Nieuws- en Advertentieblad
Bols ward en Wonseradeel.
1911.
Verschijnt Donderdags en Zondags. 50ste Jaargang.
No. 51.
Zondag 25 Juni.
Uit de Raadszaal.
VOOR
Afzonderlijke
b.
c.
voorstel ontstond
a.
af- en
400,—
Vergadering op Donderdag 22 Juni 1911.
55,945
5293,875
117,565
1232,17
B.
a.
ABONN EMENTSPRIJS40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
dat van den
schrijven is
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
een lange
en ver-
den tijd
ideale toestand komt.
een
een
ge-
ingekomen, dat hij elders een reserve som
van f 125 verbeurt als hij hier de kermis
zal bezoeken en hij daarom voor 1911 alleen
geen f 300 kan geven, doch niet meer dan
f 200,—.
B. en W. stellen daarom voor om voor
3 jaren onderhands een staanplaats voor een
stoomcaroussel aan hem af te staan voor
f 300 per jaar, en alzoo het besluit van
24 Mei j. 1. te wijzigen.
De heer Eisma vraagt of er dan ook borg
stelling wordt gevraagd. Hij acht dit wel
noodig, hij vermoedt dat Gebr. Wolf eigen
lijk de eigenaars zijn en er representanten
op na houden, waarvan niets te halen is.
De Voorzitier antwoordt, dat door B. en W.
wel op den gegeven wenk is gelet, maar bij
deze onderhandsche verpachting nog niet als
eisch is voorgeschreven, wijl zij bepaalden
dat de pachtsom de andere twee jaren telkens
vóór 1 Februari moet zijn voldaan. Het komt
hem het beste voor om dit aan de prudentie
van B. en W. over te laten.
De heer Keikes acht borgstelling nood
zakelijk, want nu ligt de Raad eigenlijk aan
den leiband van de stoom-carousselhouders.
Eerst laat een zich van het contract ontslaan,
een ander biedt f 300, maar zegt later weer:
niet voor 1 jaar pachten, dan wil ik f 100
minder geven.
Het voorstel Keikes borgstelling voor
schrijven vindt geen ondersteuning en is
dus vervallen.
Het voorstel B. en W. wordt aangenomen
met 11 stemmen tegen een, de heer Keikes.
4. Behandeling van het adres tot bestraling
van den Stadswal langs de Brouwersteeg
met advies van Burg, en Wethouders.
Burgemeester en Wethouders hebben in
de vorige vergadering geadviseerd, niet over
te gaan tot de bevloering van het bolwerk
vanaf de gasfabriek tot de Brouwerssteeg,
wijl zij een schelpbedekking voldoende achten.
Zonder discussie wordt dit voorstel aan
genomen met 10 tegen 2 stemmen, de heeren
Van der Klei en Feenstra.
5. Behandeling van het adres tot het
plaatsen van een lantaarn bij de St. Jozef-
buurt, met advies van Burg, en Wethouders.
B. en W. op aanraden der Gascommissie,
stellen voor op het verzoek, om een lantaarn
bij het Hooghout, afwijzend te beschikken,
doch als de leiding voor rekening der be
woners wordt aangebracht, dan wenscht de
commissie een tegemoetkomende houding aan
te nemen.
Over dit
discussie.
De heer Eisma verklaart zich
ander gevoelen te zijn als B. en
van een
W. en de
Gascommissie, en dat pad is toch, ofschoon
particulier eigendom, voor den publieken
dienst bestemd, en hij vindt dat de bewoners
omreden van de publieke veiligheid niet op
kosten gedreven behooren te worden. Een
tegemoetkomende houding van de Gascom
missie heeft, vindt hij, geen zin, er blijkt
echter wel uit, dat men de billijkheid van
het verzoek inziet.
De heer v. d. Klei kan zich aansluiten
bij het gesprokene van den heer Eisma, en
acht dat er wel motieven zijn om dit ver
zoek in te willigen, en het vooral is in ’t
belang der publieke veiligheid, dat er een
lantaarn komt.
De heeren Eerdmans en Lunter gaan er
in mee, dat er bij die brug noodig een goede
verlichting moet zijn, de laatste vraagt dan
ook nog of de bewoners van de buurten waar
vroeger gebouwd is, nooit uit de duisternis
zullen worden geholpen vanwege de gemeente.
De heer Vis meent dat men het advies
niet goed heeft gelezen. De Gascommissie
is er niet tegen dat daar licht wordt aan
gebracht, zij wil er zelfs in meewerken, maar
met het oog op vele dergelijke verzoeken
kan men niet overgaan tot verlichting van
particuliere terreinen.
