Nieuws- en Advertentieblad
•olsward en Wonseradeel.
Boelgoed van Landboiiw-
tórefedsgljappeD^
1911.
50ste Jaargang.
Huizen - Parrega. jnt Donderdags en Zondags.
Donderdag 23 Februari.
B 1 N xN E N L A N D.
Martha of de Markt te
Richmond.
VOOR
Amstel schrijft in de
het batig saldo
en
allen
de
man
werkvertrekken
hooren, het loont de
Ws.
Sneek. De
Nederlandsche
miliciens hield
treurig ongeluk plaats. Zekere P. D.,
oppassend werkman, met een kar puin
een der steenfabrieken komende,
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. U
ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad ie telefonisch aangesloten onder No. 4.
tot dien tijd voor hem een betrekking te
vinden te Amsterdam en behoedde hem alzoo
voor broodeloosheid.
Uit de goedgekeurde rekening en verant
woording van den penningmeester bleek, dat
de ontvangsten over het afgeloopen jaar
hadden bedragen, met inbegrip van de ge
noemde f 150 van het hoofdbestuur, f 311.75,
de uitgaven f 273.145 en
f 38.60\
en hij verbonden moest worden,
meenen is van een en ander
N. Sn. Cl.
Workum, 20 Febr. Wegens voortdurend
stormachtig weder zijn de beurtschepen van
Workum en van Bolsward op Amsterdam,
hier sedert Donderdag blijven liggen. Eerst
heden zijn ze vertrokken.
Lemmer, 20 Febr. Hedenmiddag omstreeks
2 uur is tusschen Urk en de Lemster haven
bij ruw weer en hol staande zee overboord
geslagen en verdronken de 18-jarige dienst
bode van schipper Bouke Vleeshouwer, ge
domicilieerd te Brouwershaven. Het meisje
is genaamd Geertje Dijkstra.
Sneek, 20 Febr. Toen de petroleum venter
H. alhier wat lang aanhield bij vrouw Z.,
die gezegd had dat ze niet koopen wilde,
nam de vrouw in drift een putemmer en
sloeg er H. mee op het hoofd, zoodat hij
ernstig gewond werd. Heelkundige hulp is
ingeroepen. De politie is met het gebeurde
in kennis gesteld.
Gisteren had te Huissen, nabij ’t Looveer,
een
een
van
struikelde, en kwam met het dijbeen onder
het wiel, waardoor dat lichaamsdeel brak en
ten deele verbrijzeld werd. Dr. Rutschy
verleende de eerste geneeskundige hulp.
De oorzaak der influenza.
De halve wereld is ziek; de influenza
druipt uit de lucht. De oorzaak van die
ziekte
Met zekerheid weet men niets, maar dr.
IJ. schrijft in de N. R. Cl. dat hij voor ’t
naast gelooft, dat het té warm stoken in de
woon- en werkvertrekken er niet vreemd
aan is.
Het groote verschil in temperatuur der
lucht in de woonkamers en buiten maakt de
luchtwegen zeer vatbaar voor die ziekten,
waarvan de besmetting door de lucht wordt
overgebracbt. Wel opmerkelijk is het, dat
nog nooit eene influenza-epidemie in de zomer
maanden is waargenomen.
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
afdeeling «Sneek” van de
Vereeniging tot steun aan
Vrijdagavond in «Amicitia”
hare jaarlijksche algemeene ledenvergadering.
Uit het jaarverslag van den secretaris, den
heer B. G. Koopman, bleek, dat door elf
miliciens de hulp der afdeeling was inge
roepen. Aan een daarvan kon wegens zijn
berispelijk gedrag in dienst, geen steun ver
leend worden zes werden aan een betrekking
geholpen, terwijl voor vier vruchteloos menige
advertentie om werk was geplaatst.
Bijzondere vermelding verdient de wijze,
waarop één der steunvragenden hulp was
verleend. Omdat hij een nogal hoog nummer
had getrokken bij de loting, was hij, na
eerst de inlijving afgewacht te hebben, naar
Amerika gegaan. Daar kreeg hij bericht, dat
hij dienstplichtig was en September 1910
bij de militie werd ingedeeld. Noch hij, noch
zijne ouders konden echter de reiskosten
voor de terugreis naar Nederland betalen,
waarom hij, die niet gaarne wenschte be
schouwd te worden als een achtergebleven
loteling, de steun inriep van het bestuur der
afdeeling. Door geldelijken steun van het
hoofdbestuur werd hem door de afd. «Sneek”
f 150 gezonden voor den overtocht naar
hier. In Nederland teruggekeerd, moest hij
tot zijn teleurstelling vernemen, dat hij eerst
Mei 1911, dus 8 a 9 maanden later, werd
ingedeeld. Gelukkig wist het hoofdbestuur
Aan boord
Wilhelmina”,
u Zeeland”, is
de machines bekneld geraakt,
lukkige werd afgrijselijk verminkt
middellijk gedood. Hij laat een vrouw met
7 kinderen achter.
