Nieuws- en Advertentieblad Bols ward en Wonseradeel. I Aid Fryske folksfeesten. I 1908. 47ste Jaargang. No. 61. Verschijnt Donderdags en Zondags. RINGSTEKKEN, op HYNDERS, yn aid Fryske klean. Donderdag 30 Juli. VOOR aaar a 5 Cent. en BINNENLAND. l- volgens Inventarisboek den 8 Oct. 1666 ook zelfde groote hotel, die plaats hebben. IV. Deze Idaard, schijnt J| It Frominske. dat I CDe in deze beschrijving genoemde personen komen voor in den optocht van 12 Aug. a.s.) f 3 maanden. 1 meren in ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4. stond hij Jacobs. V. NOLLIUS HAJONIDES. Een zoon van Haije Gerbens, werd den 3 Dec. 1634 te Bolsward geboren. Op den ouderdom van 20 jaren was hij reeds candidaat in de theologie en Rector der latijnsche school in zijn geboorteplaats, trouwde twee jaren later met. Aukjen Claes dr., en werd den 22 Feb. 1658 beroepen als Predikant te Berlikum, en deed den 8 Augustus zijne intree-rede aldaar. In 1666 naar Embden verroepen, werd hij den 11 Nov. van dat jaar bevestigd en overleed aldaar 19 Feb. 1671. Hij was 30 jaren jonger dan Gysbert, en hun vriend schappelijke kennismaking en omgang duurde slechts ruim drie jaren, evenwel lang genoeg, In de uitnoodiging wordt meegedeeld, dat de maatschappij tot uitgave van het nieuwe blad, hetwelk in onderscheiden gemeenten, met telkens veranderd hoofd het licht zal zien, al is gevormd. Voor de onderneming is f 250.000 benoodigd, maar 4/5 of f 200.000 is al volteekend, dat heeft het schitterende diner al uitgewerkt. Er ontbreken nu nog maar f 50.000 en als nu een honderdtal plaatselijke uitgevers elk maar een onnoozele f 500 storten, is de zaak ineens klaar. Voor die f 500 zijn zij aan deelhouders in die prachtige onderneming, krijgen de krant met het door hen verlangde hoofd bedrukt en houden de beschikking over een pagina voor advertenties, alsmede een kolom voor plaatselijk nieuws.Maar wat het royaalst van al ip, ze kunnen de krant bovendien geredigeerd krijgen in welke richting zij maar verlangen. Dat wonderblad zal dus het mirakel der talen van den eersten Pinksterdag hernieuwen. Katholieken, anti-revolutionnairen, liberalen, socialisten, allen zullen dezelfde krant ont vangen en ieder zal er de beginselen in ver dedigd vinden, door hem beleden. Boven de circulaire staat „Wenscht gij voor uw gemeente en om streken uitgever te worden of zult ge deze vingers laten glippen?” Woensdag gewis hon- borstbeeld van den dichter, opgericht 1823, mét het onderschrift: „Loytser! nïm it for leaf, it iz sljucht in rjucht”. Familieleden, Kennissen, Vrienden Geestverwanten van Gysbert Jacobs. die niet vaak voorkomt, noemen haar krulziekte. Men ziet tot nog toe niet veel uadeelige gevolgen van deze ziekte, maar wel merkt men op, dat bij nat weder de ziekte zich meer verspreidt dan bij droge weersgesteldheid. Amerikaansche dagbladspeculatie. De Gelderlander verhaalt het volgende Menigmaal is de wenschelijkheid uitge sproken der oprichting van een groot, alge meen katholiek dagblad. Maar de groote vraag was altijd: hoe zal daarvoor het be- noodigde kapitaal verkregen worden Die moeilijkheid bestaat niet voor zekeren hier te Nijmegen welbekenden oud-Amerikaan, die de Amerikaansche speculatemanieren ook in onze goede stad met het beste succes schijnt in practijk te brengen. Hij noodigt eenvoudig belangstellenden uit tot een schitterend diner in een groot hotel, en onmiddellijk heeft hij een paar ton bijeen. Tenminste dat valt op te maken uit de oproeping tot een tweede bijeenkomst in het i a.s. Woensdag moet I. De familie DE HEER te Leeuwarden. Een zoon van Bartholomeus de Heer en Maycke N., die in April 1609 met attestatie bij de Geref. Gemeente te Bolsward inkwamen, doch wiens voornaam mij onbekend is ge bleven, was denkelijk gehuwd met eene zuster van Ancke Willems, Gysberts