De heer Eisma vindt dit een vasthouden
aan een verouderd idee. De gemeente is
verplicht te zorgen voor de openbare veilig
heid.
De heer v. d. Meer acht het standpunt
waarop B. en W. en de Gascommissie zijn
blijven staan, niet verouderd. De kwestie is:
zal men ’t particulier terrein gaan verlichten
ja of neen, een middenweg is er niet, tenzij
zooals hier men een tegemoetkomende hou
ding aanneemt bij de kostenberekening. Er
goedgekeurd.
8. Behandeling van het adres om eene
toelage voor het examen fonds voor M.U.L. O.,
met advies van Burg, en Wethouders.
Op het verzoek om een subsidie van f 25
voor het examenfonds bij M.U.L.O. advi-
seeren B. en Wde Plaatselijke School
commissie gehoord, om dit te wijzen van de
hand, aaugezien niemand in deze gemeente
voor het diploma in aanmerking kan komen,
wijl het leerplan zoover niet gaat.
Met algemeene stemmen goedgekeurd.
9. Behandeling van het adres van E. Sta-
tema Ez. en anderen, betreffende bestrating enz.
achter de Harling er straat.
Volgens het reeds vroeger uitgebracht
advies van B. en W., wordt voorgesteld de
straten over te nemen als aan de bepalingen
is voldaan.
De heer Keikes merkt op, dat een verzoek
om de straten te leggen, nadat de huizen
reeds gebouwd zijn, dit niet is zooals het
behoort, ook zijn er al stoepjes gelegd.
De heer 0. d. Meer wil dit wel ophelde
ren. Enkele woningen waren gereed en de
bewoners wilden deze graag betrekken, echter
kan niet een verklaring door B. en Wworden
afgegeven, als er geen bestrating is. Daarom
is de straat er gelegd.
Tegenwoordig waren 12 leden. De heer
Kramer was wegens uitstedigheid afwezig.
Ook de secretaris was (wegens ongesteldheid)
verhinderd op zijn post te zijn, iets wat wij
ons niet herinneren, dat in al de jaren
(ruim 35) dat de heer Laagland hier secre
taris was, nog is voorgekomen. De heer
van Dijk le klerk vervulde nu zijn functie.
De notulen werden gelezen en goedgekeurd
na een kleine opmerking van den heer Eisma,
dat een wekelijksche beleening van 75 cent
in de Bank van Leening geen f 3,86 doch
f 2,86 aan onkosten per jaar vordert.
Ingekomen stukken
a. Een besluit van Ged. Staten, goed
keurende de wijziging der gemeentebegrooting
1911.
b. Een schrijven van de heeren Jan de
Vries en O. A. Hiddema, waarin zij te
kennen geven, dat zij niet genegen zijn een
derde der kosten van de verandering der
St. Jansbrug te betalen.
c. Een schrijven van den heerG. H. van
der Werf dat hij aanneemt de benoeming
tot wees voogd.
Deze stukken werden aangenomen voor
kennisgeving.
d. Een adres van bewoners bij en aan
het Groot-Hengstepad, wijzende op den toe
stand van dat plein, en verzoekende dat
van gemeentewege daarin verbetering wordt
aangebracht, wijl zij veel last van stof en
vuil hebben.
Dit adres wordt gesteld in handen van
B. en W. om advies.
En met dit kleine aanloopje waren we
gekomen tot de
PUNTEN VAN BEHANDELING
1. Vaststelling der staten tot afschrijving
en oninbaarverklaring van plaatselijke be
lastingen, over 1910.
De Voorzitter. Van den gemeente-ontvan-
ger is ingekomen de lijst der oninbare posten
der belastingen.
en W. stellen voor, af te schrijven
op den hoofdelijken omslag
wegens onvermogen f 15,145
wegens vertrek en overlijden - 874,11
op de hondenbelasting
wegens onvermogen f 12,00
u afschrijving - 13,50
op de schoolgeldkohieren
wegens onvermogen f 16,70.
Deze staten worden, zonder hoofdelijke
stemming, goedgekeurd.
2. Voorstel van Burg, en Wethouders
tot wijziging van de gemeentebegrooting
Vermoedelijk batig saldo f 1932,735
Een memorie van toelichting vergezelde
dit voorstel en gaf aan hoe en waardoor de
verhoogde inkomsten en uitgaven noodig
zijn geworden.
