Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
Zondag 11 October.
3
I
I
B
"■E-wr-—1
47ste Jaargang. 1908.
No. 82.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
Sta er op
F
i
r
Uit de Raadszaal.
VOOR
Hij begroot
Aanbevelend,
B. en
a.
b.
c.
d.
Ik kan mij niet
B.
de
de
van
van
doen,
zien,
Vergadering op Donderdag 8 October 1908.
Tegenwoordig waren alle 13 leden.
De notulen werden gelezen en goedgekeurd.
Ingekomen stukken:
daarom zou ik er ook
en levering volledig uit te
van Cuperus, steenhouwer,
plekje grond aan de vaart
zijne woning in huur, opdat dit kan
dienen tot bergplaats
1 K
Bij de 2de vrije stemming was de uitslag
eender, behalve dat Harkema 1 stem minder,
Lammêrtsma 1 stem meer had.
Bij de nu volgende herstemming tusschen
de heeren Kuiper en Harkema, werd de heer
Kuiper benoemd met 7 stemmen, de heer
W. Harkema verkreeg 6 stemmen.
In de vacature Faber werd de heer Lunter
benoemd met 7 stemmen, de heer Wiersma
had 4, de heer Baber 2 stemmen.
In de vacature de Visser bekwamen de
heeren Praamsma 6, J. T. Wiersma 4, de
Visser 2 stemmen en 1 stem op den heer
T. Y. de Boer.
Bij de 2e vrije stemming was
de uitslag
precies eender.
Bij de nu gevolgde herstemming tusschen
de heeren Praamsma en Wiersma werd eerst’
worden betaald, tenzij B. en W. er posten
op vinden, waarop aanmerking valt te maken.
De Voorzitter. Ik wil in de eerste plaats
den heer Boersma opmerken dat Koopmans
wel beweert order te hebben ontvangen, doch
vergeet die be.wering te staven. Ik heb den
agent gelast, om den tuinman order te geven,
dat hij de drie groote potten, die gemeente-
eigendom waren, op de perken moest brengen,
dat is alle order die ik gegeven heb. Wij
meenden, omdat hem aangezegd was niet te
leveren dan op uitdrukkelijke order, die later
ingekomen nota niet te mogen accepteeren.
De heer Kramer wil hieraan nog toevoegen
dat als er op deze wijze gehandeld kan worden,
het toch spaak moet loopen, waar de ver
houding zoo was, moest Koopmans toch een
schriftelijke lastgeving verwachten. Bij het
nazien der perken is besproken, dat enkele
perken iets aangevuld zouden moeten worden
en misschien heeft Koopmans er enkele
planten tusschen gezet. Later kwam deze
nota van groot f 60. Wil men deze uit
medelijden betalen, dan is het mij best.
De heer Oosterbaan. Ik ben ook van
oordeel dat bij eervol ontslag het salaris ge
heel behoort te worden uitbetaald, maar als er
geen order is gegeven voor de levering, is
de rekening ook niet geoorloofd, en zou ik
alleen het bergloon f 8 voor de 3 groote
potten willen voldoen.
De heer Cuperus vraagt of de instructie
ons niet 'kan inlichten
Deze wordt nagezien en het blijkt dat bij
art. 5 B. en W. bevoegd zijn te schorsen
met inhouding van tractement.
Verschillende sprekers voeren hierover nog
het woord, maar eindelijk wordt in stem
ming gebracht het voorstel om het tractement
geheel uit te betalen. Dit wordt verworpen
met 6 tegen 7 stemmen. (Voor de heeren
Boersma, Lunter, Eerdmans, Hosier, Ooster-
baan en Vis.)
Over de gedane levering ontstond nu
opnieuw discussie en werd door de heeren
v. d. Meer en Kramer uitvoerig toegelicht,
dat hun van de levering niets bekend is,
terwijl de Voorzitter herhaalt, geen andere
order te hebben gegeven, dan de 3 gemeente-
planten op de perken te brengen.
Toch wordt met 8 stemmen voor en 5
tegen besloten de nota uit te betalen. (Tegen
de heeren Lunter, v. d. Meer, Kramer,
Oosterbaan en Van Randen.)
van. 5 Voogden van het Alg.
7Benoeming
Stads-Armenhuis.
De aanbeveling bestaat uit
Vacature H. C. Banning
G. O. Eisma.
K. H. de Vries.
Vacature R. de Boer Dz.
