Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
r
L
r
I
Verschijnt Donderdags en Zondags. 51ste Jaargang.
1912.
No. 2.
Lezing van Prof. P. van der Wielen.
4
Donderdag 4 Januari.
BINNENLAND.
1
VOOR
Afzonderlijke
I
I'
De Vekslaggever.
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 8 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
en dan met een ge
en genezing beloven.
een zijner
ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad ie telefonisch aangesloten onder No. 4.
De Voorzitter, de heer H. EISMA, die
bij de opening reeds had gewezen op het
gevaarlijke van huismiddeltjes en kwak-
zalversartikelen, bracht nu een woord van
warmen dank aan den Spreker, die als des
kundige bevoegd was een oordeel te vellen.
Het speet hem zeer, dat niet meerderen waren
opgekomen om dit belangrijke onderwerp te
hooren behandelen. Hij hoopte, dat ieder in
eigen kring de verkondigde ideeën zou helpen
verspreiden, en dat ook deplaatselijke bladen
hiertoe zouden medewerkenen deze dus niet
solidair zouden zijn met vele grootere bladen,
doch van deze vergadering een duidelijk ver
slag zouden geven.
Opsterland, 1 Jan. De trampassagier, die
medio November van Gorredijk naar Heeren-
veen is gereisd, om verder per trein naar
Den Haag te vertrekken, doch wegens te
late aankomst van de tram, den trein heeft
gemist, verzocht indertijd aan de Directie der
Ned. Tramweg-Mij. om vergoeding van de
door hem gemaakte allernoodzakelijkste on
kosten, doch ontving daarop ’n afwijzende
beschikking. Tengevolge van zijn hooger
beroep bij den Raad van Commissarissen,
heeft die passagier thans die kosten terug
bekomen.
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Moordaanslag
Te Nuland-Geffen (N. Br.) nabij het café
van v. d. Broeke werd zekere W. v. Nistel-
rooy uit Geffen badende in zijn bloed gevon
den. Naar zijn woning gebracht, constateerde
de uit Oss ontboden geneesheer een diepe
steekwond in den rug, waardoor de longen
geraakt waren. Men vreest voor zijn leven.
Omtrent dader en oorzaak tast men in het
duister,
aan de geneesmiddelen gegeven, door een
oflicieele erkenning. In vorige eeuwen was
allés probatum als ’t maar van Boerhave
heette te komen, die naam deed in Neder
land wonderen bij velen. Oude kwakzalvers
de lichtbeelden zullen dat nader aan-
toonen hadden veelal gezegelde documen
ten, wat hun in de oogen des volks voor
geleerden en bevoegden deed doorgaan, terwijl
toch die papieren vaak niet anders waren
dan ’t bewijs dat ze de stedelijke belasting
of ’t marktgeld hadden voldaan.
Ook menschenbloed heeft vroeger als een
kostelijk en doeltreffend geneesmiddel opgeld
gedaan. Een druppel bloed van de moeder
genas het kind van stuipen, ja er zijn voor
beelden van, dat kinderen gedood werden,
om met hun bloed anderen te genezen.
Vooral in Frankrijk heerschte het geloof
aan de geneeskracht van menschenbloed
vroeger zeer sterk. In Rusland is het nog
niet verdwenen, en daar wordt beweerd, dat
de joden door ’t bloed van een onschuldig
kind, zich voor besmettelijke.ziekten weten
te vrijwaren.
Het middel om die bijgeloovigheid te
verdrijven is: ontwikkeling van het volk.
Kennis van het menschelijke organisme, van
den aard der ziekten en kwalen en van de
middelen om die te voorkomen én te be
strijden, dat is de weg.
Een vriendenraad aan een zieke, hoe goed
soms bedoeld, kan tot zijn nadeel strekken.
Een middel waarbij de een baat vond, kan
den ander hoogst nadeelig worden. De be
voegde geneesheer onderzoekt het gestel van
eiken patiënt, rekent met elke omstandigheid.
Erger is ’t nog als de vriendenraad ge
paard gaat met de zucht om er winst uit
te halen. Dan betreedt men het terrein der
kwakzalvers. Hiervan onderscheidt Spr. twee
soorten.
De eerste soort zijn degenen, die zich
persoonlijk met de zieken bemoeien en dus
zitdagen houden, ’t Zijn grappenmakers, die
lachen om de lichtgeloovigheid van het volk
en ’t zijn in werkelijkheid schurken, zegt
Spr. omdat zij het volk bedriegen en vaak
oorzaak zijn dat de patiënten het raadplegen
van bevoegde geneeskundigen nalaten. Hoe
komt het echter, dat zij menigmaal zoo’n
toaloop krijgen ’t Is omdat in de gevallen
dat bun patiënt herstelt, hieraan groote
ruchtbaarheid wordt gegeven. In den grond
is het het onverwachte van hun succes, dat
wereldkundig wordt gemaakt. Van een be
voegd geneeskundige wordt hulp verwacht,
en dat trekt dan ook geen bijzondere aan
dacht, maar het opzienbarende van een ge
nezing door een kwakzalver wordt wereld
kundig gemaakt, de gevallen die mislukken
worden uit schaamte verzwegen.