moeder. Deze echtelieden woonden te Leeuwarden, en hadden ten minste twee kinderen, een zoon Willem, en eene dochter, Margaretha geheeten, die zich beiden op de schilderkunst toelegden. Daar zij bijna uitsluitend werkten in water verf, is er van hunne schilderijtjes zoo goed als niets overgebleven. Zeker is het, dat Gysbert hen neef en nicht noemde, en dat hij en zijne vrouw met hunne kinderen telken jare één of meer dagen bij deze familie te Leeuwarden doorbrachten. Zie Halbertsma, Hulde II, blz. 356. II. Dr. SYBRANDUS TJAERDTz. SICCAMA. Ten opzichte van diens vader, Tjaerdt Claesz. Siccama, de eigenlijke stamvader van dit geslacht in Bolsward, moet ik terstond eene misstelling van Halbertsma verbeteren, die deze begaat, Hulde II, blz. 357. Tjaerdt Siccama verkreeg niet het Secretariaat in 1578, maar hij werd in 1572 door den Magistraat tot Secretaris aangesteld in de plaats van Hobbe Douwez., die in datzelfde jaar als zoodanig was benoemd over de Grie tenij Wonseradeel. Secretaris Tjeerd, zooals hij in sommige archiefstukken wordt genoemd, was reeds vóór de geboorte van Gysbert Jacobs over leden, namelijk in 1602 en werd opgevolgd door zijn bovengenoemden zoon. Deze, der beide rechten Doctor, schreef in de latijnsche taal een doorwrocht werk over de oude Frie- sche Wetten, dat nog heden door vakgeleerden wordt gebruikt en hoog geroemd. Hij heeft gewoond aan de Groote Dijlakker, schuins over Jacob Gysberts, en overleed in 1622. Hij is zeer zeker één dergenen geweest, die den jongen Gysbert smaak en liefde voor de Friesche taal heeft ingeboezemd; maar Gysberts verblijf te Witmarsum heeft hem gevormd tot den zoet vloeienden dichter der liefde en der landelijke natuur. III. FEICO OED8ONIUS. Hij was een zoon van Oeds Rienks, stads metselaar te Leeuwarden, en werd aldaar geboren. Als candidaat bevestigd te Ytens in 1627, vertrok hij in 1632 naar Worn- mels, en vandaar in 1635 naar Leêuwarden, waar hij in April 1670 overleed. Hij was door zijne vrouw, Sjuttje Gerrits Vogelsangh, eene dochter van den Bolswarder Burge meester, Gerrit Folkerts Vogelsangh, eigenaar van een huis met een tuin, staande en gelegen op de Hoogstraat, waarin Gysbert Jacobs heeft gewoond, en van Bolsward van overleden is. PETRL'S GEESTDORP. was omstreeks 1640 Predikant te waar hij overleed in 1646. Hij een w’arm vriend en dichterlijk geestverwant van Gysbert Jacobs geweest te zijn, die hem in een brief aan Gabbema zijn „oerlynne Geestdorp” noemt. Als dichter ver beneden zijn vriend Gysbert Korte levensschets van Gysbert Jacobs. Gysbert Jacobs, oudste zoon van Jacob Gysberts en Ancke Willems, werd ten jare 1603, denkelijk in de maand Januari, ge boren te Bolsward in het huis no. 5 op de Wipstraat, waarin zijn vader het beroep of ambacht van Kistemaker, d.i. schrijnwerker uitoefende. Eerst op de lagere, de „nederduitsche” school, en later op de latijnsche, verzamelde de jonge Gysbert meer dan gewone kundig heden. Den 13den Februari 1624, werd hij ais 21-jarig jongman, d.i. nog ongehuwd, aan genomen tot lidmaat der Gereformeerde Ge meente zijner geboorte- en woonplaats. In ’t laatst van April 162§ vinden wij hem als Schoolmeester te Witmarsum, alwaar hij is verbleven tot Mei 1635 en waar hij zijne meest blijmoedige liederen heeft gedicht. Toen schijnt hij vertrokken te zijfi naar eene andere plaats, waar hij gewoond en gewerkt heeft tot Juli of Augustus 1637, zonder dat het ons na vele onderzoekingen en nasporingen is gelukt, den naam dier plaats te ontdekken. In ’t laatst van Juli of in ’t begin van Augustus 1637 werd hij aangesteld als „Meister der nederduitse schole ende tot „Voorleeser ende Voorsinger bij de Gerefer- meerde Gemeente tot Bolswert”. Hij was toen 34 jaar oud en gehuwd, misschien een paar jaar te voren, met Sijke Salvus, alweder zonder dat men weet, waar dit