GEMENGD NIEUWS. HAAR EERSTE BAL. nog erger De Punch merkwaardig In ge zag peinzend naar het en Stoomdruk Firma B. Cuperus Az., Bolsward. soms staat de velen was. van de wereld en praat heel graag De ontdekking van Amerika heeft nog geen 17000 gulden gekost. Men zou het niet willen gelooven, indien de kosten onlangs niet precies hadden kunnen worden opgemaakt. Men heeft nl. te Palos in Spanje de reke- ningen-boeken van het huis Pinzon, dat aan Colombus de vaartuigen verschafte en hem de voorloopige kosten voorschoot, terugge vonden. De geheele uitrusting der drie kar- veelen beliep 14000 pesetas. Colombus zelf ontving 1600 pesetas salaris per jaar, de beide andere gezagvoerders elk 900 pesetas; de manschappen der equipage ontvingen 50 realen per maand en hun onderhoud kostte door elkaar per hoofd en per maand, 6 pesetas. Voor de geheele reis, die duurde van Augustus 1492 tot Maart 1493, bedroeg het totaal dier bezoldigingen 22,050 pesetas. Het totaal der onkosten beliep dus ongeveer 36000 pesetas, wat in onzen tijd nog geen 17000 gulden is, werkelijk niet te veel voorde waarde van Amerika nu hij door zekeren Léon Thibault. Ondanks de ongunstige weersgesteldhid hebben de proeven een bevredigend resultaat gehad. Het nieuwe toestel zal wellicht een verdere uitbreiding geven aan het wonderbare com- municatie-middel der draadlooze telegrafie. Het is bijzonder licht, uiterst gevoelig en zeer gemakkelijk te transporteeren, men kan het in zijn zak meedragen. Vooral voor het leger en de marine kan het nuttig zijn, terwijl ook luchtschepen en vliegmachines er voordeel van kunnen hebben. Vlissingsche bookmakers. bevat het volgende bericht „De Nederlandsche Regeering is voor nemens het plan van den bouw van een sterk pantser-fort te Vlissingen door te zetten. De „bookmakers”, die onlangs uit die stad verdreven zijn, zullen nu misschien gaan inzien, hoe hopeloos hun kansen staan om zich met geweld weder toegang tot deze stad te verzekeren.” De „Onder de Streep” schrijver van het Algem. Handelsblad schrijft Een uit louter bescheidenheid nooit op den voorgrond tredend Kamerlid bevindt zich met vacantie in zijn kiesdistrict in een van onze zuidelijke provincies. Er zijn een paar van zijn invloedrijke kiezers, die de politiek met hem bespreken en hem in den loop van het gesprek hun zachten wenk niet meenen te mogen onthouden, dat zij zijn naam nooit bij de Kamerverslagen in de dagbladen lezen. Daartegen protesteert het Kamerlid natuurlijk: „Er gaat bijna geen zitting voorbij, of er staat in de verslagen te lezen „bewe ging”, „verontwaardiging”, „vroolijkheid rechts”; welnu, dat ben ik steeds!” was ’t waarlijk hoog tijd, door een ieder het hof laten maken en schitteren met haar schoonheid. Mertens was in de oogen van den pro fessor een verwaande gek, terwijl Martha altijd den mond vol had van zijn beschaafde manieren. Nog nooit was dit verschil van meening zóó sterk uitgekomen als hedenavond. Met ingehouden toorn zag hij, hoe zij aan den arm van den fat ging. Was dat nu het meisje, dat hem door haar schoonheid zoo betooverd had Plotseling schrikte hij uit zijn droomerij op. Martha had beloofd met hem den cotillon te dansen. Hij had nog wel tijd genoeg er voor, maar hij was blij een voorwendsel te hebben om weer in haar nabijheid te komen. Hij wilde van dat oogenblik gebruik maken, om haar te smeeken hem niet meer zoo te krenken. Hij trad op haar toe en herinnerde haar aan de belofte. Martha zag hem verwonderd aan en zei Den cotillon Gij vergist u, meneer, ik heb dien dans aan meneer Mertens beloofd. Het was een kleine wraak van haar, ze beleedigde hem in het bijzijn van een man, die ver beneden Herbert stond. Zijn doodsbleek