Jieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
Met z’n Twaalven.
Van Houten’s
RpNA CACAO'
bdtn, Ac. vAAétHxxuno wïaL cRxmcv
1914.
53ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. 2.
Zondag 4 Janüari.
RAADSO VERZICHT.
RECLAME.
BINNENLAND.
(T<U
VOOR
e.
e,
E
Enkh. Crt.
c.
d.
jA-Ulc xn Ihw, wcAxn. na U, -mooX Winn
vcvnam
doch
nagezet.
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 8 maandn.
Franco per post 50 Cents.
Afzonderlijke nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Dent.
vergaderlokaal
nu al in twee
nog is de zaak
we alleen, de
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
-mux. cLxc Aicnvtcw wx
exieow- xh> un ovszvfcvvnc m v^^canAa ocxcvn^,
da vna;an auxn mao Ó6
oa ö-maok wfi aanatmmcv clan do, vatv
4^
keurigbid berekend, dat hun leven nog tal
van jaen, dagen, uren, minuten en seconden
duren tan.
Zij hengen hun leven door als ééndags
vliegen die van den morgen af lustig over
de bloenen fladderend tot het wegzwijmend
avondrnd hun het oogenblik van sterven
meldt. Zooals die zorgelooze wiekdragertjes
vermorsn zij in ledigheid den tijd, die zoo
kostbaaiis voor wie hem weet te gebruiken.
Waarom liezen zij zich geen levensdoel,
waaraan tij arbeiden moeten met stoere taai
heid? 0, ’t lot werpt slechts weinigen over
vloed inden schoot: de anderen moeten stap
voor stip bun koninkrijk veroveren en zijn
daarom it ongelukkigsten niet. Niet gewacht
tot morgn: reeds nu begonnen. Morgen wordt
ge misscten reeds neergesabeld uit de gelederen.
En zodt ge willen, dat men u niet miste?
men elkander de plek
ge gezaaid hebt en het zaad
Daarom niet ge-
gearbeid: iedere klokslag her-
aan dat de tijd vliegt: gedenk
Hepk. Nwsbl.
Moordaanslag.
Te Breda werd Donderdagavond, half zeven,
vrouw A. P. Claassen Loonen op den hoek
van de Veemarktstraat, gevonden, badende in
haar bloed. Door voorbijgangers bij dr. A.
B. Bijnen binnengedragen, bleek, dat in het
dijbeen met een mes een diepe snede was
toegebracht, waarbij een slagader was doorge
sneden. Per brancard is zij naar het Roomsch-
Katholieke gasthuis overgebracht. Haar toestand
is levensgevaarlijk. De dader, baar man, is
gearresteerd. Het mes, waarmee de misdaad
werd bedreven, werd nog op hem bevonden.
De vrouw is moeder van vijf kleine kinderen,
v. Fr.
Moordaanslag.
Rottevalle, I Jan. Bijna was hier heden
namiddag een moord gepleegd. Zekere F. P.
van Houtigehage, thans wonende te Rottevalle,
was met eenige anderen naar de weekmarkt
te Drachten geweest, ’t Was Nieuwjaar en
de herbergen werden natuurlijk, ook op de
terugreis, bezocht. Te Rottevalle uit de herberg
komende en op reis naar huis trof F. P. zijn
zwager Siebe Bos van Houtigehage. Hij kon
met dezen steeds slecht over weg en na
slechts enkele woorden met hem gewisseld te
hebben, stak P. zijn zwager met een vlijm
scherp mes in de zijde, waardoor een rib zoo
goed als geheel werd doorgesneden en een 4
cM. diepe wonde ontstond. Gelukkig werden
de longen niet geraakt en bestaat er geen
onmiddellijk levensgevaar. De getroffene werd
bij zijne moeder, die daar onmiddellijk bij
woont, in huis gedragen en voorloopig door
T. Jonkman en P. v. d. Sluis verbonden,
waarna om Dr. Bleeker te Drachten werd
getelefoneerd, die onmiddellijk per auto naar
hier kwam. Dader en gewonde zijn beiden
gehuwde jonge mannen. De dader vluchtte,
werd door rijksveldwachter Haarsma
was, zal
hoofdel. omslag niet
hebben B. en W. direct
gewaagd, en ze
handen wat meer
er niet van maken.
