lieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
1914.
53ste Jaargang.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
No. S3.
Huisindustrie.
Donderdag 19 Maart.
BINNENLAND.
Opent de vensters!
VOOR
Afzonderlijke
gevallen
wat oudere
jaar tucht-
Arnh. Ct.
voor moeilijkheden
niet uit den weg gaat. Het is te hopen,
dat hem na de verzekeringswetten tijd blijve
om ook deze urgente kwestie af te doen.
Oostergo.
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
den. In een
kroop een
meest
blijven voortbestaan,
aan het hoofd van
waaronder de Directie van den arbeid ressor
teert, weet ieder dat hij
uit den weg gaat.
enkele cijfers en
men dan ook Dr. A.
v. Fr.
Advbl. v. Kollum.
Een schrijnend verhaal.
Een in-droevig geval kwam ons ter oore,
zoo schrijft de Rotterdammer, dat we in het
algemeen belang, meenen niet te mogen ver
zwijgen.
In het laatst der vorige week is ergens in
het Westen onzer stad (Rotterdam) een jonge
vrouw, moeder van twee kinderen, kort na
het ter wereld brengen van haar derde kindje,
overleden, onder omstandigheden, die iedereen
deels met medelijden en ontzetting, deels met
wrevel zullen vervullen.
Kort na de bevalling, die overigens oogen-
schijnlijk normaal verliep en waarbij een vrou
welijke verloskundige assisteerde, deed zich een
zeer ernstige complicatie voor, die het noodig
maakte, direct de hulp van een geneesheer in
te roepen. De verloskundige noemt den naam
van een dokter, dien we zullen aanduiden als
„Dr. A.” Een gedienstig buurman gaat, in
zenuwachtige haast, evenwel aanbellen bij „Dr.
B.” Deze komt dadelijk, en het vrouwtje ziende,
zegt hij: „Wel, wel, dat is hier hachelijk 1”
Dadelijk daarna wordt hij echter aangesproken
als „Dr. A.” (men kende hem persoonlijk niet),
wat tengevolge heeft, dat hij, niettegenstaande
den ernst van den toestand, het huis weer
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad it telefonisch aangesloten onder No. 4.
Het eerste kievitsei,
Pingjum, 17 Maart. Heden werd alhier
het eerste kievitsei gevonden door Klaas
Boersma.
Een gerucht van mond- en klauwzeer positief
tegengesproken.
Leeuwarden, 17 Maart. Hedenmorgen liep
op de markt te Sneek en elders het gerucht,
dat er mond- en klauwzeer was uitgebroken
onder het vee van den veehouder Lootsma
te Tjerkgaast. Dit gerucht kan gelukkig
positief worden tegengesproken. Heden is
de heer H. v. Sta, districts-veearts alhier, op
onderzoek uitgeweest en heeft de verdachte
koe, die kwijlde, onderzocht. Daarbij bleek,
dat er geen sprake was van mond- en klauwzeer.
Witmarsum, 14 Maart. De Christelijke
school met onderwijzerswoning alhier is bij
onderhandschen verkoop in eigendom over
gegaan aan den heer C. A. Rauwerda te Arum.
Arum, 15 Maart. Een kip van
R. B. alhier was wel naarstig aan
maar hoe men ook zocht, men
eieren niet vinden.
den heer
was wel naarstig aan den leg,
ook zocht, men kon hare
Ten slotte vond men
hare 13 eieren in... een eksternest in een boom.
Zevenwouden, 16 Maart. In den laatsten
tijd beginnen sommigen zich toe te leggen op
het kweeken van aardappelen uit zaad. De
zwaarste zaadbollen worden daarvoor in den
nazomer verzameld en gedroogd, ’t Duurt
dan nog 3 a 4 jaar, voor men goede aard
appelen van behoorlijke grootte heeft, doch
de nieuwe soorten, die men dan bekomt, zijn,
althans in de eerste jaren, vrij van ziekte.
Kan men een nieuwe soort voor den ver
bouw in den handel brengen, dan wordt deze
duur betaald en valt er op gemakkelijke wijze
een aardig sommetje te verdienen. Tevens
is de verbouw van nieuwe soorten ook zeer
voordeelig, daar deze in den regel zeer meel
rijk zijn en dus als consumptie aardappel
goed van de hand willen.
Hepk. Nieuwsbl.
king te verkrijgen zal zijn als van de arbei
ders in de huisindustrie. Die moeilijkheden
mogen intusschen den wetgever niet beletten
zijn krachten te beproeven aan een wettelijke
regeling. Zonder deze immers zullen de
ongewenschte toestanden nog jaren
Van een man, als thans
het departement staat,
verlaat, zeggende, dat
maar moet halen.
