Kieuws- en Advertentieblad Bols ward en Wonseradeel. De verovering der lucht. -I 1911. 50ste Jaargang. Verschijnt Donderdags en Zondags. No. 17. Zondag 26 Februari. BINNENLAND. VOOR Afzonderlijke het getracht ook het ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 8 maanden. Franco per post 50 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad ie telefonisch aangesloten onder No. 4. cijfer onder de kinderen in de zuidelijke provinciën, eenige opmerkingen over die sterfte gemaakt, die noodig eenige aanvul ling behoeven. De heer Pastoors n.l. zou beweerd hebben, dat de minder goede verzorging der kinderen de oorzaak van de groote sterfte is, doordat de moeders in het Zuiden minder op de hoogte zijn van de beste wijze van kinderverzorging Deze voorstelling is echter niet volkomen juist. De R.-K. moeders, in N.-Brabant en Lim burg, weten reeds bij intuïtie zeer goed, op welke wijze zij hare kinderen het doelmatigst hebben groot te brengen. Reeds hare liefde tot de kinderen is daarvoor een zekere waar borg, want het dient gezegd te worden, dat de moeders in de zuidelijke Provinciën zeer zorgzaam en liefdevol voor hare kinderen zijn, doch de armoede, die meestal in de zeer groote gezinnen heerscht, slaat aan alle goede voornemens der moeders, of ouders, den bodem in.* Arbeidersgezinnen van 1016 personen worden veelvuldig aangetroffen. Onnoodig te zeggen, dat het gezinshoofd, met zijn inkomen van pl.m. f 6.f 10 ’s weeks, hier van vrouw en kinderen niet voldoende kan onderhouden, zoodat gewoonlijk de vrouw, hetzij door huisindustrie of fabrieksarbeid, de inkomsten moet helpen vermeerderen, zoodat de opvoeding en verzorging der vele kinderen daardoor noodzakelijk moet lijden, of nog erger, volkomen wordt verwaarloosd. Wanneer nu daarbij nog ziekten komen, is het leed niet te overzien. Wel helpen de afdeelingen der H. Vincentius-vereenigingen zooveel doenlijk, doch kunnen ongelukkiger wijze niet alles doen. Daarbij komt in den regel nog het betreu- renswaardige geval, dat tal van moeders en kinderen, door de snel opvolgende geboorten, lichamelijk zeer verzwakken, en de noodige fondsen gemist worden, om door deugdelijke voeding, hygiëne enz., dit euvel te ver minderen of te boven te komen. Vandaar meestal de heerschende abnormale kinder sterfte. Nu wordt wel beweerd, dat wanneer de overgebleven kinderen ouder worden, zij de ouders tot meerderen steun zijn, doch deze opvatting is vrijwel problematisch, want in de laatste tijden komen vooral in de industrie centra vele gevallen voor, dat de kinderen, zoodra zij wat ouder worden, een groot ge deelte van hunne verdiensten voor zich zelf houden, en reeds zeer vroeg //vrijage” zoeken gevolgd door huwelijken op vrij jeugdigen leeftijd, zoodat de ouders meestal maar een korte spanne tijds van de bijverdiensten hunner kinderen genieten. In verband met de omstandigheid der groote arbeidersgezinnen in het zuiden, is het zeker niet ondienstig, even te wijzen op het groote gevaar voor de zedelijkheid, dat een bijeenhooping van zooveel personen van beiderlei kunne in de begrensde ruimte der N.-Brabantsche arbeiderswoningen doet ont staan 1 Gewoonlijk overnacht het geheele gezin in één kamer. Er zijn gezinnen, waar aan het voeteneinde van het ouderbed plaats voor een paar kinderen moet worden gemaakt, terwijl zeer dikwijls nog aan den muur der bedstede een z.g. kribbe is bevestigd, waarin een jonger kind wordt te slapen gelegd. Dergelijke toe standen zullen door middel der Woningwet op den duur wel tot het verleden gaan be- hooren, doch het neemt niet weg dat zij op het oogenblik nog vigeeren. Intusschen is het een gelukkig verschijnsel, dat in het .zuiden van N.-Brabant op daad werkelijke wijze wordt ingegrepen, en op groote schaal ruime en luchtige goedkoope arbeiderswoningen worden gebouwd, n.l. door de firma Philips Co. te Eindhoven. Deze firma heeft zich thans met andere belang stellenden verbonden, om het begonnen werk, op grooter schaal uit te breiden en te vol tooien. Neerkomende op het N.