Spreker geeft enkele voorbeeldén hoe zulke
//boertjes" hun zieken onderzoeken, hoe ze
-bijv, met een gewoon vergrootglas in het
sputum van een teringlijder reeds de bacillen
heeten te ontdekken,
wichtig gebaar hulp
Hoe de //piskijkers" uit de urine geheel den
aard der ziekte kunnen beoordeelen en dan
hun patiënten medicamenten voorschrijven.
Spr. haalde zelfs een geval aan hoe Bijster-
veld uit een fleschje duinwater, waaraan wat
kleur en geur was gegeven, constateerde dat
de patient in quasi de Amsterdamsche
waterleiding leed aan een verzakking
van den buik.
Het Staphorster boertje Stegeman, Eilers,
eerst apothekersloopjongen, later schoenmaker,
en andere gewichtigdoende kwakzalvers kre
gen een beurt en werden aan scherpe critiek
onderworpen.
De tweede soort kwakzalvers de reclame-
makenden, vindt Spr. nog de erg-sten. Het
zijn de adverteerende n,die met een aplomb van
schijngeleerdheid hun middelen aan de lijdende
menschhHd aanbieden. De pinkpillen, abdij
siroop, kloosterbalsem, Forstersnierpillen zijn
tegenwoordig haast aan de orde van den dag.
Schatten worden aan de reclame besteed en
toch de fabrikanten varen er goed bij. Men
weet van vroeger nog hoe de Hollewaypillen
de geheele wereld over verspreid zijn, en
thans, nu in alle lagen der maatschappij is
doorgedrongen dat die pillen niet kunnen,
wat er van voorgespiegeld werd, raken ze in
’t vergeetboek. Zoo zal het ook gaan met
de middelen van thans, die voor allerhande
kwalen goed heeten te zijn. Eerst moet ieder
er van overtuigd zijn, dat men bedrogen wordt,
Gelijk wij reeds meedeelden, trad Vrijdag
avond in //de Doele” prof. v. n. WIELEN
van Amsterdam voor het departement van
z/’t Nut” op om een volkslezing te houden,
over Volksgeneeskunst en Kwakzalverij. Deze
begon met de mededeeling dat ongeveer 100
jaren geleden een prijsvraag werd uitgeschreven
voor de beste verhandeling over kwakzalverij
en in 1810 werd een werkje daarover be
kroond, waarin de volksgeneeskunst gelijk
wordt gesteld met de kwakzalverij. Dat
boekje is niet meer van onzen tijd, en Spr.
ziet in de kwakzalverij een ernstiger kwaad
dan in de volksgeneesmiddelen, raadgevingen
en huismiddeltjes. Onder kwakzalverij ver
staat men het onbevoegd uitoefenen der
geneeskunde, maar dan uit zucht naar
winst volksgeneeskunde daarentegen is
meer een uitvloeisel van deugd, in zooverre
het geschiedt om zijn even-mensch van
De
wanneer
Bekend-
hofnar op de vraag
Naschrift: Bovenstaand verslag mag op
volledigheid evenwel geen aanspraak maken,
misschien ook niet op juistheid. Daar de
Spreker op zachten toon en dikwijls nog al
vlug sprak, was hij voor ons moeielijk te
volgen en dikwijls niet goed te verstaan.
Wat we opvingen hebben we zoo ongeveer
weer gegeven, een enkele maal met korte
uitdrukkingen van eigen vinding aangevuld
om daardoor een behoorlijk geheel te krijgen.
Dat de uitlatingen niet te zeer gemist en de
kleine inlasschingen ’t geheel niet te erg
ontsieren, hoopt
het geschiedt om zijn even-mensch
kwalen, ziekte of lijden te bevrijden,
zucht om iemand raad te geven,
hem iets deert, is zeer algemeen.
zal zijn, dat een hofnar op de vraag van
zijn vorst, welk vak wel het meest beoefend
werd, antwoordde: de geneeskunst. Daar dit
den vorst bevreemdde en hem zelfs vertoornde,
wijl hij dacht, dat zijn nar hem iets op de
mouw wilde spelden, vroeg deze drie dagen
tijd om zijn gezegde te bewijzen. De nar
ging den volgenden dag met een bedrukt
gezicht en een doek om de kin zitten, en
vertelde, dat hij aan hevige kiespijn leed.
En ziet, al de hovelingen gaven hem een
middel aan de hand om er af te komen.
