Nieuws- en Advertentieblad
Bols ward en Wonseradeel.
1909.
48ste Jaargang.
No. 94.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
Kijkjes in de Tweede Kamer.
4
Donderdag 25 November.
BINNENLAND.
VOOR
Friesche Zuidwesthoek, 22 Nov. Wie
thans de veestallen op de boerderijen binnen
treedt, wordt onaangenaam getroffen door de
leegte, die er heerscht. Hier en daar is de
stal bezetting tot de helft verminderd en waar
de rijen nog gevuld zijn, worden week aan
week stallen ontruimd. Wat gezien wordt,
trekt te meer de aandacht, omdat vorigs
OP DE PUBLIEKE TRIBUNE!
Bolswardsche Courant.
Afzonderlijke
een
tamelijke
iederen dag.
i die telken
diens
vrouw
voor
er een
bewaard voor
uur bij
vergis-
mo-
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
leerde kennen en
oog-opslag noodig
koren te onderscheiden
ja ren
Fier slachtoffers?
Sedert Zaterdagavond wordt vermist, de
hier ter stede thuis behoorende stoomboot
Nijverheid”, eigenaar de reeder
werken in oud-
in Duitschen en
voi
zeker imponeert
Op 't Kleinzand werd heden morgen
een dolle koe afgemaakt, die bij ’t lossen
uit de Workumerboot de kans schoon zag
haren geleider te ontkomenhet dier rende
langs Hoogend, Kleine Palen en Kade, waar
het den machinist der Jouster boot gelukte
het dier te grijpen. Na stevig gebonden te
zijn werd de koe afgemaakt door slager De W.
Ongemakkelijk belast ingbetalen.
Onze correspondent te Eindhoven geeft
ons, nu de Amsterdammers weer eens te
recht mopperen over de primitieve wijze
waarop de belastingkantoren zijn ingericht,
een verhaal hoe het te Eindhoven soms
toegaat. Daar kan de ruimte voor het publiek
bestemd, met een schapenhok vergeleken
worden. In dit hok verdrong zich gisteren
een menigte menschen, voornamelijk betalers
van weggeld. Op een gegeven oogenblik
wilden allen tegelijk op het eenige loket
losstormen, om maar het eerst geholpen te
worden. Dit gaf tot handtastelijkheden
tusschen een paar personen aanleiding, waarbij
het aanbod gedaan werd om van de trappen
te worden gegooid I Dit aanbod werd echter
niet geaccepteerd, waarschijnlijk met het oog
op de beneden stroomende stadsvest, die in
dit koude jaargetijde, volstrekt niet tot een
had uitlokt.
nemen en nu de heele
haar vrouwelijke zorgen
En ik zou er wel een
willen verwedden dat haar
’t algemeen lang niet malsch
en zij vooral wel ’t minst te
zou wezen over hen die hare zorgen
met komen en gaan lieten afloopen
zelfs niet aan dachten een en ander
kleinigheid te erkennen of te be-
Wij lezen daaromtrent in de JV. Sn. Crt.
het volgende:
Een stoomboot vermist.
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4,
een
heer dr. H. E. Greve
met het onderwerp „Openbare Leeszalen.”
Door den spreker, werd een beschouwing
gegeven over de ontwikkeling der volkeren
in de laatste eeuwen door middel van het
boek en hoe de weg is vrijgemaakt voor de
uitbreiding van algemeene kennis door de
openbare leeszaal. De rede werd door mooie
lichtbeelden verduidelijkt.
De vereeniging „Openbare Leeszaal” werd
opgericht met een ledental van ongeveer 60
en het voorloopig bestuur gemachtigd een
reglement te ontwerpen en maatregelen te
treffen om hier met kracht propaganda voor
de openbare leeszaal te voeren.
Men maakt zich hier ernstig ongerust
omtrent het lot der stoomboot „Handel en
Nijverheid” kapitein R. Kloosterman, en eigen
aan den heer C. de Jong te Warns, welke
boot Zaterdagavond met een lading stuk
goederen, hoofdzakelijk bestaande uit mais,
meel, lijnkoeken enz., is vertrokken van
Amsterdam naar Sneek.
Gewoonlijk komt deze boot, varende tus
schen Amsterdam en Sneek, hier steeds Zon
dagsmorgens aan, maar tot dusverre is hier
nog niets omtrent bemanning en boot bekend.
Aan boord bevonden zich de pas verleden
week gehuwde kapitein R. Kloosterman, de
machinist C. Boersma en een zekere Van der
Wal en diens zoon.
Telegrammen, met verschillende kustplaat
sen gewisseld, hebben nog geen opheldering
kunnen geven.
