Nieuws- en Advertentieblad
Bols ward en Wonseradeel.
w
I
1913.
No. 73.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
52ste Jaargang
Donderdag 11 September.
J
Voor het Kantongerecht.
VOOR
Afzonderlijke
'ft
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
1
I
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit bfdd is telefonisch aangesloten onder No. 4.
was
het dier mee, om
was, en alles stuk
Zitting van Vrijdag 5 September 1913.
dezelfde planten
Het is niet ons doel hier een historisch
overzicht van de vereeniging ^Floralia” te
geven, die voor sommigen wel interessante
herinneringen zou opwekken, doch dit geeft
meer pas bij jubeljaren, en in 1892 heeft dan
ook de vereeniging haar 10-jarig bestaan
luisterrijk herdacht. Uit het toen uitgebracht
verslag bleek dat de vereeniging ^Floralia”
zich kon verheugen in een voortdurenden
bloei, want elk jaar steeg het getal aanvragen
om planten. Ofschoon er bij de bestuursleden
en ook onder de burgerij waren, die op flinke
wijze steunden door voorwerpen te geven voor
prijzen of geld om ze aan te koopen, toch
kostte het verstrekken van zoovele planten
en het organiseeren van den feestavond dikwijls
zooveel, dat de finantiën soms beneden nul
waren. Wel werd dit meermalen door schen
kingen hersteld, maar toch het getal leden
en donateurs hield geen gelijken tred met de
steeds stijgende aanvragen.
Met opgewektheid wordt ieder jaar melding
gemaakt van de gezelligheid die den feest
avond kenmerkte. Met loffelijken ijver hebben
vele bestuursleden gewerkt voor den bloei
van ^Floralia” door met ambitie anderen te
animeeren om lid te worden.
In 1891 werd hier ter stede de Provinciale
Tuinbouwtentoonstelling gehouden en velen
zullen zich nog wel herinneren hoe toen ons
Hengstepad in een bloementuin was herschapen
en ook de Broerekerk gevuld was met schoone
vruchten en zaden. Een werkzaam aandeel
had het bestuur van „Floralia” in deze ten
toonstelling.
De reeds genoemde herdenking van het
10-jarig bestaan gaf in 1892 een feest van
twee dagen. Op Zondag 14 Augustus had de
bloemententoonstelling plaats en werd er des
Tegen twee reeds vroeger hier behandelde
zaken was tegen ’t vonnis verzet aangeteekend,
n.l. J. P. te Sneek wegens dronkenschap en
W. N. woonplaats onbekend wegens rijden
met een wagen zonder licht en opgeven van
een valschen naam. De behandeling hiervan
was afgedaan toen wij binnenkwamen. Aan
de orde was toen de zaak tegen J. Z. te
Workum, betreffende het leggen van een dam
in het vaarwater de Bloksloot. In de vorige
zitting was ook dit behandeld doch een nader
onderzoek was nog noodig geoordeeld. Als
getuige werd nu gehoord de gemeente-architect
van Workum. Deze weet zich te herinneren
dat op last van Ged. Staten de Gemeente het
vaarwater heeft laten uitslatten, en voor
ongeveer 10 jaren is door ’t gemeentebestuur
een aanschrijving gericht aan de omwonende
boeren dat zij de vaart moesten laten op
knappen.
De beklaagde beweert, dat de vaart geheel
volgegroeid zat en men er zoo maar door
kon loopen, waarop de architect verklaart
dat er toch soms wel vaartuigen langs voeren.
De heer Ambtenaar deelt mee, dat hem
is gebleken, dat in vroegeren tijd 1837 de
Bloksloot op naam der gemeente Workum
stond, doch in latere jaren, stond het gedeelte
waarin nu de dam ligt, op naam der familie
Halbertsma, zonder dat titel van aankoop
vermeld is. Het laatste gedeelte van deze
vaart behoort nog in eigendom der stad
Workum.