Ook de koning zelf bleef hierin niet achter
de nar had met een comischen ernst
alles opgeteekend, en liet den koning zien
hoe groot het getal was, dat aan genees
kunst deed, en dat de vorst zelf ook reeds
daartoe gerekend moest worden.
Meer dergelijke staaltjes en voorbeelden
werden als ter loops bijgebracht om aan te
toonen dat ieder haast een goeden raad weet
te geven als zijn even-mensch pijn heeft of
ziek is.
De geneeskunst is trouwens ontstaan uit
de ervaring dat sommige kruiden of stoffen
een gunstigen invloed uitoefenen om pijnen
te stillen of kwalen te genezen. Reeds in de
oudste tijden, zoolang de historie reikt, vindt
men sporen van geneeskunst. En dit is
natuurlijk, men wil toch gaarne van ziekte,
ongesteldheid en pijn bevrijd worden, en
een middel, dat daartoe hielp, werd onthou
den en later weer toegepast. In de oudste
tijden waren de priesters meest de genees-
heeren, zij hadden grooten invloed, werden
geloofd en met een sluier van geheimzinnig
heid bedekt, schreef men aan hun raad en
middelen groote kracht toe. Dat geloof
of eigenlijk die lichtgeloovigheid, is nog niet
uitgestorven. Niet slechts bij wilde volkeren
wordt geloof gehecht aan geestbezweringen
en geheime middelen, ook in de Geschaafde
maatschappij is het vertrouwen in mystieke
handelingen nog niet geheel uitgestorven.
Het binden van een ^knoffelband” door
duivelbanners, of bij gebrek hieraan, door
een moeder van tweelingen, of door iemand
die op Zondag is geboren, ’t zijn nog sporen
van de overoude gewoonten.
Justus van Maurik geeft in
schetsjes een geval waar iemand meer dan
20, meest geheel ongerijmde, middelen worden
aan de hand gedaan om van zijn kwaal
verlost te worden. Dit schetsje mag phan-
tasie zijn, het is vaak niet ver van de
werkelijkheid.
De meening dat een geneesmiddel leelijk
moet smaken om goed te helpen is ook nog
uit de oude volksgewoonten overgebleven.
^Bitter in den mond, maakt het hart ge
zond” is nog in vele streken geldend. Er
wordt nog heel wat bittere kinine geslikt,
veel meer dan goed en noodig is, ook lever
traan wordt vaak misbruikt. De beerenburger
kruiden hebben hun roem voor een groot
deel te danken aan hun bitterheid.
Ook is het geneeskrachtige vermogen van
een stof vaak gegrond op overeenstemming
in vorm of kleur met het zieke lichaamsdeel
en veel bijgeloovigheid heerschte, ja heerscht
nog op dit gebied, wat Spreker met eenige
voorbeelden verduidelijkt, om later bij de
lichtbeelden daarop nog eens terug te komen.
Ook een cachet van deugdelijkheid werd
en dan... wordt misschien weer een ander
middel bedacht om het publiek de centen
uit den zak te kloppen. Al de aangeprezen
geheimmiddelen zijn onderzocht, er is geen
enkele stof in, die de geneesheer niet kent
maar deze schrijft ze vaak met behoed
zaamheid voor en lang niet voor alle ge
stellen worden ze goed geacht. Veel is er ook
bij dat geheel niet geneeskrachtig is. Spreker
acht die algemeene geneesmiddelen zeer ge
vaarlijk, en beschouwt de exploitanten als
bedriegers van ’t ergste soort. Al hebben ze
vaak een moord op hun geweten, zij gaan
meestal vrij uit, want het ernstige van hun
misdrijf kan vaak niet bewezen worden.
De pers heet de koningin der aarde, en
haar macht is ook zeer groot, doch ten op
zichte van de lijdende menscheid staat zij
niet in een schoone verhouding. Vele kranten
hebben den moed niet om te breken met de
gewoonte om die soort advertenties op te
nemen. Ook diende deze koningin veel meer
haar invloed te bezigen om ’t publiek de
oogen te openen voor het gevaar dat er is
gelegen in die algemeene geneesmiddelen.
Het is Spr. vaak voorgekomen, dat er van
de waarschuwingen die de bevoegde genees
kundigen gaven, verdraaide verslagen werden
gegeven. In Victoria (Australië) werd in een
officieel rapport verslag gedaan over den om
vang en den aard der kwakzalverij, en terstond
bij het verschijnen werd door de groote pers
aldaar zulk een misbaar gemaakt over het
schandelijke van het boek, dat het werk niet
meer verkrijgbaar werd gesteld, dus ’t werd
door de regeering ingetrokken. Daarin stonden,
naar beweerd werd, zulke onthullingen en
mededeelingen, dat het onfatsoenlijk en on
zedelijk was, dat boek verkrijgbaar te stellen
voor leeken. De zaak werd onderzocht en
wat bleek? In de ad vertentiën van de kwak
zalvers stonden ook alle dergelijke zaken aan
geduid, maar daar scheen de pers zich
niet over te ergeren. Het regeeringsrapport
is dan ook ter waarschuwing weer verkrijg
baar gesteld en Spreker heeft een exemplaar
er van bij zich.
