Bols ward en Wonseradeel. s voor s en ORGELS. ROftMROTRR /[MER, Nieuws- en Advertentieblad 1911. Van af Heden verkrijgbaar in het Filiaal 1. R. GLASZ. - Ruilen - Verhuren. ijnt Donderdags en Zondags. 50ste Jaargang. I Donderdag 29 Juni. BINNENLAND. Ingezonden. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). ekonder wijzer, De nieuwe wet op de Visscherij. VOOR Afzonderlijke en een en publiek. gebruikte Instrumenten. contant zonder korting. fabrieken: BECHSTEIN, BLüTHNER, LZ, ANTOINE MES e.a. ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden. Franco per post 50 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. BOLSWARD. ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad ie telefonisch aangesloten onder No. 4. Uit het verslag, hetwelk U van die zitting geeft in de Bolswardsche Courant van 25 Juni, blijkt bij punt 5, dat door eenige raadsleden, die buurt //particulier terrein” wordt genoemd, wat ik zeer zonderling vind. Beschouwen wij de vraag, wat is particulier terrein, dan zal men mij moeten toegeven, dat daaronder een grondstuk wordt verstaan waarop alleen de eigenaar, of in diens plaats de huurder met zijn g§zin, toegang hebben een terrein dus, dat gawoonlijk omheind, afgebakend of van een bord is voorzien, hetwelk het opschrift yverboden toegang" draagt. Onmiddellijk moet het opvallen, dat bij het terrein, waarvan hier sprake is, niets van dit alles het geval is. Het terrein in kwestie heeft twee eigenaren, waarvan een op het terrein woont en daarop, laat ik zeggen, (ik weet dit niet precies) drie woningen, verhuurt en de andere een vereeniging is, die op datzelfde terrein negentien woningen verhuurt. Bijgevolg hebben wij hier een terrein, dat door meer dan twintig huisge zinnen wordt bewoond. Nemen wij aan, dat elk huisgezin uit vijf personen bestaat, dan bedraagt het getal der over de, in het ver slag meermalen genoemde brug, wonende menschen veel meer dan honderd. Deze menschen hebben hunne nooden en behoeften, zoodat zij door den Doctor, den Geestelijke en een menigte andere personen bezocht moeten worden, bovendien heeft een ieder, wie ook, van waar hij ook komt of met welk doel/ vrijen toegang tot het terrein. Dat nu zulk een terrein onmogelijk een parti culier terrein kan zijn, ligt dunkt mij, duide lijk genoeg voor de hand, tenminste ik ver oorloof mij de vrijheid te gelooven, dat elke eigenaar er hartelijk voor zou bedanken om deze menschenmassa op zijn particulier ter- rein toe te laten en indien hij om de een of andere reden daartoe wordt genoodzaakt, hij wel zal nalaten zijn erf verder nog par ticulier terrein te noemen. Behalve en buiten alles wat hier is aan gevoerd, vormt de menschengroep die hier om een lantaarn vraagt, evengoed een schakel in den keten der gemeenschap als elke andere. Hoewel tot den lageren stand behoorende, biedt zij de gemeenschap evengoed datgene wat zij presteert als elke andere; evengoed dienen hare zonen het land, evengoed dragen hunne leden naar vermogen bij in de be lastingen enz. Bijgevolg heeft ook deze groep evengoed recht op bescherming en het genot der voordeelen die de gemeenschap kan bieden. Dat zij niet langs heerenwegen wonen, is voorzeker niet vrijwillig. Dat zij door haren stand tot achteraf wonen is gedoemd kan en mag voor de gemeenschap geen reden zijn haar uit te sluiten, haar in het duister te laten en aan gevaren bloot te stellen. Ten slotte moet ik nog zeggen, dat de beweging niet van ons of van mij is uit gegaan of op onze aansporing is op touw gezet. Alleen als voorzitter der vereeniging //Bouwcommissie St. Jozeph” achtte ik mij verplicht de zaak, nu zij eenmaal te berde is gebracht, voor te stellen zooals zij door mij en zeker door velen wordt beschouwd. Hiermede, mijnheer de Redacteur, bedank ik U voor de verleende plaatsruimte en ver blijf ik uw