huwelijk werd gesloten. Zij hadden toen één kind; later van 22 October 1637 tot 15 April 1650, heeft Gysbert Jacobs nog vijf kinderen ten doop gehouden, van welk zestal in 1666 nog slechts één in leven was. Hoewel Gysbert Jacobs een zeer eenvoudig man was, die zich nooit hoog of voorop stelde, maar gaarne een stoeppraatje met zijn buren hield, waren de oogen der Bolswarder Predikanten al spoedig op hem gevestigd, en dezen brachten hem in kennis met ver scheidene der toenmalige Friesche geleerden, die mede zijne vrienden werden, en hem meestal lof toezwaaiden. Niettegenstaande dien lof zijn bij ’t leven van onzen dichter slechts een paar stukjes van hem in druk verscheneneerst twee jaren na zijn overlijden zijn de Gedichten en andere Pennevruchten in 1668 uitgegeven door zijn vriend Samuel van Haringhoeck, drukker en uitgever te Bolsward. In 1681 is door zijn boezemvriend en onoordeelkundigen lofredenaar, Simon Abbes Gabbema, een tweede uitgaaf daarvan ter perse gelegd, doch die veel minder correct is als de eerste. De geleerde Middelburgsche Rector Dr. E. Epkema heeft in 1821 eene betere uit gaaf van Gysberts werken geleverd, vermeer derd met een Woordenboek, een waar meester stuk, dat eene uitstekende leiddraad is voor vergelijkende taalstudie. Gysbert Jacobs overleed in September 1666 aan de pest, die toen in Bolsward epidemisch heerschte, en wel bijna tegelijk, althans in dezelfde week, met zijn vrouw en eenig over gebleven zoon Salvus Gysberts, die chirurgijn was en zich steeds Holkema noemde. Eene toen ter tijde algemeen bekende volksoverlevering leidde de familie van Gysbert Jacobs af van het oude geslacht Holckama, dat voorheen op Vlieland of Terschelling groote goederen bezat, die in de veertiende eeuw door de zee waren verslonden. De afstammelingen van Gysberts broeder, Willem Jacobs, onder welken verscheidene Predikanten, hebben zich allen steeds Hol kema genoemd. De drie overledenen werden begraven in de St. Martinikerk te Bolsward, in ’t zoo genaamde zuider barehok, eene groote ruimte ten zuiden van den toren. Tegenover deze graven staat binnen een fraai ijzeren hek het prachtig parisch-mar- om elkanders gaven en geesteskrachten te leeren kennen en te waardeeren. Hajonides vertaalde in 1659 voor Samuel Haringhoeck. het 2de deel der Engelsche Boetpredikatiën, waarvan de uitgever zelf het eerste had vertaald. VI. HENRICUS NICOLAUS DAVEN- TRAEUS. Zoon van Claes van Os, werd den 25 Juni 1616 te Deventer geboren, werd in 1639 als kandidaat bevestigd te Tjerkgaast, verroepen naar Joure in 1643, in 1651 naar Bolsward, waar hij Gysbert Jacobs leerde kennen en hoogachten, die wederkeerig den zeer begaafden en geleerden kanselredenaar niet minder hoog vereerde. In 1657 werd Daventraeus, na in 1656 voor Harlingen te hebben bedankt verroepen naar Leeuwarden, waar hij 25 Dec. 1664 overleed, dus nog vóór zijn vriend. Hij is meermalen genoemd onder de beste latijnsche dichters van dien tijd. VIL SIXTUS AUGUSTINUS BRANS- VELDT. Hij werd volgens mijne bronnen 'den 3 Jan. 1642 geboren te Leeuwarden, en als candidaat 8 Oct. 1656 bevestigd te Joure. Daar hij toen nog slechts 14 jaar oud kon zijn, is de opgave van zijn geboortejaar zeker fout. In 1668 vertrok hij naar Sneek, in 1674 naar Harlingen, en in 1677 naar Leeuwarden, waar hij in Januari 1683 over leden is. Reeds in 1656 kwam hij in kennis met Gysbert Jacobs, las dien eenige van zijne in den studententijd vervaardigde verzen voor, die deze, volgens zijne gewoonte, zeer uitbundig prees. Twee proeven van zijn dichttalent zijn geplaatst in de eerste opening van Clioos Kraam, uitgegeven door Hendrik Rintjes en 't is gelukkig, dat het daarbij is gebleven. Zie Halbertsma, Hulde II, bl. (Wordt vervolgd.') Scharnegoutum. De bijna 28-jarige R. KT wonende aan den straatweg te Goënga bij