Het onderzoek wordt gesloten verklaard, en
geen nieuwe eisch gedaan. Die der vorige
zitting was f 10 of 5 dagen.
In den nacht van 13 op 14 Juni werd te
Workum veel herrie en lawaai gemaakt op
straat. De politie ging er op toe en maakte
tegen ’t luidruchtig groepje proces verbaal op.
Y. H.Y. H.T. P.R. W.en T. 8.
werden heden hier verwacht om zich te ver
antwoorden. Alleen de eerstgenoemde is
De Tuinbouwvereeniging, die toen reeds
een 25-tal jaren had bestaan, nam in 1881
het besluit om te trachten hier een Floralia-
vereeniging op te richten, om het aankweeken
van bloemen in het huisgezin te bevorderen.
Op den 23 December van dat jaar werden
eenige heeren uitgenoodigd tot eene bijeen
komst. De heer S. Lycklama a Nijeholt fun
geerde als voorzitter, heette de aanwezigen
welkom. Op die vergadering werd meegedeeld
dat de vereeniging Tuinbouw reeds een proef
had genomen met het verstrekken van bloem
planten ter opkweeking. Aan 30 huurders
waren den 28 Mei ieder 10 potten uitgereikt
en op 20 Augs. d.a.v. was een tentoonstelling
van het gekweekte gehouden en de verwachting
daarvan was verre overtroffen; men meende
nu dat er een afzonderlijke vereeniging op
gericht moest worden. Alle aanwezigen stemden
hiermee in en nog denzelfden avond werd
een bestuur benoemd, de heeren S. Lycklama
a Nijeholt, voorzitter, M. E. v. d. Meulen,
vice-voorzitter, M. van derFeen,secr.penningm.
Commissieleden P. J. Fennema, A. Bouma,
H. M. Brandsma, M. A. Jentink, K. Canter
Visscher en S. T. Hiemstra.
De contributie werd op f 0.50 bepaald om
een algemeene deelneming te krijgen, terwijl
Donateurs en Donatrices werden aangenomen
tegen een jaarlijksche gift van minstens f 1.
per jaar.
Den 27 Februari 1882 werd wederom ver
gaderd, doch de vereeniging had niet den
bijval bij de burgerij gevonden dien men ge
hoopt en verwacht had. Toch werd besloten
door te gaan, men zou aan ’t Gasthuis en
den Gemeenteraad een subsidie vragen en de
aanvraag om stekken werd gepubliceerd.
Aan 85 aanvragers werden ieder 6 potten ter
kweeking gegeven en 1 September 1882 werd
de eerste tentoonstelling van Z/Floralia”planten
hier gehouden, ’t Getal inzendingen bedroeg
79 en in 4 klassen werden 20 prijzen
toegekend. De finantiën waren zeer verbeterd
doordat het Gasthuis een subsidie van f 50.
had verleend, bij den gemeenteraad echter
kreeg men nul op ’t request.
Reeds na deze eerste tentoonstelling werden
al maatregelen besproken om te zorgen dat
men op de tentoonstelling ook dezelfde planten
kreeg die als stekken verstrekt waren en
sedert werden de potten ieder jaar van een
merkteeken voorzien, door bij het bakken der
potten aan de fabriek van Draaisma er een
letter of een jaartal op te zetten. Dit gaf in
’t vervolg wel waarborg dat men dezelfde
bloempotjes - kreeg, doch nog niet dat het
i waren.