Het vermoeden bestaat dan ook dat de
boot bij het onstuimige weer in den nacht
van Zaterdag op Zondag, met man en muis
is vergaan.
trant ’t debat al reeds in z’n oorsprong te
smoren, ’t Is dus geen wonder dat ’t goeie
mensch bij voorkeur een ander als slachtoffer
ziet fungeeren. Bij voorbeeld een nieuweling,
die bij in den regel veel eerder weet te
onderscheiden en zonder veel moeite weet
aan te klampen. Wat hem het meest ver
baast is, dat de menschen zich al niet direct
tot hem begeven. Dan zoo redeneert hij
in onbewaakte oogenblikken zoo langs zijn
neus' weg -- zouden zij die hier zoo maar
eens in hun leven komen aanwaaien, allicht
wat meer van zoo’n bezoek aan ’t Neder-
landsche Parlement kunnen mêedragen. Hij,
die aldus als stamgast van de publieke tribune
poseert en zijn autoriteit als zoodanig heusch
niet onder stoelen en banken verbergt, is in
den regel een gewezen schoolmeester of ge-
pensionneerde, die uit een of ander provincie-
stedeke naar de hofstad kwam afzakken om
er een pensioen te verteren en... provinciale
wijsheid te verkoopen. Met de redactie van
de plaatselijke krant of door te oreeren aan
de kletstafel op de sociëteit wisten ze in de
landelijke omgeving van hun vroegeren werk
kring ’t locale politieke wel zoo te beheer-
scheu, dat er met hun meening in voor
komende gevallen toch wel in zekere mate
werd rekening gehouden.
Zoo geschoold en doorkneed in de poli
tiek, kwamen ze dan naar de Residentie om
van af den eersten dag een geregelde ver
schijning op de publieke tribune der Tweede
Kamer te worden. Ja zij wisten zelfs van
die belangstelling op anderen over te brengen.
Zoo zou moeder-de-vrouw zich ongaarne van
gebrek aan belangstelling verdacht zien, weet
zij wel hoe ze ’t moet aanleggen wanneer
hij ’s middag’s thuis gekomen, haar gaat
vertellen van wat de heeren -op het Binnen
hof daar al zoo bedisseld hebben. Ja aan
zijn gezicht kan zij ’t dan al heel gauw zien
of het daar op zijn voorspelling is uitge
komen of zoo als hij het in alle bescheiden
heid belieft uit te drukken, dat ze met zijn
meening hebben rekening gehouden. Want
’s avonds te voren thuis gezeten met zijn
krantje voor hem, zit hij daar al mogelijk
heden op te bouwen naar wat hem dan in
de kolommen van zijn lijforgaan onder de
oogen komt. Zoo is het hem dan mogelijk
den volgenden ochtend bij ’t wachten voor
de tribune aan die- en- gene in z’n omge
ving te vertellen en te profeteeren of de dag
ten gunste of ongunste voor het Kabinet
zal afloopen. Is het noodig nog te zeggen
dat hij zegeviert en zijn autoriteit eerst vol
komen bewust wordt wanneer ’t hem daar
op de tribune van verschillende kanten in
het oor gefluisterd wordt„dat hij ’t maar
weer deksels goed bekeken heeft”. Maar zoo
komt ’t dan ook, dat de dag van belangrijke
stemmingen of spannende beraadslagingen,
in zijn persoonlijke gedachtengang, voor hem
van niet minder belang is dan voor den
Minister, wiens politiek leven er van af
hangt. Wachtende tot hij zijn vaste plaatsje
op de bekrompen tribune-ruimte heeft kunnen
veroveren, weet hij al een krans van luiste
rende koppen om zich heen te trekken, mis
schien ook door al reeds wat verkleurde
gekleede-jas, die boven den glimmenden jas
kraag een hagel-wit boordje laat uitkijken,
dat die anderen van de tribune „iets” in
hem zien dat aantrekt. Want zijn verschij
ning moge zich eenigszins door schoolmeester
achtige aanmatiging kenmerken, wie op
zoo’n toevalligeu keer eens verdwaald raakt
op de publieke tribune, weet hem al heel
spoedig te waardeeren omdat hij de Kamer
op een prikje kent en er de menschen tus
schen al dat gewir-war van bekende en onbe
kende politieke „koppen” gaarne den weg
wijst. En wanneer bet op een belangrijke
stemming aankomt, weten ze door hem de
uitslag nog eerder dan... de president zelf.
B.
„Handel en
O. de Jong te Warns, varende van Sneek
op Amsterdam en de Zaanstreek. De boot
is Zaterdagavond ongeveer 7 uur uit Amster
dam vertrokken, zwaar geladen o.a. met 35
last (1400 zakken) graan voor de graan
handelaren Kok en Zonen alhier en 100
zakken meel voor een firma te Leeuwarden.
De boot was 90 ton groot.
