Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
Over allerlei dingen.
1909.
No. 6.
48ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
Donderdag 21 Januari.
VOOR
BINNENLAND.
geen sprake,
f 12 in.
V
hebben ’t
nu ook
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Heden Dinsdag, met den markt-
het aan onze kaden en ook in de
wat drukker dan den
men
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
Men weet hoe het verleden zomer
met de Congresfeesten en de tentoonstelling
is gegaanveel minder bezoek en veel minder
entree’s, dan waarop men had gehoopt.
Dat zou me een tekort gevenThans is
de eindrekening opgemaakt en... zeer mee
gevallen. Ruim f 250 zal er tekort zijn,
meer niet. En wel mogelijk kan dit worden
gedekt op zoodanige wijze, dat het garantie
fonds in ’t geheel niet behoeft te worden
aangesproken.
Wonseradeel, 17 Jan. Te Witmarsum
circuleert een lijst ter teekening om bij den
gemeenteraad aan te dringen op betere drink
en spoelgelegenheden. TePingjum hebben
een 60-tal lidmaten der Ned. Herv. Gemeente
zich voor vrouwenkiesrecht verklaard in eene
vergadering, belegd op initiatief van den
predikant ds. H. H. Rijpma aldaar, en zich
solidair verklaard met ds. Reitsma te Noord-
wolde.
gebouwd. De graven, die liggen in de voor
de toekomstige kapel bestemde ruimte, zullen
onaangeroerd blijven, en ook de eigenaars
zullen in hun rechten door den nieuwen
toestand niet worden bekort. Daarentegen
zullen de graven, gelegen op dat deel van
het vrijgekomen terrein, bestemd voor bouw
van winkels, waartoe aan de zijde van het
Rokin zelfs sousterrains gemaakt zullen
worden, geheel moeten verdwijnen.
Daarmee doet zich thans de belangrijke
juridische vraag voor, in hoeverre het kerk
bestuur het recht heeft, de graven te ver
storen, en den in eeuwigdurenden eigendom
afgestanen grond voor andere dan de oor
spronkelijke doeleinden te gebruiken. Wij
vernemen dan ook, dat door een katholiek
eigenaar van een graf in de N. Z. Kapel,
dit recht aan het kerkbestuur ontzegd wordt,
zoodat een procedure in deze quaestie kan
worden tegemoet gezien.
De Alg. Verzekeringmaatsch. „Provi-
dentia” te Amsterdam heeft een reclame-
boekje harer afdeeling „inbraakverzekering”
uitgegeven, waarin men eenige afbeeldingen
vindt van inbrekers aan het werk, ’t Is
een sprekende serie overklimming bij maan
licht, inklimming door een opgeschoven raam,
’t forceeren van de brandkast, de buit, af
tocht.
Heerenveen, 18 Jan. ’t Was al laat
Zaterdagavond en duister en het woei ver
schrikkelijk. De schouwburg-directeur W.
Hart was naar hier gekomen, om zijn broe
der, den theaterdirecteur H. Hart, een be
zoek te brengen. Hij stapte, op de Konijnen-
polle op het schip... Roep! daar woei zijn
hoed af, en de heer Hart, die een onwille
keurige beweging deed, om zijn hoofddeksel
te grijpen, sloeg buiten boord. Hij verkeerde
bij de heerschende duisternis wezenlijk in
levensgevaar, en zijn neef, de heer Harry
Hart, bedacht zich dan ook geen oogenblik,
doch sprong als goed zwemmer onmiddellijk
zijn oom na, dook tot driemaal toe onder
het schip en slaagde er gelukkig in den
drenkeling behouden op het droge te helpen.
Dit is reeds de veertiende maal, dat de
heer Harry Hart een drenkeling het leven
redt.
Nu, het is inderdaad een lastig geval.
Maar had men door onderlinge samenwerking
ook niet tot iets beters kunnen komen?
DIXI.
P.S. Aantal wiegen volgens De Telegraaf
later gestegen tot 35.
De dochter van
onder den Bannink, kreeg
vergiftiging. Wat
voor
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Het drama, dat voor zoovelen, zoo ontzettend
velen, het groote levensdrama zal blijven.
Stel u voor dat heerlijke land. Het land
„wo die Citronen blüh’n”, waar de sappige
sinaasappel zijn „Heimath” heeft, waar de
zon zijn goud uitgiet over zachtglooiende
berghellingen en liefelijke dalen en waarboven
eiken dag de blauwe hemel straalt in al z’n
heerlijkheid. Stel u voor die prachtige stad
Messina met haar bloeienden handel, haar
vele schoone gebouwen, haar trotsche kerken.
De duizenden menschen die daar leven, werken,
genieten, lijden. Stel u voor die stad aan
den vooravond der vreeselijke catastrophe.
