i
I
J
I
I li'
I
L I
t
L
I
I
GEMENGD NIEUWS.
LIEFDE ZOEKT LIST.
4
4
en
Loire-gebied zijn
dat
voegde de daad bij
en
me
en
beiden lachten
een
Toen
trekken
weduwe
1
aan mijn haar! protes-
Als je tennist kan je
haar en
oogenblik later
verwoesting aan
en gaf ’t aan
zijn meester
i
weer de aan-
Nu de techniek het zoover heeft ge
bracht, dat brandkasten haast niet meer te
openen zijn door niet daartoe gerechtigden,
nemen de inbrekers eenvoudig het geheele
meubel mede.
Te Reims is eergisterennacht ingebroken
in het kantoor van een koopman. Den vol
genden ochtend bleek, dat de nachtelijke
bezoekers door het keldergat waren binnen
gekomen, alle kamers hadden bezocht om
mee te nemen wat van hun gading was, om
zich daarna te verwijderen met een brandkast
van een gewicht van ongeveer 200 K.G.
De politie heeft tot nog toe geen spoor van
de dieven kunnen ontdekken.
zijn eens uit
i uit, happen
meenden zich daarbij niet te moeten neder-
leggen. Het gevolg van een en ander was dan
ook, dat een week na het verschijnen van
den eersten ambtenaar, een tweede weder
kwam herstellen wat gene verkeerd gedaan
had. Maar noch de gewekte indruk van de
gepleegde handeling, noch de geleden stoffe
lijke schade door het spoedig verspreide
gerucht van het intrekken der vergunning,
vermocht men weg te nemen.
Adv. BI. voor Kollum.
I
Het ijsgevaar op zee.
Blijkens een bericht uit Londen, heeft de
Z/White Star Line” het volgende bekend
gemaakt
,/Met het oog op de buitengewone om
standigheden, die zich dit seizoen voordoen,
wat betreft het ijsgevaar in den Oceaan, zijn
alle stoomvaartmaatschappijen, die bij de over
eenkomst betreffende den te volgen koers
zijn aangesloten, van meening, dat het onge-
wenscht is met 15 Augustus te beginnen -
weer den noordelijken koers te volgen.
Daarom is besloten, dat er geen wijziging
zal gebracht worden in den koers, die thans
gevolgd wordt vóór 31 Augustus a.s., wan
neer de zaak verder zal worden overwogen.”
In Frankrijk woedt het mond-
klauwzeer in hevige mate. In het Saóne- en
van de 400.000 stuks
rundvee niet minder dan 80.000 door de
ziekte aangetast.
Lastige heeren.
De vijf Engelscben, die eerst den Duit-
schers zooveel moeite hebben veroorzaakt,
doordien hun optreden aanleiding gaf spionnen
in hen te zien, houden thans
dacht op zich gevestigd. Hun jacht, dat
te Dover verwacht werd, is daar nog steeds
niet aangekomen en thans vreest men,
het met man en muis vergaan is.
Belasting op ongehuwden.
In het vorstendom Reuss oudere Linie is
een belasting op de ongehuwden ingevoerd.
Zij wordt geheven bij een inkomen van 3000
Mark en hooger. Ook weduwnaars en wedu
wen zonder kinderen worden.er door getroffen,
tenzij ze het bewijs kunnen leveren dat zij
minstens een zesde deel van hun inkomen
tot ondersteuning van familieleden, pleeg
kinderen en dergelijken besteden.
Het totstandkomen van deze belasting is
in de eerste plaats te danken aan den afge-
vaaardigde voor Zeulenroda, die zelf uit dezen
hoofde belastingplichtig is.
De kleinste zuigeling.
Het echtpaar Charles Dailey te Philadelphia
verheugt zich in eene bijzondere belangstelling
wegens de minimale afmetingen van den
pasgeboren zoon, Russell. Het wicht, 12 dagen
oud, mat eergisteren 17 centimeter bij een
gewicht van omstreeks 750 gram, maar is
overigens geheel normaal en naar het schijnt
volkomen gezond. De kleine Russell is echter
voor meerdere zekerheid in een incubator
geplaatst waar hij eenige weken zal logeeren.
De moeder is nauwelijks 16 jaar oud en
de vader nog geen 17. Beiden behooren tot
de ^feather-weight” klasse, de moeder weegt
omstreeks 90 pond.
Dagelijks worden omtrent den toestand van
Russell Dailey bulletins uitgegeven, die door
geheel de Vereenigde Staten worden verspreid.
Voor wielrijders
Lantaarns deze week aansteken 7.52 uur.
