Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
.ND
No. 87.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
52ste Jaargang
1913.
I
u
1
Politiek Overzicht.
Zondag 2 November.
UIT DE PERS.
I
BINNENLAND.
VOOR
Afzonderlijke
in het uiterste geval,
dan
meester,
teekend.
.3
Naast de font in zake de Tarief wet en die
die desnoods en dan nog f
i
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Sneek, 31 Oct. Hedennacht halfeen werden
we in onze rust gestoord door 't getoeter van
den brandboom, die, niettegenstaande zijn
oorverdoovend geluid, velen in den waan bracht
dat er een auto door de stad holde.
Kwart na twaalven deed de agent Genis
nog even de ronde langs ’t Kleinzand, om te
zien of de café’s aldaar al gesloten waren.
Van brand was toen nergens iets te bespeuren.
En geen kwartier daarna stond de suikerfabriek
van de firma Tonnema Co. in lichtelaaie.
Wegens ’t nog bij ons alles behalve ge
regelde weksysteem, konden de spuiten niet
eer water geven, dan nadat ’t vuur reeds in
’t aangetaste perceel al geducht had huis
gehouden.
Maar toen ’t blusschingswerk dan ook klaar
stond om den strijd tegen ’t woedend element
te aanvaarden, weerden de brandweermannen
zich zóó dapper, dat we allen vol lof zijn over
hun krachtig optreden. Binnen een uur lag
ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
van
van zijn bewind h plat
voor Dr. Kuyper.
in zake de houding tegenover de Christelijk-
Historischen, noemen wij de wetgeving van
Talma. Dat Talma eene Bakkerswet gaf, die
de stem van alle sociaal-democraten verwierf,
en waarvan de geheele Rechterzijde schier
niet weten wilde, spreekt boekdoelen. Een
gedeelte van de Rechterzijde stemde tegen, een
ander deel liep weg, omdat ze niet vóór wilde
stemmen, en ’t derde deel stemde vóór uit poli
tieke overwegingen. Dit alles wijst op volkomen
gemis aan begrip van het Kabinet-Heemskerk,
wat het wil zeggen Coalitie-Kabinet te wezen;
men had het natuurlijk Rechts eerst binnens
kamers eens moeten worden over de hoofd
punten; men had tot een compromis moeten
komen, en als dat niet had kunnen gelukken,
de wet moeten laten liggen, en dat te meer
waar die wet geen hoofdpunt was van het
Regeeringsprogram.
Maar het leek wel of heel Tal ma’s wet
geving in het teeken der verdwaasdheid stond,
als men ze uit een politiek oogpunt beschouwt.
Met zijne Raden wet maakte hij al wat jurist
was tegen zich, en de felle oppositie van den
Hr. Loeff was daarvan het bewijs; met zijne
Ziektewet vervreemde hij allen van zich, die
het particulier initiatief willen steunen, en
de Land- en Tuinbouw-Onderlinge daarvan
een der meestgewenschte uitingen vonden, en
met zijne Verplichte Verzekering joeg hij
alle Staatspensioneerders, waaronder duizenden
mannen van Rechts, tegen zich op een hoop;
dat alles kan toch zeker wel toe.
En na drie zulke fouten durft men nog
jammeren over het geleden verlies en der
tegenpartij verwijten, dat ze valsch gespeeld
heeft. Het is inderdaad om te lachen; gelukkig
dat Links in het bezit is van een dossier,
hoe Rechts den verkiezingsstrijd heeft ge
voerd, dat aan de stoutste verwachtingen vol
doen kan.