geworden gelaat getuigde hoe diep zij hem beleedigd had. Grievende smart, sprak uit zijn gelaat, doch slechts één oogenblik... met trotsche houding zag hij het meisje ernstig aan. Haar lippen beefden, zij wilde een vergoelijkend woord uiten, maar het was te laat. Herbert boog en verliet haar. Ella Peters danste den cotillon met den professorditmaal had ze een zeer verstrooi den danser, maar niettegenstaande dat, voelde zij zich toch overgelukkig. Toen hij Ella naar haar plaats terugbracht, keek zij hem deelnemend aan, hij zag er zoo bleek en moe uit. Die vriendelijke blik uit de groote, blauwe oogen deed hem goed, het was een druppel balsem in zijn gewonde ziel. Met een handdruk nam hij afscheid. Zij zelf spoorde nu haar moeder aan tot vertrek ken, zij wilde niet langer blijven. Terwijl Herbert in zijn studeerkamer on rustig heen en weer liep en met geweld zijn teleurgestelde liefde bestreed, drukte Ella haar blonde kopje diep in de kussens van haar bed. Het beeld van den bleeken, ernstigen man stond haar nog voor den geest, het was alsof zij nog dien innigen handdruk voelde, en zacht fluisterend klonk het van haar lippen Hoe heerlijk was toch mijn eerste bal. Slot volgt. Wel, hoe bevalt je die kleine Peters met wien je zooeven gedanst hebt Het jongmensch, met wien Ella gedanst had, trok onverschillig de schouders op en zei Dat is eens, maar nooit weer. Ella had dit gesprek gehoord, en ging stil naast haar mama zitten. Zij had niet het minste genoegen meer. Liefst was ze dadelijk naar huis gegaan, maar ze durfde het haar mama niet vragen en, wie weet, misschien kwam men haar nog wel eens vragen. Haar stille hoop werd echter niet ver wezenlijkt de dansers kwamen niet op dagen. Ella’s mama werd nu ook eenigszins onrustig gestemd. Weer begon de muziek. Als ze nu weer moest blijven zitten, dat zou toch verschrik kelijk zijn Met alle kracht bedwong zij haar tranen. Plotseling staat er een jongmensch vóór haar. Het was de zoon van de dame, met wie haar moeder gesproken had. Ella krijgt een hoogroode kleur, haar vraagt om met hem te walsen. Bevend legt ze haar kleine hand op zijn arm, een traan valt op de mouw van zijn rok. Ella ziet het en schrikt... wat zal hij me uitlachen, denkt ze. Professor Herbert lacht echter niet, hij ziet Ella vriendelijk aan en geeft haar tijd zich eenigszins te herstellen. Herbert heeft echter niet uit eigen beweging haar gekozen, doch zijn moeder, die medelijden met het verlaten meisje ge» voelde, had hem op haar afgezondenen hoewel hij geen liefhebber van dansen is, wil hij toch graag zijn moeder een genoegen doen. Ella praat met hem over allerlei dingen. Herbert spreekt zoo geheel anders dan de overige heeren. Zij is nu niet meer verlegen en vertelt hem van haar bloemen en vogels en allerlei andere dingen, en tot haar niet geringe vreugde bemerkt zij, dat Herbert zich niet in haar gezelschap schijnt te ver velen. De dans is uit, met van vreugde stralende oogen keert ze naar haar moeder terug. De professor heeft haar geluk aangebracht, zij wordt steeds gevraagd en fladdert nu als een vogeltje door de zaal. Professor Herbert was inmiddels naar een bijzonder mooi meisje gegaan, die zijn groet met een spotachtig lachje beantwoordde, terwijl ze vervolgde: Gij schijnt u bijzonder geamuseerd te hebben met die kleine danseres. Ik wist niet, _r o_ r dat u in uw èischen zoo bescheiden waart. vrijheid behoudenbovenal wilde zij zich Een „nuchtere” opmerking noemt het Fr. Dagblad het volgende, waar mede wij ook accoord gaan. Het is misschien erg „nuchter”. Maar wij hebben maar niet kunnen be grijpen, waarom de tachtig aanstaande voor zitters van de tachtig toekomstige Raden van Arbeid, moeten genieten een salaris van 4000 gulden. Zegge elk vier duizend gulden. Een hoogleeraren-traktement. En een ministers-pensioen. Nu weten we wel, wat er gezegd wordt. Daar wordt gewezen op tal van dergelijke posten, die ongeveer op dezelfde wijze worden gehonoreerd. Doch dan was ’t waarlijk hoog tijd, om nu eens iets minder te bieden. Voor f 3500, f 3000 is ’t nog te doen, dunkt berde brengen, kregen minachtende sneers. Nu voelt in de laatste dagen de a.