Reizend nest.
Als een bijzonderheid uit de vogelwereld
zij vermeld, dat in een spoorwagen van de
locaalspoorweglijn EmdenGreetsiel een
zwaluwenpaar nestelde. De veewaggon werd
steeds van het eene station naar het andere
verzonden, terwijl de zwaluwen meevlogen
en onderweg zelfs haar jongen voederden.
Winter 1912.
In het Zwartewoud ligt de sneeuw hier
en daar 20 c.M. dik. Op den Feldweg heeft
men al z/geskid” bij een temperatuur van
10. Op de Zug-Spitze ligt 2 M. sneeuw.
Het vriest er 6°.
Gezelschap Verkade.
Den 16en Juli gaf het gezelschap Verkade
te Buitenzorg zijn afscheidsvoorstelling.
De heer Verkade vertelde, het plan te
hebben, over twee jaar naar Indië terug te
keeren. 20 Juli vertrekt het gezelschap naar
Deli, en vandaar terug naar Nederland.
Het grootste droogdok ter wereld, een
dat schepen van 32.000 ton kan bevatten,
is Woensdag te Birkenhead in Engeland te
water gelaten.
Mevr. Astor, de jeugdige echtenoote
van den bij den ondergang der //Titanic”
omgekomen millionair, heeft ’t leven geschon- I had al veel eerder willen ophouden,
ken aan een zoon.
Ik ben er zeker van, dat meneer ’t
enkel deed uit beleefdheid, zei de dame met
een chameerend glimlachje. Je moet wat
meer nadenken. Elsie... Maar laten we nu
theedrinken. Ga eerst even binnen, om je
haar wat op te maken; je lijkt een echte
vogelverschrikker.
Ze wist wel dat haar eigen coiffure onbe
rispelijk was.
Er mankeert niets
teerde Elsie driftig,
haar niet zoo precies in orde blijven. Maar
’t is toch zoo goed, nietwaar, meneer
Prachtig, antwoordde Harewood.
Mevrouw Fackerly glimlachte goedig.
Meneer Harewood is te beleefd, om
te zeggen wat hij denkt, sprak ze beschermend.
Maar jij moest meer respect voor je zelf
hebben, kind Meisjes mogen er niet slor
dig uitzien. Ga nu even naar binnen en
zeg de meid dat ze de thee brengt.
Elsie ging naar binnen. Tante keek haar
zuchtend na.
Een lief kind, vindt u niet? Jammer
dat ze haar moeder verloren heeft. Een
meisje van haar leeftijd heeft aanhoudend
toezicht noodig. Ik heb natuurlijk niet
zoo veel invloed op haar, ’t Is een groote
verantwoording voor mij. Elsie is zoo vreeselijk
slordigVan wie ze dat heeft, begrijp ik
niet. (De weduwe streek even langs haar
eigen haar). Ik wed, dat ze nu niet eens
doet, wat ik zei. Ze is niet erg gehoorzaam.
Inderdaad kwam Elsie uit het huis terug
met haar kapsel in onveranderden staat.
Je hebt er niets aan gedaan 1 riep
tante... Wezenlijk, Elsie, ik weet niet, wat
ik met je moet beginnen.
Elsie was woedend. Ze hield er niet van,
dat haar als een kind de les gelezen werd
in tegenwoordigheid van een jongmensch.
Maar zij durfde niet uitvallen en staarde
vlak voor zich naar den weg.
Een oogenblik later kwam een ondeugende
flikkering in haar oogen. Ze zei eensklaps
Ieder kan ook niet zijn haar zoo netjes
hebben als u, tante’t Is onberispelijk,
nietwaar, meneer Harewood Daar past net
een roos in.
En behendig plukte zij van den struik
een pas ontloken roosje, stak het in tante’s
haar en bleef bewonderend staan kijken.
Geoffrey moest haar smaak waardeeren.
Keurig mevrouw U moest altijd rozen
dragen.
Doch zijn gelaat verduisterde; hij kreeg
in ’t zicht, wat Elsie reeds een minuut te
voren had opgemerkt, den Italiaan en zijn
aap, die naar ’t hek der villa kwamen.
De jongen glimlachte als bij ’t ontmoeten
van oude kennissen. Elsie’s gezicht moedigde
hem aan, nader te komen.
Wat een afschuwelijk beest 1 riep
mevrouw Fackerley. Ga weg, jongen
O, neen; tantelief! vleide ’t meisje.
U moet het aapje zien hij bedelt zoo aardig.