ons doel hier
van de vereeniging
voor
namiddags een concert in den Doeletuin ge
geven voor donateurs, leden en inzenders met
hunne dames. Het bezoek was zeer groot en
den volgenden avond had de feestelijke prijs-
uitdeeling plaats. Toen waren de bloemen
reeds afgehaald en de fraai versierde zaal
geheel voor bezoekers beschikbaar. Tevens was
de tuin werkelijk fraai geïllumineerd en was
’t muziekkorps weer op zijn post. De inte
ressante openingsrede van den voorzitter, de
comische wijze waarop de prijzen werden uit
gereikt, de muziek, de verlichting in den tuin,
af en toe door Bengaalsch vuur nog fantas
tischer gemaakt, bij dat alles steeg de vreugd
ten top en een algemeene Schotsche trije werd
onder den kastanjeboom gedanst. De toen
malige secretaris heeft dan ook genotuleerd
,/Wat al feesten de oude kastanjeboom heeft
zien vieren onder zijn bladeren, een feest als
dit had er zeker nog nimmer plaats gevonden."
Alle rangen en standen waren hier in vroolijk-
heid bijeen.
Van sommigen was ’t misschien wel in
teressant om de wisseling der bestuursleden
eens na te gaan, doch dit zou ons te ver
voeren. In de eerste jaren, dit kunnen wij
wel zeggen, heeft ,/Floralia” veel wisseling
van bestuursleden gehad, vooral doordat de
dood ze wegmaaide. In 1892 toch waren van
de 9 leden die de vereeniging in 1882 op
richtten, nog slechts 3 in leven. Een dezer
had nog bedankt zoodat na 10 jaar reeds 7
nieuwe leden zitting hadden. Ter herinnering
willen wij het bestuur van destijds even
noemen, het waren de heeren: Ds. M. E.
v. d. Meulen, voorz., J. Haitsma Mulier,
secr.-penn., P. J. Fennema, G. Keilman,
K. van Ringh, P. Peereboom, Ds. W. J. van
Douwen, J. Hommes en D. van der Meer.
Ook in latere jaren heeft de vereeniging
afwisselend voor- en tegenspoed gehad, doch
meer en meer is gebleken, dat het kweeken
van Floraliastekken hier ter stede geheel is
ingeburgerd, en dat er bij de werkende klas
veel animo voor betoond wordt. Dit laatste
jaar toch was het aantal aanvragers reeds
boven de 250.
Door de welwillende medewerking van het
stedelijk muziekkorps, en door de tactvolle
bemoeiingen en zorgen van de heeren en
dames bestuursleden kenmerkt zich de feest
avond nog steeds door een prettigen en har-
monischen geest. Slot volgt.
present, tegen de vier overigen wordt verstek
verleend. De beklaagde, na ’t proces verbaal
te hebben hooren voorlezen, zegt dat er zzwel
zoowat van aan” is.
Tegen ieder wordt f 2 of 2 dagen geëischt.
K. Z. te Harlingen is 17 Juni door de
marechaussee bekeurd wijl hij te Kimswerd
met een hondenkar reed waar 2 honden onder
liepen en één achter gespannen was.
Bekl. zegt, dat die achterste hond niet mee
trok, dat was nog een jonge hond, die zoo
maar meeliep.
De brigadier verklaart, dat de hond met
een riem aan de kar verbonden was en wel
degelijk mee trok. Bekl. was reeds eerder
gewaarschuwd dat hij op die manier de wet
overtrad.
Bekl. herhaalt dat de hond te jong
om te trekken. Hij nam
dat het thuis te lastig
scheurde.
Eisch f 2 of 2 dagen.
Bekl. vindt deze boete wel wat bezwaarlijk.
W. F. de G. te Wommels is 14 Juli door
de politie bekeurd wijl hij reed met een kar
zonder naam en nummer, en ’t was gebleken
dat hij niet in ’t bezit was van een nummer-
bewijs.
Beklaagde bekent de overtreding.
Eisch f 1 of 1 dag.
Den 25 Juli trof de politie denzelfden
beklaagde weer op den weg aan met de kar.
Nu stond er wel den naam van eigenaar en
dien der Gemeente op, doch geen nummer.
’t Bleek andermaal dat hij reed zonder
nummerbewijs. De politie veronderstelt dat
het onverschilligheid was van dezen beklaagde.