Met algemeene stemmen werd de wijziging
der begrooting goedgekeurd.
De posten van af - en overschrijving uit
het fonds voor onvoorziene uitgaven werden
eveneens met algemeene stemmen goedge
keurd.
3. Voorstel van Burg, en Wethouders tot
onderhandsche verpachting van een standplaats
voor een stoomcaroussel gedurende de kermis
van 1911, 1912 en 1913.
De Voorzitter deelt mee,
heer Nizet te Roermond een
malen, en constateerde dat de opgang naar
’t Hoogbolwerk goed verlicht is, maar verder
op is het donker. De lantaarn moet niet
dienen om //de doode muur” te verlichten,
maar den weg. De Gascommissie weet wei
dat er de leiding is door den heer Praamsma
bedoeld, en dat is in de vergadering bespro
ken, doch algemeen vond men de lantaarn
verder op meer noodig.
Den heer Eerdmans antwoord ik dat de
lantaarn op den trekweg er is om den pu
blieken weg te verlichten. Kan men particu
liere belangen combineeren met de publieke
belangen, dan doet men dit gaarne, maar
om de verlichting van ’t publieke pad is
het te doen.
De heer Lunter bespreekt de door B. en W.
besproken plaatsing en vindt ook om de
evenredigheid der afstanden dat de lantaarn
meer naar de Sneekerbrug moet.
Ook den heer v. d. Klei is ’t opgevallen,
dat de lantaarn volgens het voorstel B. en W.
veel te ver van de brug staat en als hij 30
meter dichter bij komt, er nog wel 100 meter
van verwijderd blijft.
De Voorzitter merkt op, dat bij de brug
twee lantaarns staan en die dus sterker licht
verspreiden dan een, en hij meent dat de
door B. en W. voorgestelde plaatsing het
beste zal voldoen ter verlichting van het
bolwerk.
De heer Boersma deelt de meening, dat
een lantaarn meer nabij de woningen meer
effect zal hebben en meer in het belang is
van een groot aantal bewoners.
De Voorzitter zou er dan inzien een terug
komen op een eenmaal genomen besluit van
den Raad, doch de heer Lunter komt daar
tegen op, het betreft slechts een lantaarn
op meer evenredigen afstand van de bestaande x
te plaatsen.
Nadat nog de heer Praamsma zijn voorstel
nader heeft toegelicht, en daar de heer v. d.
Meer toch ook particuliere belangen wil com
bineeren met de publieke belangen, meent
hij dat het raadzaam is de lantaarn te plaatsen
•nabij de Kampensteeg.
De Voorzitter wenScht de discussiën te
sluiten, doch de heer Oosterbaan ziet in dat
voorstel der heeren Praamsma, v. d. Klei en
Eisma een poging om er door te halen, wat
reeds tweemaal door den Raad verworpen is.
De Voorzitter sluit de discussiën en brengt
het voorstel Praamsma c.s. in stemming. Dit
wordt aangenomen met 7 tegen 5 stemmen,
de heeren Van Randen, v. d. Meer, Vis,
Keikes en Oosterbaan.
Het voorstel Praamsma, een 2e lantaarn
bij Amicitia-tuin te plaatsen wordt aange
nomen met 9 tegen 3 stemmen, de heeren
Van Randen, v. d. Meer en Keikes.
7. Behandeling van het adres tot over
dracht van de brug uSpijktille” aan Hennaar-
deradeel, met advies van Burg, en Weth.
Door B. en W. is geadviseerd de brug
z/Spijktille” aan Hennaarderadeel over te
dragen in eigendom en onderhoud met een
bijslag van f 1400.
Zonder discussiën met algemeene stemmen
is gevraagd wanneer die toestand ophoudt;
welnu de rijkswetten schrijven voor op
ruiming van oude krotten, het bouwen in
de nieuwe buurten wordt geregeld en daar
wordt den bewoners iets geboden wat zij
elders missen, zoo zullen de oude plaatsen
verlaten worden of ook veranderd
beterd zijnde, aan de eischen van
voldoen, en er overal een
De heer Boersma meent dat het
middenweg zou zijn, dat de gemeente
lantaarn plaatst en de bewoners een
deel te te laten betalen.
De heer Lunter wijst op de lantaarn in
dertijd op den trekweg geplaatst. Dat was
toch ook niet op.grond van de gemeente,
daar de weg aan Work urn behoort.
De heer v. d. Meer antwoordt dat op den
trekweg een donkere bocht was, die gevaar
opleverde, omdat het te duur werd er een gas
leiding heen te leggen, is er een acetyleen-
lantaarn geplaatst, en dat is nu een petro-
leumlantaarn geworden.
