lieuws- en Advertentieblad
Bols ward en Wonseradeel.
Huizing - Exmorra.
1911.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
50ste Jaargang.
No. 75.
Zondag 17 September.
HUIZING
BINNENLAND.
Eene
tl
VOOR
a 5 Cent.
van
Het
1
'S
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verki
l
'Aanvaarding
1911.
Breeder
goed moeten confereerende mogend
er van dreigen met
Dat
eenmaal niet anders; laten wij nog-
de
en
zoo
ieder Engelsch-
overwaard geweest
'ij g baar
Sneak, 15 September. In
verslagje over ’t Congres van
een ploegijzer
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
ons beknopt
V. O. hier,
“71 BURG te Makkum
September e.k-, ’s nam>
de tatag BEM1SMA te
.ro.lsioneel veilen:
r- lo Buren te Exmorra, groot
wet bewona d». «i?»
42 centiare, laavsi
Tiil“».»«di.g en betaling «P C.i.'
19Boeder omschreven bij biljetten.
.4— ««a uuigenj, "en 'tTS&^ze geweigerfl Beeft
aan de Pers mededeeling te doen van de
redenen, die tot dat Koninklijk Besluit hebben
geleid, kan het wel niet anders of de ge
spannen toestand, waarin Europa verkeert, is
daarvan de oorzaak. Ware dat toch niet
2oo, dan begrijpt men wel dat de Regeering
inlichtingen zou geven; ze zou er natuurlijk
niet aan denken zonder zeer ernstige nood
zaak den iudruk te vestigen, dat wij in een
toestand verkeeren, die mobilisatie van onze
troepen elk oogenblik noodzakelijk kan maken.
Dus Marokko und kein Etide. En de
ontspanning, die er weinige weken geleden
aan den Europeeschen hemel is gekomen, is
weer voorbij, donker dreigend komen de
onweerswolken opzetten. Laten wij hopen,
dat ook deze weer zullen wegtrekken, zooals
zooveel dreigend onweer in den afgeloopen
zomer op niets is uitgeloopenhet zou al te
ijselijk zijn, als uit het Marokkaansch con
flict een oorlog voortkwam, die dan natuur
lijk een Europeesche oorlog zou worden.
Mogendheden als Engeland, Frankrijk en
Duitschland voelen toch zeker hunne ver
antwoordelijkheid, en waar Europa nu een
maal reeds door de Marokkaansche quaestie
zonder kleerscheuren is heengekomen, net
zoo goed als het door de zeer moeilijke Bal-
kanquaestie heen kwam, moet men nooit zoo
gauw den moed laten zakken.
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
(vorig nummer) staat het voorstel dat ’t
H. B. de afdeelingen moet opwekken tot
het oprichten van Openbare leeszalen, ’t Is
natuurlijk dat ieder de aanneming
dit voorstel met applaus begroette, over zoo
iets kan men dus niet wrevelig thuis komen.
In de plaats van dit voorstel leze men
De A. V. van Volksonderwijs spreke uit,
dat bij de benoeming van onderwijzers ’t
inwinnen (het voorstel werd geamendeerd met
z/ambtelijk” vóór z/inwinning” te plaatsen)
van inlichtingen omtrent de politieke partij
en de vakvereeniging, waartoe de sollicitant
behoort, gaat tegen de belangen van het
Openbaar Lager Onderwijs, en geeft den
wensch te kennen, dat de afdeelingen, in
wier ressort dit mocht geschieden, daartegen
met kracht zullen opkomen.
Oldeboorn. Door den lagen waterstand
houden vele jongens zich thans bezig met
geldzoeken. Blootvoets staan ze aan den
kant van de Boom en halen dan handenvol
aarde van den bodem, welke ze doorzoeken.
Af te gaan op de resultaten zou men zeggen,
dat men hier af en toe wel wat royaal met
zijn centen is geweest. Zoo vond een jongen
deze week op één dag vijftig cts., een ander
een paar dubbeltjes en velen eenige centen.
Zoo brengtde droogte ook haar voordeelen mede.
Joure. In de Maandagavond gehouden
vergadering van de feestcommissie met de
inteekenaren van het garantiefonds, bleek
dat de gezamelijke onkosten f 1063,98
hadden bedragen.
De totale ontvangsten daartegen er
werden 3194 kaarten uitgegeven be
droegen f 951,05 zoodat er een tekort was
van f 112,93 en dus elke garant er
waren er 28 vier gulden bij moest passen.
Zeker als het gymnastiekfeest niet op
Koninginnedag gehouden was, doch een week
vroeger, dan zou ’t bezoek veel grooter en
er allicht een batig saldo geweest zijn.
