lieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
I
II
I
II
1912.
51ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 36.
Donderdag 2 Mei.
DE SCHEEPSRAMP.*)
BINNENLAND.
VOOR
A fzonderlijke
A. Sn. Ct.
Fr.
17 jaar te
Wegens plaatsgebrek eerst heden ge
plaatst. Eed.
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
kil
II
Geen grap.
Uit Cilaarshoek schrijft men aan de Dordr.
Courant
Een paar jongens haalden hier Zondag
voormiddag een brutale grap uit. Terwijl
de predikant in de kerk op den kansel stond,
waren de deugnieten buiten aan het spelen
met spiegeltjes, waarmee zij hem het licht
in de oogen lieten schijnen. Hoe de dominee
het hoofd ook wendde, steeds wisten de
jongens hem de oogen te verblinden en daar
er geen veldwachter in de buurt was, bleef
hem niets anders over dan te kwart voor
elf zijn preek maar te staken.
Waar hulp?
Een R. K. dienstmeisje van
Arnhem, is dezer dagen moeder geworden.
De vader van het pasgeboren wicht is ver
moedelijk een buitenlander. De menschen
waarbij zij in betrekking is, kunnen moeder
en kind niet houden. Een thuis heeft zij
niet, want moeder is dood en vader is zwer
vende, mogelijk ook dood of gevangen. Twee
broertjes (of zusjes) zijn door den Voogdij
raad elders uitbesteed. Het Burg. Armbe
stuur wil zijne tusschenkomst niet verleenen,
omdat z.i. de Voogdijraad moet optreden.
De Voogdijraad geeft geen hulp, omdat de
jonge moeder haar eigen brood kan ver
dienen. Het Prot. Armbestuur helpt niet,
omdat het een katholieke geldt. Het R. K.
Armbestuur helpt niet, omdat het meisje
gevallen is. Op Zetten is geen toegang voor
de gevallene, omdat zij R. K. is. De sta
tuten van de Goede Herder laten wel op
neming van de moeder, maar niet van het
kind toe. W. A. Ct.
S. v. d. Woude te Brantgum en K.
Sijtsma te Waaxens hebben per fiets op één
dag de 11 Friesche steden bezocht. De
tocht duurde van ’s morgens 4.35 tot des
avonds 9.50. Ze hadden nog al vertraging
door reparatie aan banden.
Te Leeuwarden wordt dezen zomer,
vanwege de commissie voor het onderwijs in
de Friesche taal, een examen afgenomen tot
het verkrijgen van een bewijs van bekwaam
heid tot het Jesgeven in het Friesch.
Gedeputeerde Staten van Friesland
hebben last gegeven tot sluiting van alle
zeesluizen.
het zich innig aangetrokken tot al die ongeluk-
kigen, tot die groote helden.-
Ook ons burgers van weliswaar een klein
land, doch groot in zijne geschiedenis, Hol
land, de bakermat van eerste mannen der
navigatie, de geboortegrond van koene zee
vaarders, ons treft dit vreeselijk onheil
zeer, 't Grijpt ons aan, een hartstochtelijk
gevoel komt over ons om die ongelukkige
schipbreukelingen te helpen, te redden.
Helaas, wanneer de berichten ons bereiken,
is het onheil reeds eenigen tijd geleden ge
schied.
Groot zijn de vernuften onzer eeuw,
machtig is de wetenschap. Moge zij steeds
meer nieuwe bronnen vinden tot heil der
menschheid, ook op scheepvaartgebied. Moge
het haar gegeven zijn, wat dit betreft, het
onmogelijke nog eens mogelijk te doen zijn
en het onzinkbare schip inderdaad on-
zinkbaar maken. R.
ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
onderscheid, vraagt zich niet af voor
zijn onzalig werk begint, of men al dan
niet rijk gezegend is met aardsche schatten,
noch of men zich gelukkig noemen mag.
’t Staat boven alles, boven allen, wint het
zelfs van den multi-millionnair in het bot
vieren van zijn grillen.
Met geen pen is men bij machte te be
schrijven, wat er door al die ongelukkige
slachtoffers is doorgemaakt, toen het schip
in de diepte zonk.
Evenwel met doodsverachting, den wissen
dood strak in het gelaat ziende zijn daar
die velen, passagiers en bemanning, omge
komen. Vrouwen, die liever stierven aan
de zijde van hun echtgenoot dan voor
zich alleen het leven te redden, liever dan
opgenomen te worden in de reddingsboot.