Geef hem een stukje taart, tante, vervolgde
Elsie, den afkeurenden blik van Harewood
negeerend kijk hij steekt zijn poot al uit!
Mevrouw Fackerley sneed een stukje taart
af, deed liefjes en bukte naar ’t aapje...
’t Dier merkte dadelijk de roos in tante’s
sprong er*»woedend op af... Een
was hij bezig een hevige
te richten in de kunstig
opgebouwde coiffure.
Mevrouw Fackerley gilde.
De jongen en Harewood schoten allebei
toe, maar de aap bleef rukken, als razend.
ze eindelijk het beest konden weg
bood ’t hoofd van de knappe
een treurig schouwspel. Pijn had
't haar niet gedaan, en dat was juist
’t ergste, Rondom lagen vlokken van een
kunstig pruikenmakersproduct
Met een woesten blik op den kleinen
Italiaan voerde tante Fackerley een over
haasten aftocht in huis uit.
De jongen, doodelijk verschrikt en bang
voor de gevolgen, trok zijn aap met geweld
voort en verdween buiten het hek.
Hemel riep Elsie met voorgewend
berouw. Hoe vreeselijk Die arme tante
Ondeugend dingverweet Geoffrey.
Opeens nam zij een hoog air aan en vroeg
ijskoud
Wat bedoelt u, mijnheer?
Dat weet u heel goed. U moet eens
goed doorelkaar geschud worden.
Ze keek hem kalm aan.
Hadt u daar lust in vroeg zij uit
dagend, een tinteling in haar oogen.
Geoffrey kon een glimlach niet bedwingen.
Ja, dat heb ik en wat meer is ik
zal ’t doen ook.
Hij kwam nader
’t woord.
Oh riep zij. Hoe durft u Laat
los. Ik stik
Hij besloot ’t geval met een kus
liet haar vrij.
Zij keken elkaar aan
hartelijk.
Ik moet dit zeker opvatten als
aanzoek vroeg zij kalm.
Dat mag je, als ik ’t mag beschouwen
als een toestemming.
Haar oogen zeiden het antwoord, en ze
kusten elkaar weer.
Tien minuten later sprak zij
Ziezoo, nu moet ik naar binnen. Kom
morgen terug. Tante zal mij de schuld geven,
ik vroeg haar immers, den aap wat te geven
Ik ga nu mijn standje halen
Ik heb geen medelijden met jeJe
hebt ’t verdiend.
En lachend keek hij haar na.
Ja mevrouw ’t was geheel mijn schuld. Stoomdruk Firma B. Cuperus Ai., Bolsward.
Gewonnen
U is te goed voor mij, zei de jonge
man lachend, naar het net loopend.
’t Meisje naderde van den anderen kant.
Haar gezicht gloeide, haar blonde haren
waren schilderachtig verwaaid. Elsie Leroy
speelde tennis, om te winnen, en lette dan
op geen andere dingen.
Ik geloof niet, dat u moeite gedaan
heeft om te winnen, zei ze streng. U solde
maar wat met mij.
Volstrekt nietprotesteerde Geoffrey
Harewood. Ik heb mijn best gedaan. U is
veel te goed voor mij.
Zij lachte vroolijk.
O, ’t kan mij niet schelen, als een
heer van mij wint. Voor een meisje speel ik
vrij goed, nietwaar
U speelt veel beter dan verscheiden
heeren, die ik ken, verzekerde hij. Maar is
’t nu geen tijd om te gaan theedrinken U
hadt mij geïnviteerd, weet u wel
Ze liepen naast elkaar in den zonnigen
zomernamiddag. Het licht speelde in haar
verward, blond haar, dat hij bewonderde,
gelijk hij eigenlijk alles aan haar bewonderde.
’t Was lief van u, dat u mij hebt
gevraagd, zei hij.
O, ik heb u niet gevraagd! antwoordde
zij. Ik heb alleen de boodschap van tante
Elisabeth overgebracht.
Dan was ’t heel lief van tante Elisabeth.
Elsie antwoorde niet. Tante Elisabeth
was op dit oogenblik de eenige alsemdroppel
in haar geluksbeker. Een jaar geleden, toen
haar moeder stierf, had mevrouw Elisabeth
Fackerly, een weduwe, die nog niet oud was
en zelfs jonger leek dan ze was, het beheer
op zich genomen van haars zwagers huis en
zekere autoriteit gekregen over haar nichtje.
Elsie was van oordeel dat zij zelf de huis
houding heel goed had kunnen doen maar
tante had zich als het ware opgedrongen.
