Nieuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. No. 55. Verschijnt Donderdags en Zondags. 52ste Jaargang 1913. Donderdag 10 Juli. Voor het Kantongerecht. BINNENLAND. VOOR Afzonderlijke per- ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden. Franco per post 50 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad is telefonisch. aangesloten onder No. 4. den grond moest uitgraven, om die op den wal dat is gemeentegrond te bergen. Daar heeft de gemeente-opzichter hem missie voor gegeven. De heer Kantonrechter merkt niet gaat over den wal, van de De Zitting van Vrijdag 4 Juli 1914. 1 De Gasfabriek maakte over 1912 een winst van f 30303de schuld die op de Fabriek ligt, bedraagt nog f 219055, oorspronkelijk f 263556. De Gemeente profiteerde gratis Fabriek voor de som van f 10393. Waterleiding maakte een winst van f 12789 tegen f 5279 in 1911. De Gemeentereiniging bracht op f 19773, waar tegenover een uitgaaf staat van f 29057. Tuinbouw en bloemisterij winnen hier steeds aan. Aan de Veemarkt werden aangevoerd 94173 stuks vee, tegenover 84912 in 1911. De Voorzitter van Vreemdelingen verkeer, de heer M. Houwink, deelde ons hedenmorgen mee, dat hij een telegram had ontvangen van den Commissaris der Koningin te Leeuwarden, waarin de teleurstellende tijding dat ’t H. M. de Koningin onmogelijk was om op 25 Juli a.s. de Tentoonstelling alhier te bezoeken en dat dit bezoek thans was be paald op 6 Aug. Voor ’t examen van toelating tot de lessen van ’t Gymnasium werden hier heden geëxamineerd 8 candidaten. Geslaagd on voorwaardelijk Titia M. Feikema van Workum. Cornells Bosma van Beetsterzwaag. Marchina J. Kijlstra te Sneek en Klazina van der Zijpp te Warns. Voorwaardelijk Sipke de Jong te Snikzwaag en Greeult Pijlgrom te Workum. Afgewezen 2. Twee ontrouwe brievenbestellers. Naar de Fakkel meldt, kwamen bij de jongste verkiezingen voor de Provinciale Staten en voor de Tweede Kamer een groot aantal kiezers te Amsterdam niet in het bezit van de officieele oproepingskaart van het stadhuis. Een streng onderzoek deed verdenking vallen op twee hulpbestellers, die zich niet op behoor lijke wijze gekweten hebben van hun taak, om de officiëele oproepingen aan de geadres seerden te bezorgen. Bij een hunner zijn de kaarten, voor een heele wijk bestemd, te zijnen huize door de politie teruggevonden. Tegen twee bestellers is thans, naar het blad ver neemt, een klacht aanhangig gemaakt bij de justitie, die het verder onderzoek in deze zaak leidt. Wanneer men weet, dat vele kiezers moeilijk tot stemmen te bewegen zijn, wanneer zij de officiëele oproepingskaart niet ontvangen heb ben, kan men nagaan, hoeveel nadeel door ontrouwe bestellers aan een verkiezingscam pagne kan worden toegebracht. De crisis. Naar de N. Crt. verneemt,* zal a.s. Donder dag te ’s-Gravenhage een vergadering plaats hebben van alle Tweede Kamerleden, behoo- rende tot de vrijzinnige concentratie, ter bespreking van den politieken toestand. Hoe komt men toch zoo slecht op de hoogte De Vaderlander schrijft: Aan De Standaard werd uit Haarlem gemeld, wat de zetel in Beverwijk kost. En genoemd blad zegt daarvan »Naar hier wordt mede gedeeld, moet(en) door een ingezetene van Santpoort de kosten betaald zijn om de vis- schers èn bij de stemming èn bij de herstem ming te IJmuiden aan wal te doen blijven of te halen. Een cijfer, daarvoor noodig, werd ons genoemd van f 90.000. Een voorman der vrijzinnigheid sprak van f 30.000. Al ligt de waarheid in het midden, dan kan niet gezegd worden, dat de vrijzinnigheid zonder moeite of kosten dezen zetel nam 1” Wij ergeren ons aan zoo’n bericht, pendant van het bericht van den waarheidlievende z/Bijltje” in het hoofdorgaan der anti-revolu- tionaire partij, die vertelde, dat het Concen- tratie-comité over 8 ton te beschikken had, waarvan 7X^ ton door het Anti-Tariefwet- Comité zouden zijn gefourneerd. Waarom informeert men toch niet ter plaatse, waar men het weten kan Van het Anti-Tariefwet- Comité kunnen wij niets zeggen j dat was geen politiek