Had men daarentegen slecht weer ge
troffen, dan zouden de aandeelhouders ook
vrijzeker een f 20 a f 30 ieder bijgepast
moeten hebben. J. Crt.
Stavoren. Het lage binnenwater doet
zich hier ook gevoelen. Diep geladen schepen
evenals de hier geregeld varende Sneeker
booten, moeten al voor zij door de sluis
kunnen, lichten om niet op de dorpels van
de sluis te blijven zitten. De booten hebben
als hulpmiddel alhier een ijzeren praam
disponibel. Een en ander veroorzaakt veel
ongerief en oponthoud.
Sneek. Als een bijzonderheid kan zeker
worden vermeld, dat in weerwil van den
buitengewoon drogen zomer, een paar eenden
van den veehouder P. Coers, opnieuw zijn
begonnen met eieren te leggen.
Een zonderlinge
In een onzer buurten heeft een weduwe
door haar zonderling gedrag niet weinig
consternatie verwekt.
De vrouw, die een betrekkelijken welstand
schijnt te genieten, was namelijk in het
bezit van een zeker bedrag aan bankpapier,
waarvoor zij zeer bijzondere bewaar plaat
sen uitzocbt. Een gedeelte er van stopte
ze in den aschbak van een kachel waar het
al spoedig tot asch verteerde.
Maar nog vreemder lot was het overig
deel van het weinig geapprecieerde rolletje
bankpapier beschoren. De keuze viel nu
op de privaatton als bewaarplaats. Daaraan
werd het kostbare papier toevertrouwd. Ge
lukkig kwam de buurt op de hoogte van
het gebeurde. Op de aschbelt werd de in
houd van de ton aan een nauwkeurig onder
zoek onderworpen. Toen kwam het bank
papier voor den dag 1
Sedert dien is de juffrouw onder curateele
gesteld. N. Sn. Crt.
fFethoudersbenoeming
De heer P. G. Buskens, die om de ver-
deeling der wethoudersfunctie voor zijn be
noeming tot wethouder van Rotterdam be
dankte, schrijft in een ingezonden stuk in
de N. R. Ct., dat de rechterzijde van den
Raad unaniem van meening was, dat het
gemeentebelang medebracht het departement-
onderwijs onder beheer van een liberaal wet
houder te stellen.
De N. R. Cl. noemt dit een verbazing
wekkende onthulling, die goud waard is.
In Amsterdam denkt de rechterzijde er
anders over.
Burgwerd, 13 Sept. De verversknecht
D. D. alhier reed hedenmorgen per fiets
naar zijne werkzaamheden. O.m. vervoerde
hij glasruiten op zijn rijwiel. Plotseling
kwam hij te vallen, doordat er iets in den
ketting geraakte. Hij brak den linkerarm
en bezeerde zich bovendien ernstig aan de
glasscherven. Per eerste gelegenheid is hij
naar het ziekenhuis te Sneek gereisd.
Gaasterland, 13 Sept. In onze bosschen
heerscht thans veel bedrijvigheid. De lijster-
vangers zijn reeds druk bezig hunne strikken
te plaatsen en gangen en paden te maken
door hunne perceelen. Met begrijpelijke span
ning zien onze vogelaars de behandeling van
het ontwerp-Vogelwet tegemoet. Aanneming
van dat ontwerp, zooals het thans luidt,
beteekent voor hen aanmerkelijke schade.
Het lijstervangen is dan verboden, en dit
bèteekent wat voor de arbeiders in onze
gemeente, als men weet dat jaarlijks ge
middeld voor f 10.000 lijsters worden ge
vangen.
Wonseradeel, 14 Sept. De binnenkort
alhier weer te verhuren bouwlanden zullen
zeker weer enorm stijgen in prijs. De huur
ders, die ze thans bebouwden, maken het
dit jaar goed, graan en peulvruchten waren
een best gewas, en vlasverbouwers hebben
bijna het vlas voor hunne moeite, daar het
zaad de huur en het arbeidsloon meer dan
opbracht. Op de aardappelvelden wordt thans
druk gerooid. Van ziekte geen sprake, doch
de opbrengst is niet zoo groot als andere
jaren.
