Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
h
en Strijkinrichting,
1911.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
50ste Jaargang.
No. 76.
HET NIEUWE LICHT!
Donderdag 21 September.
BINNENLAND.
UIT DE PERS.
P-
De wereld, die bedrogen
wil worden.
DSC HE
PEL.
tii pn f.hpmjci'ho Wawflhftrii. I
ZeweMsmiddelen, in de eerste plaats die, welke
van dagelijksch gebruik zijn bij alle ook bij
de minstvermogende volksklassen. Deze
laatsten, die haar uitgaven zuinig moeten
berekenen, worden door het «verkoop met
geschenken-systeem” het meest bewerkt en
ook het meest aangelokt. Het lijkt zoo mooi,
dat wanneer men voor zóóveel koopt, men
nog zóóveel toe krijgt of dat, na eenig lang
durig gebruik van het zelfde verbruiksmiddel,
men een of ander mooi voorwerp mag uit
kiezen, iets dat uiterlijk schittert vooral.
Daardoor aangelokt vergeten de koopers, dat
zij zelf die voorwerpen betalen ten koste
van hun beurs maar ook van hun gezondheid
en die van hun gezin. Want het verbruiks
middel, onder zoo aanlokkelijke voorwaarden
of beloften gekocht, moet van mindere
qualiteit worden, anders kan de verkooper
het niet voor dien prijs leveren en er tevens
nog een geschenk aan toevoegen.
VOOR
Afzonderlijke
Ie.
2e.
3e.
4e.
7 e.
8e.
9 e.
10e.
He.
12e.
13e.
14e.
U
i in de
Nu, dat
de plaats,
Kimswerd.
5e.
6e.
i
De Arnhemsche Courant bevat het volgend
zeer lezenswaardig artikel.
half pond
omgekeerd,
een polis
van een collectie
geldstuk gedaan.
voor een
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
ABONNEMENTSPRIJS; 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
IX
vriendelijk gezicht een
geschenk aan en de bedrogene is er nog
opgetogen over ook
Er is waarschijnlijk geen artikel, waarbij
het systeem der cadeau-geverij zóó op de spits
gedreven wordt, als boter en margarine. De
tijd lijkt ver achter ons te liggen, dat in de
winkels slechts boter uit het vat te krijgen
was, die dan, naarmate ze langer in den
winkel stond, iets goedkooper verkocht werd.
Er kwamen andere tijden, andere zeden.
Andere zede was het b.v. om op één pond
boter een half pond toe te beloven, of zelfs
een heel pond, of meer dan dat twee
pond, of er is climax twee pond plus
een cadeau en een lotje of ten slotte
een cadeau, dat in den winkel reeds blinkend
en stralend aanwezig was.
Toen kwam de verpakte boter. Op zich
zelf heel goed, die verpakking. Niet ^lle
winkels zijn toonbeelden van properheid en
de verpakking voorkwam menige minder ge-
wenschte aanraking. Maar die verpakking
droeg een merk en de verschillende merken
deden elkaar concurrentie aankleine win
keliers in plaats van één goede soort boter
of margarine te hebben, hadden er verschil
lende. Die moesten zoo snel mogelijk worden
verkocht. De verkoop werd dan en wordt
nog in de hand gewerkt door allerlei
bij-dingetjes, die niets met den éénen onmis-
baren eisch te maken hebben, dat de kooper
waar naar zijn geld krijgt en goede waar
tegen een daarvoor billijk te vragen prijs.
Ziehier een lijstje
In de verpakte boter zaten letters
van een bepaald woord; wie ze alle
bijeenhad, had recht op een cadeau.
In de verpakte boter zaten letters
wie er een zeker aantal van bijeenhad,
kreeg een cadeau.
In een enkel pak
pakken werd een
In het pak werd een bon
cadeau ingesloten.
Elk pak bevatte ’n postspaarbankzegel.
Elk pak bevatte een eigen zegel, dat
bij inruiling door den winkelier met
tien cents werd betaald.
De verpakte boter werd verkbcht met
10 pCt. korting.
De verpakte boter werd ook verkocht
met 20 pCt. korting.
Bij de verpakte boter werd 20 pCt.
meer aan gewicht toegevoegd.
Bij de verpakte boter werd 20 pCt.
van het gewicht in boter van betere
qualiteit toegevoegd.
Een premie werd gezet op het grootste
verbruik.
Een raadsel werd ter oplossing inge
sloten de oplosser betaalde 5 cents
per half pond minder.