lichaam en occupeerde zich alleen met den strijd tegen het Tarief. Maar het Concentratie-Comité uit de drie partijen had aan bijdragen ontvangentachtig millioen zeven honderd drie en vijftig duizend achthonderd twee en dertig gulden, twaalf en een halve cent. Dat geld is geheel verbruikt voor Beverwijk alleen ruim 4 millioen. De halve cent is alleen nog over en ter dispositie. Toen wij op deze terechtzitting kwamen werd behandeld de zaak tegen J. Ate Bols ward, die bekeurd was, wijl hij geen aangifte had gedaan bij den Burgemeester, dat er een gestorven koe bij hem was gebracht. Bekl. bekent, dat hij als naar gewoonte, aan het politiebureau kennis gaf, dat hij een doode koe had. 't Is altoos gebruik, dat zij daarvan aan de politie kennis geven, en die maakt dan de zaak in orde, en geeft den veearts kennis om het vleesch te keuren. Als getuige wordt gehoord de heer Schuur mans, en tevens ook als deskundige. Deze verklaart dat hij in den avond van 14 Mei die koe heeft gezien en voor de consumptie ongeschikt bevond, zoodat het vleesch naar het aschland is vervoerd. Van de aangifte al of niet bij den burgemeester weet hij niet. De politie verklaart, dat de politieverorde ning voorschrijft, dat in dergelijke gevallen aangifte moet geschieden bij den Burgemees ter en dat is hier niet geschied. Bekl. herhaalt, dat hij niet wist, dat de aangifte precies bij den Burgemeester moest geschieden, dat doen zij anders ook nooit. Dat het vleesch niet goed was, had hij zelf ook al geoordeeld, vandaar dat er ook geen aangifte van behoefde te worden gedaan voor de belastingen. De politie verklaart dat voor toestemming voor bet vervoer van dood vee men zich wel bij de politie moet, vervoegen, maar er moet ook aangifte van worden gedaan bij den Burgemeester en wijl dat niet is geschied, heeft hij procesverbaal opgemaakt. De heer Kantonrechter vermaant bekl. daar in het vervolg rekening mee te houden, want de politieverordening moet gehandhaafd worden. Eisoh f 0.50 of 1 dag. De tweede beklaagde was weder een Bols- warder n.l. J. M. die 9 Juni in zijne sme derij een jeugdig persoon aan ’t werk had, terwijl toch geen arbeidsregister en ook geen arbeidskaart aanwezig was. Bekl. bekent, dat hij het niet in orde had, maar hij is pas baas geworden en wist niet dat het noodig was, zoo goed was hij met de arbeidswet niet op de hoogte. Zijn voor ganger waar hij de zaak van had overgenomen heeft die lijst en kaart meegenomen, maar toen die met de stemmerij hier weer in Bolsward kwam, heeft die het weer meege bracht, zoodat het nu in orde is. De kaart was er dus toen ook wel, maar hij had die niet in huis, en had het ook te druk om daar toen direct om te denken. Eisch 2 maal f 2 of 2 dagen voor elke boete. De derde bekl. die aanwezig was heet P. F. wonende te Koudum. Deze is bekeurd, omdat hij de zwichtstelling van zijn molen niet had laten herstellen, gelijk de inspecteur van den arbeid hem te voren had opgedragen. Tevens werd hij geverbaliseerd omdat zijn zoontje hielp om de zeilen van den molen op te rollen, en er voor dien jongen geen arbeidskaart aanwezig was, en eveneens ontbrak de arbeidslijst en het arbeidsregister zoodat deze beklaagde wel vier processen te gelijk op zijn kerfstok had. Bekl. bekent wat hem ten laste wordt gelegd, maar voert als verontschuldiging aan dat hij meende geen arbeidskaart enz. noodig te hebben, omdat het zijn eigen zoon betrof. Voor het herstellen van de zwichtstelling hadden zij het op dat pas te druk daar wordt nu de herstelling aangebracht en ook heeft hij nu een arbeidskaart en wat daar bij behoort. Als hij geweten had dat het moest had hij het trouwens wel vroeger gedaan, en de herstelling van de zwichtstelling wachtte gedeeltelijk ook op nadere gegevens van den inspecteur, omdat hij niet wist hoe hoog de leuning eigenlijk moest gemaakt worden. De heer Ambtenaar wil rekening houden met verzachtende omstandigheden, en hoewel hij van plan was een hoogeren eisch te stel len, vraagt hij nu 1 geldboete van f 5 en 3 van f 2, te