B. en W. getuigen dat de inkomsten der
gemeente geen gelijken tred houden met de
stijging der uitgaven ergo... meer hoofdel.
omslag. Wij getuigen, dat de toename der
bevolking geen gelijken tred houdt met de
stijging der belasting ergo... wij zullen
dieper in den zak moeten tasten.
Over het afstaan van een
voor slechts enkele malen is
vergaderingen beraadslaagd en
niet beslisthiervan zeggen
soep is de kool niet waard.
wij behouden in ons de kracht die ze ons
hebben gegeven door woord en voorbeeld,
voor ons zijn ze niet gestorven, maar leven.
Weer anderen zullen in dit nieuwe jaar
hunne plaatsen innemen, menschen in knop,
levende beloften. En vreugde zal er zijn bij
hunne intrede in het leven. Op ons ouderen
rust de dure plicht de kleinen, kneedbaar als
was, met zieltjes als blank papier op te voeden,
op te voeden tot menschen van deugd en
kracht, mannen uit één stuk, vrouwen vol
echte menschenliefde. Zullen wij aan die
plicht kunnen voldoen. Ze is zoo zwaar, al
onze krachten waardig!
Bim
De mensch is groot, maar ookde mensch
is klein en hoovaardig. Icarus plakte zich met
was vleugelen aan de schouders en wilde naar
de zon vliegen. De warmte smolt het was
en dé hoovaardige smakte weer op aarde neder.
Wij twintigste-eeuwers streven de vogels op
zijde. Als groote libellen zweven wij met
onze een- en tweedekkers door de lucht, wel
haast een wedvlucht houdend met de zwaluwen.
Maar een sfofje in de benzine is voldoende
om de fijne buisjes van den moter onzer
machine te verstoppen en wij vallen te pletter.
Zoo worden wij er aan herinnerd, dat de
mensch een riet is, al is het dan ook een
denkend riet. Zullen wij 1915 mogen be
groeten, zooals wij het 1914 doen?
Bom!Bam!Bim!
De laatste slagen sterven weg boven onze
grijze stad. Nu wenschen milioenen en mil-
lioenen menschen elkaar een jaar van voor
spoed en geluk!
De oude grijsaard 1913 verzinkt in de
nevelen van bet eeuwige niet, het rozige kind
1914 stapt de onbekende toekomst tegen.
Het jaar is dood! Leve het jaar!
LABOREMUS.
Wolvega, 31 Dec. Ondanks herhaalde waar
schuwingen, worden nog telkens winkeliers het
slachtoffer van oplichtende Zigeuners. Heden
morgen trachtten een tweetal vrouwen van
zoo’n zigeunertroep hun slag te slaan, wat
hun bij een winkelier in glas- en aardewerk
alhier ten deele gelukte. Nog bijtijds bemerkte
de vrouw van den winkelier dat een valsche
rijksdaalder ter wisseling werd aangeboden,
waarop de beide Zigeunervrouwen zich slechts
met een klein bedrag uit de voeten konden
maken. Een onmiddellijk ingesteld onderzoek
ten gemeentehuize gaf natuurlijk bitter weinig.
Eenige eetwaren, welke de beide vrouwen bij
zich hadden, werden in beslag genomen door
de politie, waarop de troep spoedig ons dorp
verliet.
Beetsterzwaag, 1 Jan. Een konijnenjager
alhier die zijn vretineen hol had gestuurd, kwam
na een poosje wachten tot de ontdekking, dat
zich iets ongewoons in het hol moest bevinden.
Weldra kreeg hij zekerheid, doordat er een
dikke boschkat in een der netten vloog, ’t
Was een kolossale poes, welke een gewicht
had van 12 pond.
Ge moet zorgen, dat
kan wijzt, waar
bespreid net uw tranen,
aarzel d, aar
innert uer
te ster vei
Bom I.
