Meuws- en Advertentieblad Bols ward en Wonseradeel. 1911. Verschijnt Donderdags en Zondags. 50ste Jaargang. No. 13. POLITIEK OVERZICHT. Zondag 12 Februari. UIT DE PERS. BINNENLAND. tót' VOOR afzonderlijke en Grossiers en kruideniers, hebt U zich ge prepareerd R. tijd tot tijd, het ontwerp voor den dag Neen, tegenspartelen helpt niet, Hr. Aalberse Gij en alle democraten, die U bjj de coalitie hebt aangesloten, belust op macht, Gij kunt praten zooveel Ge wilt en zoolang Ge wilt en zoo knap als Ge wilt, Gij wordt per slot van rekening in den conservatieven maalstroom medegesleept, en wij kunnen begrijpen, dat dit U met uw verleden wel eens benauwt, maar och, tegen 1913 hebt Ge evenmin op te zien als tegen 1905 de Christelijke arbeider, die toch ook niet wachten kan, geen dag en geen nacht, zal dan wel weer met Christelijke leuzen gepaaid worden. Maar toch vragen ook wij op onze beurt dan Hoe lang nog mangeltjes 't vademecum zijn. Pinkpillen, Abdijsiroop en meer van dergelijke onont beerlijkheden voor de lijdende menschheid kunnen hunne matjes wel oprollen. De gouden Eeuw voor de vegetariërs breekt aanEen verwezenlijkte nachtmerrie voor bakkers, slagers, enz. Echter alles heeft z’n vóór en tegen. En de pindas ook zal hieraan wel niet ontkomen. ’t Vroolijk dartelen, lucht-sprongen-maken der „apies” in Artis is gedaan. Met over laden maagjes, oversture ingewandjes zullen ze in hun hokjes liggen te kromtrekken. Hein Baliekluiver heeft z’n «keesie” gedaan gegeven, staat voortaan op ’t heerlijk Suri- naamsch product te kauwen. Of ’t hem de zelfde voldoening geven zal? Sterke beenen die de weelde kunnen dragen. En of wij menschen dan wel zoo sterk zullen zijn? ’t Beste beentje voorgezet! We staan toch een trapje hooger dan de Artis-lievelingen. Laten we ons best doen, in godsnaam op poene van een verwijtend gezicht van onzen brood- en vleeschleverancier, haar een blijde inkomste te bereiden in ’t moederland. Moge onze natie zich geen apennootjes- bankroet op den hals halen. Wanneer ’t niet anders kan, laat ’t dan toch bij een bacovencultuur-liquidatie blijven ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4. PRINS JORIS schrijft in de Enkhuizer Courant het volgend De Hr. Aalberse, Roomsch-Katholiek af gevaardigde voor Almelo, is zonder tegen spraak een vooruitstrevend man. Hij heeft vee! gedaan om de democratische idee in eigen kring veld te doen winnen, en deze wakkere strijder voor de Katholieke Sociale Actie is dan ook in eigen partij de smaad deelachtig geworden, die het conservatisme over de democratie pleegt uit te gieten. De Hr. Aalberse kan in dit opzicht zich op ééne lijn stellen met den grooten Dr. Schaep- man, die hij als afgevaardigde .voor Almelo heeft opgevolgd, en die waarlijk bij zijn leven er zich niet op te beroemen had, dat hem het «straatvuil” was gespaard. Welnu, de Hr. Aalberse is niet bijster ingenomen met de coalitie, althans niet met het optreden van sommige barer leden. En dat behoeft geene verwondering te wekken, want de Hr. Aalberse is, zooals wij reeds zeiden, een zeer vooruitstrevend man en de coalitie is nu eenmaal het laatste en hechtste bolwerk van het conservatisme. En van die weinige ingenomenheid heeft Mr. Aalberse in eene politieke rede onlangs door hem te Almelo gehouden, blijk gegeven. In de eerste plaats moest de afgevaardigde voor Bodegraven, de Hr. van Idsenga het ontgelden om de onbarmhartige kritiek, die hij op Talma’s socialen eersteling, de Bak kerswet had geoefend. Eene kritiek die daarom, volgens den Hr. A. te bedenkelijker was, omdat ze niet als haar onderwerp naar den technischen bouw van het ontwerp, maar het beginsel waarvan het uitging, en dit laatste onaannemelijk verklaarde voor ieder anti-revolutionair. De Minister, aldus formu leerde de Hr. v. Idsinga het zeer scherp, had door het indienen van de Bakkerswet hocos pocus gedreven met de anti-revolutio- naire beginselen. Welnu, de Hr. Aalberse maakt zich over den Hr. van Idsinga en de talrijke overige conservatieve elementen in