Tusschen tante en nicht heerschte van den
beginne af een koele verstandhouding. Dat
werd er niet beter op, toen Harewood er aan
huis begon te komen. Tante toonde het
kennelijk voornemen, hem geheel in beslag te
nemenen in zulke zaken heeft een weduwe
van middelbaren leeftijd zekere taktische voor-
deelen boven een jong meisje. In haar binnenste
was Elsie er van overtuigd, dat de jonge
man haar lief had, maar toch bleef tante’s
houding van beschermende voogdes hinderlijk.
Op weg naar huis ontmoetten de jongelui
een wonderlijk paareen kleinen zwerver,
naar zijn uiterlijk een Italiaan, met een aapje,
dat aanstonds voor hun voeten huppelde, en
de hand ophield, als een bedelaar.
O, wat ’n aardig dier riep Elsie, ik
moet hem een dubbeltje geven.
Neen, neen Signora riep de jongen
vlug toeschietendbuk u niet, werp hem ’t
dubbeltje toe. U heeft rozen op uw hoed, en
als hij ze ziet, wil hij ze afrukken; dat is’n
gewoonte die ik hem niet kan afleeïen. Laat
de signor ’t liever doen.
Geoffrey nam het geldstukje
den aap, die ’t dadelijk aan
bracht. Deze dankte beleefd.
Het paar wandelde verder tot de villa van
Elsie’s vader. In ’t voortuintje zat tante aan
de theetafel.
Kindlief wat ben je laatIk heb al
een half uur op je gewacht met de thee.
Hoe vaart u, meneer Harewood U moet
werkelijk dat kind niet zooveel toegeven.
Als ze begint te tennissen, weet ze van geen
uitscheiden.
Geoffrey vond de manier, waarop mevrouw
Fackerly hem wilde voorstellen als Ellie’s
slachtoffer, niet aardig.
Meneer Harewood wilde juist doorgaan
met spelen, verklaarde Elsie uitdagend. Ik
Het weer in het buitenland.
Het Wëstenwindweer duurt voort. Veelal
is de barometer enkele m.M. gestegen. Besten
dig is het weer echter niet geworden.
De slechtweerkern ligt op het oogenblik
in Zuid-Zweden, waar het geplasregend heeft.
Langs de Noorsche kust is het daarentegen
veelal opklarend weer.
Op de Schotsche Hooglanden komen tijde
lijke opklaringen voor, maar viel plaatselijk
nog wat regen. In Zuid-Engeland weert of
tempert een egale nevellucht den zonneschijn.
In Duitschland wisselt een egale bewolking
af met opklaringsperioden. Plaatselijk viel
nog regen. Hier en daar kwam een onweertje
voor.
In Frankrijk is veel druilerig weer en ligt
de temperatuur nog beneden normaal.
In Zwitserland is ’t afwisselend bewolkt,
het is er aangenaam frisch, locale storingen
brachten soms nog eenigen regen.
De New-Yorksche politie.
Het onderzoek inzake den moord gepleegd
op den speelhuishouder Rosenthal, te New-
York, brengt fraaie dingen aan het licht.
Het is gebleken, dat de politie er een vast
belastingstelsel op na hield, volgens hetwelk
alle speelhuizen en andere inrichtingen van
soortgelijken aard, werden //aangeslagen” naar
de mate van hun omzet en de meer óf de
mindere voornaamheid van de wijk, waarin
zij gelegen waren. Op die wijze zag de gear
resteerde politie-luitenant Becker kans om
van een salaris van 2000 dollar per jaar in
9 maanden, 58.845 dollar over te sparen,
die netjes gedeponeerd werden bij een bank.
Stavoren. Tusschen Enkhuizen en Stavoren
is een derde stoompont in dienst gesteld.
Vacantie.
Er behoort moed toe om het midden in
de vacanties te zeggen, maar zoo schrijft
het Fr. Dgbl. er mag wel eens op worden
aangedrongen, dat men onze schoolvacanties
niet t e lang make.
z/Twee weken, dat kêm.
Drie gaat óók nog.
De kinderen rusten eens, i
’t dagelijksch gareel, gaan eens
wat versche lucht en komen met nieuw staal
in ’t bloed en gezonder hersenen op school
terug.
Maar nu stond in een onzer bladen al
’n aansporing, om te komen tot een vijf- en
zesweeksche vacantie voor de gewone lagere
school.
Laat men nuchteren blijven.
Tal van kinderen zouden dan verwilderd,
aan orde en tucht ontwend, op school terug
komen. De vacantie deed kwaad. De leer
tijd wordt zonder noodzaak ingekrompen.