Alles gaat zijn gewonen gang. De koopman
zit te cijferen op z’n kantoor, de werkman
is bezig in zijn werkplaats en de geleerde
op z’n studeerkamer. Daar zijn jonge meisjes
die met smachtend verlangen uitzien naar
„zijne” komst en jonge mannen wien ’t hart
sneller klopt bij de gedachte aan dat afspraakje:
morgenavond daar en daar. Daar is vroolijkheid
bij dans en spel en zang; en stille, vrome
aandacht bij ’t klinken der lofliederen Hem
Sneek.
dag, was
stad vrij wat drukker dan den vorigen
Dinsdag, toen men niet over en niet door
het ijs kon. Uit verschillende richtingen
waren nu stoombooten en schepen gearriveerd
en weldra zal de binnenvaart weer geheel
geopend zijn.
Met ingang van Zaterdag j.l. is de volle
dige dienst voor reizigers en goederen tusschen
Stavoren en Enkhuizen hervat.
De vaart op de Zuiderzee is zoowel voor
zeil- als voor stoomschepen heropend.
Uit Lemmer meldt men
De aanhoudend krimpende wind houdt
onze kust door een ijsveld van uren gaans
in omtrek ingesloten, waardoor het ten eenen-
male onmogelijk is de haven hier binnen te
komen. Dientengevolge heeft de dienst
AmsterdamLemmerGroningen, van de
LemmerGroninger-Stoombootmaatschappij,
tijdelijk over Stavoren plaats. De „Bolsward”
van de HollandFrieslandlijn, welke in de
afgeloopen week meer dan eens getracht heeft,
doch te vergeefs, om door het ijsveld te
breken en de haven hier binnen te komen,
is Zaterdag de haven te Harlingen binnen-
geloopen, om daar hare lading te lossen.
Evenals in tal van plaatsen heeft zich
ook hier ter stede een sub-comité gevormd
tot aanbieding van een huldeblijk aan H. M.
de Koningin. Het bestuur bestaat uit de
dames: Mevr. De HoopWitteveen, Mevr.
Van NootenKuipers. Mevr. Dorama
Schepers.
De volgende week zal een collecte voor
genoemd doel worden gehouden.
Hindeloopen, 17 Jan. In den nacht van
Zaterdag op Zondag zijn bij een zestal inge
zetenen alhier ruiten ingeslagen. De daders
zijn onbekend en naar de reden dezer laffe
baldadigheid gist men te vergeefs.
Op het oude terrein van de N. Z.
Kapel te Amsterdam zal een nieuwe kapel,
omgeven door winkels aan de zijde van de-
Kalverstraat, zoowel als aan het Rokin worden
Jeugdige dieven.
De laatste weken misten onderscheiden
handelaars in sigaren, fruit enz. te Hengelo
waren uit hun winkel, zonder dat het moge
lijk was den schuldige te vinden. Thans is ge
bleken dat een bende jongens, gedeeltelijk nog
op school, er werk van maakte met een voor
gewende boodschap die winkels binnen te
gaan, om dan van het oogenblik, dat ze
daar alleen waren, gebruik te maken,
om hun slag te slaan. Sigaren, sigaretten,
prentbriefkaarten, vruchten e.d. werden in
hun bezit gevonden.
Fan een flesch die een lange reis maakte.
Op den lOen Augustus van het vorig
jaar vierde de Wielrijdersvereeniging „AH
Right" te Leiden een feest op de uitspan
ning „De Vink”. Men ging er met feest-
booten en versierde boeiers heen en weer
terug naar Leiden. Van een der boeiers werd
toen een leege champagneflesch in het Galge-
water geworpen met het verzoek aan den
vinder om aan een opgegeven adres te Leiden
een prentkaart te zenden. De flesch is,
vermoedelijk door de sluizen te Katwijk
buitengaats geraakt en na veel omzwervingen
aan het Noorsche strand terecht gekomen.
Thans is ten minste een schrijven van het
Noorsche consulaat aan het adres te Leiden
ontvangen, waarin wordt medegedeeld dat de
flesch op 9 Januari—is gevonden te Reitjerg-
strand bij Hjorring. En de prentkaart werd
ook ontvangen.
De koopman J. S., een man van
75 jaar uit Klaaswaal, liep Vrijdag in de
Boompjes te Rotterdam. Hij werd aange
sproken door een armoedig uitziend en doend
man, die hem zijn nood klaagde. Bewogen
door de mededeelingen van den klager,
haalde de koopman zijn portemonnaie te
voorschijn. Hier had de bedelaar op gewacht.