W. Harkema.
M. Kuiper.
Vacature A. Eaber
H. A. Lunter.
J. T. Wiersma.
Vacature H. J. de Visser
Tj. Y. de Boer.
S. J. Praamsma.
Vacature B. van der Werf
M. van den Oever
M. J. Wartna.
In de vacature Banning werd benoemd de
heer G. C. Eisma met 9 stemmen de heeren
de Vries en Banning verkregen elk 2 st.
In de vacature de Boer, verkregen de
heeren M. Kuiper 6, W. Harkema 4, R. de
Boer 2 stemmen en 1 stem was op H.
Lammêrtsma uitgebracht.
Bij de 2de vrije stemming
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
Afzonderlijkenos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Staatswege toe te kennen, zonder premie
betaling.
g. Een adres van Rein Postma, slager,
verzoekende schadevergoeding wijl door de
vertimmering der gasfabriek en het vergraven
der steeg voor zijne woning hij in zijne
affaire benadeeld is en zelfs 4 weken geheel
van het verkeer was afgesloten terwijl nog
ATT T< steeds het pad daar ongelukkig is.
v -Lv UH je geiedeil schade op f 40.
k. Een adres van Aannemers en Timmer
lieden alhier, verzoekende er verandering in
- te brengen dat steeds de uitvoering van het
SiflHHI onderhoud der gemeentewerken aan dezelfde
personen wordt opgedragen, en het zoo te
j bepalen, dat allen op hun beurt hiermede
worden begunstigd.
l. Een adres van den Bond van Land
arbeiders, verzoekende dat voor de hooiers
en maaiers hier ter stede een arbeidsbeurs
W* wordt ingericht opdat deze menschen niet
x. W meer als beesten aan de markt behoeven te
staan.
m. Een adres
verzoekende een
voor
worden afgeschut en
van steen en platen.
Al deze adressen gerenvoyeerd aan
W. om advies.
n. Een adres van mej. Zwanenburg, ver
zoekende in aanmerking te komen als onder
wijzeres voorde handwerken bij het herhalings-
onderwijs.
o. Een missive van den heer Groenier,
adviseerende inzake benoeming van een onder
wijzeres voor de handwerken bij 't herhalings-
onderwijs.
Zullen worden behandeld bij punt 3 der
agenda.
PUNTEN VAN BEHANDELING.
1. Resolutie van Ged. Staten, omtrent de
vastgestelde Instructie voor den gemeente-
veearts.
De Voorzitter deelt mede, dat dit stuk in
handen is gesteld van de Gezondheids-com-
missie en van deze nog niet terug is ont
vangen, zoodat het punt heden niet behandeld
kan worden, waarom hij voorstelt het te
royeeren. Stilzwijgend goedgekeurd.
2. Resolutie van Ged. Staten, inzake de
gewijzigde verordening tot heffing van hoofde-
lijken omslag.
Deze resolutie beoogt een redactiewijziging.
B. en W. stellen voor de gewenschte wijzi
ging aan te brengen, en zonder hoofdelijke
stemming wordt dit goedgekeurd.
3. Behandeling van het adres van mej.
D. Laagland om definitief te worden benoemd
tot onderwijzeres in de nuttige handwerken
aan de Herhalingschool met bericht en advies.
De heer Cuperus verzoekt eenige inlichting.
Op 30 Nov. 1905 besloot de raad ontheffing
te vragen van het geven van handwerks-
onderwijs, op grond dat er door de naaischool
voldoende in de behoefte was voorzien. 9 Feb.
1906 is bij Kon. besluit deze vrijstelling
verleend tot 1910 en toch is in 1906 een
onderwijzeres in de handwerken aangesteld.
Dat is toen door den raad weer goedgekeurd,
maar nu weer diebenoeming aan de orde
is, vraag ik aan B. en W. of zij thans de
naaischool al of niet voldoende achten Op
advies van den Districts-schoolopziener is
destijds die onderwijzeres er- gekomen, maar
thans wensch ik de meening van B. en W.
daarover te kennen.
De heer v. d. Meer. Ik moet toestemmen
dat er eenige tegenstrijdigheid bestaatvan
de verplichting om 96 uren handwerks-
onderwijs te geven, werd opheffing gevraagd,
omdat er voldoende gelegenheid bestaat. Toen
was het leerplan van het herhalingsonderwijs
overladen, later zijn een paar vakken geschrapt
en toen vonden B. en W. termen om het
handwerksonderwijs ook te doen geven, omdat
het kon voorkomen dat enkele leerlingen de
naaischool niet bezochten. Van de concessie
tot vrijstelling werd echter in zooverre gebruik
gemaakt, dat men niet 96 doch slechts de
helft, 48 uren les liet geven. Dat besluit is
toen door den raad aangenomen.