En de onderwijzers krijgen op vele anderen
een voorrecht, dat hun niet toekomt.
Schoolgaan moet regel zijn.
Vacantie uitzondering blijven.
’t Mag wel eens herinnerd worden
Teekenen des tijds.
Men schrijft uit Brabant aan De Tijd
In een gemeente voor 98 pCt. uit Katho
lieken bestaande, behaalt de volbloed liberaal
bij ’n gemeenteraadsverkiezing de overwinning
op een Katholiek van-de-daad.
Princenhage, een gemeente van lljOOO
zielen met pl.m. 250 Protestanten, vaardigt
een soort socialist naar ’t raadhuis af.
Breda, met 25,000 Katholieken, zit met
de handen in het haar om twee geschikte
katholieke candidaten voor den Gemeenteraad
te vinden.
’t District Waalwijk stuurt mr. Loef een
petitie op z’n dak om tegen de Tariefwet
te stemmen, onderteekend door schrik
niet meer dan de helft der kiezers.
In ’t district Oosterhout is ’n agitatie
gaande tegen jhr. van den Berg van Heem
stede.
De Volksbond te Breda moet van de baan,
’n Gildenbond moet er komen.
De R.-K. Onderwijzersbonden willen van
geen kindertoeslag weten en verklaren zich
tegen ’n actie voor gelijkstelling van open
baar en bijzonder onderwijs.
In Vlijmen is ’n neutrale (volgens de De
Voorhoede ’n anarchistische) mandenmakers-
vereeniging met 100 leden opgericht.
In den Boerenbond bestaan separatistische
neigingen.
Documentaire fotografie.
Het fotografen-tijdschrift Lux bevat be
schouwingen van den heer C. van Andel
over documentaire fotografie.
Hoe een stad of een dorp in verloop van
tijd kan veranderen, ziet men het beste uit
oude prenten, teekeningen en schilderijen.
Zijt gij niet verheugd, zoo gij eens bij toe
val een foto hebt gemaakt van een stadsge
deelte, dat thans niet meer bestaat, en be
waart gij het chiché daarvan niet met meer
zorg dan uwe andere negatieven Juist die
foto zal een betrouwbaar document zijn voor
het nageslachtbetrouwbaarder nog dan
teekeningen of schilderijen en aan geen
twijfel onderhevig, omdat men nooit zeker
is, dat de fantasie den teekenaar of schilder
geen parten speelde.
Zoo is dus de fotografie het middel om
oude stadsgedeelten, gebouwen, natuurmonu
menten, of wat ook, dat opgeofferd móet
worden, voor het nageslacht te behouden.
Zij zal op dit gebied waardig de teekenstift
kunnen vervangen en had men haar ook
reeds vóór eenige eeuwen gekend, we zouden
nog heel wat meer weten van het leven
onzer voorouders, we zouden ons er een veel
duidelijker voorstelling van kunnen maken
dan thans het geval is. Hier wordt een
nieuw en vruchtbaar terrein geopend voor
den amateur.
Het aangewezen middel om de taak naar
behooren te vervullen is, meent schr. gele
gen in de aansluiting bij vereenigingen die
zich de beoefening der documentaire fotografie
ten doel stellen. Zulke vereenigingen be
staan er reeds, doch nog lang niet genoeg.
Zij openen de gelegenheid een stelselmatige
verzameling aan te leggen en het werk onder
de leden doelmatig te verdeelen.
De oude Egytenaren hadden eerbied
voor hunne dooden. Althans zoo meldt de
historie. Nog heden ten dage wordt zulks
den bewoners van het land der hiëroglyphen
als een deugd aangerekend. Maar of overal
en ten allen tijde door ons menschenkinderen
die deugd in beoefening gebracht wordt, zie,
dat is iets wat wij niet durven beweren.
Tenminste, wanneer het gerucht waarheid
bevat, is dezer dagen elders in de gemeente
A., het tegendeel gebleken. Slechts één dag
toch na het verscheiden van eene weduwe
herbergierster, verscheen een dienaar van
den heiligen Hermandad, op last natuurlijk
van zijn superieur, ten sterfhuize om de acte
van vergunning in te vorderen en het uit
hangbord weg te nemen. En al ware du het
recht aan de zijde van den uitvoerder der
wet geweest, dan nog had men eenig respect
voor den doode moeten betoonen, zoo luidde
de uitspraak van een weldenkende. Belang
hebbenden echter ingelicht, dat deze harde
handeling op geen wetsartikel kon steunen,