vervangen door 3 en elk 2 dagen hechtenis. Bekl. vindt de inschikkelijkheid van den heer Ambtenaar heel best, en trouwens, hij wist toen ook niet, dat hij de wet overtrad. Den 19Mei constateerde de rijksveldwach ter dat er door een viertal werklieden aarde tijd, en ook het nazoeken op oude kaarten en documenten ter tafel aanwezig. Mr. Schaap stelde herhaaldelijk vragen aan de getuigen, omdat volgens hem niet vaststond dat het vaarwater voor algemeen gebruik bestemd was, en het was er ook niet geschikt voor, wijl het zeer ondiep was, ja des zomers geheel droog lag. Ook over den naam Boksloot of Nieuwe Boksloot werd heel wat tijd besteed, en een oude kaart werd zoo aandachtig door allen bekeken, daar stonden zoo in een nauw kringetje omheen de beklaagde, diens verde diger, de verbalisant, de Kantonrechter, de Ambtenaar en de Griffier, allen in gebogen houding op het document turende, dat het ons deed denken aan ’t beroemde schilderij van Rembrandt //de anatonisehe les.” Na heel wat gepraat, waarbij om den be klaagde, die naar hij zei doof was, soms vragen en antwoorden herhaald moesten worden, kwam eindelijk de 2e getuige P. de Vlucht, een der werklieden die meegeholpen had aan ’t leggen van dam en duiker. Deze verklaarde wel dat er soms door‘die vaart wel eens een leeg scheepje, praam of melk- bootje voer, maar als vaarwater was het niet geschikt, en op de vraag of de beklaagde ook had meegewerkt aan het leggen van den dam verklaarde hij maar steeds het niet te heb ben gezien. Ook dit vorderde weer zooveel tijd, dat met de behandeling dezer zaak al reeds meer dan een uur tijds in beslag was genomen. Wij konden de zitting niet verder volgen, doch vernamen later, dat ook de twee volgende getuigen niet erg duidelijk in hun verklaringen waren, en dat de heer Ambtenaar den eisch stelde f 10 boete of 5 dagen hechtenis. Daarna kwam Mr. Schaap na een uitvoerig pleidooi tot de slotsom dat het hier betreft een geschilpunt van burgerlijk recht en vraagt op grond daarvan schorsing der zaak voor onbepaalden tijd en concludeert subsidiair tot vrijspraak van den beklaagde. Het was bijna drie uur, toen deze zitting geëindigd was. Uitspraak der vonnissen 18 Juli a.s. Wonseradeel, 6 Juli. De aan voer ter aard appel veiling te Arum was op den laatsten afslag van bsteékenis. De verkoopsom voor eerstelingen en muizen was reeds hooger, n.l. f 1.65 per korf. Voor verkoopers en koopers is thans een beëedigd persoon aan den afslag verbonden om naar waarheid gewicht en waarde vast te stellen. Harlingen, 6 Juli. De hier gehouden kaats- partij heeft tot uitslag gehad Prijs f 90 en drie verg. zilv. med. R. Brink, Oosterlittens, I. Roukema, Harlingen, C. Werkhoven, Wit- marsum 2e prijs f 60 J. Reitsma, Pingjum, J. Vlietstra, Franeker, R. Zaagmans, Wit- marsum 3e prijs f 30H. v. d. Feer en H. Frankena, Oosterlittens. I. Roukema, alhier, werd tot koning uit geroepen. Sneek, 7 Juli. Bij de a.s. herstemming voor 6 raadsleden op Maandag 14 Juli a.s. zijn de S. D. A. P.’ers en de Vrijzinnige Kiesvereeniging overeengekomen, dat eerst- genoemden de 4 vrijzinnige candidaten zullen steunen en laatstgenoemde hare medewerking zal verleenen voor de verkiezing van de soc.- dem. candidaten J. IJtsma aftr. en L. BakkerWz. Workumer Nieuwland, 6 Juli. De vee houder M. C., die gisterenmorgen zijn hooi in de schuur op broei zou onderzoeken, schijnt daarbij naar beneden gevallen te zijn. Men vond zijn lijk tusschen de golf en de stalschutting. Hepk. Nwbl. v. Fr. Witmarsum. Bij de gisteren gehouden stemming van 5 leden van den Gemeenteraad werden 1799 geldige stemmen uitgebracht, de volstrekte meerderheid was dus 900. Gekozen werden de heeren J. F. Bergsma (R.-K.) met 1020, H. -1. Boersma (C.-H.) met 1035, R. D. Politiek (C.-H.) met 1041, J. Salverda A.Jzn. (A.-R.) met 1010 en D. S. Scheepsma (A.