Plots rukt hij den ouden man de porte
monnaie uit de hand en zette het op een
loopen. Van inhalen was voor den beroofde
De portemonnaie hield ruim
N. R. C.
De Zw. Cl. meldt uit Bathmen:
den landbouwer Staring,
een hevige bloed-
was het geval? De huis
kat schrok voor den hond van een rond-
ventenden koopman. Toen zij daarna de
poes wilde ophalen, beet die haar in den
arm; het beest was zoo angstig, dat men
met een ijzer den bek los moest breken.
Gelukkig dat het meisje direct naar den
dokter ging, want het vergif had den ge-
heelen arm al aangetast.
Een veilingsquaeslie.
De Kamer van Toezicht op Notarissen te
Haarlem heeft na advies van de commissie
van onderzoek, bestaande uit de heeren De
Kruyff en Boerlage, in de bekende veilings-
quaestie beslist, dat de klacht van den make
laar Hoogeveen ongegrond is en notaris
Daamen reden had om zijn medewerking te
weigeren voor den verkoop van een perceel
elders dan in „Den Gouden Leeuw’\
ter eere. Daar zijn vele gelukkige menschen,
daar zijn er ook velen wier leven wordt
verbitterd door haat en tweedracht, of ver
duisterd door ziekte en ongeval. Plannen
worden gemaakt, groote plannen en kleine,
booze en goede, lage en verhevene. Daar...
op eens een onderaardsch gerommel, sterker
en sterker. De wind groeit tot een orkaan,
woest rollen de zeeën aan, het kraakt en
schudt en waggelt... En den volgenden dag
is er van die heele schoone stad, van die
prachtvolle gebouwen, niets meer over. Wat
rookende puinhoopen. En van de menschen,
de menschen met hun leed en hunne vreugde,
hunne liefde en hun haat, bun enthousiasme
en hun onverschilligheid, hunne vroomheid
en hun frivoliteit? Een klein troepje, ver
bijsterd, half waanzinnig van angst, beroofd
van alles.
Waarde lezers, een mensch is toch een
veranderlijk wezen. Daar heb ik pas beloofd
u zoo af en toe eens te vergasten op een
praatje met m’n vrind Jan Contrarie, en
daar trekt genoemde sinjeur z’n eens gedane
toezegging weer in. De reden? Ja, hij is
zooals ik al zei, nog al een criticus, en daar
hij tegenwoordig, als we zoo op de wandeling
zijn, nog al eens critiek uitoefent op velerlei
plaatselijke toestanden, is hij bang dat ik
die critiek hier ook zal overbrieven. En daar
is hij niet op gesteld, zegt hij, als je critiseeren
wilt, goed, maar kom er dan ook rond voor
uit wie je bent. En ofschoon ik hem al
vertelde dat ik nu juist niet van plan was
om van die plaatselijke critieken mijn fort
te maken, wou hij er toch niets meer van
weten. Och, zeit-ie, die andere dingen als
b. v. dat praatje over het Kerstfeest, dat je
de lui laatst hebt oververteld, daar hebben
ze op den duur niet veel aan. Er is dus niets
aan te doen. Om nu echter toch mijn belofte
gestand te doen, en in de kolommen van de
Bolswardsche Courant zoo nu en dan eens
een praatje met u te maken, heb ik thans
dit bovenschrift gekozen, waaruit u dus kunt
opmaken dat onder deze rubriek de meest
verschillende zaken besproken zullen worden.
Heb ik u in mijn „krantenpraatje” van
een paar weken geleden en in dat gesprek
met m’n vriend, bezig gehouden met abstracte
onderwerpen, dezen keer wou ik het eens met
u hebben over de dingen waar iedereen
tegenwoordig vol van is. Waar ieder, eiken
dag weer, over leest en hoort praten. Ja,
zulke dingen zijn er zooveel, zult ge zeggen.
Zeker, dat is zoo. In onzen tijd van stoom
en electriciteit leven we snel, zeer snel.
Telegraaf, telefoon en „draadlooze” brengen
ons de berichten uit alle deelen der wereld.