Bekl. bekent dat hij ook toen nog niet het
nummerbewijs had, maar dat was geen on
verschilligheid, ’t kwam door onbekendheid.
Hij heeft nu alles in orde.
Eisch f 1.50 of 2 dagen.
Beklaagde vindt deze boeten wel wat be
zwaarlijk, want hij is arm.
De politie trekt dit laatste in ^vijfel,
waarop bekl. meedeelt dat hij vroeger wel
wat geld had, maar dat op een ongelukkige
manier kwijt is geraakt, zoodat hij op zijn
ouden dag nog met de kar moet rijden, wat
hij waarlijk niet voor zijn pleizier doet.
H. H. te Leeuwarden vischte 22 Juli te
Stavoren met 2 hengels. Hij had geen acte
en geen vergunning voor ’t vischwater. Toen
de politie zijn vangst eens inspecteerde waren
er 15 baarsjes die niet de vereischte maat
hadden. Deze ondermaatsche visch werd weer
te water gelaten, de hengels werden in beslag
genomen en bekl. had proces op den koop toe.
Bekl. bekent, hij was een dag met verlof
en ging voor pleizier visschen. Hij meende
dat hengelen vrij was en wist ook niet dat
het daar verpacht vischwater was.
Hij wordt ingelicht, dat één hengel vrij
is, doch voor meer dan een moet er een
acte zijn en vergunning. Als hij dus wil
visschen, dient hij zich daarvan te voorzien.
Eisch f 1 of 1 dag.
Bekl. zegt hierop, dat hij zich voortaan tot
één hengel zal bepalen.
O. S. te Nijega (H. O. en N.) heeft
in den buitenberm van den polderdijk van den
Noordwolder polder een gat gegraven binnen
den kring, waar dit niet mag.
Bekl. bekent. Hij had het vorig jaar daar
baggergrond op het land van v. d. Wal
geplaatst. Hij groef nu wat veen uit, en
vulde het weer met die baggeraarde. Hij
meende niet dat daarvoor vergunning moest
gevraagd worden. Wel voor den binnenkant
van den dijk, doch aan den buitenkant had
hij niet gedacht dat vergunning noodig was.
Van der Wal de getuige, bevestigt wat bekl.
aanvoerde. Ook hij wist niet dat buiten den
dijk niet .gegraven mocht worden, want het
was daar laagland en nog al een eindje van
den dijk af. De politie had het gat daar
gevonden, en wist dat het reglement van den
polder het verbood.
Eisch f 2 of 2 dagen.
Bekl. vindt het moeielijk. Hij werkt hard
om wat te verdienen en nu boete betalen
dat past hem slecht.
P. S. te Bolsward geleide 24 Juli een stier
op de veemarkt, zonder dat het dier van een
neusring of knieband was voorzien. Bekl. is
tegenwoordig en bekent, maar de knieband
was gebroken, zoodat het eigenlijk zonder zijn
schuld was.
Eisch f 0.50 of 1 dag,
E. B. te Bolsward reed 5 Aug. met de
fiets door de stad, en een knaap was met
hem zzop de kar”. Dit mag niet, op een fiets
voor één persoon bestemd, mag niet meer dan
één persoon plaats nemen. De bestuurder is
aansprakelijk.
Bekl. bekent, doch had verwacht dat de
politie hem eerst gewaarschuwd zou hebben.
Dit wordt met anderen ook wel gedaan.
Waarschuwen behoeft niet. De politiever
ordening van Bolsward verbiedt het, dat er
een jongen meerijdt op de fiets.
Eisch f 1 of 1 dag.
A. P. te Bolsward stond terecht, wijl hij
15 Juli, ’s avonds door de politie was aan
getroffen op een fiets zonder licht, 't Was
reeds ongeveer 11 uur en dus al tang tijd
voor de lantaarn. Er was een troepje fietsers,
waarvan de voorste en achterste geen licht
op hadden. De politie riep de eerste aan en
bekeurde deze, doch de achterste, die lont
rook, ging er full speed van door. De politie
riep hen wel aan om af te stappen maar
neen hoor, vooruit ging het.