de coalitie ernstig ongerust, en hij bezweert hen toch hun verzet tegen de sociale hervormingen op te geven want doen ze dit niet, dan komt er van het geheele sociale hervormingswerk niets, en hoe zal de coalitie dan in 1913 voor de kiezers komen te staan ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden. Franco per post 50 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Slaapziekte. De aan slaapziekte lijdende onderwijzeres, mej. 8., te Waddinxveen, is nog steeds niet ontwaakt. Haar toestand moet ernstig zijn. Oude goudstukken. Door een arbeider van den landbouwer Van Eekelen onder Rozendaal werd bij het rooien van struiken een potje gevonden, inhoudende 254 goudstukken uit de 16e en de 17e eeuw. De pisang is de ware pisang nietKorten tijd slechts wist ze ’t hoofd boven water te houden, doch moest ’t eindelijk opgeven. Ze was niet gewild, getapt bij ’t, vooral lekkerbekkende publiek. De bacoven-cultuur ligt op h’r rug. Ze had een heele dobber in haar struggle of life. Echter kort maar hevig was de strijd, waarbij zij, eilacie, ’t onderspit moest delven. Geen ruggesteun, in den vorm van voor schotjes uit ’s lands kas, was in staat de zwakkelinge op de been te houden. Thans denkt ze er over ’t bijltje er maar bij neer te leggen. Wat we dan te genieten krijgen Pinda, alias olienootjes, m’n lieve vrien den I Dat wordt nu je ware 1 We komen in ’t teeken der apennootjes. En ongetwijfeld zal de roep, die aan deze reuzen-exploitatie voorafgaat, niet minder groot zijn dan die van haar voorgangster. Ze had toch zooveel goede punten op haar levens-agenda 1 Weldra zullen we vernemen, zullen we ’t van alle kanten hooren, dat de cura^ao-sche zij het dan ook noode, bij het uitstel zou neerleggen, en dat omdat hij prijs stelde op het //gemeen overleg”. En van dat «gemeen overleg” zei de ministerIk zal het toe passen niet alleen in dien zin, dat ik de redevoeringen en bedenkingen, die hier uitge sproken zijn, zal overwegen, maar ook door er mede in te stemmen, dat de behandeling van het ontwerp tot Februari geschorst wordt. Tot FEBRUARI. Die maand is niet alleen in het land, maar de Kamer is op het oogenblik dat deze regelen verschijnen, weer bijeengekomen met eene lange agenda voor tal van weken, zoowel aan afdeelings- onderzoek als openbare beraadslaging, maar... de Bakkerswet is op die agenda niet te vinden. En het zou ons verwonderd hebben als het anders geweest ware. Hoe ter wereld kan de Hr. Talma het voor elkaar krijgen in dit ont. werp de hem door den Hr. Troelstra voor geschreven beperking van arbeidsduur in te werken, waar hij om de conservatieve elemen ten in de coalitie er niet eens aan denken kan de motie-Aalberse op den 10-urigen arbeidsdag uit te voeren En verder, waar de Christelijk-Historischen absoluut niet willen weten van een verbod van arbeid aan den zelfwerkenden patroon (Dr. Kuyper wilde daar ook eerst niet van weten, maar heeft sinds dien zijn draai genomen) hoe zal de Hr. Talma dit verbod kunnen doorzetten, dat volgens zijn eigen getuigenis, zal de wet effect sorteeren, onmisbaar is Ex unö disce omnis. Dit ééne voorbeeld strekt tot leering van het geheel. De wijze waarop door een groot deel der Rechterzijde de Bakkerswet ontvangen is, moet voor den Hr. Talma, dunkt ons, allen twijfel wegnemen of hij met de coalitie ooit sociale hervor mingen tot stand zou kunnen brengen. En al is het natuurlijk niet onmogelijk, dat de Bakkerswet, als ze eenmaal in den door den Hr. Troelstra aangegeven zin zal zijn ge wijzigd, met behulp der Linkerzijde zou kunnen worden aangenomen, de Hr. Talma is te slim politicus om niet te weten dat zulks eene Pyrrhus-overwinning zou wezen. Niets ontstemt toch een deel der coalitie meer, dan wanneer zijn verzet door den mi nister van nul en geener waarde gerekend wordt, omdat hij weet dat hij met behulp der Linkerzijde toch zijn doel bereikt. Dat hebben we bij het ontwerp openbare leeszalen gezien, waarbij we niemand minder dan den Hr. van Idsinga de schoone stelling hebben hooren