-Malthusianisme, dient te worden opgemerkt dat dit zich in de laatste tijden in het Zuiden baan breekt, en een heftige bestrijding vanwege de ortho doxie en geestelijkheid ondervindtTijdens de laatste groote godsdienstige missiën in het Zuiden van N.-Brabant werden speciale kerkbijeenkomsten voor gehuwde lieden belegd, waar de missie-paters tegen dezen toestand predikten. achtige vorderingen, die deze nieuwe tak van sport reeds maakte, er zeer zeker voor de militaire doeleinden in de toekomst reke ning mee zal moeten worden gehouden. Het aanbrengen van sterke vestingwerken is zoo zegt Spr. ook daarom bedenkelijk, wijl er wellicht in korten tijd een heele ver andering in de wijze van oorlogvoeren kan komen en dan die fortificatiën onnoodig zijn geworden. Een plaatje toonde ons reeds een verdelgingskrijg in de lucht en dat is nog fantasie, eveneens ook het slotpanorama, waarin tal van vliegmachines in allerlei rich tingen, haast als zwermen vogels de lucht doorkruisen maar toch, het is reeds over tuigend bewezen, dat het kan. Tot besluit liet Spr. een klein vlieg machinetje, systeem Blériot, door de zaal vliegen en ’t kwam aan ’t andere eind der zaal te midden van ’t publiek neer. Deze en al de proeven welke heden ge nomen werden en ’t werken met de ver schillende kleine toestellen trok zeer de attentie der toehoorders. Met het oog op den tijd moest Spr. zich in het laatste deel der bespreking zeer bekorten, evenwel het publiek was zeer voldaan, en een warm applaus bewees, dat men niet slechts te vreden was met hetgeen men gehoord en gezien had, maar hoogst voldaan huiswaarts keerde. Met dit interessante onderwerp trad Vrijdag avond Dn. BEEKHUIS in ’t Wilhelmina- gebouw op voor een zeer talrijk publiek. De toeloop was zelfs zoo groot, dat ver- scheidenen terug moesten wegens gebrek aan plaatsruimte. De heer H. Eisma opende met een kort woord deze volksvoordracht en verheugde zich over de groote belangstelling. Een tafel vol flesschen, instrumenten, vliegmachines enz. wekte.wel zeer de nieuwsgierigheid der aanwezigen. De heer Beekhuis verklaarde met eenige aarzeling dit onderwerp te hebben gekozen, ook al omdat de heer Terhenne er de vorige maal ook reeds iets van had verteld. Wijl er echter een categorie van menschen is, die tegen het opstijgen in de lucht een soort vooroordeel heeft, menschen die het vliegen beschouwen als niet voor den mensch geschikt terwijl toch aan den anderen kant de nieuwsbladen telkens weer van goed geslaagde vliegtochten melding maken en telkens weer verbeteringen aankondigen aan de toestellen, deed hem dit een en ander besluiten heden eens iets mee te deelen over de verschillende proeven en pogingen om in de lucht op te stijgen. Het vooroordeel er tegen zal wel wijken als men er meer aan gewend is. Elke nieuwigheid heeft aanvankelijk zijn tegen standers, zoo was het met spoor en tram, met de petroleum, met de electriciteit als beweegkracht. Al in de grijze oudheid heeft men zich in de lucht te verheffen, om rijk der vogelen te doorkruisen. Een Perzisch Koning, zoo leest men, wilde zich door vier arenden gedragen in de lucht doen verheffen. Franciscus de Lana wilde in een schuitje met 4 luchtledige ballen opstijgen, en ofschoon beider pogingen op niets uitliepen, bleef toch de gedachte om in de lucht omhoog te kunnen gaan den menschelijken geest bezig houden. Door proeven werd door Spreker eerst aangetoond dat de lucht een zeker gewicht heeft. Een flesch, waaruit de lucht gepompt werd, woog iets minder dan zoo pas. Ook werd aangetoond dat er gassen zijn zwaarder dan de dampkringslucht en evenzoo die lichter zijn. Koolzuur werd in een open glas overgegoten, hoewel onzicht baar bleek toch in dat glas geen licht te kunnen branden. Practische wenken en verklaringen werden hier terloops bij aan gehaald, bijv, rioolgas, de barometer en diens werking werd even toegelicht enz. Ook de zware luchtdruk werd op verschillende wijze aanschouwelijk gemaakt. Het idéé om door een luchtledig of door lichter luchtsoort dan de dampkringslucht