Duitschland daartegen wil den oorlog niet
de Vredeskeizer heeft ook dezen keer zijn
naam niet verloochend. Maar dat wil zeker
niet zeggen, dat Duitschland met elke op
lossing van de quaestie genoegen zou nemen,
wil eervol uit de quaestie vandaan
komen. Het wil afzien van iedere vestiging
aan de Marokkaansche kust en zich in ruil
daarvoor tevreden stellen met grondgebied
in Afrika door Frankrijk afgestaan. Dit
alles om vrede te houden. Maar het behoeft
den oorlog uit een financieel oogpunt niet
zoozeer te vreezen. Want zelfs al werd
Octobei wat waarschijnlijk is Duitschland’s vloot
dan door de Engelsche vernield, het zou
Frankrijk zijn, die daarvan de kosten be
taalde. Het verbond tusschen Engeland en
Frankrijk zou toch in den Duitsch-Engelschen
oorlog ook Frankrijk sleepen, en men houdt
het in de krijgskundige kringen voor zeker,
dat Frankrijk het dan ongemakkelijk op zou
loopen. Frankrijk schijnt er ook zoo over te
denken, en zou daarom bereid zijn tot af
staan van een stuk Afrikaansch grondgebied,
dat de moeite waard is, maar moet weer
rekenen met de Chauvinisten (al te vurige
vaderlanders) in eigen land, die te groote
concessie aan den erfvijand Duitschland voor
landverraad zouden uitkrijten. Aldus onze
zegsman. De zaak draait volgens hèm dns
daarom, of er buiten Marokko eene conces
sie van gebied aan Duitschland te doen is,
die de dubbele eigenschap heeft, in Duitsche
oogen veel en in Franscbe oogen weinig te
zijn. Wat natuurlijk niet zoo makkelijk is.
Nu hooren we allicht een van onze lezers
zeggen Waarom geven èn Frankrijk èn
Duitschland niet de geruststellende ver
zekering aan Europa, dat zij geen van beiden
van plan zijn een oorlog te beginnen om
Marokko dat zou een einde maken aan de
tegenwoordige spanning, die toch zeker voor
niets goed is. Wacht even. Net als ieder
een, die eene minnelijke schikking wil aan
gaan, zeer bijzonder zwak zou staan, als hij
vooruit verklaardeHoe de zaak ook ge
schikt moge worden, procedeeren zal ik nooit,
even
heden de kracht, die
oorlog uitgaat, niet ongebruikt laten,
is nu
maals hopen, dat het bij dreigen blijft. In
Duitschland is de stemming positief vrede
lievend. Toen daar Die Post” een sensatie
blad van hetzelfde allooi als »Le Matin” in
Frankrijk met het bericht kwam, dat de
onderhandelingen over Marokko waren afge
sprongen men begrijpt, dat als dit waar
geweest was, het uitbreken van den oorlog
nog slechts eene quaestie van tijd zou ge
weest zijn viel heel de Duitsche pers, on
verschillig van welke richting, over genoemd
blad heen, haar sensatiebericht brandmerken
de als eene onvaderlandslievende daad.
Wij hebben het betoog van onzen zegsman,
zooals het is, en wij onthouden ons van
iederen commentaar, behalve op één punt
we wenschen te vragen of dat nu wel zoo
vaststaat dat een treffen tusschen Duitsch
land en Frankrijk alle kans op overwinning
voor het laatste land uitsluit We weten
wel dat dit in militaire kringen de gang
bare meening iswe hebben die zoowel
door binnenlandsche als buitenlandsche offi
cieren hooren verkondigen, maar we wagen
toch, al is het, o, zoo bescheidentjes, daar
aan wel eens te twijfelen. Natuurlijk niet
op krijgskundige grondendan zouden wij
ons gewoon belachelijk maken, omdat wij
volslagen leek zijn op dat gebied, maar op
historische gronden. Pruisen, zeg thans het
Duitsche Rijk, verkeert wat haar oorlogsfaam
betreft, in juist dezelfde positie als het
Pruisen op het eind van de 18de eeuw.
Ook toen heette Pruisen onoverwinlijk. De
roemlijke oorlogen van Frederik den Groote
hadden het dien naam bezorgd. Het was
ook na een tijdperk van ongeveer veertig
jarige vrede, net als het tegenwoordige Duitsch
land geniet, dat het toenmalige Pruisen met
Napoleon in strijd kwam hoe meenden al
die officieren, dat ze ter overwinning gingen
en met welk een brullend vreugdegejuich
werd in militaire kringen deze veldtocht be
groet maar welk een debaclezij duurde
korter maar was niet minder hevig dan die
van de Franschen in 1870, en Jena en
Auerstadt hebben het wederom aan de wereld
geleerd hoe kort ’s werelds roem kan zijn.
Nu zeggen wij niet, men versta ons als
Hoe het wezenlijk met de zaak staat
Dat zouden natuurlijk alleen de ingewijde
hoogere góden der diplomatie van de groote
Mogendheden kunnen mededeelen, en met
deze heeft ons klein persoontje geen omgang.
Wij hebben ons dus tevreden moeten stellen
met onze inlichtingen te halen bij iemand,
die er uit den aard der zaak meer van kan
weten dan wij, en onzen lezers zal het wel
licht niet onwelkom zijn te hooren, wat ons
door genoemden zegsman werd medegedeeld.