Te voren aangekondigde inspectie is geen
inspectie.
Van deze «militaire waarheid” is de nieuwe
Minister van Oorlog klaarblijkelijk niet door
drongen, wat van een oud-Indische officier
te verwonderen valt.
In de zuidelijke garnizoenen is men hard
in de weer om de kazernes aan den nieuwen
bewindsman te laten kijken... zooals ze er
anders nooit uitzienwitterij, ververij enz.
enz. in vollen gang.
Als historisch deelt men ons mede, dat
zelfs een commandant in allen ernst voor
nemens geweest is zijn manschappen te ver
bieden om zich Zaterdag te verschoonen...
opdat dan in de soldatenkastjes een stel
schoon ondergoed aan Ex. Colijn kon worden
getoond. Avp.
Gijsbrecht van
Arnhemsche Courant
Elk jaar omstreeks dezen tijd zijn er een
groot aantal zieken in onze stad; het zijn
meest influenzalijders. Zelden is het aantal
echter zoo groot geweest als op het oogenblik.
De geneesheeren kunnen hun werk bijna niet
af, de ziekenhuizen zijn niet groot genoeg
om aan de aanvragen te voldoen. Dagelijks
worden toch aan de gasthuizen ongeveer 125
zieken geweigerd en dat is een zeer groot
getal, als men bedenkt, dat het Binnengasthuis
ongeveer 1500 bedden heeft en het Wilhel-
minagasthuis ten naastebij 1200 patiënten
kan opnemen. Ik tel de particuliere zieken-
verplegingen, als Onze Lieve Vrouwe Gasthuis,
R.-K. Ziekenverpleging, Luth. Diaconessen
huis, Burgerziekenhuis enz., niet eens mee.
Zoo spoedig mogelijk zal nu in het Wilhel-
minagasthuis een barak, die bestemd is voor
besmettelijke zieken, worden ingericht voor
gewone patiënten. Er kunnen dan nog een
dertigtal zieken meer worden opgenomen,
wat feitelijk een boon in den brouwketel is.
Hoe druk de heeren doctoren het hebben,
kan blijken, als ik u verte), dat het mij bekend
is, dat een geneesheer, die zooals de meesten
hier zich van ’s morgens 8 tot 9 uur be
schikbaar stelt voor de armenpraktijk, thans
dikwijls pas om 10 uur daarmee gereed is
en dan uitgaat voor zijn burgerpraktijk, met
een kleine honderd bezoeken voor den boeg,
’s Avonds dikwijls pas om 10 uur kan hij
dan zijn taak als geëindigd beschouwen.
In verschillende takken van dienst, o.a.
bij de tram, begint men het danig te voelen,
dat er zooveel zieken zijn en hier zijn het
meestal de jongeren, die zich genoodzaakt
zien weg te blijven. In doorsnee is de ziekte
niet kwaadaardig. Wel komen er meer ge
vallen van longontsteking voor dan anders,
maar de sterfte is niet buitengewoon hoog.
Gemiddeld is het sterftecijfer 12 per 1000
inwoners. In de vorige week bedroeg dit getal
echter bijna 17 wel hooger dus, maar niet
verontrustend.
’t Is te hopen, dat we spoedig van de
plaag bevrijd worden, maar het sterk af
wisselende weer werkt de ziekte in de hand.
Moordaanslag
Een moordaanslag heeft gistermiddag te
Eindhoven plaats gehad.
Een zekere V. D. een oppassend metselaar,
herkomstig uit Breda, kreeg twist met een
paar collega’s.
Men trok de messen en bracht den
eenige levensgevaarlijke steken toe.
Doodelijk gewond werd hij naar het gast
huis gebracht. De man was sedert kort gehuwd.
Zijn echtgenoote die in belangwekkende om
standigheden verkeert, is hevig door het voor
val geschokt.
De verdachten zijn gevangen genomen.
Nader meldt men:
De gewonde V. D. is aan de gevolgen
overleden. De dader, een zekere A. G. uit
St. Oedenrode, oud 24 jaar, is in de politie
wacht te Eindhoven opgesloten. Hij heeft
zijn misdrijf bekend. De justitie uit’s-Bosch
wordt heden verwacht, ten einde het verdere
onderzoek te leiden, en de lijkschouwing te
doen plaats hebben.
Noodweer.