maar in het uiterste geval, om politieke
redenen zouden hebben willen slikken. Wat
vloeide hieruit voort? Natuurlijk dit, dat de
Tariefwet nooit inzet had mogen zijn van
de verkiezingen, dat die wet in werking had
moeten zijn, lang vóór dat de stembus ge
opend werd. Wat gekund had, als men eene
behoorlijke verdeeling van arbeid had gehad,
en wat te onbegrijpelijker is dat niet geschied
is, waar men een waarschuwend voorbeeld
heeft gehad in de wet-Harte, die onder het
ministerie-Kuyper zelfs de openbare behan
deling niet gehaald heeft. Het kan toch niet
wezen, dat het Kabinet, zelf niet geloovende
in de heilzame werking
het gepredikt had, van eene
Vissers, van
klaarbare wijze
het vieren van
had bij namelijk niet bemerkt, dat de strop
of lus aan het uiteinde van den draad om
een zijner beenen vast zat. Met den draad
werd hij tusschen de scheepsbolders door te
water getrokken, waarbij het been gedeeltelijk
werd ontveld en de kleeren aan flarden
gescheurd. De schipper had een en ander
opgemerkt, en kwam met zijn bootje juist
tijdig ter hulp. Voor de bekomen ontvellingen
moest heelkundige hulp worden ingeroepen,
Arnh. CL
de groote fabriek in puin. Met een donderend
geraas stortte bij’halftwee de voorgevel naar
beneden.
Een wonder mogen we ’t noemen, dat bij
dien val geen menschenleven valt te betreuren.
De heer Bont toch, lid van den raad, zou
juist langs ’t brandend gebouw passeeren,
toen de gevel zich in beweging zette. Een
persoon die dit zag, greep den heer B. nog
juist in tijds bij den arm en trok hem haastig
terug.
Wat de spuiten ook deden om de naast-
legers te behouden, hoeveel water de belen
dende perceelen ook binnenrukte, toch kon
men niet verhoeden dat ’t kantoor en magazijn-
gebouw van de firma A. Kuyt werd aangetast,
't Dak met den zolder moest aan dé vlammen
worden geofferd, waarmee natuurlijk gepaard
ging een enorme waterschade.
Ook in den linkernaastleger, waar de stroo-
hoedenfabrikant, de heer Paque woont, richtte
’t water zooveel schade aan, dat de Arnhem-
sche Assurantie-Maatschappij, hoorden we
zeggen, ’t daar met 2000 pop wel niet klaar
zal spelen. De fabriek van de firma Ton
nema Co., alsmede ’t genoemde gebouw
van de firma Kuyt zijn verzekerd bij de Mij.
,/l’Union” te Parijs.
Joure. De gezamenlijke melktappers van
Joure vergaderden Vrijdagavond de vorige
week in het Tolhuis, teneinde overleg te
plegen wat te doen inzake de nieuwe be
palingen van de nieuwe politie-verordening.
Na breedvoerige bespreking werd besloten een
adres aan den Raad te richten, dat ze met
de bepaling van //gesloten emmers” accoord
gaan, maar overigens //de melk wenschen te
leveren, zooals de koeien die geven”.
Aan de bepaling, dat de melk steeds
minstens van 2.750/0 vetgehalte moet zijn,
kon toch ten allen tijde nooit worden vol
daan, werd er geoordeeld, want de tappers
konden de koeien niet verplichten of nood
zaken melk van een bepaald vetgehalte te
geven. Men moest dus wel tevreden zijn met
de melk, zoo die van de koe komt.
Het adres is door achttien //tappers” ge-
Jouster Ct.
Nog juist bijtijds.
Dezer dagen is een schippersknecht, zekere
St. Andries, op bijna onver-
aan den dood ontsnapt. Bij
de sleepstrang of trekdraad
In de Enkhuizer Courant schreef PRINS
JORIS het volgend
Het is op dit oogenblik stil in de politiek,
buitengewoon stil. Dat heeft zijne natuur
lijke oorzaken; in de eerste plaats is het de
reactie op de enorme krachtsinspanning, die
alle partijen zich bij de laatste verkiezingen
hebben getroost en in de tweede plaats is de
Tweede Kamer niet in openbare zitting ver
gaderd. In tegenstelling met 1911 en 1912
werd in 1913 weer de goede gewoonte her
steld om den tijd voor de behandeling der
begrooting, ook daarvoor en uitsluitend daar
voor te besteden, en kinderen in de politieke
boosheid vragen dan ook aanjle Kamerleden
van hun kennis, wanneer er een einde zal
komen aan de vacantie. Bewijs, dat deze
eenvoudige vragers behooren tot die duizenden
in den lande, die van het afdeelingswerk
weinig hebben gehoord; die van het werk
der Commission van Rapporteurs geen flauw
begrip hebbenen die zich verbeelden, dat
met de openbare zitting het werk van de
Tweede Kamer eerst aanvangt.