een stijgkracht te krijgen, en iets in de lucht te doen drijven, gaf de uitvinding van de luchtballons. In 1783 ging in Parijs de eerste groote ballon omhoog,, door warme lucht. Gebr. Montgolfiëre waren er de uit vinders van en na proeven gingen er ook personen mee omhoog. Spreker vulde een klein ballonnetje met waterstofgas, en ’t ging bij eerste proef slechts even omhoog, maar na de 2e vulling is ’t den heelen avond aan de zoldering der zaal blijven drijven. Verschillende tochten met luchtballons werden besproken en in beeld vertoond. Ongelukken en welgeslaagde proeven, kabelballons enz. werden in beeld gebracht. Men was bij die luchtballons steeds af hankelijk van de windrichting, en peinsde over bestuurbare ballons. Veel proeven, soms zeer vindingrijke, werden uitgevoerd, en na menige teleurstelling is men er in geslaagd, ballons te kunnen besturen. De hoogte en richting kunnen geregeld worden door vlak ken, die men een verschillenden stand kan geven, de snelheid wordt verkregen door schroef beweging. Uitvoerig werden door spreker de verschillende systemen besproken endoorteekeningen en schema’s werd duidelijk gemaakt, hoe het mogelijk is in de lucht te zwenken en te zwaaien en zelfs tegen de richting van den wind in, vooruit te komen. Na de lotgevallen van eenige ballontochten te hebben verhaald en eveneens welke schit terend geslaagde tochten sommigen reeds hebben volbracht, na dus even te hebben stilgestaan bij Campbell, Zeppelin en andere meesters op het gebied der bestuurbare luchtballons, werd even Pauze gehouden, om daarna het eigenlijke vliegen te behandelen. Bij de vliegmachines onderscheidt men in hoofdzaak 3 typen de vleugelslag-machines, de draagschroef-machines en de draagvlak- machines. De twee eerste soorten zijn van minder belang tot heden althans, de derde soort, aëroplans, voldoen het best aan de verwachtingen. Dat de mensch niet kan vliegen, ook al bindt hij zich vleugels aan, is bekend, en toch verschilt de bouw van ’t menschelijk geraamte niet zoo veel van dat der vogels als men oppervlakkig wel meent. Een plaat gaf het scelet van mensch en vogel, en inderdaad was de overeenkomst verrassend groot. Het groote verschil dat ten opzichte der geschiktheid van ’t vliegen tusschen mensch en vogel bestaat, zit voornamelijk in het verschillend gewicht. De mensch is naar verhouding veel en veel zwaarder, en er zou dus veel meer kracht noodig zijn om te kunnen vliegen, dan waarover de mensch zelf heeft te beschikken. Toch is het systeem der vleugelen van de vogels ten allen tijde het onderwerp geweest van het menschelijk ver nuft, om ook door de lucht te kunnen zweven. Olto Liniendahl heeft het, met zich groote en lichte vleugels aan te binden ook zoover gebracht, dat hij van hoogten af op eenigen afstand kon neerkomen. In 1891 deed hij zijn eerste proeven en in 1896 toen hij er over begon te denken, dat die vleugels door een machine in beweging moesten kunnen worden gebracht, raakte hij bij een mislukte valproef om ’t leven. Toch is zijn systeem nog niet geheel aan kant gedaan echter evenals het draagschroefsysteem, een ontwerp van een Hollander, Kloos genaamd, die een schroef wilde maken voor loodrechte stijging, zijn deze op den achtergrond ge schoven door de aëroplans, die onderscheiden worden in monoplans, biplans en multiplans, of eendekkers, tweedekkers en meer dekkers. Na een verklaring hoe de schuine richting van zeilen bij schepen en molens kracht geeft, ontleend aan den wind, vooral hoe de vlieger door schuinen stand omhoog gaat, wordt hieruit verduidelijkt hoe de vlieg machines die door den motor een flinke snelheid krijgen, door de lucht gedragen worden. De onderdeelen van zulk een machine worden in détails behandeld. Door schets- teekeningen wordt verduidelijkt hoe de schuine helling van het dek een stijgkracht geeft, hoe een motor werkt, hoe met roer of stuur- stel kan gezwenkt worden, hoe door ver anderden stand van voor- en achterdek men ’t in zijn macht heeft te rijzen of te dalen enz. De snelheid der schroef