Per pak boter werd een
koffie toegegeven en
(Het geval van gisteren) een polis van
levensverzekering werd ingesloten.
Misschien is de lijst nog wel langer te
maken. Doch wat uit al de nummers blijkt,
is dit, dat de verkoop, onder normale om
standigheden geschied, tegen verminderden
prijs had kunnen geschieden. Nu dient het
lokaas om koopers te trekken voor prijzen,
die te hoog zijn en voor artikelen, die ten
gevolge van wat het lokaas kost, minder
waardig zijn.
Wie opent het groote kooppubliek de
oogen Wie zegt den koopers, dat zij worden
beetgenomen en dat, zoo ze al een hoop
blinkenden rommel in hun huis krijgen, zij
niet krijgen het verbruiksmiddel, zooals zij
het wenschen, en dat daaraan vaak een
grooter nadeel verbonden is dan het voordeel
van een nikkelen theepot of spiegelende
beschuitbus?
Het gevaarlijke «verkoop-met-geschenken-
systeem” is een voortwoekerend kwaad, dat
den ernstigen rechtschapen winkelier de
klanten ontneemt ten bate van den minder
ernstige, den minder rechtschapene. En voor
het groote kooppubliek, dat er op in vliegt,
omdat het niet nadenkt, is het een met ge
opende doch met ziende oogen bedrogen
worden, een bedrog, dat geld kost en
wellicht nog meer dan geld.
Directeur A. TOP. 1;.
>nwater (merken overbodig).
;eslagen gemangeld of geheel opge-
V"j’) II
Men ziet het gevaarmet een eerste
levensmiddel, dat algemeen en onafgebroken
gebruikt wordt, kan de verkooper een groote
volkslaag bereiken. Dit dwingt hem tevens
tot concurreeren, want dat algemeen en steeds
DE BRAND TE KIMSWERD.
't Melken was gedaan. De arbeider had
zich huiswaarts begeven, de zoon ging nog
even de Buren in, de meid wenschte nog
een oogenblikje uit te gaan.
«Bljiuw nou net al to lang wei”, zoo zei
vrouw Braaksma, de boerinne van
heelemaal aan den oostkant van
«Moast gau werom komme hjer, oars binne
wy sa alline”.
De faem sei dat hja mar efkes bdten
doar sjen scoe, wylst de frou en in bern
den yn dy tiid in ameryke skimerje scoene.
Zoo gezegd, zoo gedaan. De gedienstige
zal ’t een of ander uit de kast krijgen, om
haar toilet te voltooien.
Hark, frou, ’n bui, it reint. Ik Ijieuw dat
er ek heil (hagel) bij is, it rammelt sa briek
op it tek.
Even buiten zien. Zou ’t regenen, dat
zou ’n heerlijkheid zijn. De deur open...
’t is al licht, en naar boven kijkende, slaat
een vlam het dak uit.
Frou, er is bran IWelk een schrik. Zien,
het huis uitvliegen, en «bran, bran”, gilt
het over den weg. Bran, bran
Het vuur woekerde reeds op den zolder,
op het dak.
Nauw klinkt de noodkreet over het dorp
of de naaste buur, Reinder Politiek en zijn
huisgenooten, komen buiten. Bran Ja, bij
buurman Braaksma. Onmiddellijk snelt men
ter hulpe, ras voegt zich menigeen bij hen.
’t Vuur was ook reeds elders gezien. En
als straks de klok van Groote Pier uit den
ouden toren onheilspellend gaat kleppen, is
heel Kimswerd op de been.
Intusschen is het reddingswerk begonnen.
Vlugge handen bergen wat te bergen valt.
En al wat de redding* buitenst huis brengt,
wordt door anderen ter veiliger plaats gebracht.
Als de schoorsteen met rommelend geraas
instort, is men daarbinnen nog bezig. Nu
wordt het echter tijd om aan eigen behoud te
denken. Weg uit het brandend gebouw.
Het brandend gebouw. In korten tijd
staat de heele plaats in lichte laaie. Hoog
op slaan de vlammen, rijkelijk gevoed door
voorraden van hooi, koren, vlas, turf en wat
niet al.
Hoog op slaan de vlammenUren ver
kan men bet bemerken. De lucht is rood,
't is licht tot op verren afstand. Van uit
alle omliggende dorpen komen nieuwsgierigen
opdagen. De Arumer brandspuit rukt uit,
klokgeklep gaf het sein. Op, naar den
brand, ’t kost wel wat moeite alle hens aan
dek te krijgen, ’t is Zondagavond en menigeen
is niet thuis.