En wanneer we dan die indroeve passage
in dit geweldige drama aan ons geestesoog
de revue laten passeeren, dan denken we
ook aan dien kranigen marconigrafist, dien
heldaan hem, toen het binnendringende
water steeds hooger en hooger in zijn ap
partement steeg, reeds opkwam tot zijn toe
stellen, hoe hij onvermoeid bleef doorseinen,
immer zoekende naar contact met andere
schepen, steeds dringender en dringender de
noodkreet door de lucht deed flitsen „help,
help, kom dadelijk Een eeresaluut aan dien
jongen man, dien waren held 1 Helaas hij
moest het met den dood bekoopenhij
kwam om, niet als een lafhartige, doch als
een slachtoffer van wat hij zich alsgrooten,
heiligen plicht had gesteld.
Een machtige indruk maakt zich ook van
ons meester, wanneer we lezen hoe, ofschoon
de dood in al zijn verschrikkingen hem
aangrijnsde, de scheepskapel niet week.
Partituren der muziek, welke gediend hadden
tot feestelijke opluistering van diner, van
gezellig bal, liggen nog op hunne lessenaars.
Daar wordt hun plots bevolen te eindi
gen die pittige marschen, dat zachtwiegelend
rythme der wals en nu klinkt ’t machtig,
hartstochtelijk uit die vele koperen monden,
vliedt het liefelijk en intens van de snaren
der violen een kerkgezang. Nu geen
wals en gracie-volle menuet, geen helderop
schallende lach, nu geen uitingen van pret
en jolijt van vroolijke dischgenooten of
lustig zwierende danseuses, licht rustend
aan den arm van haren cavalier, neen o,
wreede tegenstelling 1 geschrei, uitroepen
van wanhoop, allen in zenuwachtigen haast
zich spoedende naar de dekken en naar de
booten. Breed golven de tonen van het
Engelsche kerklied door den duisteren nacht,
rollen voort over de dekken en over de
wegvarende booten. Menschenstemmen ver-
eenigen zich in dat plechtige gezang en uit
vele kelen klinkt het vol vertrouwen in de be
schikking der Voorzienigheid ^Nearer, myGod
to thee Een zwanenzang.
Eilacie, dra verstomt dat stemmige lied,
wordt het overstemd door hulpgeroep en
noodgeschrei van al die ongelukkigen, die
daar rondspartelen in hevigen doodstrijd,
sommigen zich krampachtig vastklemmend
aan hetgeen om hen heen mede ronddrijft
op den breeden plas. De kelen worden hen
als toegeknepen, ze gorgelen nog een laatsten
kreet, dan is ’t voorbij, afgesneden weer
zoovele levensdraden, geëindigd een groote
menigte dure levens.
En ook de leden der kapel, toen het
commando klonk: z/zorg nu voor u zelve!”
zij hebben hunne instrumenten achtergelaten
om ook te trachten hun eigen leven te red
den. Helaas te laat 1 ’t Mocht niet zijn 1
’t Schip zinkt steeds dieper en dieper, don
derend komen groote golven door machtige
zuiging opgezweept over het dek rollen, ze
scheren alles weg wat hun op hun baan
komt en ook zij worden mede gesleept, alles
wat zich nog aan boord bevindt, matrozen
en de aanwezige état-major, het gaat alles
mee de diepte in.
Wanneer dan de ochtend reeds heeft ge
gloord, de zon reeds gerezen is boven de
zich in morgen-nevelende ver uitstrekkende
kim, haar vriendelijke stralen, over de
oceaan-vlakte spiegelt en haar doet glinste
ren, dan duidt slechts ronddrijvend wrak
hout aan, welke vreeselijke strijd daar is
gestreden, als bewijsstukken van de ontzet
tende ramp.
De berichten hebben den vasten wal be
reikt, de volkeren vernemen zeze schok-
mee en voelt
nu
de auto
weede berm
maakte diepe sporen, zóó diep, dat
steken. En al werd de auto op „full speed”
gezet, ’t gaf niets, ze bleef waar ze was.
Ten einde raad begaf men zich naar den
naastbijzijnden boer, met het verzoek, of deze
een paard voor de auto wilde spannen.
Gaarne voldeed men hieraan en spoedig had
nu ’t zwartje het voertuig op den weg. ’n
Typisch gezicht, een paard voor een auto!
’t Gebeurde op den weg Harich-Woudsend.
Katholieke landdag.
De Katholieke Landdag in Friesland zal
dit jaar gehouden worden te Leeuwarden
den 2en Juni.
Het tweede kamerlid Mr. A. J. M. Baron
van Wijnbergen zal spreken over den tegen-
woordigen politieken toestand des lands.
Heerenveensche waterleiding.