Nadat er op was gewezen hoe de Pink-
pillen-fabrikatie eigenlijk is ontstaan, hoe in
Amerika op nog grooter schaal dan hier
reclame wordt gemaakt voor kwakzalvers
middelen, hoe door de menschen bang te
maken dat zij ziek zijn, n.l. door ziekte
verschijnselen op te sommen en daaraan
waarschuwingen te verbinden om toch vooral
die eerste kenteekenen der ziekte niet te
verwaarloozen, maar de heilzame? middelen
er tegen aan te wenden, geeft hij enkele
cijfers, waaruit men kon zien, welk een om
vang de zwakzalverij heeft genomen en welke
groote sommen er door menig kwakzalver
worden verdiend.
Spreker besluit met een beroep te doen
op alle ernstige menschen om er zich mee
bezig te houden, dat dit schandelijk bedrijf
wordt bestreden) en te bewerken dat de
wetgeving hierbij ingrijpe. Tevens zal door
’t verspreiden van goede kennis over genees
kunst, over voorbehoedmiddelen tegen ziekten
en het bevorderen van de volksgezondheid
veel kunnen worden gedaan ter bestrijding
der kwakzalverij. Er bestaat in ons land een
vereeniging welke die taak op zich heeft
genomen, daarbij wordt ook een blad uit
gegeven waarvan exemplaren in de zaal ver
spreid werden. Ook het //Groene Kruis” doet
in dit opzicht veel goeds, wat Spr. dank
baar erkent, en hij besluit zijne rede met
de waarschuwing
Wacht U voor kwakzalvers
Een warm applaus volgde op deze belang
rijke lezing.
Na de pauze werd een groot aantal licht
beelden vertoond wat de professor van eenige
inlichtingen, mededeelingen en opmerkingen
deed vergezeld gaan. Met het oog op den
omvang van ’t bovenstaande verslag mogen
wij over dit interessante 2e gedeelte slechts
zeer kort zijn.
Eerst werd een collega geneesheer uit
Zuid-Afrika vertoond, die bij de Kaffers veel
invloed heeft door tooverformules bij zijn
behandeling te pas te brengen. Ook een
dokteres uit dat land kregen wij te zien en
daarna de behandeling van een patiënt die
aan buikpijn leed. Onder geschreeuw en ge
zang waren verscheidene personen bezig op
den zieke, die over den grond lag uitgestrekt,
te trappen en te dansen,
Ook uit Rusland en Armenië werden
zieken en hun behandeling getoond.
De mandragora-wortel voor jonge vrouwen,
amuletten, tooverformules, phantastische voor
stellingen van geneesmiddelen passeerden de
revue. Ook vele marktschreeuwers uit
vroegere eeuwen, werden op een. //kiekje”
vertoond en Spr. wees er op hoe ze haast
altoos een plakaat met vele groote zegels
bij hun disch hadden hangen. Dat was het
bewijs van officieele erkenning, naar T
heette, hoewel het soms niet anders was,
dan ’t verlof dat zij hun marktgeld hadden
voldaan. In het archief van Bolsward had
Spr. heden in ’t oude Apothekersgildeboek
gezien, dat men „eene Caroli gulden moest
storten om op de paerdemarckt medicamenten
te mogen verkoopen"Verscheidene oude
schilderijen en prenten, op geneeskunst en
kwakzwalverij betrekking hebbende, werden
vertoond, o. a. van Jan Steen. Op een daar
van was een esculaap bezig een boer steenen
uit het hoofd en den nek te snijden, waar
van een jongen een korfje vol gereed houdt,
die dan uit de wonden heeten te komen.
De portretten van Hollander, Sequah, Stege
man, de Haas, en andere specialiteiten
trokken onzen blik voorbij.
Ten slotte werd een patiënte uit het
Israëlitische ziekenhuis te Amsterdam ver
toond, die met zambuckzalf behandeld
was. Uit een klein wondje was nu een
ernstige ontsteking ontstaan op beide armen,
zoodat zij een afschrikwekkend voorbeeld
was, om afkeer in te boezemen voor die
geheimmiddelen. Professor eindigde dan ook
zijne toelichting met de opmerking, dat dit
portret wel diende te staan naast de vele,
prentjes die men tegenwoordig in vele
kranten en boekjes aantreft ter aanbeveling
van kwakzalversmiddelen.
Bolswardsche Courant
f