Het kwam dan in hoofdzaak op het volgende
neer.
Engeland zou den oorlog wel willen. Het
wil door zijne geweldige oorlogsvloot de
wereldzee blijven beheerschen, en ziet met
leede oogen, dat Duitschland maar steeds
meer oorlogschepen aanbouwt. Wel is Dutsch-
land’s vloot op dit oogenblik nog op geen
derde van de sterkte, die Engelands vloot
heeft, maar dit is alleen het gevolg hiervan,
dat Engeland voortdurend aanbouwt, wat
zeer groote financiëele offers van dat land
eischt, en dat temeer, waar de tegenwoor
dige liberale regeering aldaar millioenen en
millioenen uitgeeft om door verzekerings
wetten den toestand van den arbeidenden
stand beter te maken.
Engeland zou dus den strijd wel willen
aangaan het is zeker van de overwinning
op de Duitsche vloot, en zou zich daardoor
voor lange jaren van eene gevaarlijke con
currente op zee ontslaan.
Maar... Engeland, dat eene reputatie heeft
te verliezen als vredelievende mogendheid,
heeft ook en gelukkig te rekenen
met de publieke opinie in eigen land, waar
een groot deel der natie zich tegen de Regee
ring zou keeren, als deze oorlog ging voeren
zonder andere reden dan hierboven genoemd.
Het zou eene reden moeten hebben, die ieder
Engelschman afdoende zou voorkomen. Zulk
eenereden zou’t gehad hebben als Duitschland
zich in Marokko had genesteld, en zich daar
van een zeehaven had verzekerd. Dan zou
het met Engeland’s heerschappij over
Middellandsche Zee gedaan zijn geweest,
die heerschappij, aan elk Engelsch hart
dierbaar, zou in het oog van
man een oorlog over en
zijn.
het u belieft goed, dat dit weer het geval
zou zijn. We weten daarvan niets; het is
ons slechts om de bescheiden opmerking te
doen, dat een leger, dat 40 jaren vrede ge
had heeft, dat den naam van onoverwinlijk
heeft, niet die aanleiding heeft, om zich in
te spannen als het Fransche leger, dat zijn
oorlogsroem in 1870 heeft verspeeld, en dat
toen de overtuiging heeft gekregen, dat het
zich enorme inspanning moet getroosten, om
eenigszins met den overwinnaar van 40 jaren
geleden gelijk te komen. We hopen er
echter nooit achter te komen, of onze ziens
wijze in deze juist is; daar is niets waar
wij meer van gruwen dan van den oorlog.
Ten slotte zouden wij willen opmerken,
dat ook de geschiedenis van de laatste jaren
weer leert, dat al moge het zijn, dat de
oorlog nog altijd den aardbol teistert, en
dat de tijd nog niet is aangebroken, dat
het laatste oorlogsstaal tot
kan worden omgesmeed, de vredesidée toch
veld wint. Wie iets van de wereldgeschiede
nis weet, zal ons moeten toegeven, dat er
in de laatste 10 jaren tal van verwikke
lingen zijn geweest in Europa, die in de
18de eeuw geheel West-Europa in vuur en
vlam zouden hebben gezet, en die toch langs
den weg der onderhandeling tot een goed
einde zijn gebracht. We denken hierbij in
de eerste plaats aan de opeenvolgende moei
lijkheden op het Balkan-Schiereiland.
N u moet hierbij niet vergeten worden dat
het den vrede ten goede komt, dat het oorlogs-
proces zoo bitter duur is. De techniek beeft
de capaciteit van onze weermiddelen zóó hoog
opgevoerd, dat eigenlijk niemand meer be
grijpt, hoe de oorlog op den duur zou vol
te houden zijn. En evenmin als men gaat
rechten, als men vooruit weet, dat de proces
kosten altijd grooter zullen zijn dan hetgeen
aan de winnende partij zal worden toege
wezen, evenmin heeft eene mogendheid lust
in een oorlog, als ze niet zeker is, dat met
de reusachtige kosten die gemaakt moeten
worden, iets bereikt kan worden wat de
moeite waard is.
Het dunkt ons een verblijdend iets, dat
de oorlog zoo duur wordt; waar er weinig
hoop is, dat het menschdom ooit zoo wijs
zal worden, dat het uit zichzelf geen oorlog
meer voert, is het nog eene goede kans om
er een eind aan te zien, dat er geen betalen
meer aan is. Deze waarheid is zelfs tot het
bewustzijn gekomen van Japan, dat na zijne
overwinnigen op Rusland in den oorlog alle
heil ging zien, en nu zucht onder eene
reusachtige schuld.
Notaris S. VAN DER
zal op Maandag 18
^2 uur, in
Exmorra, pi
Bolswardsche Courant