’t Is Zondagavond gelegenheid te over
voor hen, die van uit de verte het vlam-
menschijnsel hebben opgemerkt, om de fiets
te krijgen en zich naar Kimswerd te spoeden.
’t Is of gansch het vlakke veld geïllumi
neerd is. Guirlandes van fietslichten slin
geren langs wegen en opreden.
En daar die brandende Sate, nu een
vuurkolom. Hoog slaan de vlammen uit,
uren ver zichtbaar. Duizenden menschen
bewegen zich om de plaats des onheils.
Bolwarders, Harlingers, heel Arum, Pingjum
en Achlum, Franekers, ja zelfs lui uit
Workum, Marsum, uit Molkwerum.
Als men verneemt dat geen enkel leven
te betreuren is, (alleen de hond wordt ver
mist,) is de brand nu eigenlijk ’n soort van
volksvermaak. Op de «bou”, voor het huis,
over den weg, is ’t 'n drukte van geweld.
De brandspuit kan niet veel uitrichten.
Er is geen water, maar toch zal ze moeten
oppassen als er, bij mogelijk draaienden
wind, gevaar voor de plaats van Politiek
mocht ontstaan.
Langzamerhand trekken de menschen af.
Bij honderden peddelen ze weer op huis toe,
al die nieuwsgierigen.
En als straks de laatste dezer is heen
gegaan, is er van de sate niets meer over
We hebben gisteren, als punt van uitgang
nemend het rapport, dat door Het F er-
zekeringsblad uitgebracht is naar aanleiding
van het leveren van margarine met gratis
levensverzekering-polis, gesproken over den
om vang, dien het systeen van «verkoop met
geschenken” aanneemt en de schade, die
daaruit voor den kooper kan ontstaan. Het
geval van die zoogenaamde «levensverzekering”
was al heel kras, omdat niet alleen de ver
zekeringspremie betaald werd van het geld
der koopers, doch de geheele verzekering
tevens waardeloos was. Bij het «verkoopen
met geschenken” is het over het algemeen
niet zóó erg, aangezieu de geschonken voor
werpen althans eenige waarde vertegen
woordigen, hetzij ze voor den kooper van
nut zijn, hetzij hij ze als overbodig moet
beschouwen. Maar het groote nadeel bij dit
systeem is er en blijft er en hij zou dat
zelf heel goed kunnen begrijpen, zoo hij zich
de moeite gaf van na te denken.
Het is toch duidelijk, dat we iets van de
verkoopwaarde van een kwartje onder nor
male omstandigheden met een kwartje zullen
mop.tpn hotnlpn Kriiqen we behalve het ge-
oij de heeren Gebrs. KINGMA.
De Directie,
A. DIKS Rz., G. J. ELLERMAN.
gebruikte levensmiddel heeft tal van produ
centen. Zijn nu de concurrentie-prijzen een
maal om zoo te zeggen vastgesteld, dan
kunnen cadeaux, die op den koop toegegeven
worden, niet anders worden betaald dan door
het product van minder waarde te doen zijn.
Het product wordt dus minder goed, het kan
op deze wijze goedkooper geproduceerd of
verwerkt worden en... de kooper ontvangt
niet wat hij vraagt doch betaalt wèl voor
wat hij vraagt. Uit het verschil tusschen de
waarde van het artikel en den betaalden
koopprijs biedt de fabrikant hem, den be
drogene, met een
aan en
Nu worden we «nij-ljochters”. Ja, we
waren ’t ook al, maar dat bemerkte men
eigenlijk alleen des Zondags, en was het gaan
naar de «greate tsjerke” bijna reeds vol
doende om «nij-ljochters” te heeten.
Maar nu krijgen we ook uiterlijk meer
licht. De belangstellende lezer zij verzekerd
dat hier absoluut niet aan een hatelijkheid
wordt gedacht.
Wij zullen eerlang i profiteeren van
nieuwe licht, nog eenige weken en de
electrische centrale gaat in werking en Wit-
marsum, Pingjum en Arum zullen zich
's avonds baden in stroomen van licht.
Het groote werk nadert zijne voltooiing.
Ik zeg het groote werk, maar dat is het
inderdaad ook. Daar is wat gebeurd om
zoover te komen als we nu reeds zijn.
Maandenlang is men reeds bezig.
Eerst kwamen de monteurs om
huizen geleidingen aan te leggen,
is me ’n dingetje.