Weer reekt de bronzen stem ons van de
kortheid an ons bestaan. En verwonderd
vragen w ons af, hoe ’t mogelijk is, dat in
dat broz» korte leven nog tijd en lust ge
vonden wdt, tot krakeel: hoe de zoon den
vader, debroeder den broeder zijn levens
dagen kaïverbitteren. O, wij begrijpen het,
de jongelg heeft andere denkbeelden dan
de vader, 3 tijden gaan voort, de gedachten
schrijden jrder en wij met hen, maar de
jongere mj niet vergeten, dat zonder de
ouderwetse denkbeelden van den andere zijn
nieuwerweihe niet stevig op de beenen zouden
staan. Eide vader heeft toe te geven, dat
de wereld iet stilstaat, dat elke minuut onze
grijze aardveroudert en wijzer maakt.
Bam
Daar li| de man terneder, van wien gij u
om aardse, kleinzielige redenen hebt af
gekeerd, ehandenwringend staat ge bij zijn
baar. Nu crt hem niet langer het aardsche,
tijdelijk goe, de eeuwige rust heeft zijne
trekken omannen. Hoe kleinmenschelijk, hoe
onbeteekend komt u nu uw geschil voor,
’t was oiwat eer, ’t was om een handvol
geld, ’t w uit eigenwaan, ’t was uit baat
zucht, datje elkaar hebt gevloekt en ver
vloekt en hoond. En nu zoudt ge hem tot
het leven illen terugroepen, hem de hand
ter verzoen» willen reiken, hem zeggen hoe
nietig uw -ist u nu voorkomt. Het is te
laat, onvennd zijt gij gescheiden; zal wroe
ging niet v laatste levensdagen verteren
Zult ge n steeds het Kaïnsmerk op uw
voorhoofd den branden?
Gedenkewij te stervenReeds neigt het
hoofd ter ale, iedere stap brengt ons nader
tot het gra Hoeden wij ons er voor met
onze naastete breken om stoffelijke, aardsche
belangen, at ons in eigen boezem tasten,
of ook bij s een deel der schuld berust en
verzoenen 1 ons op den oudejaars-avond, die
zoo geschikis tot afrekening en vereffening.
Bim I... i
Dat is h, dat wij onszelven berokkenen.
Maar er vdt ook buiten eigen schuld ge
leden. Er er die den oudejaarsnacht door
brengen iifcene kille woning, met leege
maag. Huninderen krijten van honger, hoe
zullen zij zvoeden, hoe zekleeden? Zij zien
niet met vigdevollen moed het nieuwe jaar
tegemoet, v zal het hun brengen? Ik zal
het u zegparmoede, ellende, ontbering,
’t Zijn toclmènschen. Uw hond geeft gij
het bestaandat hij waard is, zult gij het
dan uw memenscb niet doen, die denkt
en voelt alsij? Wees barmhartig in het jaar
dat voor Uigt; gedenk de armen. Oefen
liefdadigheidaar vermogen.
Bom
De oudejtjavond is bij uitstek geschikt
tot afrekeniten vereffening. Wij maken onze
balans op, stoffelijken en zedelijken zin.
Wij gaan drijen langs van onze bloedver
wanten en (missen. Ach, daar ontbreken
er, die wij n>de missen. Hun taak was nog
niet afgedaanfrun liefde of vriendschap was
ons zoo zoet.Maar de Onverbiddelijke heeft
ze weggemaai Hoe gelukkig als wij met
dankbaarheid mnen gedenken, wat zij voor
ons waren; aliij eene plaats openlaten, die
zóó niet vervfl kan worden, als zij het
deden. Natuujk, in veler herinnering zal
hun beeld verwen en bijna weggewischt
worden, maar t, die hun het naaste stonden,
Bom
Zoo reiken zij elkander nu de hand, de
oude grijsaard 1913 en het blozende kind
1914, de oude met moeite het zware boek
torsend waarop het Jaar zijn debet en credit
heeft geschreven, het kind met de onbeschreven
bladen, waarop zoo menige vreugde en zoo
menige smart zal worden geboekt. Lustig
twinkelend heeft het klokkenspel van den
alouden toren, zooals het tientallen jaren al
gedaan heeft, zijn 'nootjes door de lucht ge
pareld en de menschen gewaarschuwd, dat
alweer een jaar als eene rimpeling verdwijnen
gaat in der tijden zee. Met doffe klank treft
de klepel de klok en de eerste der laatste
twaalf galmt door de nachtelijke rust.