Scharnegoutum, is Zondagmorgen bij het baden in de Trekvaart alhier verdronken. Of dit treurig ongeval een gevolg is geweest van het niet goed machtig zijn der zwem kunst, dan wel of door plotselinge ingetreden „kramp” de drenkeling is gezonken, valt met zekerheid niet te zeggen: men vermoedt het laatste. De bij hem aanwezig zijnde, en met hem badende broeder hgeft hem helaas niet kunnen redden en ook de pogingen van dr. Beekhuis van Sybrandaburen om de levensgeesten weder op te wekken zijn vruchte loos geweest. ’t Geval verwekt hier algemeene deelneming. Sneltreinen H. IJ. S. M. Op het eerste ontwerp voor de winterdienstregeling der H. IJ. S. M. komen ook voor den winter- dienst de middagsneltreinen voor, aankomst te Leeuwarden 11.18 en vertrek van Leeu warden 12.10. Tot heden werden die treinen altijd met den winterdienst opgeheven. Ziekte in de aardappelen. In Friesland vertoont zich in de aardappelen een ziekte, De gaardeniers gelegenheid door uw We zien tegen a.s. derden adspirant-uitgevers uit alle oorden des lands, elk met f 500 op zak, zich naar het groote hotel te Nijmegen spoeden, om zich toch deze eenige gelegenheid om een echt Amerikaansch zaakje te maken, niet te laten ontglippen. Maakt dat je er bij komt, heeren! maar vergeet vooral je f 500 niet. Had men zoo iets echt Amerikaansch ook ooit in ons kalme Nijmegen gezocht? Vrijdagmiddag omstreeks 3 uur deed men als ontstond een hevige brand in het Stedelijk Museum te Haarlem, en wel in de Frans Halszaak De geheele commissie van toezicht, benevens een zestal werklieden, waren aanwezig, om de kostbare schilderijen te redden door het nieuwe brandbalcon. Een imitatie-Hals deed dienst om gered te worden, namelijk een houten raam met netwerk van gelijke afmetingen als de schilderijen. Het was een stumperig werk en een geluk mag het worden genoemd, dat geen der menschen een ongeluk kreeg. Trouwens alles ging zeer voorzichtig en bij een werkelijken brand zou niet een schilderij goed en wel beneden zijn gekomen. Na afloop kregen de werk lieden theorie van de commissie, waarbij de heeren Gonnet en Coster vooral het woord voerden. Bij deze proef is inderdaad gebleken, dat dit red-balcon een werkelijk nutteloos en onpractisch ding is. H. D. In de centrale werkplaatsen der S.S te Tilburg was de heer F., studeerende aan de Technische Hoogeschool te Delft, bezig met practisch werk. Door een ongelukkige be weging raakte hij bekneld tusschen een electro-motor en zou verpletterd geworden zijn, indien niet de machinist, het gevaar ziende waarin zich de jeugdige F. bevond, de tegenwoordigheid van geest had gehad onmiddellijk de machine stop zetten. Hoewel ernstig verwond opneming in het ziekenhuis was noodig bestaat er geen gevaar voor het leven. Bred. Ct. Vrijdagmiddag kwam bij een bewoonster in de Kanaalstraat te Amsterdam een venter papier en enveloppen aanbieden, voorgevende dat hij werkloos was. De medelijdende juf frouw opende haar portemonnaie en haalde een gulden te voorschijn. Plotseling diende de venter haar een slag in het aangezicht toe en ontrukte haar den gulden, .waarmede hij het op een loopen zette. Voor de getroffene tot haar bezinning kwam en om hulp kon roepen, was de onverlaat reeds verdwenen. N. v. N. ^De bode Apotheker, die een bestel dienst Groningeu-Loppersum houdt, keerde Zaterdagmiddag met zijn volgeladen wagen naar zijn dorp terug. Naast hem zat zijn 12-jarig zoontje. Een kwartiertje buiten Groningen wilde de jongen in den rit van den wagen springen om een boodschap aan te nemen hij viel en geraakte onder den wagen. De beide wielen gingen hem over het hoofd. Onmiddellijk werd hij naar het Academisch Ziekenhuis te Groningen over gebracht, waar hij eenige uren later overleed, Bolswardsche Courant III I I f

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1908 | | pagina 1