-r. pers zich toch wat onrustig in verband met het voorgevallene met de Bakkerswet. Van welke zijde tegen die wet ook be zwaren kwamen, de antirevolutionairen zwegen, zij hielpen, op een paar uitzonderingen na, alle amendementen verwerpen, maar bij de eindstemming waren er maar 15 anti revolutionairen voor. En nu achterna, zegt het blad van mr. Lohman, nu men een beetje verlegen werd met de houding van den leider, die bij de stemming weg bleef, nu schrijft de Standaard artikelen, rede voeringen zooals de Chr.-Hist. er hebben gehouden toen het nog tijd „Thans, nu de zaak is beslist, komt men met argumenten aan, niet in de Kamer, maar in de pers. Is dat niet teekenend In de Volksvertegenwoordiging zwijgen en stemmen. Alleen bij groote gelegenheden eens eene groote, principieele oratie, door een leider. Maar een gewoon lid moet over tuigd zijn als hij binnenkomt; en behoeft niemand te overtuigen, want alles is van te voren gereed gemaakt. Die niet meegaat, is een „brekespel”. Buiten de Volksvertegenwoordiging heeft men het hoofdblad, dat de lijnen trekt. Hebben de volgelingen ’t niet goed begrepen, dan moeten zij nader worden ingelicht. Het volk is wel goed, heeft ook intuïtie, maar het moet hen toch even worden „aangezegd”. Ook dat gebeurt alweer in eigen kring. Geen flink open debat. Met dissentieerende geestverwanten in discussie te treden. De Standaard heeft het ons bij haar laatste jubileum nog eens recht duidelijk uiteen gezet is zeer ontactisch. Men heeft in de pers alleen met aangesloten geestverwanten te doen, die moeten worden gevormd naar het inzicht des leiders. Men ziet wat op die wijze terecht komt van een open en vrije discussie ten aanhoore des volks en van een billijke beoordeeling van dissentieerende medestanders, alsmede waartoe de Volksvertegenwoordiging zelve verlaagd wordt. Voortdurend blijven wij op deze manier van handelen de aandacht vestigen”. Fer dronken. Gisteravond tegen 9 uur had te Beverwijk een jongetje van 12 jaar, al spelende op een vlot in de zwaaihaven, het ongeluk in het water te vallen. Eerst een uur later, toen de levensgeesten reeds geweken waren, werd hij opgehaald. Van W.-Terschelling wordt gemeld Het is voor de „Lyons” telkens een gun stige gelegenheid geweest met den heer- schenden Oostenwind de werkzaamheden op het „Lutine”-wrak voort te zetten. Men was naar het oordeel van deskundigen zelfs zoo ver gevorderd, dat men de plaats der schatten nabij was. Jammer, dat de boot naar de haven moest om eenige veranderingen aan te brengen en nog grooter jammer, dat de wind meer Noordelijk liep, want bij aan komst bleek dat de gemaakte vorderingen door het levende, zand zoo goed als tot niets waren gereduceerd en de boot genoodzaakt was naar hier terug te keeren. Onze plaats wordt tegenwoordig door tal van jachten bezocht van verschillend model, groot en klein. Verscheidene opvarenden komen hier met het doel op de robbenjacht te gaan, maar ook verscheidene komen teleur- -gesteld terug. De robbenjacht toch eischt ten eerste juiste kennis van het terrein, waar de dieren zich ophouden en ten tweeden bekend heid met de eigenaardigheden der dieren zelf. De robben toch staan bekend als zeer slim en verstandig en hebben uitstekende organen, die de