De heer Cuperus. Ik dank den heer v. d.
Meer voor de bekomen inlichtingen en kan
nu méégaan met het advies van B. en W.
Dit advies, in overeenstemming met dat
van den Arr.-Schoolopziener luidt dat beide
sollicitanten geschikt geacht worden, doch
Mej. Laagland, omdat zij reeds in functie is,
op no. 1 wordt geplaatst.
De heer Keikes. Ik vind het wel wat
vreemd, dat Mej. Laagland haar adres aan
den raad heeft gericht. Ik meen dat de
raad dat ook vroeger aan B. en W. heeft
overgelaten.
De Voorzitter. De raad benoemt de onder
wijzers, maar als men zoo besluit, kan het
ook aan B. en W. worden opgedragen.
Zonder hoofdelijke stemming alzoo besloten.
4. Behandeling van het adres van den
tuinman Jan Nawijn, om, broeibakken over te
brengen naar den Stadstuin en daar een
schuurtje te bouwen, met advies van
Burgemeester en Wethouders.
De Voorzitter licht toe, dat Nawijn zijn
broeibakken naar den stadstuin wenscht over
te brengen en er een schuurtje wil bouwen,
voor berging van afval, gereedschap enz.
B. en W. vinden geen bezwaar, mits alles
er ten allen tijde netjes uitziet en de ver
gunning tot wederopzeggens wordt verleend.
Met het oog op den tijd, heeft adressant
spoedige behandeling verzocht, zoodat urgentie
wordt gevraagd. Deze wordt verleend, waarop
de heer Rosier nog zegt, dat hij niet zou
denken, dat er hoegenaamd eenig bezwaar is
tegen de inwilliging van het verzoek, wordt
het met algemeene stemmen goedgekeurd.
5. Voorstel van Burgemeester, en Wet
houders om f 33,28 suppletie-premie Onge
vallenwet over 1907, te betalen uit den dienst
1908.
Van de verzekeringsbank ^Nova” is vol
gens de loonlijsten een nota ingediend over
premie //Ongevallenverzekering”. Dit komt
omdat meer loon is uitgekeerd dan was aan
gegeven, doch nu is de dienst 1907 afge
sloten en stellen B. en W. voor, het bedrag
uit het fonds voor onvoorziene uitgaven 1908
te betalen, wijl de rekening klopt met de
opgemaakte lijsten.
Zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
6. Behandeling van het adres van den
tuinman S. Koopmans om uitkeering van
salaris als Stadstuinman, en betaling eener
nota, met advies van Burgem. en Weths.
B. en W. adviseeren, dat Koopmans is
geschorst met inhouding van tractement. En
de levering der planten is geschied zonder
dat daartoe order was gegeven. Zij stellen
voor op het verzoek afwijzend te beschikken,
maar leggen de ingediende nota aan den raad
over ter beslissing.
De heer Lunter kan met dit advies niet
geheel meegaan. Er is een eervol ontslag
verleend, waarom hij vindt dat het salaris
tot den dag van het ontslag behoort te
worden uitgekeerd.
De heer Boersma. Ik zou juist zeggen,
wat de heer Lunter in ’t midden bracht, en
zou er nog bij willen voegen om ook de
nota uit te betalen. Koopmans toch beweert,
van den politeagent Kracht order te hebben
ontvangen.
De heer Eerdmans. Mij dunkt, met het
oog op den langdurigen dienst van dezen
ambtenaar, moet men niet te straf zijn. Al
behoeven we het op wëttelijke wijze niet te
zou ik in dit geval het toch gaarne
en de nota voor gedane levering ook
willen betalen.
De heer Rosier. Ik kan mij niet ver-
eenigen met het advies van B. en W. Al
mag de verhouding in den laatsten tijd minder
aangenaam zijn geweest, Koopmans heeft toch
een reeks van jaren tot volle tevredenheid
gewerkt. Nu hem eervol ontslag is gegeven,
zou ik hem ook liefst eervol zien uitbetaald.