verkondigen, dat de Regeering niet het recht heeft iets voor te stellen, dat ééne van de drie coalitiefractiën onaangenaam is. Welnu, sociale hervormingen zijn den Chris telijk-Historischen alles behalve aangenaam; we weten dus reeds dat ook daarom er niets van terecht kan komen. Landbouwtentoonstelling te Sneek. Het prospectus, bevattende de voorwaardeu en bepalingen voor de Landbouwtentoon stelling, welke alhier op Woensdag 26 en Donderdag 27 Juli a.s. zal worden gehouden vanwege de afdeeling «Sneek” der Friesche Maatschappij van Landbouw en de Vereeniging tot bevordering van het Vreemdelingen verkeer alhier, is verschenen en zal eerstdaags worden verzonden. De tentoonstelling zal omvatten: paarden, rundvee, schapen en varkens, terwijl tevens een tentoonstelling wordt gehouden van pluimvee en konijnen, onder leiding van het bestuur der afd. Friesland «V. P. N”. Ter opluistering kunnen worden inge zonden land- en hooibouwwerktuigen en gereedschappenzuivelproducten en gereed schappen voor den zuivel; veevoeder; bloemen en sierplanten; inzendingen op wetenschap pelijk gebied en inzendingen van verschil lenden aard. De deèlneming aan de tentoonstelling staat alleen open, wat betreft paarden, rundvee, schapen en varkens, voor de leden van afdeelingen der Friesche Mij. van Landbouw. Tot mededinging naar de prijzen, uitgeloofd voor andere inzendingen, worden ook niet- leden dier maatschappij toegelaten. Aangifte van inzendingen moet plaats hebben vóór of op 6 Juni a.s. bij den heer IJ. van der Werf te Nijland, die voor het aannemen van aangiften zitting zal houden in het café «de Nieuwe Doelen” te Sneek op 30 Mei en 6 Juni a.s. van 111 uur. In alle afdeelingen worden geldprijzen en medailles uitgeloofd, in ’t geheel bijna 20 medailles en ongeveer f 1000 aan geldprijzen. Voor inzendingen ter opluistering worden hoogstens 250 gulden beschikbaar gesteld voor medailles of geldprijzen. Het reglement bevat verder de voorwaarden waarop inzendingen ter mededinging of opluistering kunnen worden aangeboden. De aangifte voor pluimvee wordt in een afzonderlijk reglement bepaald en zal nader bekend gemaakt worden. Fermindering van productie. Naar het R. N. verneemt, zullen of zijn reeds verschillende branderijen te Schiedam stil gezet, terwijl meerdere, zelfs van firma’s, die dit nog nimmer deden, minder bakken gaan stoken. De klacht van den Hr. Aalberse over de tegenwerking der conservatieve elementen in de coalitie die alle sociale hervormingswerk onmogelijk maken, verbaast ons natuurlijk niet. Ze komt eenvoudig de zoo vaak door ons verkondigde stelling bewijzen, dat de coalitie juist, door de overheersching van de conservatieve elementen daarin, tot elk degelijk hervormingswerk onmachtig is. De Bakkers wet heeft ons dit weer geleerd als we het niet wisten, en hoe de Hr. Talma daarmee in eene impasse zit, mag wel blijken uit het feit, dat in strijd met zijne belofte deze niet weer op de agenda is gekomen voor Februari, en dat is een heel sterk stuk. Want wat toch is er gebeurd, toen de be handeling van die wet in October 1.1. hal verwege geschorst werd Het is wel de moeite waard dit nog even in herinnering te bren gen. Op 27 Oct. 1.1. stelde de Hr. Brurn- melkamp voor, dat de Kamer met de beraad slagingen over de Bakkerswet zou doorgaan, men was volgens dien afgevaardigde in het hart van het onderwerp, en hij wilde zelfs om zijn voorstel aannemelijk te maken, den tijd daarvoor vinden door de Indische be- grooting in avondzittingen af te doen. Tegen dit voorstel kwam verzet van den voorzitter en van den Hr. Nolens, den invloedrijken voorzitter van de Katholieke Kamerclub, maar het was niet om dit verzet dat de Hr. Brum- melkamp zijn voorstel introk. Reden daartoe vond hij in de woorden van den minister. De afgevaardigde voor Loosduinen zeide toch letterlijk #Na het gesprokene door den minister trek ik mijn voorstel in.” En wat was dat gesprokene? De minister zei, dat, al ware het hem persoonlijk buiten gewoon aangenaam geweest als men met de behandeling