Maar die stilte dunkt ons, zal slechts
tijdelijk zijn. Heeft niet reeds de School-
geestiger nagedachtenisse, in zijn
bekend gedicht //De Schipbreuk” gezegd:
//De storm, moet je weten, begint doorgaans
[met een stilte”?
En het kan best zijn, dat in de Tweede
Kamer bij algemeene beschouwingen over de
Staatsbegrooting, de vlammen van den strijd
hoog oplaaiener zit aan de Rechterzijde
nog heel veel wrok over de ondervonden
teleurstelling, en die zal zich wel moeten
uiten. Eene teleurstelling, die wel wat naief
is, als men met het feit rekent, dat sinds
1848 geen enkel ministerie in Nederland
langer dan 4 jaren zat, maar die toch bij
sommigen zoo groot is, dat ze van Job’s:
De Heer heeft gegeven, de Heer heeft ge
nomen, de naam des Heeren zij geloofd, niets
hebben moeten dezen keer.
Het dunkt ons de moeite waard nog eens
de kapitale fouten van het vorig Kabinet-op
te noemen. Natuurlijk ons daarbij niet plaat
sende op het standpunt van een man van
Links, maar op dat van een man van Rechts.
En dan stuiten wij het eerst op hetgeen met
de Tariefwet is gebeurd.
Het ministerie-Heemskerk wist zoo goed
als iemand, dat duizenden mannen van Rechts
van eene Tariefsverhooging niets moesten
hebbendat ze
van de Tariefwet, die
werking daarvan
nog grooter gevaar zag voor de verkiezingen,
van het enkele ontwerp, maar men zou
het haast denken. Maar dat houdt geene
rekening met den Nederlandschen landaard,
die zich zeer gelaten pleegt neer te leggen
bij de gedane zaak.
Maar daar houdt de fout niet op. Als dan
om ons onbekende redenen, men niet tijdig
met de Tariefwet gereed heeft kunnen komen,
dan had de Hr. Heemskerk toen het adres
van het Anti-Tariefwet-Comité tegen de wet
kwam, welk Comité bestond uit mannen van
allerlei politieke kleur en richting, en toen
dit gesteund werd door duizenden werkgevers,
eveneens van alle partijen, de wet tegenover
zoo duidelijk uitgesproken volkswil terug
moeten nemen; dan zat hij naar onze over
tuiging nog. Hij zou dan, iets eerder dan
Dr. Kuyper tot ommezwaai zijn gekomen, die
er thans ten diepste van overtuigd is, dat
Rechts bij de stembus per se verloren is, als
ze met Tariefsverhooging aankomt.
Daarnaast rekenen wij als 2de groote fout,
dat de fractie in de Coalitie, die het meest
ontzien had moeten worden, laten wij maar
zeggen, stelselmatig in het harnas gejaagd
is; te weten de Christelijk-Historische. Met
zeldzaam talent is het den Hr. de Savornin
Lohman gelukt achtereenvolgens alle Christe
lijk-Historische elementen tot ééne Unie te
vereenigen, van wier steun de Coalitie ver
zekerd zou zijn. En in plaats, dat het Kabinet
dit waardeerde, en toonde, dat dit zulks waar
deerde, rekening houdende met het feit dat
vele Christelijk-Historischen toch nog altijd
inwendige vrees hadden, dat hunne toetreding
tot de Coalitie de hun zoo dierbare Nederlandsch
Hervormde Kerk schade zou doen, en ten goede
koeien aan de mannen van 1886, is er alles
gedaan om die vrees te versterken. We wijzen
er in dit verband op, hoe de theologische
faculteit te Utrecht, die langzamerhand door
gewoonterecht al wordt dat recht natuurlijk
door ons niet erkend de speciale ópleiding-
school was geworden voor de orthodoxe pre
dikanten der Nederlandsche Hervormde Kerk,
stelselmatig bij vacature door Gereformeerde
professoren werd aangevuld. Iets waarover
Dr. de Visser openlijk in de Kamer zijne
groote teleurstelling heeft uitgesproken, en
waarbij hij de tolk was van duizenden, die
in politicis met hem plegen mede te gaan.