Heerenveen, 29 April. Bij de diepboring
voor de drinkwaterleiding alhier, kwam men
vanmorgen tot 157 M. Toen stiet men op
eene laag, waarin men met de gewone machine
niets vorderde. Men besloot toen te gaan
spuiten, om aldus de laag te kunnen door
boren. Beneden die laag hoopt men goed
water te vinden.
Wat is er, dat in de laatste dagen meer
’t onderwerp van gesprek is, waarnaar men
bij ’t ontvouwen van zijn dagblad met meer
nieuwsgierigheid in de verscheidene kolom
men zocht, dan de scheepsramp voor eenige
dagen geschied, ’t vergaan van de //Titanic”,
dat reuzen-schip, dat grootsche gewrocht der
moderne scheepsbouwkunst. In zijn groote
vaart ramde er plotseling een ijsberg tegen
den stalen romp, een hevige schok en kort
duurde het slechts of de stoomer zonk in
de diepte.
En telkens, wanneer we lezen over dat
verschrikkelijk onheil, uit de nieuwsberich
ten vernemen de verhalen en beschrijvingen
der luttele overlevenden, luttel in aantal
toch vergeleken bij de velen, die het vaar
tuig herbergde, dan ijzen we bij de gedachte,
gaat ons een rilling door de leden bij de
voorstelling van ’t gebeurde, die we op al
die verhalen opbouwen. We leggen onze
courant even neer en onwillekeurig komt
ons van de lippen hoe vreeselijk
Hoe de catastrophe zich juist heeft toe
gedragen, zie, de berichten luiden zoo ver
schillend en de lezingen daarvan zijn soms
zoover uiteenloopend, dat we nog niets de
finitiefs kunnen bepalen.
Kan het als gelukkig aangemerkt worden,
dat er nu na de ramp verscheidene overle
venden opgekomen zijn, de eene met deze
aanwijzing, de andere met die, te betreuren
is het toch ook, dat er altijd nog menschen
gevonden worden, die met welk oogmerk,
dat laten we rusten, berichten de wereld
inzenden, waar de bedoeling om sensatie
- te wekken zoo duimdik opligt, berichten,
gevloeid uit de gewillige pen van, Ameri-
kaansche vooral, nieuwtjes-jagers en die
naderhand wel zullen 'blijken kant noch
wal te raken.
En of de mededeelingen van de geredden
ook zullen blijken de toets der waarheid te
kunnen doorstaan, ook dat dient nog afge
wacht te worden.
Reeds is van hoogerhand een onderzoek
ingesteld, vorscht een enquête alles nauw
keurig na, laten we dus hopen, dat de
ware toedracht van dit vreeselijk ongeval
spoedig bekend moge zijn, dat men niet
meer twijfelt waaraan de ramp is toe te
schrijven, aan verregaande achteloosheid, na
latigheid of misdadige zorgeloosheid der be
manning, of aan factoren staande buiten den
wil van den mensch.
Het /onzinkbare schip” is dan toch ge
zonken. Vergaan reeds op de eerste reis,
bij de eerste en laatste maal, dat het kennis
maakte met de woelige baren van den Grooten
Oceaan, voor ’t eerst en ’t laatst, dat zijne
schroeven het steeds onbetrouwbare element
met razende snelheid doorwoelden.
Thans ligt het met al zijn schoons, dat
ware kasteel, dat honderden bij honderden
in zich kon opnemen, met al die comfort,
zijn vorstelijke pracht en nieuwste vindin
gen om 't den opvarenden zoo gemakkelijk en
aangenaam mogelijk te maken, hun te doen
vergeten, dat ze niet meer op den vasten
wal zijn, op den bodem der zee. Vaneenge-
reten is de zware stalen pantserhuid, geen
waterdicht schot zal ooit meer dienst be
hoeven te doen. De kraak-zindelijk, blank-
gepoetste machinedeelen, ze roesten nu weg,
ingevreten door het zoute water. Weldra
zal ’t zeewier zich vastklemmen aan die
prachtige meubels, die de verschillende
salons en hutten stoffeerden. Voor tonnen
gouds ligt daar te vergaan en te verteren.
Sic transit gloria 1 En Titanic’s glorie
duurde slechts een wijle
Honderden en honderden zijn met die
White Star-Stoomer mede naar die onpeil
bare diepte gegaan of drijven nu reeds hunne
onherkenbare lijken rond op de dansende
oceaangolven, worden geworpen op het een
of ander rotsblok, ontzielde lichamen van
armoedige landverhuizers, die naar de Nieuwe
Wereld trokken om te trachten hun bestaan
te verbeteren, vol hoop het nieuwe leven,
dat ze zich daar voorstelden, dat ze
daar verwachtten, tegemoet ziende. Doch
ook drijven daar rond de stoffelijke om
hulsels van geldkoningen, millionnairs,
blasé van wat het leven hun maar voor
geld verschaffen kan, oververzadigd door hun
grillen-spel. ’t Noodlot echter kent geen I ken de gemoederen, men leeft
bestaande in een drietal groot formaat por
tretten in lijst van de leerlingen, onderschei
denlijk van de le, 2e en 3e klasse, en een
keurige bureaulamp van de leerlingen der
4e klasse.