De echtgenoot van de ongelukkige vrouw
(welke al dien tijd ontzettende smarten leed
en veel bloed verloor) ging nu onmiddellijk
naar Dr. A. Deze geeft tot bescheid, dat de
man zijn huisdokter maar moet roepen. «Ik
heb geen huisdokter, we hebben nooit zieken
gehad,” is het antwoord. „Wie heeft uw
kinderen dan ingeënt? vraagt Dr. A. Het
antwoord luidt, dat dit gedaan is door een
der homoeopathische doktoren hier ter stede,
„Ga dan den homoeopaath maar halen”,
is het antwoord. De arme echtgenoot, ten einde
raad, smeekt Dr. A. om toch maar te komen,
omdat het leven van zijn vrouw ermee gemoeid
is. De dokter blijft echter hard en onvermurw
baar. Hij wil niet.
Als eindelijk de homoepathische genees
heer, van nagenoeg het andere einde van de
stad komende, de woning betreedt, is de arme
vrouw stervende.
De vroedvrouw moet beweerd hebben, dat
bij snel deskundig ingrijpen dit jonge leven,
zoo waardevol voor kinderen en man, had
kunnen behouden blijven.
Dit alles is ons uit goede bron ter oore
gekomen. Wellicht, dat het relaas in kleinig
heden niet klopt met het werkelijk verloop,
de hoofdzaken moeten waar zijn.
Namen konden we natuurlijk niet noemen,
doch ze zijn ons bekend.
De ernstige vraag rijst, of een groot deel,
we kunnen gerust zeggen verreweg ’t grootste
deel van de burgerij, moet overgeleverd
blijven aan dergelijk hoogst willekeurig doen
van doktoren met zooveel gemis aan verant
woordelijkheidsbesef. Den geheelen dokters-
stand kan men gelukkig niet een geval als
dit aanwrijven. Maar met de onaangename
herinneringen van soortgelijken aard, welke
bijna ieder die men spreekt weet mee te
deelen, en met nu weer voor oogen, de on
gemotiveerde weigering van twee geneesheeren
om hun hulp te verleenen aan een doodziek,
een stervend menschenkind uit den kleinen
burgerstand, zal men met ons eens zijn, dat
er werkelijk iets moet worden gedaan om te
geraken uit dezen barbaarschen toestand in
een beschaafde samenleving.
In verband met dit verhaal werd de
Maasb. er op attent gemaakt, dat men zich
in dergelijke spoed-eischende gevallen kan
wenden tot de politie-bureaux, welke dan
terstond verloskundige hulp aanwijzen.
Diefstal in de kazerne te Ede.
Bij den brand in de Infanterie-Kazerne te
Ede, verleden week Zondag, werd, zegt het
Hbld., om verschillende redenen vermoed,
dat de dader een andere moest zijn dan bij
vorige gelegenheden. Eén dezer redenen
was het vermissen van eenig zilvergeld uit
de kast, die zou moeten verbranden als het
begin van den brand niet spoedig ontdekt was.
Gisternacht is ingebroken in de cantine
der infanterie,
deuren open en
Wat vermist
opgegeven.
Het onderzoek naar de toestanden in de
Nederlandscbe huisindustrie is thans afgeloopen.
De directie van den Arbeid publiceerde het
derde deel, waarin de bedrijfstakken, textiel
industrie, kleeding en reiniging voorkomen.
De resultaten van het onderzoek zijn weer
verschrikkelijk.
Wij zullen er
van meedeelen.
Voor de kleermakers, die als thuiswerkers
hun brood moeten verdienen, is de toestand
bij de confectiemakers het slechtst; 6 pCt.
dezer confectiemakers heeft een arbeidsdag van
meer dan 16 uur, bijna 30 pCt. heeft dage
lijks van 14 tot 16 uur te arbeiden, 44 pCt.
werkt van 12 tot 14 uur, en nauwelijks het
vijfde deel dezer zwoegers heeft een korteren
arbeidsdag dan 12 uur. De onmenschelijke
werktijden, waartoe deze confectiemakers ver
plicht zijn, hangen natuurlijk nauw samen
met het loon, dat zij per uur kunnen ver
dienen. Het rapport geeft als het gemiddelde
uurloon aan 14.9 cent, doch beneden 20 jaar
is het gemiddelde niet meer dan 11.7 cent
en boven 60 jaar is het hoogstens IS1^-
De werkplaatsen zijn in vele opzichten
erbarmelijk. Bij een derde gedeelte was ze
tevens woonvertrek.
De cijfers hieromtrent loopen echter voor
de verschillende plaatsen zeer uiteen. In Den
Haag en Groningen zijn van 100 werk
plaatsen er 18 tevens woonvertrek, terwijl
dit percentage in den Bosch zelfs 70 bedraagt.