-R.) met 1066 stemmen. Verder verkregen de candidaten der vrij zinnigen de heeren F. Abma 696, T. H. de Boer 741, L. S. Hilarides 737, L. Kingma 737 en R. Ypey 703 stemmen. Sneek, 8 Juli. Uit het verslag van den toestand dezer gemeente over 1912 putten we het volgende Van 1908 tot 1912 is de Gemeenteschuld in het vaarwater de Zijlroede te Makkum werd geworpen, waardoor ondiepte in dat vaarwater veroorzaakt werd. De bekl. zijn H. R., J. 8., L. v. d. L. en K. 8. allen te Makkum. Alleen de laatste is tegenwoordig en deze zegt dat zij bezig waren een betonwalmuur te maken. Daarvoor was een strijkdam langs den kant gemaakt en om dien dam dicht te krijgen, wierpen zij er wat aarde aan den buitenkant tegen aan. De politie verklaart, dat art. 15 van het Prov. reglement verbiedt het werpen van aarde in het vaarwater. Als het alleen was om den dam te dichten zou hij het hebben laten loopen, maar het ging te bar. Voor den grond tusschen wal en dam werd berg ruimte gezocht door haast alles maar over den dam te werpen. De beklaagde herhaalt dat het was om den dam dicht te krijgen. De heer Ambtenaar wil rekening houden met de verzachtende omstandigheden en dus geen zwaren eisch stellen, doch wat ZEd. Gestr. vorderde, hebben wij niet verstaan. De volgende zaak ging over ditzelfde werk den walmuur der stoombootkade te Mak kum. Het ging nu tegen den aannemer J. v. d. L. te Makkum, die geen voorzorgen had genomen dat uitgegraven aarde, die op den wal was geworpen, niet in de vaart kon glijden. Art. 20 van het prov. regl. schrijft voor dat er een staketsel of keerplank op den wal wordt geslagen, om het instorten van op den wal geworpen grond te verhinderen. De bekl. zegt dat hij volgens het bestek op, dat het het bergen van den grond op maar alleen hierover, dat hij geen voorzorgen heeft genomen tegen het invallen van grond in de vaart. De politie, die procesverbaal opmaakte verklaart ook, dat er wel degelijk grond in de vaart is terecht ge komen. Het uitgraven geschiedde het vorig najaar reeds en de jongens hebben er dapper aan meegewerkt door er over te loopen. Bekl. Dat de jongens er aarde in gooiden is niet mijn schuld, ik handelde geheel op order van den opzichter, en moet 20 M3 aarde uit de vaart baggeren en zooveel is er lang niet ingekomen. Eisch f 5 of 5 dagen. Bekl. zegt dat hij eigenlijk geen straf kan aannemen, wijl hij er geen schuld aan heeft. De overige beklaagden van de rol waren afwezig en hun zaken werden bij verstek na de schorsing der zitting behandeld. Echter aan die schorsing ging nog een zaak vooraf, en wel een dat men wel de clou van deze zit ting mag noemen. Het betrof het werpen van een keerdam in een oude vaart. Hier waren verschillende getuigen opgeroepen en de beklaagde had een rechtskundige als ver dediger naast zich, dus het was hier eigenlijk nog eens een rechtszaak in optima forma. Aan J. Z. in het Heidenschap te Workum werd ten laste gelegd dat hij een dam in de Boksloot, ook wel nieuwe Boksloot genaamd, heeft doen leggen, om over dien dam een weg te hebben naar landerijen daar aangren zende. Bekl. bekent dat hij dien dam en weg daar heeft doen leggen, dat ging met goed vinden van de eigenaars van zijne boeren plaats, maar hij ontkent dat de vaart een algemeen vaarwater is of was. Er wordt ge lezen een heel uitvoerig procesverbaal, en tevens een oude resolutie van 1776, regelende de onderhoudplichtigheid van de Boksloot, een vaart niet in onderhoud bij gemeente, pro vincie of rijk. Als rechtskundig verdediger van bekl. treedt op Mr. H. Schaap van Groningen, die voor bekl. zal spreken. De politie verklaart dat op 25 Maart j.l. zij zich overtuigde dat er op ’t grondgebied van Workum een hoop zand en aarde was geworpen in het oude vaarwater, en zij zag dat beklaagde met eenige arbeiders bezig was een cementbuis in die vaart te rollen, zoodat daardoor dan de waterlossing moest plaats vinden omdat de vaart daar geheel 'dicht geworpen is en er een weg over heen is gemaakt. Wegens belemmering van de scheepvaart en de waterlossing is beklaagde bekeurd. Het getuigenverhoor vorderde heel veel gestegen van f 507500 tot f 804500. Bolswardsche Courant.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1913 | | pagina 1