’t Zijn over ’t geheel aardige, kwieke
luidjes, werkende onder de leuze: «haastige
spoed is zelden goed”. Voor ons, dorpelingen,
was het in dezen zomer een heele variatie in
’t vrij eentonige leven, om deze monteurs ’n
dag of wat in je huis te hebben.
De koffie- en theeuurtjes waren bepaald
gezellig. Vertellen dat die menschen kunnen,
’t is verbazend. Velen hunner zijn zoowat
overal geweest. Bij mij thuis was een der
twee ’n gewezen zeeman, die schier de halve
wereld had bekeken en over Buenos Ayres,
Singapore, Batavia of Melbourne sprak alsof
die steden Amsterdam of den Haag waren,
alles natuurlijk zeer interessant, vooral voor
onzen «ütfenhüser”, ’n H. B. Esser.
Weer ’n ander lijmde een volslagen kino-
matograafvoorstelling in elkaar, en verbazend
goed zelfs.
U begrijpt dat je met twee zulke heeren
in huis, geadsisteerd door een even haastigen
gatenborenden of gleuvenschavenden timmer
man, heel wat «differdatie” hebt.
Als ik echter ’n wensch mocht uiten, dan
had ik de heeren liever gehad voor de
schoonmaak. Een goed verstaander heeft
maar 'n half woord noodig, niet
Middelerwijl begon men met het bouwen
der centrale, ongeveer halfweg Witmarsum-
Pingjum.
Weer anderen, stoere, sterke mannen, zijn
bezig enorm hooge palen op te richten,
zij worden op den voet gevolgd door draden
leggers, die honderden meters koperdraad
verwerken op een dag.
Dan komen er weer, die deze draden in
verbinding brengen met de verschillende
perceelen. Dat is ’n tijdroovenden arbeid.
En nu gelijkt het wel of, om bijv. Pingjum
maar eens te noemen, er een groot net over
het dorp is uitgespannen, 't Zal erg be
vorderlijk zijn voor de accoustiek, denk ik.
De meest interessante arbeid is wel het
leggen van den kabel, die de drie dorpen
in contact brengt met de centrale. Deze
kabel, gespannen om een grooten cylinder,
wordt ongeveer 75 c.M. diep in den grond
gelegd.
Hij zal zoo wat 3 a 3^2 c.M. dik zijn.
De eigenlijke binneudraad wordt tegen vocht
en andere nadeelige omstandigheden be
schermd door mantels van verschillende
metalen. Alleen ’t leggen van deze ver
binding vereischt een vijf-en-twintig-tal werk
lieden.
En nu wachten we op de machines, die,
naar men zegt, reeds te Amsterdam beproefd
worden en spoedig zullen arriveeren.
Ja, en dan nog de lampen. Dat is ’n
heel feest geweest met die lampen. Er waren
neringdoenden in onze dorpen, die dachten
aan den verkoop daarvan ’n aardig duitje
te kunnen verdienen. Vrijwel mis gedacht.
Het bestuur onzer vereeniging zond alle
aangeslotenen bericht, dat men beter deed
coöperatief aan te schaffen en dan Engelsch
fabrikaat. Ook goed. En zoo hebben we
dan eene tentoonstelling gehad van mooie
en eenvoudige, dure en goedkoope lampen,
zoodat ieder kon koopen naar den toestand
van zijne portemonnaie. ’t Ging flink, die
verkooping. Nu komen eerlang weer de
monteurs om de lampen op te hangen. Dat
kost alweer geld. Ja, om de goedkoopte
neemt men het nieuwe licht niet.
En als nu eerlang alles in orde is, dan
draaien we ’t knopje 'n keer naar rechts,
en Witmarsum, Pingjum en Arum worden
Villages Jumières, om op zijn Parijsch te
praten.
Dan zal er wel ’n gloeiend lichtfeest worden
gevierd, waarbij het programma zal bestaan
voornamelijk uit knap spreken, en knap
drinken, en ’n fleurig dansje. Als nu de qui-
tanties voor de kostenbedragen van aanleg
der geleidingen, lampen en ballonnetjes maar
niet voor dat feest komen. Anders zal
menigeen voor dien tijd al 'n manlyk
poesje hebben.
Maar we wachten nu vol ongeduld op
ons nieuwe licht, wij, met Makkum en Kims
werd de «nij-ljochters” van Wonseradeel.
Ws.
het
en
Bolswardsclie Courant
I
I
•l
li
Ms.