's Avonds is de oude Suupboot haar nog
op zee gepasseerd, ongeveer ter hoogte van
Marken waarbij nog ’t gewone „alles wel”
-signaal gewisseld werd.
De kapitein van de „groote Suup” meent
zekerheid te hebben, dat de hem gepasseerde
boot de „Handel en Nijverheid” was en
niet een andere, al lijkt’t eenigszins vreemd,
dat de boot die reeds te 7 uur Amsterdam
had verlaten, eerst te ’s nachts 12
Marken zou zijn geweest en al zou
sing wegens de nachtelijke duisternis
gelijk zijn.
De „Nijverheid II” die Zaterdagavond
8 uur uit Amsterdam is vertrokken en hier
Zondagmorgen aankwam, heeft de „Handel
en Nijverheid” nooit gezien.
Na de ontmoeting met de „Suup” heeft
men echter van schip noch de bemanning
iets meer gehoord, zoodat men vreest dat
’t schip in den nacht van Zaterdag op
Zondag tijdens ’t ruwe weer, met man en
muis is vergaan.
De boot is daarbij waarschijnlijk gekan
teld, daar anders allicht iets van den mast
te zien zou zijn.
Dat ’t voor de betrekkingen van de op
varenden een angstige tijd van spanning is,
laat zich begrijpen. Anders toch komt de
boot Zondagsmorgens bier aan en nu Dins
dagnamiddag is er nog niets van haar bekend,
ofschoon gisteren en heden den geheelen dag
reeds op de Zuiderzee naar de boot of over
blijfselen daarvan is gezocht. Terecht wordt
dus zeker ’t ergste gevreesd.
De bemanning van de boot bestond uit
4 personen nl. de kapitein R. kloosterman,
een jonge man, die nu juist een week ge
leden getrouwd was, de machinist K. Boersma,
gehuwd en vader van 5 kinderen en de
dekknechten Joh. van der Wal en
zoon. Ook Van der Wal heeft een
met eenige kinderen, die angstig op eenig
bericht wachten.
Uit STAVOREN meldt men ons per
telegraaf
Onder het personeel der veerboot Enk-
huizenStavoren loopt ’t gerucht, dat de
„Handel en Nijverheid” te Hoorn binnen
gesleept is.
Per telefoon hebben we onmiddellijk te
HOORN informaties ingewonnen, doch bij
de Havenpolitie aldaar is niets bekend, zoo
dat dit gerucht onwaar blijkt te zijn.
jaren bijna geen hoekje in vele schuren
onbezet bleef met vee. Die toestand deugde
niet, erkent men nu in goede hooijaren
zal daarom voortaan wel voor restanten
gezorgd worden. Dan kan er een kwaad
jaar overheen en blijft men
de tegenwoordige verliezen.
Arum, 22 Nov. De vrouw van den schoen
maker 0. K. alhier riep hedenmiddag haar
man, die zich op den zolder bevond. Toen
ze na herhaald roepen geen antwoord kreeg,
ging zij naar boven en ontdekte tot hare
ontsteltenis, dat de man levenloos op den
zolder lag.
Witmarsum, 22 Nov. Bij de heden alhier
gehouden verpachting namens de commissie
van beheer van den BolswarderHarlingerweg
der drie tolhekken onder Bolsward, Arum
en Kimswerd, brachten deze resp. op f 1141,
f543 en f 175 per jaar. De verpachting
geschiedde voor 3 jaar. Pachters werden
H. Anema te Bolsward, S. Zijda te Arum
en D. Graafsma te Kimswerd.
Wonseradeel, 22 Nov. Enkele van onze
beroepsjagers zijn in den herfst tevens vogel-
flappers. Voor eenige dagen ving een hunner
50 pluvieren of wilsters. Dat was een buiten
kansje van f 17.
Hepk. Nieuwsbl. van Fr.
Sneek. Ruim 700 toehoorders vulden
gisterenavond het kerkgebouw der Ned. Her
vormde gemeente om te genieten de prestaties
van de Gemengde Zangvereeniging Jacob
Kwast”. Te genieten en wel in den besten,
den edelsten, den meest verheven zin des
woords. Te zeggen wat in deze vereeniging
het meest treftde eenvoud en het totaal
gemis aan gemaaktheid in haar optreden,
de natuurlijke en waardige directie van den
heer W. Saai, de magistrale uitvoering van
en nieuw-Nederlandschen,
Latijnschen tekst, is een-
udig niet uit te maken. Maar wat zeer
en een onuitwischbare her
innering moet achterlaten bij iederen toe
hoorder, dat is wel de ongeëvenaarde zuiverheid
van toon, het volmaakte samenklinken der
stemmen, de onberispelijke uitspraak der
woorden en een dynamiek, waaraan elke
zangvereeniging hier, zoowel als elders, zeer
nederig een voorbeeld dient te nemen.