Te Zwaagwesteinde is, ten gevolge van een
hevige sneeuw- en hagelbui, de nog nieuwe
woning van Th. van Leijen door een heftigen
winddruk ineengedrukt. Het huisraad werd
nagenoeg geheel vernield, de bewoners kwamen
met den schrik vrij.
Storm.
Door den bevigen wind is gistermiddag
het huis van v. Riel, te Tilburg, omver
gewaaid. Persoonlijke ongelukken kwamen
niet voor.
In den nacht van Zaterdag op Zondag is
een stuk ijzer, ter zwaarte van ongeveer 15
K.G., van den Abdijtoren, bekend onder den
naam Lange Jan, te Middelburg, gewaaid en
gelukkig zonder schade aan te richten, op
de straat nedergekomen.
Onwe der.
Gisternamiddag is de bliksem geslagen op
den afleider der N. H. kerk te Maasland.
De draad schijnt afgebroken op die plaats
zijn groote steenklompen naar beneden ge
slingerd.
Notaris S. VAN DER BURG te Makkum
zal op Vrijdag 24 Februari e.k., ’s av. J
Geboden f 925.
II. Eene HUIZING met het erfpachts
recht op den grond naast het vorig perceel
groot 0.92 are, in eigen gebruik bij del
heer Gatze van der Meer.
Geboden f 726.
Betaling 1 Mei 1911.
Breeder omschreven bij biljetten.
Toen Zaterdagmorgen j.l. de slagers
knecht de G., wonende aan het Kleinzand
alhier, op zijn rijwiel als naar gewoonte bood
schappen bezorgde, ontmoette hij den zoon
van den horlogemaker D., die hem zonder
eenige reden met een vuile tak eenige slagen
toebracht, waardoor zijn pas aangetrokken
witte slagersjas leelijk ontsierd werd. Men
begrijpt, dat de G. hierover niet erg was te
spreken. D. wachtte echter niet op hem,
maar maakte, dat hij zoo gauw mogelijk
weg kwam.
Toen zij nu Zondagmiddag elkander op
den Oosterdijk ontmoetten en de G. vroeg
wat reden D. voor zijn daad had gehad,
ontstond er ruzie, waarbij ze het al spoedig
niet meer met den mond alleen konden doen
doch handgemeen werden. Nadat de agent
de Leeuw hen had gewaarschuwd, liepen ze
door naar ’t Grootzand, waar ’t spelletje
opnieuw begon en D. met een boksbeugel
met proppen de G. eenige gaten in het
hoofd sloeg, zoodat ’t bloed hem uit zijn
hoofd vloeide
Naar wij
proces-verbaal opgemaakt.
Het mijnongeluk te Heerlen.
Omtrent de oorzaak van het ongeval meldt
de L. K. nog
Zekere Jongen, Werry, Kulnman en
opzichter Batz waren bezig een aantal lonten,
om de dynamietpatronen te doen springen,
te ontsteken. Deze dynamietpatronen waren
in een cirkel geplaatst. De lonten waren
reeds alle ontstoken, behalve de laagste aan
den grond, die vochtig waren en niet wilden
functiouneeren. Vermoedelijk heeft men wat
lang daaraan gewerkt, zoodat de dynamiet
patronen, die het eerst ontstoken waren,
ontploften. Hierdoor zijn de vier boven
genoemde personen waarschijnlijk tegen den
grond geworpende overige patronen ont
ploften ook weldra en wagens steenen werden
met geweld op de personen geworpen. Batz,
echtgenoot en vader van 2 kinderen, werd
levenloos van onder de steenen gehaald; het
linkergedeelte van het hoofd was als ’t ware
afgescheurd. Jongen, een Duitscher, echt
genoot en vader van 1 kind, werd ook
levenloos onder de steenmassa uitgehaald.
Hij was van de voeten tot het hoofd overdekt
met wondenook hem was de schedel ver
pletterd. Werry en Kulnman werden beiden
zwaar gekwetst. Werry bekwam wonden aan
een been en arm en vooral in het gelaat,
dat als het ware bezaaid was met wonden,
vooral brandwonden. Kulnman heeft wonden
in het gelaat, verbrande handen en borst.
Hoewel de toestand van beiden ernstig is,
bestaat er toch geen direct levensgevaar.
Ongeluk.
van de mailboot «Koningin
dagboot van de Maatschappij
de olieman H. Tax tusschen
De onge
en on-
Aan de vriendelijke uitnoodiging der feest
vierende muziekvereeniging te Harlingen
gevolg gevende, was ondergeteekende Maan
dagavond tegenwoordig bij de eerste opvoering
der Opera Martha door gezegde vereeniging,
in den schouwburg aldaar.
’t Is een heele onderneming, een werk
als dit enkel en alleen door dilettanten te
laten spelen.
