Van twee dooden en
was!
D’r zijn in de afgeloopen week twee in
de hoofdstad ad patres gegaan. De eerste
was de hobbelkar door de Jordaan, onze
eerste en vermoedelijk laatste gemeente-auto,
die officieel den naam lijn 14 droeg. Zijn
verscheiden is niet al te diep betreurd, in
plaats van, gedachtig aan het spreekwoord
van de dooden niets dan goeds, een traan
te plengen op zijn graf, staken de buurt
bewoners de vlag uit na zijn laatsten snik.
De baker had wel gezegd dat het geen
blijvertje zou zijn, het kind laboreerde wel
aan alle mogelijke kwalen, maar ’t was toch
een verrassing, ’n aangename maar toch
zeker ook ’n onaangename, toen de dokter
Burgemeester deze week verklaarde dat er
geen hoop meer was en de zieke het binnen
24 uur moest afleggen.
’t Was dan ook de spuigaten uitgeloopen.
Respectievelijk waren alle rijtuigen onbruik
baar geworden, op ’t laatst werd de dienst
door zoowat één auto onderhouden, ’t Gevolg
hiervan was dat wanneer je van dit moderne
vervoermiddel gebruik maakte, je niet wist
wanneer je zou weggaan (je moest wel eens
20 minuten bij een halte wachten voor
zuster Anna iets zag aankomen) maar nog
veel minder wanneer je zoudt aankomen,
wijl je meermalen in’t hartje van de Jordaan
een tot hiertoe en niet verder te hooren
kreeg.
En toch was zij bij de geboorte héél
populair, zóó zelfs dat menschen die de van
Hallstraat (het eindpunt der rit) nimmer
hadden hooren noemen, laat staan er iets te
maken hadden, op den Dam in lijn 14
stapten, een retourtje namen en zonder uit
te stappen naar het punt van uitgang terug
reden, alléén maar om ook eens in den auto
gezeten te hebben. Die //plezierreizigers”
die zich dol vroolijk maakten over het hob
belen en elkander opvroolijkten met grieze
ligheden over het geraas bij de bekende
hooge bruggen waar de auto voorbestemd
vandaag of morgen eens te water te
geraken, wat voor vrienden en kennissen
een aanmoediging was om ook eens dit ritje
te wagen, waren den buurtbewoners eerst
heel wat tot last. Want als zij van het
nieuwe verkeersmiddel gebruik wilden maken
was deze maar al te vaak bezet. En langs
de aangegeven richting werd dringend de
behoefte aan een verbinding met den Dam
gevoeld. Dat in die 'behoefte echter niet
meer voorzien werd toen men niet meer op
lijn 14 kon rekenen spreekt van zelf, en
waar winkeliers in de nauwe straten door
het opgejaagde stof en den benzinestank hun
winkelwaren soms bedorven zagen (vooral
slagers) en de vrees voor het overrijden van
kinderen ook nog al ernstig werd gevoeld,
circuleerde men al met anti-auto-adressen.
’t Was niet noodig geweest.
Intusschen heeft Noord-westelijk Amster
dam nu weer geen behoorlijke verbinding
met den Dam. De paardentram langs den
Haarlemmerweg is een onding, daarop moet
men steeds te lang wachten. En daarom
waag ik het in ’t belang van deze bij uit
stek conservatieve buurt een conservatieve raad
te geven. Laten een paar heeren, die op
gemeentetramgebied de lakens uitdeelen eens
een kijkje nemen in Brussel, meer speciaal
bij den omnibus die van de Beurs naar
Enseele gaat. Die heeft een heel wat moei-
lijker en gevaarlijker weg te volgen dan
wijlen onze lijn 14 en toch is de dienst
zoo geregeld mogelijk. Hooge kosten zouden
er niet aan verbonden zijn om deze omni
bussen hier ook te laten rijden en de be
woners dezer buurt zouden onmiddellijk uit
hun isolement worden verlost, ’t Zal echter
wel voor doovemans ooien gepreekt zijn,
want welk hoofdambtenaar of gemeentebe
stuurder zou zich verdacht willen maken van
zulke sterke conservatieve neigingen als deze
om weer naar het oude terug te gaan.
Bolswardsche Courant
F
Z
L-,
—lit'-
I
t
i
h.
.Na