De Wognummers hebben ons
avond verschaft, nu eens van waarachtig
„kunst”genot; een avond, waarvan we niet
op conventioneele, maar op inderdaad ge
meende wijze hopen, dat hij door vele meerdere
zal gevolgd worden.
Zaterdagavond trad in Amicitia voor
niet groot publiek als spreker op de
van ’s Gravenhage,
IV.
Wanneer de parlementaire machine wèl
aan den gang is, zou men ’t zich niet zoo
licht indenken, dat er zich in de eindelooze
verscheidenheid van ’t groote-stads-leven nog
zoo velen bevinden, voor wie de stilstand
van den wetgevenden arbeid een
leemte brengt in hun leven van i
Zoo schrijvende denk ik aan
dag weerkeerende figuren, waarmede ik de
publieke tribune van ons Lagerhuis zie be
volken en waaronder er werkelijk zijn voor
wien die tegenwoordigheid in de vergaderingen
der Tweede Kamer minstens van even veel
gewicht is als, zij dat voor ieder volksver
tegenwoordiger behoorde te zijn.
Ja die tribune-bezoekersOver hen zou
U de juffrouw kunnen vertellen, die vroeger
jaren daar beneden aan den trap gezeten,
parapluie of wandelstok der bezoekers in
ontvangst had te nemen en nu
tribune-garderobe aan
ziet toevertrouwd.
lief ding om
oordeel over
zou wezen
spreken
zoo maar
en er
met een
loonen.
Lieve hemel, wat had en heeft zij nog
daar al den slag van om het deze menschen
aan ’t verstand te brengen waarin zij jegens
haar te kort schoten. Hoe kan zij hen met
een paar nijdige oogen nastaren wanneer er
vergeten wordt de gebruikelijke fooi in die
knokelige vingers te laten neerglijen. Na
tuurlijk laat ’t zich wel begrijpen, dat zij
haar menschen ten slotte wel zoo’n beetje
er voor haar maar één
was om het kaf van het
en ’t haar na zooveel
jaren ondervinding lang niet moeielijk viel
direct te zeggen, wie van die bezoekers haar
straks wel zou bedenken en wie ’t zonder
iets zou doen afloopen. En wanneer ge haar
dan eens in een goeien bui zoudt aantreffen
en ge zoudt haar kunnen bewegen iets van
hare ervaringen los te laten, dan zou zij U
zeker direct vertellen dat zij het ’t minst
van de „vaste” verschijningen moet hebben
en de trouwe comparanten, de menschen die
je daar zoo iederen zittingsdag kan zien
terugkomen, haar weinig voordeel opleveren.
Zij zou dan ook, van haar standpunt be
schouwd, al heel weinig neiging betoonen
om deze dagelijksche klanten als de kern
van de publieke belangstelling aan te wijzen.
Indien we ze dan ook eens gingen signa-
leeren, de meneer die hoewel steeds vrien
delijk haar toch nooit iets gaf of het school
meesters type, die wel altijd een praatje
had te maken, maar nooit z’n hand eens
over z’n portemonnaie liet gaan, dan zou de
juffrouw, die in den regel nog al kort aange
bonden is, stellig niet nalaten de beteekenis
dezer habitué’s nog wat scherper te margu-
eeren. Al ware ’t al reeds uitsluitend daarom,
omdat deze menschen een ieder bij den jas
trachten te grijpen en bij ee.n ieder animo
onderstellen om ’t over de politiek van den
dag te hebben, waar de juffrouw van de
tribune natuurlijk gladweg maling aan heeft.
Wanneer ze niet direct bereid was om ’t
eerlijk te bekennen, zou ze zich zeker geen
oogenblik bedenken om ’t U duidelijk te
maken dat ’t haar om ’teven is of Lohman,
Borgesius of Troelstra de lakens uitdeelt.
Dus laat ’t haar evenzeer koud, wie d’er
gelijk of ongelijk krijgt. Maar de dagelijksche
bezoeker van de publieke tribune denkt daar
natuurlijk heel anders over, en’t is dan ook
volkomen begrijpelijk dat hij al wachtende
tot de vergadering beginnen zal aan de
menschen voor-, achter- of naast hem z’n
politiek geloof tracht te luchten. Terwijl hij
daar dan zoo wachtende is, vertrouwt hij in
de eerste plaats bij de juffrouw aandacht
voor z’n politieke wijsheid te vinden. Maar
zij, die de handen dan in die ^ogenblikken
juist vol heeft met hoeden, jassen en stokken
in bewaring te nemen, en overigens uitsluitend
oog en belangstelling toont voor klinkende
muntstukken, weet die poging altijd tamelijk
Uandig te écarteeren en, naar parlementairen