Toen werd natuurlijk gevischt, om te weten
wie dat was, en bij navraag aan anderen
kwam de agent aan den naam van dezen
beklaagde.
Bekl. is nu gedagvaard en ook verschenen.
Hij ontkent beslist, dat hij om elf uur door
de politie kan zijn gezien. Hij is dien dag
wel op de fiets naar Sneek geweest, doch om
9 uur was hij thuis.
De getuige T. Zwaga had eerst bij het
onderzoek verklaard dat het deze beklaagde
was geweest, die er zoo snel op den Sneekerweg
vandoor was gegaan, thans verklaart hij het
niet zeker te weten. Hij meende dat het deze
was.
De andere getuige L. Harkema was dien
avond ook omstreeks 11 uur per fiets van
Sneek gekomen, doch hij was niet bij het
clubje waarvan twee door de politie werden
aangehouden. Er waren hen dicht bij de stad
wel eenige fietsers voorbij gereden, waarbij
twee zonder licht, maar wie 't waren, heeft
hij niet gezien.
Eisch vrijspraak wegens gebrek aan bewijs.
En ten laatste kwam nog een zaakje aan
de orde wegens overtreding van de auteurs
wet. Ons tand is het vorig jaar aangesloten
bij de hBerner Conventie” dat is, dat in
ons tand nu ook gelden de bepalingen van
eigendom op geschriften, schilderwerk, muziek
enz. Hieronder is ook de fotografie begrepen.
Een fotograaf mag zonder toestemming geen
portret étaleeren voor het publiek, ook af
drukken van fotografieën mogen zonder toe
stemming niet publiek gemaakt worden. Er is
in de uitgeverswereld al heel wat beweging
over ontstaan, doch op fotografisch gebied
hadden wij tot heden nog niet gehoord van
gerechtelijke vervolgingen. Misschien wel dat
ons kantongerecht er de primeur van heeft,
althans j.l. Vrijdag is alhier een aanklacht
behandeld van een fotograaf. Het geval was
in het kort zoo
De heer W. Bleuzé, fotograaf te Rotter
dam, maakte een bijzonder soort portretten.
Door een toestel van spiegels had hij een
inrichting, waardoor met één opname een
portret in 5 verschillende pose’s werd opge
nomen. Iets nieuws alzoo op fotografisch
gebied, tenminste in ons land was het nieuw.
Nu ging de man, die den fotograaf gehol
pen had om de spiegelinriehting te stellen,
later dat ook aanbieden aan anderen. Dit
was voor den fotograaf natuurlijk schadelijk,
doch hij kon er niets aan doen. Niets
ja toch wel. Die fotograaf had van zijn
helper zulk een nieuw procédé gemaakt. De
zelfde man zat heel duidelijk 5 maal rond
een tafel. De fotograaf had zijn helper zulk
een portret cadeau gedaan en die liet
daarvan een cliché maken, en plaatste dit
cliché in de advertentie, waarin hij zich tot
het maken van de nieuwe inrichting aanbeval.
Voor het publiekmaken van dat portret
was volgens de auteurswet de toestemming
van den maker noodig. De permissie was,
dat begrijpt men, niet eerst gevraagd en
daarom werd een klacht ingediend bij de politie.
Tegen T. H. te Rotterdam werd nu een
vervolging ingesteld en de behandeling diende
hier j.l. Vrijdag. Waarom hier in Bolsward?
zal men vragen.
Omdat de advertentie met de cliché was
geplaatst in de Fotograaf die te Bolsward
wordt uitgegeven, en de bepaling is, dat dit
soort vervolgingen wordt behandeld bij het
Bolswardsche Courant
i