Bij zijn afscheidswoord werden deze stoffe
lijke huldeblijken dankbaar door den heer
Bergmans aanvaard.
Gaasterland, 29 April. Van links kwam
ze aantuffen, het nieuwerwetsche vervoer
middel de auto, van rechts een meer ouder-
wetsche ,/kast”. Beiden hadden wel eens
gehoord van de twee bokken, die elkander
ontmoetten op een smallen vonder en die
niet voor elkander wilden wijken, met het
gevolg, dat beiden in den afgrond stortten.
Wijselijk dus week nu de een voor den
ander, d. w. z. de auto voor z/de kast”.
Maar, o weede berm was los, de auto
ze bleef
Gaasterland, 29 April. Pas waren ze ge
trouwd, ’n paar jongelui uit Woudsend, en
gisteren zouden ze hun huwelijksreisje maken,
dat bestond uit een fietstochtje om het Sloter-
meer. Door zekere aantrekkingskracht kwa
men de sturen der fietsen met elkander in
contact, waardoor de bestuurders geen meester
over hunne voertuigen konden blijven.
’t Ging recht op een sloot aan... plomp!
daar lag -’t vrouwtje al in ’t water te spar
telen. Van den schrik liet manlief zich ook
vallen en kwam boven op haar terecht, wat
voor hem een geluk, voor haar minder aan
genaam was. Gelukkig stonden beiden spoe
dig weer op vasten wal. Te Sloten verwisselde
de vrouw van kleerendaarna keerden ze
naar huis terug.
Wommels, 29 April. Door den winkelier
S. R. alhier zal een auto-omnibusdienst worden
ingesteld op Sneek en Leeuwarden. De dienst
zal eerstdaags reeds worden geopend.
Hepk. Nieuwsbl. van
Sneek. Gisteren, Dinsdag, werden alhier
verhandeld circa 15000 kievitseieren tegen
13 a 14 cent per stuk.
Op 2 Mei ten vorigen jare bedroeg de
aanvoer circa 16000 stuks en de prijs 14 a
15 cent per stuk.
Ook werden gisteren nog circa 4000 bonte
eieren verhandeld, waarvoor 4 cent per stuk
werd betaald.
In tegenwoordigheid van den districts
en den arrondissements-schoolopziener, burg,
en weth. en den secretaris der gemeente,
nam Zaterdag de heer J. Bergmans, directeur
der rijksnormaallessen te Sneek, aan wien op
verzoek met ingang van 1 Mei eervol ontslag
is verleend, afscheid van de onderwijzers en
onderwijzeres, aan die lessen verbonden en
verder van bovengenoemde autoriteiten, met
wie hij veel in ambtelijke aanraking kwam.
Een der lokalen van school no. 2 was
voor deze bijeenkomst eenvoudig met groen
en bloemen versierd.
Achtereenvolgens is de heer Bergmans in
hartelijke en zeer waardeerende taal toege
sproken door de heeren C. A. Zelvelder,
districts-schoolopziener, J. Velsing, hoofd van
school 3, en P. J. de Hoop, burgemeester,
die o.m. memoreerden, met welk een krachtige
toewijding, vuur en ijver de heer B. gewerkt
had aan den bloei der inrichting, die hij met
krachtige hand bestuurde.
De toespraak van den heer Velsing ging
namens het onderwijzend personeel vergezeld
van een fraai stoffelijk blijk van hulde,
bestaande in een keurigen bureaustoel.
De heer Bergmans dankte voor de blijken
van hooge waardeering en gaf een historisch
overzicht der rijksnormaallessen en hoe deze
tot bloei zijn gekomen in de ruim 47 jaar,
die hij daaraan had gewerkt, in welk tijdvak
ruim 500 leerlingen der inrichting de onder
wijzersakte behaalden.
Maandag j.l. nam de heer Bergmans af
scheid van de leerlingen dezer inrichting.
Bij monde van P. Faber, een der oudste
leerlingen, die dezer dagen de acte voor
onderwijzer behaalde, werden hem in zeer
waardeerende woorden, namens alle leerlingen
blijvende blijken van herinnering aangeboden,
Bolswardsche Courant
4
I