getrouwe lezer A. VERINGA. Bolsward, 27 Juni 1911. Bovenstaande bevat wel lang niet alles, toch het voornaamste wat een henge- de nieuwe wet dient te weten. maar laar van Hebben wij boven den beoefenaars der vis- scherij een practisch boekje aanbevolen, van denzeïfden Schrijver bestaat nog een kleiner werkje, Vademecum voor den Hengelaar. De prijs hiervan is slechts één kwartje, en daarin worden niet slechts de visschen waar voor een minimum-maat is bepaald, afgebeeld, doch worden de meest voor de hand liggende vragen op ’t gebied der wet op zoo duide lijke wijze beantwoord, dat het een veilige en haast onmisbare gids kan genoemd worden. "Door dit werkje te raadplegen kunnen vele “bekeuringen voorkomen worden, dat zijn wij met den Schrijver volkomen eens. vastgestelde algemeene maatregelen, i in Staatsblad no. 119 van dit jaar in verband met de visscherij-wet regelen het hengelen op heel andere wijze dan voor heen, en het is te voorzien dat er zeer vele bekeuringen zullen worden gedaan, wijl de wet, voor oningewijden althans, in vele op zichten onduidelijk is. Het visschen met één hengel is echter vrij gelaten. De bepaling dat men dan //den hengel in de hand moet houden”, zooals eerst werd voorgeschreven, is opgeheven. De stok mag dus gerust even op den wal liggen. Mijnheer de Redacteur l Beleefd kom ik U een plaatsje verzoeken naar aanleiding van het behandelde, in de Raadszitting van Donderdag 22 Juni 1.1., betreffende het plaatsen van een lantaarn bij de zoogenaamde (een definitieve naam be- staat niet) St. Jozephbuurt. minimummaat bepaald is, mogen er wel voor gebruikt worden een klein baarsje aan een zethengel te doen of te hebben is straf baar, een voorntje, al is ’t ook van kleiner afmeting, is geoorloofd, omdat daarvoor geen bepaalde grootte voorgeschreven is. Als aas mag ook geen bedwelmende of vergiftigde stof gebezigd worden en ten allen tijde is ’t verboden vischtuigen aan schepen of bootjes te laten slepen door ’t water. De loophengel mag wel in een roeibootje gebruikt worden mits er akte en ver gunning voor is doch dan moet een persoon den hengel in de hand houden. Dus jongens, want ook voor kinderen en minderjarigen geldt de wet, als gij wilt hengelen, moet gij de te kleine aaltjes en baarsjes direct weer in ’t water werpen, de witvischjes en postjes mag je vóór de poes bestemmen, al zijn ze ook nog zoo klein, ’t Zal soms noodig zijn dan een duimstok bij de hand te hebben, want meten op het oog af is nog al wat gevaarlijk. Baarsen van een of twee pond, zelfs van twee en drie in een pond voldoen wel aan de maat, maar als ze, gemeten van de uiterste einden van kop en staart, geen 15 cM. halen, moeten ze weer te water. Al weet men ook dat het dier, door de bij het afdoen van den haak veroorzaakte verwonding spoedig zal sterven, dat doet er niet toe, men moet ze loslaten de kleintjes worden hier door de wet be schermd. Al zijn ze ook dood, toch mag men ze niet behouden, want het vervoer er van is ook verboden. Baars moet een lengte hebben van minstens 15 cM., paling 25 cM., snoek 35 cM., zeelt (muithond) 18 cM., brasem 20 cM., karper 35 cM. Na 1 Juli 1913 moet de baars minstens 18 cM. lengte hebben, de snoek 40 cM., zeelt 21 cM. Na 2 jaar moeten die vischjes dus al weer grooter zijn, maar daar hebben ze dan ook den tijd voor om te groeien, niet waar Met het toezicht op de visscherij zijn belast de maréchaussée, rijks- en gemeente politie, en de ambtenaren bij de belastingen, alsmede sluis- en brugwachters van den waterstaat. Oppassen is dus de boodschap, want de straffen op de overtredingen gesteld, zijn zeer zwaar, gelijk hiervoor reeds is aange stipt, en die straffen worden nog verdubbeld als de overtreding geschiedt bij nacht, of door personen die zich vermommen of onken baar trachten te maken en als het geschiedt door