En nu weten wij wel, dat dit alles zeker niet
gebeurd zou zijn, als na het »afschuwelijk
misverstand /Mijnheer niet zelf weer was gaan
mennen”, maar dat Heemskerk zulks toeliet,
is al weder eene van zijne kapitale fouten
geweest; de Christelijk-Historische Unie is
toch op 9 Juli 1908 door de toetreding van
de Friesch-Christehjk-Historischen in hoofdzaak
daarom tot stand kunnen komen, omdat men
in die kringen ten gevolge van de decoratiezaak
Dr. Kuypers invloed op onze politiek voor
het vervolg van geringe beteekenis achtte.
Hoe de leiders dan ook voelen, dat ze be
schaamd moeten staan tegenover deze mannen,
mag wel blijken uit het feit, dat een zoo
eminent man als Dr. de Visser op het oogen
blik geen grooter wensch koestert, dan het
politieke strijdtooneel te verlaten, en dat hij
weer smachtend opziet naar den kansel, waarvan
deze schitterende redenaar steeds een der grootste
sieraden was, en waarop hij oneindig veel
beter werk geleverd heeft, dan in de Coalitie.
Als de Friesch-Christelijk-Historischen en
andere partijgenooten aan Dr. de Visser zouden
vragen: Wat is onze winste geweest door onze
toetreding tot de Coalitie, dan moet de president
van hunne partij daarop het antwoord schuldig
blijven. En dat is al wederom niet zijne schuld
geweest, maar die van Heemskerk, die de
laatste drie jaren
ventre heeft gelegen
Die teleurgestelden van Rechts herinneren
ons aan een van de geestigste platen van
Alexander Verhuell, die in het midden van
de vorige eeuw ons land met zijne rake pen-
teekeningen verkwikte. De plaat, die wij op
het oog hebben, laat ons twee schaakspelers
ziende partij is uit en de winner zit dood
bedaard te kijken, maar de verliezer is buiten
zichzelven van woede, en gaat aldus den
winner te lijfJa, ik heb het verloren,
Mijnheer, maar verbeeld je niet Mijnheer,
dat dit komt door uwe knapheid; neen Mijn
heer, dat komt doordat ik zelf gespeeld heb
als een domkop, als een uil, als een stom
meling.
Waarop de winner doodbedaard antwoordt
Waarde Vriend, ik spreek je immers niet
tegen.
Wezenlijk, het wordt tijd, dat men Rechts
in zichzelve inkeert en zich welbewust wordt
van de fouten, de groote fouten, die ze in
de periode van 19091913 heeft begaan;
dat zal tot bescheidenheid stemmen. In zoo
verre is het dan ook heel jammer, dat Dr.
Kuyper, die tusschen stemming en herstem
ming de toezegging had gedaan, na den eind-
afloop te zullen uiteenzetten welke feilen het
aftredend Kabinet had begaan, daarvan is
teruggekomen op grond dat dit, na zoo groote
nederlaag, te pijnlijk zou wezen; het woord
van dezen staatsman zou althans de anti
revolutionaire pers wederom tot bescheiden
heid hebben gebracht. Er zijn er nu eenmaal
onder de anti-revolutionaire organen, die als
ze niet van tijd tot tijd eene waarschuwing
krijgen van Dr. Kuyper, om het niet al te
bont te maken, alle onderscheidingsvermogen
tusschen wat betamelijk en onbetamelijk is,
kwijt raken.
Bolswardsche Courant
i
I
o