Wel is waar, voor vijf jaren had dezelfde
muziekvereeniging, toen onder aanvoering
van den heer Van Zutphen, Czaar en Tim
merman voor ’t voetlicht gebracht, en met
veel succes.
Maar Martha is geen katje om zonder
handschoenen aan te pakken. De Flotowsche
muziek vereischt nog al krachten, zoowel
achter als voor het gordijn.
Evenwel eendracht maakt macht
zoo hebben de Harlingers gedacht. Krachtig
werd de zaak aangepakt, met lust en moed
gewerkt en gestudeerd. Aan twee mannen
van talent, de heeren Zonderland en Vestdijk,
de eene als repetiteur en dirigent, de ander
als regisseur, was de leiding toevertrouwd.
En ziet daar Maandagavond «ging”
het werk.
’t Orkest was best bezet, ik geloof dat er
wel 25 executanten aan de lessenaars zaten,
daarbij nog piano (vleugel) en orgel.
De koren waren talrijk, zoo talrijk zelfs
dat het tooneel schier te klein was
een goed plaatsje te kunnen geven.
Mooi was de costumeering, bepaald prachtig.
Heb ik ’t goed begrepen, dan had men
veel te kampen gehad met ziekte en andere
tegenspoeden. Zelfs op ’t laatste oogenblik
was de tenor (Lyonel) nog niet geheel in
orde, zoodat zijne taak werd vervuld door
den bekenden tenor van de hedendaagsche
Nederlandsch Duitsche opera.
En nu het resultaat van allen arbeid en
toewijding. In aanmerking genomen dat
alles dilettantenwerk was, kan de muziek
vereeniging met genoegen op dezen eersten
opvoeringsavond terugzien.
Natuurlijk steeds kleven dergelijke
uitvoeringen kleine foutjes aan. De eene
solist zingt best, acteert echter weinig,
de ander is juist andersom, speelt eenig,
maar heeft ’n zwak geluid. Komt het koor
zoo zachtjes aan op dreef, dan kan het wel
eens te druk worden daar boven op de
planken.
Deze draagt ’t costuum alsof zij of hij
’t alle dagen gebruikte, die gevoelt zich niet
thuis in dat vreemde habit.
Menig uitstekend pianist, of strijker of
blazer raakt de kluts kwijt, ’t is ook
zoo moeilijk om je alleen met de noten te
bemoeien, ’t oog wil ook wat hebben!
Maar zoo zal het altijd blijven als lief
hebbers ensemble-uitvoeringen organiseeren.
En juist daardoor komen die kleine foutjes,
die lieve vergissingen, die effecten, zoo geheel
anders bedoeld. En dat is nu juist het leuke
van allen artistieken arbeid, door dilettanten
verricht.
Ja daardoor heeft soms de dirigent een
dubbel zware taak en is zijn taak meer
een «de boel bij elkander houden”, dan
leiden.
Want een liefhebber kan nu eenmaal niet
zoo zacht blazen, dat het één toon wordt
met het quintet. Eu voor dames en heeren
strijkers is ’t zoo verlokkelijk eens even te
gaan domineeren als huune partij daar wat
aanleiding toe geeft.
«Getoond is alweer wat resultaten worden
verkregen als kunnen en willen samengaan.
Want dit moet gezegd: «daargelaten de
opmerkingen, die men zou kunnen maken,
is de opvoering van Martha voor de Harlinger
executanten een succes geweest”. Een wel
gemeend compliment zij der feestvierende
muziekvereeniging daarvoor gebracht.
’t Spreekt haast van zelven dat de heer
Zonderland bijzonder gefêteerd werd. Dubbel
en dwars verdiend waren de lauweren hem
aangeboden, bewijs van sympathie de
ovatie aan het slot, toen Nancy en Lyonel
hem ten tooneele voerden.
Toen zakte de gordijn voor de laatste
maal en toog ondergeteekende huiswaarts.
Donkere nacht, stevige bries. En zoo in
mijn eenzaamheid zag ik eene Martha, uit
een tijd, jareu geleden. En weer hoorde
ik zingen
Martha, Martha, du entschwandest,
Al mein Glück nahmst du mit dir.
Gieb mir wieder was du nahmest,
Oder Heile es mit mir
Dit is lang, zeer lang geleden, maar toch
dacht ik op mijne thuisreis aan die opvoering
van de Martha, en aan fraulein Ledwinka, de
toenmalige Harriet Durham.
Nog tweemaal wordt dezelfde opera
gegeven, heden Woensdag- en aanstaande
Zondagavond.
Men ga zien
moeite.
I
sisigswardsclie Courant
are, tot 12 Mei 1911 verhuurd aan de
heer Jan van der Meer.