had kunnen voortgaan en tot eene decisie had kunnen komen, hij zich, heid. En voor twee dingen zijn ze ontzettend bang: lo. voor de democratie, 2o. voor Rome. Lange jaren is dan ook „de vrees voor Rome” eigenlijk de basis geweest van hunne geheele politiek. Die vrees was in 1897 nog zóó groot, dat toen bij de eerste stemming van de verkiezingen voor de Tweede Kamer Rechts eene voorloopige overwinning behaalde, die door eene definitieve scheen bevestigd te zullen worden, het enkele denkbeeld, dat „Rome” daardoor achter de groene tafel zou komen hen als één man bij de herstemmingen partij voor de liberalen deed kiezen, waardoor de liberale meerderheid verkregen werd, die het optreden van het Kabinet Pierson-Bor- gesius mogelijk maakte, het eerste en helaas eenige kabinet van sociale hervorming. Dat Kabinet ging aan het werk en toen na 4 jaar de stembusstrijd tot inzet had: vóór of tegen het Kabinet van sociale her vorming, bleek het dat de afkeer daarvan bij de meest-conservatieve fractie in Neder land zóó groot was, dat zij zich dan nog maar liever in de armen van den erfvijand, d.i. Rome wierp. Nu erkennen wij, dat de omhelzing niet innig isvan zooals bij de behandeling van Openbare Leeszalen, komt het hoe weinig naar het hart dit //gemengd huwelijk” eigenlijk is, en dan juicht bij den welsprekende)! monde van Dr. de Visser het protestantsche beginsel een oogenblikje hoog op tegenover Rome’s geestesvoogdijmaar als Ds. van Hoogenhuyze naar de pen grijpt (zie de brochure«Hoe lang nog Een woord aan Hervormden, die de Christelijk- Historische beginselen zijn toegedaan, uit gave van C. Vonk te Wijk bij Duurstede) om zijnen mede-Christelijk-Historischen te bezweren eene coalitie te verlaten, „waaraan de Christelijk-Historischen nooit mee hadden mogen doen, omdat het eene tactiek is, die nooit voor God is te verantwoorden"dan is de Hr. de Savornin Lohman direct op de bres en dient in de Nederlander, tegengif toe en betoogt, dat Ds. van Hoogerhuyze er niets van begrijpt, want dat hij het kerke lijke en het staatkundige met elkander ver wart want die geliefde coalitie moet in stand gehouden worden. En welke achting de Hr. Aalberse en ook wij den afgevaar digde voor Goes toedragen, dit zal hij toch zeker wel met ons toestemmen, dat de Hr. Lohman geene hand voor de coalitie zou uitsteken, maar dat hij haar ten sterkste zou bestrijden, als deze de democratie diende. Mr. Aalberse heeft dat gevoeld en begrijpt dat hierin groot gevaar schuilt voor 1913, wanneer men, dat is nu reeds zeer gemak kelijk te zien voor een ieder, die niet willens blind is, net als in 1905 voor de kiezers zal moeten komen met de bekentenis dat er op sociaal gebied niets wat van wezenlijk belang voor den werkman tot stand werd gebracht. En hij wil nu met het dreigement DENK OM 1913! de weerspannige Chris telijk-Historischen er toe brengen met het hervormingswerk mee te doen. IJdel pogen natuurlijk, en wat wij meer hebben te be schouwen als een consciëntie stoppen voor den democratischen Hr. Aalberse, dat hij aan het hooghouden der conservatieve coalitie meedoet, dan als iets waarbij hij voor zich zelf op eenig resultaat zou rekenen. De Hr. Aalberse heeft zelf met zijne motie op den 10 urigen arbeidsdag aan den lijve gevoeld, hoezeer het conservatisme in deze coalitie troef is, om dat niet te weten. Hij weet dat zoo goed, dat hij tot nog toe zelfs den moed niet heeft gehad de Regeering te dwingen om die motie uit te voeren of haar voor de keuze te stellen zulks te doen of heen te gaan, waartoe hij de middelen natuurlijk in de hand heeft. Want als de Christelijk-Historischen met hen de conservatieve elementen uit de andere fracties aan zijne roepstem gehoor gaven, zouden ze juist de reden waarom ze in de coalitie plaats namen verliezen, en die reden is hunne vrees voor sociale hervormingen. De Chr.-Hist. toch in ons staatsleven vormen de partij van vrees bij uitnemend- Bolswardsche Courant a’*»'

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1911 | | pagina 1