be weging, de steroscopische werking van een sneldraaiend vlak, hoe die bestreden wordt, en nog meer interessante bijzonderheden worden met ambi tie uiteengezet, en door machinetjes in het klein aangetoond, eveneens door lichtbeelden verduidelijkt. Ook de technische moeielijk- heden die men bij den motor heeft te over winnen, de verschillendeinrichting der motoren enz. wordt verduidelijkt door woord en beeld. Ook wordt besproken hoe de vlieger in zijn schuitje steeds in groote spanning zit, elke windstoot geeft hem veel te regelen aan de machine en geen oogenblik mag hij zijn tegenwoordigheid van geest verliezen, een enkele onoplettendheid kan hem doen ver ongelukken. Over de inrichting en de werking van parachutes of valschermen, over de opstijging van de vliegmachines en vooral over het vaak gevaarlijke en moeielijke van het dalen wordt gesproken, alsmede over de materialen waar van die groote gevaarten gemaakt worden. Spreker gaat vervolgens het systeem chines van Wright en eendekkers ma- Farman, Blériot, de gebroeders anderen na, toont aan dat de meer snelheid hebben, doch de tweedekkers rustiger en daardoor veiliger zijn. Na nog eenige toeren van vliegers te hebben aangestipt, ook aan ’t ongelukkig lot van den heer Maasdijk even te hebben herinnerd en hoe de heer Wijnmalen tegen woordig zoowat de beste vlieger kan genoemd worden, wijst hij er ten slotte op, dat ofschoon tot heden het practisch nut van de vlieg kunst nog zeer gering is te noemen, het evenwel toch is te denken, dat bij de reus- „Martha” Schouwburg Harlingen. De tweede opvoering der opera Martha” te Harlingen, was druk bezocht. Het huis was geheel uitverkocht. Zang en spel boeiden in hooge mate, er was maar één roep over de aankleeding van het geheel. Dat Lyonel en Plumket ten tooneele komen, gezeten op een keurig voertuigje, bespannen met ’n mooi zwart paard, maakte de reeds zoo interessante nMarkt” nog pakkender. Ook de spinnewiel-scène had weer veel succes. Ovatie en bloemen vertolkten alweer de gevoelens van hulde en dankbaarheid. Nu nog Zondagavond, voor de laatste maal. Men ga zien en hooren, wezenlijk het loont de moeite zeer. Mag ik even op ’n drukfout wijzen, ge slopen in mijn eerste stukje over deze op voering. Lyonel vraagt Martha uTheile" es mit mir”, niet Heile. Ws. Weidum, 22 Febr. Heden zijn alhier de eerste kieviten waargenomen, een vlucht van ’n vijftiental scheerde over de velden. Leeuwarden, 22 Febr. In de heden ge houden buitengewone civiele terechtzitting is Klaas S., los werkman, te Bolsward, wegens slecht levensgedrag, ontzet van de voogdij over zijn vijf minderjarige kinderen, en is benoemd tot voogd over die kinderen het bestuur van het stadsarmhuis te Bolsward. Wltmarsurn, 22 Febr. In eene openbare vergadering, heden alhier gehouden door de afd. „Bolsward” van den Bond voor Staats- pensioneering, met Ds. v. Veen uit Dokkum als spreker, is besloten ook alhier eene af- deeling op te richten. Tot leden van het voorloopig bestuur zijn aangewezen Ds. Homan, S. Flameling en Johs. Huigens. Hepk. Nieuwsbl. v. Fr. Zeer hoog vetgehalte. Joure. De veehouder O. Loopstra alhier vermoedde allang dat bij een zijner koeien zich buitengewoon hoog vetgehalte voordeed. Om hiervan echter zeker te zijn is voor eenige dagen door een bevoegd persoon wel willend een monster aan zijn stal genomen en twee dagen daarna werd hem medegedeeld, dat de melk het buitengewoon hooge vet gehalte van 5.65°/0 had. Daar in den regel hoog vetgehalte gepaard gaat met minder melk en deze koe over het geheel genomen een groote hoeveelheid melk opbrengt, is dit zeer zeker wel een uitzondering. J. Crl. De kindersterfte in Noord-Brabant. Men schrijft uit Noord-Brabant aan Alg. Handelsblad. Naar aanleiding van de behandeling van het wetsontwerp tot bestrijding van zedeloos heid werden door een paar Katholieke afge vaardigden (volgens de Kamerverslagen) in verband met de statistieken over het sterfte- Bolswardsche Courant

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1911 | | pagina 1