twee of meer personen in vereeniging terwijl een 2e bekeuring binnen 2jaren ook dubbel zwaar wordt aangerekend. Bij bekeuring wordt ook het vischtuig de visch in beslag genomen, en die worden dan meestal ook verbeurd verklaard, zoodat je die dan meteen kwijt bent. Voor de hengelaars is de grootste king gewoonlijk om behouden, ’t Is vaak meer om de grootte te doen, Workum, 26 Juni. Omstreeks 5 uur gister morgen stortte de kleine schuur, staande naast- en in eigendom behoorende aan F. Tolsma alhier met donderend geraas ineen, waarschijnlijk tengevolge van den harden wind. Even tevoren hadden de huisgenooten zich naar het land begeven om te melken. 26 Juni. Bij ingezetenen alhier circu leert een adres, dat eerstdaags bij den Raad onzer gemeente zal worden ingediend en waarop zeer velen hunne namen hebben geplaatst die daar ten volle mede instemmen, en waarin verzocht wordt ’t kerkhof dagelijks op bepaalde uren open te stellen voor het publiek. Aangezien op zeer vele plaatsen de kerk hoven toegankelijk zijn voor het publiek, zal aan dit billijk verzoek, naar we ver trouwen, welwillend worden voldaan, in ’t belang van zicht verscherpt, ting zal noodig zijn, te komen. Ook voor het toezicht belast, is bepaald studie noodig. Van de 39 vischsoorten die in ons land voorkomen, zijn 16 soorten waarbij een minimummaat is aangegeven, en dus bepaald is dat die soort, als ze kleiner van afmeting is, onmiddellijk weer te water moet worden gelaten, als men ze vangt, terwijl van 23 soorten geen maat is opgegeven, en men dus daarvan ook de kleinste katviscbjes mag behouden. Het is soms moeilijk die soorten goed te kennen. Wij vestigen daarom volgaarne de aandacht op een zeer practisch werkje, „Onze Zoetwatervisschen”van den heer Van Deun, den Redacteur van het weekblad Onze Hengelsport. Daarin zijn al de in ons land voorkomende visschen afgebeeld, op duidelijke wijze omschreven, en daar is ook aangegeven waar de verschillende soorten het meest wor den aangetroffen. Het boekje kost slechts 50 cent en is bij alle boekhandelaren te bekomen. Het is niet zoozeer ons doel om voor de beroepsvisschers te schrijven wat eischen de nieuwe wet hen stelt. Hun belang brengt echter mee, zich wel degelijk op de hoogte te stellen met de wettelijke bepalingen, doch omdat hier te Bolsward nog al talrijke lief hebbers van hengelen zijn, meenen wij dezen een dienst te bewijzen, een en ander mee te deelen uit de wet van Oct. 1908, die a.s. Zaterdag van kracht wordt. Over de liefhebberij van hengelen wordt, evenals over eiken tak van sport, zeer ver schillend gedacht. Schrijft Hildebrand in zijn Camera Obscura over den Leidschen peuëraar, dat de hengel een stok is met aan ’t eene eind een worm aan ’t andere een luiaard, zien sommigen in het hengelen een tijdverdrijf goed voor -««nschen die niets beters te doen hebben er zijn er ook anderen, die in het visschen een aangename tijdspasseering vinden, waarbij zij in de frissche buitenlucht en op of aan het water vertoevende, al- hun krachten inspannen om een vischje te verschalken, zij het niet zoo zeer om de visch, dan meer om ’t genot van het vangen. Daar tot heden het visschen met den gewonen hengel, behalve in den verboden vischtijd, vrij was, is thans aan deze vrijheid een beperking gesteld, en voor den houder van een hengelakte zijn die be perkingen nog klemmender. In een beknopt bestek willen wij ander nader toelichten. De opgenomen verzoe- de kleine vischjes te om ’t getal dan maar de zucht om met een groot getal te pronken kan, als er ondermaatsche visch bij is, duur te staan komen. Met 1 Juli a.s. treden in werking de algemeene maatregelen van bestuur, vastge steld bij Kon. Besluit van 15 April j.l. en is tevens van kracht de nieuwe wet op de visscherij van 6 October 1908. Hierdoor wordt nog al menig ingrijpende verandering