Wat het 2e punt betreft, die nota voor
leverantie is een moeielijke kwestie. Koopmans
beweert order te hebben ontvangen, de planten
zijn geleverd, en
voor zijn, loon
betalen.
De heer Keikes. Ik zie hierin 2 voorstellen.
Omtrent het loon vind ik, moet het ophouden
met den dag der schorsing maar de levering
is lastiger. De planten zijn geleverd. Koop
mans beweert dat het hem door een agent
is gelast, de Burgemeester ontkent dit, maar
het staat toch vast dat toen die planten er
kwamen, er geen verzet tegen die levering is
gekomen. Daarin ligt m.i. een stilzwijgende
goedkeuring. Ik vind dat die nota moet
in de kermis te verleenen.
e. Idem, houdende goedkeuring
wijziging der begrooting alsmede
tijdelijke geldleening.
f. Missive van heeren Voogden van het
Alg. Armenhuis, waarin zij hun bevreemding
te kennen geven dat in de missive, waarin
hun collectief ontslag wordt aangenomen, de
bepaling staat, dat zij in functie moeten
blijven tot hun opvolgers zijn benoemd en
geinstalleerd; zij kunnen geen enkel artikel
vinden dat hen hiertoe verplicht, en berichten
dan ook dat zij uiterlijk 1 Nov. beslist af
treden en na dien datum geen verantwoorde
lijkheid op zich nemen.
Al de vorenstaande stukken werden voor
kennisgeving aangenomen.
De heer Kramer. Naar aanleiding der
missive van heeren Armvoogden, wat wel de
laatste missive zal zijn die van deze heeren
wordt ontvangen, wil ik mededeelen dat het
mij leed doet dat zij hun mandaat hebben
neergelegd, en het mij spijt dat deze zaak
zulk een wending heeft genomen. De heeren
hebben, de een langer, de ander korter, hun
functie zoo vervuld dat ik, naast den dank
die betuigd is bij het besluit dat hun ontslag
werd aangenomen, toch mijn erkentelijkheid
wensch te betuigen voor de bewezen diensten.
g. Een Resolutie van Ged. Staten met
een nota van op- en aanmerkingen omtrent
het raadsbesluit regelende de tractementen
van het ondérwijzend personeel, welke aan
merkingen zij den raad ter overweging geven.
Het voornaamste hiervan isdat art. 1 ver
duidelijking eischt, art. 2 de tijdsbepaling in
strijd is met de wet, art. 3 laatste lid ver
duidelijking behoeft, nl. of voor ieder uur dat
het betrokken hoofd les geeft, dan wel voor
ieder uur dat onder diens leiding les wordt
gegeven voor herhalingsonderwijs f 1 zal
worden betaald, art. 4 de omschrijving, ge
huwd, gezinshoofd en minstens 28 jarigen
leeftijd duidelijker ware geweest dan de ge
bezigde definitie, art. 5 dat omschreven dient
te worden hoe de betaling geregeld wordt
bij buitengewone opkomst onder de wapenen,
alsmede de bepaling dat bij opkomst voor
straf geen tractement wordt uitgekeerd, ait. 6
dat de bepaling dat eene onderwijzeres bij
het aangaan van een huwelijk ontslagen zal
worden geacht, niet in overeenstemming is
met de wet, en de raad alzoo de bevoegdheid
mist om alsdan ontslag te geven, en art. 7
dat de wet op de regeling der onderwijzers-
tractementen is ingegaan 1 Jan. 1908 en dus
de billijkheid en de wet zich verzetten tegen
de bepaling dat de nieuwe regeling 1 Jan.
1909 zal in werking treden.
De resolutie wordt gesteld in handen van
B. en W. om advies.
h. Het rapport van de Raadscommissie
inzake de opkomst der Beneficiale goederen.
Dit rapport zal voor de leden ter inzage
gedeponeerd en in 't officieel verslag worden
opgenomen. De conclusie van dit rapport
wordt meegedeeld, nl. dat 2 leden der com
missie van oordeel zijn, dat de tegenwoordige
toestand bestendigd behoort te worden, en
1 lid de meening heeft, dat ook het bijzonder
onderwijs een evenmatig deel dezer opkomsten
ten goede moet komen.
i. Een adres van den Bond van Staats-
pensioneering, verzoekende van raadswege
adhesie aan het adres van den Bond om aan
alle ouden van dagen eenig pensioen van
Bolswardsclie Courant
s
e.
I
II
11