aanwezigheid van hunne belagers verraden. Het zijn dan ook meest jonge exemplaren, die gevangen worden. Woest geworden door de warmte. Op het grensstation Montreux-Vieux, tus- schen Belfort en Mülhausen gelegen, is het Maandag tot woeste tooneelen gekomen. Er waren ongeveer 1500 reizigers, die van een feest uit Belfort terugkwamen ondergebracht in een hal, om daar te wachten tot hun trein kwam en aldus het overige reizigers verkeer niet te hinderen. Het werd den menschen echter te heet en de warmte bracht ze er toe deuren en vensters in te slaan. De spoorpolitie trad tusschenbeide, doch dat was niet voldoende, de gendarmerie moest er nog bij komen en toen kon eindelijk de orde hersteld worden. 15 Raddraaiers werden in hechtenis genomen,. De warmte. Het is in het buitenland toch dan hier. Te Londen hebben de meeste menschen het werk er bij neergelegdvier menschen in de stad en verscheidene boeren zijn bezweken. Een stoomschip bracht te Napels 12 pas sagiers aan die krankzinnig waren geworden van de hitte; in de Rijnprovincie is het 100 gr. F. geweest, velen moesten in de zieken huizen worden opgenomen. Zonnevlekken. Amerikaansche sterrekundigen hebben op de zon een vlek van 10,000 mijlen middellijn ontdekt. De oppervlakte dezer vlek wordt geschat op tienmaal die van Noord-Amerika. Professor Adams van het Carnegie College voor sterrekunde verklaarde: Die vlekken zijn koeler dan andere deelen der zon. Waarom de zon warmer of kouder is, werd op verre na niet opgelostdoch de studie der vlekken zal tot die oplossing zeker bijdragen. N. Ct. Een zak-toestel bij de draadlooze telegrafie. Te Larré bij Alemjon zijn proeven genomen met een nieuwen golfontvanger, uitgevonden Ella’s eerste balHoe verheugde zij zich in het vooruitzicht daarvan, en nu Angstig drukt ze zich tegen haar moeder, zonder het te merken, dat ze daardoor haar baljaponnetje erg kreukelt. Groote tranen komen in haar kinder- oogen, een zenuwachtige trek zweeft om haar mondje, nog een oogenblik en ze zal in luid geween uitbarsten... hoe kinderachtig en toch het is haar schuld niet. Gelukkig zit mama in druk gesprek met haar buurvrouw, die vertelt dat haar zoon, de slanke, blonde, jonge man, die daarginds staat, te Berlijn tot professor benoemd is, en merkt dus niets van de tranen barer dochter. Nog acht dagen, zegt de dame zuchtend, en dan gaat hij heen, ach, wat zal ik het dan vreeselijk eenzaam hebben En gaat u niet bij hem inwonen vraagt Ella’s moeder. Ach neen, mevrouw, hij is zoo goed als verloofd en zal waarschijnlijk wel spoedig gaan trouwen. Ella was nog steeds deelgenoot van het gesprek en deed moeite haar tranen te be dwingen, wat moest zij anders doen dan luisteren, niemand bekommerde zich immers om haar. Haar vriendinnen werden allen gevraagd, maar zij was een muurbloempje. Het is waar, Ella is geen aantrekkelijke verschijning. Zij is klein, ofschoon ze een aardig figuur heefthaar gezichtje is wel innemend, maar niet mooi. Zij heeft echter mooie, groote, blauwe oogen en een fijn besneden mondje, doch deze voordeelen komen minder uitwant spreken de heeren haar aan, dan kijkt ze schuchter naar den grond en antwoordt bijna niet. Ella was zeventien jaar en nog zeer naïef en kinderlijk. Zij verstond de kunst niet, zooals vele meisjes van haar leeftijd, om de heeren te boeien, zij wist niet eens hoe zij een gesprek moest voortzettenvandaar dat zij bleef zitten en niemand acht op haar sloeg. Een dans heeft zij evenwel gehad en wel den eersten van het bal. Haar cavalier was een mager jongmensch met een monocle voor zijn oog. Nauwelijks was zij eens de zaal rond geweest of zij had het ongeluk op haar japon te trappen, zoodat de kant er bij hing. Zij