in het leven geroepen. Vele bepalingen zijn gemaakt waarmede degenen die zich met visschen bezig houden, wel bekend dienen te zijn, want de straffen op de overtredingen en misdrijven gesteld zijn lang niet malsch, ja die straffen zijn enorm hoog gesteld. Een hechtenis van een maand of geldboete tot f 150.staat als maximum bepaald op de overtredingen. Wie dus een vischje dat onder de maat is, be houdt, vischt in water waartoe hij geen permissie heeft of niet in het bezit is der vereischte akte, kan het zuur opbreken. De beroepsvisschers, maar ook de pleizier- visschers dienen zich daarom wel degelijk op de hoogte te stellen van den aard en soort van visch, die zij vangen. De prijs der akten is wel verlaagd, maar den vischstand is het toe- en een degelijke voorlich- om goed op de hoogte de ambtenaren, met Voor het gewone vaarwater heeft men, als men met één hengel vischt, geen permissie van den pachter noodig. In de voorwaarden, waarop de gemeentewateren zijn verpacht, staat dan ook, dat de pachters moeten ge- doogen, dat hengelaars met één hengel daarin visschen. Zij die met meer dan een hengel willen visschen, moeten daarvoor een akte aanvragen. Deze kost 50 cent, en wordt bij den Burge meester van zijn woonplaats aangevraagd en door den Commissaris der Koningin in de provincie uitgereikt, door bemiddeling der ontvangers der Registratie en Domeinen. De akten zijn vrij van zegel en registratie rechten. De zoogenaamde loophengel of blinkerd en ook de peur, alsmede zethengels, zetlijnen, dobbers enz. zijn niet begrepen onder de benaming hengels en wie deze wil gebruiken, moet //een kleine vischakte” hebben. Die geldt dan voor één bepaald aangegeven soort van vischtuig en kost f 1, die met ver schillende vischtuigen zijn geluk wil be proeven, doet het voordeeligst veen groote vischacte” aan te vragen, deze kost f 2,50, maar is dan ook geldig voor alle geoorloofde vischtuigen, doch men dient dan ook nog te zorgen voor vischwater. De akten worden afgegeven voor den duur van één jaar van 1 Juli tot 30 Juni van ’t volgende jaar. De hengelaars met twee of meer hengels hebben behalve hun akte ook noodig een permissiebiljet van den eigenaar of recht hebbende op het vischwater, evenals ook de visschers met de peur, den loophengel, schakels, kruisnet, fuiken enz. zulks noodig hebben. De pachters van de vischwaters kunnen voor die permissiebiljetten een zekeren prijs be palen, dit hangt van hen zelven af. Men zegt, dat de pachters daarom dit jaar reeds hooger sommen boden, wijl zij meenen, dat er uit die permissieaanvragen nog wel een slaadje is te slaan. De visschers, dus ook de hengelaars met meer dan een hengel, moeten bij hun bedrijf die akte en vergunningsbewijzen steeds bij zich hebben, want men moet ze den ambte naren onmiddellijk op aanvraag kunnen ver- toonen anders vervalt men in een boete van 10 gulden. (Art. 18.) Zulke permissiebiljetten moeten o.a. in houden den dag van afgifte en ook den tijd hoelang ze geldig zijn (hoogstens 3 jaren.) Wie met één hengel vischt, mag dan ook geen meerdere hengels bij zich hebben. Een zoogenaamd //bijleggertje” is niet geoorloofd. De gesloten vischtijden zijn voor alle visschen niet gelijk, maar tusschen 23 April en 1 Juni is alle hengelvisscherij verboden. Baars mag van 16 April tot 1 Juni niet gevangen worden, terwijl voor karper ook nog de maand Juni gesloten vischtijd is. Van dit laatste dient men goede nota te nemen, want Junimaand is eigenlijk juist de maand voor karpervangst aan den hengel. Het vervoer van die visch is in die dagen natuurlijk ook verboden en bij overtreding volgt zware straf. Hengelen bij nacht ja alle visscherij bij nacht is verboden, alleen de peur en^1 tot appij. i|ièJhwT?•..•‘jLia wardsche Courant E ft

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1911 | | pagina 1