Eiken dag krijgen we nieuwe indrukken, die
eiken volgenden dag weer door nieuwere
vervangen worden. Daardoor zijn die indrukken
echter in de meeste gevallen oppervlakkig,
gaan ze niet diep. vVe vergeten zoo gauw
weer. Den eenen dag lezen we van een
schrikkelijke mijnramp, den volgenden van
een ontzettend spoorwegongeluk, den derden
dag wordt onze aandacht weer geheel in
beslag genomen door de mogelijkheid van
een Europeeschen oorlog. We vergeten zoo
gauw, want eiken dag gebeurt er weer iets
anders dat geheel onze aandacht vraagt. Een
ding is echter, niettegenstaande de gebeur
tenissen hun gang gaan en er sedert al weer
vrij wat „interessants” (b.v. de geheimzinnige
verdwijning van de bekoorlijke miss Viooltje,
de totstandkoming van het vergelijk tusschen
Oostenrijk enTurkije, de Béthune-geschiedenis)
door de pers geboekstaafd is, één ding is
nog steeds de groote sensatie. Daarvan lees
je nog alle dagen in de bladen. Daarover
wordt nog eiken dag gepraat. Het is -de
schok die dood en verwoesting heeft gebracht
over een van de schoonste streken van het
oude Europa, die ook zoo heerlijk heeft doen
opbloeien over heel de beschaafde wereld,
menschelijk medelijden en menschelijke barm
hartigheid ik bedoel het drama van
Zuid-Italie.
Geweldig is dan ook de indruk geweest
die dit vreeselijke tooneel heeft te weeg
gebracht. Schrik en ontzetting overal. Wagen
wijd zijn ze opengezet, de sluizen der mensche
lijke liefdadigheid en nog staan ze ópen.
En nog is de stroom die er door vloeit, de
zilveren, de gouden stroom, nog is die ge
lukkig krachtig. Nog kunnen we alle dagen
in de couranten lezen van regeeringen en
parlementen die groote sommen voor het
bewuste doel afstaan. Ons land heeft officieel
niets gedaan. Laten we hopen dat het officieus
des te meer zal doen.
Andere gebeurtenissen hebben sedert onze
aandacht getrokken. Als daar zijnhet
Oostenrijksch-Turksche vergelijk dat de ver
schrikking van een Europeeschen oorlog
gelukkig weer voor on bepaalden tijd uit
onze gedachten heeft verbannen; dan de ge
heimzinnige verdwijning der Londensche miss,
waar de geheele Éngelsche pers vol van is
en de huiveringwekkende terechtstelling te
Béthune. Ons eigen pers heeft het intusschen
druk over de te verwachten blijde gebeurtenis.
Je kunt geen krant opslaan of je ziet er
heele kolommen vo] van staan. Geen wonder
dat er belangstelling is in den lande. De
kwestie der troonopvolging was voor ons land
inderdaad een zeer lastige. Maar zouden we
langzamerhand niet des Guten zuviel krijgen
Overal vormen zich dames-comité’s om H. M.
„huldeblijken” aan te bieden.
Ik zet hier „huldeblijk” tusschen aan-
halingsteekens omdat mij dunkt dat men in
dezen wel een passender woord had kunnen
vinden. Gehuldigd toch wordt iemand om z’n
persoon of om z’n verdiensten, z’n daden.
H. M. b. v. werd door Haar volk gehuldigd
bij Hare troonsbestijging en altijd wanneer
Zij zich in het openbaar vertoont. Dat is
om Haar Persoon, om den eerbied dien wij
allen Haar toedragen. Maar nu is ’t toch
wat anders. Nu willen we meer in ’t bijzonder
een bewijs geven van de vreugde, die Hare
vreugde bij ons opwekt. Van onze diepe
aanhankelijkheid dus willen we getuigen. En
daarom had men dunkt me,licht een passender
woord kunnen bedenken dan „huldeblijk”,
dat klinkt zoo afgezaagd, in dit geval haast
een beetje banaal. Maar enfin, we
nu eenmaal en zullen ’t daarom
maar gebruiken.
Met die huldeblijken dan, gaat het m.i.
een beetje vreemd toe. Iedere sti eek „hulde
blijk!” er n. 1. maar op los op zijn eigen
houtje. Van organisatie over ’t heele land
geen spoor. Dat leidt tot vreemde resultaten.
Een eigenaardige beschouwing had daarover
de „Dagboek van een Amsterdammer” schrijver
in De Telegraaf van 14 Januari j.l. Hij
zegt n.l. „De lieve vaderlandsche gewoonte,
om een jonge moeder iets moois in de luier
mand te geven, kan eenigszins bedenkelijke
gevolgen hebben als het eene Koningin geldt,
want goed geteld zijn er nu voor het aan
staande Oranjetje, dank zij de honderden
dames-comité’s, in de maak: 27 wiegen,
11 gouden bekers, 41 wiegekleedjes, 64 paar
zijden sokjes, 17 gouden rammelaars, 45 in
goud gemonteerde althéawortels, 28 val
hoedjes, 137 bakkertjes, 94 fopspenen en
423 stel zijden luiers.”
En dan zegt hij
„Hoe de arme kleine dit allemaal verwerken
moet, is me een raadsel, en het wordt ook
wat lastig, als men, om niemand der edele
geefsters voor het hoofd te stooten, het kindje
in al de 27 wiegen tegelijk wil leggen”,
Bolswardsche Courant