ging de kleedkamer in en liet het zoo goed als het ging herstellen. Toen zij de zaal weer binnenkwam, stond haar danser, met den rug naar haar toe, in gesprek met een anderen heer. ja voor ons zoo. Echter zegt men, dan krijgen we geen keus van sollicitanten. Men moet menschen hebben van zekere opvoeding, stand, beschaving, kennis en ont wikkeling. Zeker, zeker dat is waar. Doch de Regeering vergist zich, als ze meent, dezen niet beneden de vierduizend gulden te kunnen krijgen. Eerlijk gezegd het stuit ons, 't Is aan alle kanten verkeerd De burgerij moet er voor bloeden. Terecht klaagden dezer dagen Amsterdam- mers-van-den-buitenkant er over bij den Com missaris der Koningin, dat de salarissen in gemeentedienst maar al worden opgevoerd. ’t Geeft zoo’n onevenredigheid. In particuliere betrekkingen wordt meer kennis en arbeid vereischt en bezoldiging vaak zooveel lager. Terwijl ’t onderscheid te groot is, Met de „lagere”-betrekkingen, Waar soms gebrek wordt geleden. En als men nu met die buitengewone traktementen ook buitengewone menschen kreeg I Doch dat is zoo niet. Negen-en-negentig procent is gewoon. En uit die gewonen worden straks ook wel weer de gelukkigen van de 4000 gulden gekozen. Nog eens ’t is óns te bar. Onder broeders. De Nederlander heeft een hoofdartikel over „Politieke ontwikkeling en partijleiding”. Het (C.-h.) blad wijst erop, dat de anti revolutionaire pers er steeds op uit is de antirevolutionaire kamerleden te complimen- teeren over hun zwijgzaamheid, qok bij de gewichtigste onderwerpen. De Christelijk- historischen, die hun bezwaren openlijk te Ik begrijp u niet goed, juffrouw Martha antwoordde hij op ernstigen toon. Als u juffrouw Peters bedoelt ja, ik heb heel gezellig met haar gepraat. Martha haalde de schouwers op. Het is nog zoo’n kinderachtig schepsel, zei Martha verachtelijk. Merters heeft me zooeven nog verteld, dat het een erg dom en schuchter kind is. Schuchter is zij, maar volstrekt niet dom, antwoordde de professor met nadruk. Ik begrijp niet, hoe u naar dat niets zeggende gewauwel van dien meneer Mertens kunt luisteren. Martha werd vuurrood, en met moeite haar toorn bedwingende, zei ze Mertens is een man geen boekenworm, ik met hem. Het spijt me voor u, zeide Herbert, maakte een buiging en liet het meisje alleen. Martha zag wel dat ze hem gekrenkt had, doch dat was juist haar doel geweest. Hij zal wel terugkomen, dacht ze, terwijl ze zich met haar sierlijken waaier wat koelte toewuifde. Herbert kwam echter niet terug, dachten zat hij in een afgezonderd hoekje van de balzaal bonte gewemel. Reeds als jong student had Herbert de mooie dochter van Wall liefgehad, zijn moe der was de vriendin van die van Martha, en zoo kwam het dat Herbert meermalen Martha ontmoet had. Reeds toen speelde Martha de baas over den stillen, beschroom- den knaap. Later, toen hij meer man geworden was, ging dit niet zoo gemakkelijk, maar een lach van Martha was voor hem voldoende om haar in alles heur zin te geven. Martha had er echter nooit ernstig over gedacht, of zij Herbert wel liefhad. Zijn innige toegenegenheid streelde haar ijdelheid ze vond het een heerlijk gevoel verder dacht ze echter niet. Eerst toen Herbert te Berlijn professor geworden was, begon zij ernstig na te denken. Hij was toen welbeschouwd zoo’n slechte partij niet. Als vrouw van een professor zou zij in Berlijn haar huishouden op groote schaal kunnen inrichten. Deed hij aanzoek om haar hand, ze zou niet ongeneigd zijn „ja” te zeggen, en dat dit nog vóór zijn vertrek zou geschieden, was, volgens haar meening, zoo goed als zeker. Op sommige punten wilde Martha haar

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1912 | | pagina 4