De heer Eisma merkt nog op, dat wat
het rijk doet in ’t algemeen belang is, maar
de zorg voor de publieke veiligheid ter plaatse
meer aan de gemeentebesturen is opgedragen.
In het plaatsen van een lantaarn bij die
brug is dan ook niets bijzonders, hij vindt
in het niet plaatsen juist wat bijzonders.
De Voorzitter wenscht de discussiën te
sluiten, doch de heer Vis wenscht nog een
enkel woord, om te zeggen dat hij de hou
ding van den heer Eisma eigenaardig vindt.
Als de gascommissie anders had voorgesteld,
vermoedt hij dat de heer Eisma als oud-lid
de Gascommissie zou hebben gevraagd of de
commissie geen rekening hield met het ver
leden. Vroeger bij Elandslaagte verdedigde
de heer Eisma de stelling de gemeente mag
geen particuliere terreinen gaan verlichten.
De tegenwoordige Gascommissie is er niet
op tegen dat er verlichting komt, maar is
tegen ’t verloochenen van 't beginsel.
De heer Eisma wenscht te protesteeren
tegen die woorden, doch de Voorzitter sluit
de discussiën, zoodat de heer Eisma er ook
tegen prostesteert, dat hem de gelegenheid
niet wordt geboden zich te verdedigen tegen
persoonlijke aanvallen.
Bij de nu volgende stemming over ’t voor
stel Eisma, om de lantaarn voor gemeente-
rekening te plaatsen en te doen branden,
staken de stemmen.
Tegen ’t voorstel stemden de heeren
Praamsma, van Randen, v. d. Meer, Keikes,
Vis en Oosterbaan.
Er zal dus de volgende vergadering weder
over gestemd moeten worden.
6. Behandeling van het voorstel van Burg,
en Wethouders omtrent eene verlichting van
Hoogbolwerk.
Ook over dit punt ontstond weder een
uitgebreide bespreking. B. en W. adviseerden
om een lantaarn op ’t Hoogbolwerk aan te
brengen, ongeveer bij ’t Convent, want een
leiding langs ’t bolwerk moet f 1350 kosten
en dat komt te hoog voor, terwijl ook de
wandelweg en de boomen er van te lijden
zouden hebben, als er een geul gegraven
moest worden.
De heer Praamsma wil gaarne ’t voorstel
doen om bij ’t plantsoen ook een lantaarn te
plaatsen, wijl de leiding daar tot de huizen
Jorritsma loopt, doch hij zou ook de lan
taarn niet bij ’t Convent maar wat meer
naar de Sneekerpoort willen hebben en daar
is ook een leiding in de huizen, zoodat het
niet meer kost dan het voorstel Dag. Bestuur.
De heer v. d. Klei had ook de opmerking
willen maken dat de lantaarn niet bij „de
doode muur” van ’t Convent maar een 30
meter dichter naar de Sneekerstraat bij ’t
z/Zomerhuis” beter effect zal maken.
De heer Eerdmans had niet het plan, over
dit punt te spreken, maar de heer v. d. Meer
heeft straks gezegd dat de lantaarn op ’t
Oordje er was gekomen om dat er gevaar
bestond. Hij vindt dat de heer v. d. Meer
dan ook zal moeten wenschen, dat de lan
taarn op ’t Hoogbolwerk meer voor de huizen
komt, waar 6 a 7 trapjes zijn, en dus de
duisternis ook werkelijk gevaar oplevert.
Ook de heer Eisma meent dat het beter
is, dat de lantaarn wat vooruit geschoven
wordt.
De heer v. d. Meer weet niet of de heeren
den toestand daar bij duisternis hebben op
genomen. De gascommissie deed dat meer-
van
wijziging
over 1910,
b. tot vaststelling der staten van
overschrijving
Voorgesteld wordt de volgende ver-
hoogingen van inkomsten in de begrooting
aan te brengen
inkomsten gemeente reiniging f 86,015
gasfabriek -8871,145
vergoeding van ’t Rijk voor
de volkstelling - 129,13
en de volgende verhooging van uitgaafposten
uitkeering ambtenaren
volkstelling f
uitgaven gasfabriek
grond- en dijkslasten
kosten gemeentereiniging
het fonds voor onvoorziene
uitgaven -
Het totaal der ink. wordt dan - 188,486,41
u uitg. - 186,553,675
Bolswardsche Courant
M