Bami...
De tweede klokslag volgt... Er volgen er
meer, er zullen er nog duizenden volgen, de
eeuwen door. Want dat is wel de gedachte,
die bij ons oprijst den laatsten jaarsdag: de
gedachte aan de oneindigheid der tijden, aan
de eeuwigheid. Hoevele duizende en tien-
duizende, honderdduizende en millioenen dagen
zijn elkaar reeds opgevolgd, hoevele zullen
elkaar nog opvolgen in duizelingwekkende vaart.
En wij denken ons in die oneindige eeuwig
heid de korte spanne tijds, dat wij leven, en
voelen, dat ’t is een zandkorrel uit den berg,
een droppel uit de zee.
Bim
Deze derde slag overstemt een bange klacht
die wij uiten. Want ons beangstigt de kort
zichtigheid der menschen, die niet zien hoe
kort vaak de tijd is van het uur onzer ge
boorte tot dat van ons sterven. Zorgeloos
leven zij daarheen met wiskunstige nauw-
Bij de Raadsvergaderingen van 1913 kwam
nog een nakomertje. In spoedeischende ver
gadering opgeroepen, moest nog even het
maximum van hoofdelijken omslag de hoogte
in. Van f 30.000 zou het op f 35.000 gebracht
worden," maar staande de vergadering deden
Burg, en Weths. er nog eens 5 mille bij, ’t
kon nu in één moeite doorgaan. Met een
beetje Jegensparteling slikte de Raad die pil.
De argumenten der tegenstanders hebben
niet onze sympathie. Om zooveel uit de
gasfabriek te halen, dat het de gemeentekas
belangrijk stijft, zou het worden een extra
belasting opleggen voor de gasgebruikers ten
bate der niet-gasgebruikers. Billijk is dat niet.
Opcenten op de personeele belasting is ook
niet zoo goed naar draagkracht als de hoofde
lijke omslag, die toch geheel gebaseerd is op
het inkomen.
Dat de gemeentehuishouding duurder wordt,
kan men op z’n vingers natellen. De tracte-
menten en werkloonen stijgen, de pensioen
regeling kost een bom duiten, het onderhoud
van het park is ook niet voor de poes en
als dan nog de ombouw tram gereed komt
hoewel dat moeten we eerst nog zien zijn
dit belangrijke nieuwe uiigaafsposten. Ook
zonder tram kan men wel nagaan dat het
budget der gemeente aanzienlijk stijgt, en
daar nu f 30.000 al niet eerlijk toereikend
men ’t volgend jaar met f 35.000
rondkomen. Daarom
nog maar een sprong
slaagden. Ze hebben nu de
vrij, en misbruik zullen ze
Bam 1
De mensch is groot en begenadigd. Welk
een weg heeft zijn geest niet doorloopen, sedert
afzienbare tijden. Natuur bedwingt hij, als
de ruiter het steigerend paard en dwingt haar
tot zijn dienst. Steeds verder speurt zijn ver
stand, spiedend in het onmetelijk kleine en
doorvorschend het onmetelijk groote. Midden
in den Oceaan staat de ^Volturno” in laaien
brand. Wanhoop maakt zich van de be
manning meester. Maar de Marconie-telegrafist
doet rustig zijn plicht. Draadloos seint hij
de wanhoopskreet naar alle zijden over de
zeeën: S. O. 8.
En op het onhoorbaar roepen en het on
zichtbaar wenken van bet brandend schip
komen zeven of acht schepen van mijlen ver
achter den horizon opdagen tot redding.
Wat zal 1914ons brengen? Ontdekking volgt
op ontdekking, ’s menschen schranderheid tot
het uiterste geprikkeld, stèAt voor geen belet
selen geheim op geheim ontfutselt zij de natuur-
Dat is verheffend en moedigt aan. En al
reiken niet ieders krachten even ver, wat nood.
Dat ieder doe wat zijn hand te doen vindt,
in eigen kleinen kring. De houthakker moet
er zoo goed zijn als Marconi.
3.
L.
-■n?'
z n I
-
Bolswarische Courant