De militaire kleermakers thuiswerkers te
Delft en Woerden bleken al even slecht be
huisd, bij 58 pCt. was het werklokaal tevens
woonvertrek! Heeft men zich wel eens voor
oogen gesteld, wat deze toestanden beteekenen
voor de samenleving? De thuiswerkers onder
vinden er natuurlijk in de eerste plaats de
nadeelen van. De confectiegoederen, die zij
vervaardigen, gaan het geheele land door.
Thans eeuige speciale gevallen. Het vol
gende is uit Amsterdam afkomstig.
Ondanks waarschuwing van den dokter
werd in een werkplaats het daar aanwezige
bed van een roodvonkpatiëntje gebruikt om
er de in bewerking zijnde kleedingstukken op
te leggen. In een ander gezin werd gewoon
doorgewerkt, toen 5 kinderen mazelen hadden,
van welke er drie in de huis-, slaap- en
werkkamer sliepen.. Een eerste klas ipaat- en
confectie-werker voor een der grootste zaken
is lupuslijder, en bij hem op de werktafel
zitten 2 kinderen, die ook al door die af
zichtelijke kwaal schijnen aangetast. Het be
nauwde, kleine werkvertrek is in hooge mate
onzindelijk.
Een ander geval, uit Rotterdam:
„Enkele der werk- en woonvertrekken kun
nen als brandpunten van besmettelijke ziekten
worden beschouwd, waar niettemin fijne klee-
deren voor kinderen en volwassenen worden
gemaakt. In een daarvan, dat zoowel slaap-
en huiskamer als werkvertrek is, werd bij’
het bezoek van den enquêteur juist gemiddag
maald op de kleermakerstafel, waarbij een
kinderledikant met een kindje stond, terwijl
een ander kind over den vloer kroop. De
leden van het gezin zagen eruit alsof ze
zich in zeer langen tijd niet gewasschen had-
La andere dergelijke omgeving
ziek kindje tusschen de op den
vloer liggende deelen van fijne kostuums,
terwijl het niet nalaten kon den vloer te be
vuilen. Wederom in een ander is een naaster
met hoofduitslag aan het werk, terwijl zij
zich telkens het hoofd krabt en dan weer
verder werkt.”
In den regel zijn, blijkens het verslag, de
werkplaatsen beter, doch het kan toch aller
minst door den beugel, dat, waar men alle
moeite doet van overheidswege om den ge
zondheidstoestand der bevolking te verbeteren,
in de huisindustrie toestanden laat voortbe
staan, die een gevaar opleveren voor de tal-
looze afnemers van confectie-artikelen. Vooral
als we lezen, dat in ’t rapport over een der
provinciesteden wordt vermeld, dat bij de
thuiswerkers in de kleederindustrie „de toe
stand in hygiënisch opzicht alles te wenschen
overlaat”. Wie met eenige aandacht de drie
deelen van het belangwekkend rapport heeft
nagelezen, zal erkennen, dat de wettelijke
regeling van de huisindustrie een bij uitstek
moeilijke materie is. Er zullen wel weinig
arbeidersgroepen te vinden zijn, waaraan voor
wettelijke maatregelen zoo moeilijk medewet-
Maandagmorgen werden de
de sloten geforceerd gevonden,
wordt, kan nog niet worden
De pachter, die dezer dagen de
exploitatie zou overnemen, heeft zijn voorraad
nog niet geheel uitgepakt. Wel staat vast
dat geen geld vermist wordt. Het ingestelde
onderzoek had geen resultaat.
Jeugdige boefjes.
De politie te Apeldoorn heeft de hand
gelegd op een aantal jongens van 13 tot 15
jaar, die, als goed-georganiseerde bende, zich
schuldig maakten aan diefstallen van allerlei
aard. Reeds geruimen tijd hadden de jongens
gewerkt. Zij stalen wat onder hun bereik
was: koek, .chocolade, flesschen zuurtjes, tot
zelfs een heele kaas, die ze onderling ver
deelden. Vrijdagavond zijn er enkele gesnapt,
met het gevolg, dat Zaterdag allen ten politie-
bureele moesten verschijnen.
De hoofd-aanstoker was een
jongen, die dezer dagen tot een
schoolstraf veroordeeld werd.
Verdronken.
Hedenmorgen had bij den Oostdijk te Enk-
huizen een ongeluk plaats. W. Visser Vzn.
en P. Burger Czn., beiden van Andijk, zouden
met een schuitje een vlet uit zee halen, die
door den storm was losgeraakt en ronddreef
nabij Kooishoofd. Door den hevigen wind
sloeg het vaartuigje om en geraakten beide
inzittenden te water. Burger wist zich met
veel moeite al zwemmende te redden, maar
Visser ia verdronken. Alg. H.
Onder dezen titel bevat de Parijsche Matin
een zeer lezenswaardig artikel over het onder
werp, waaraan wij in het jongste Januari
nummer een hoofdartikel wijdden, en waaraan
wij nog het volgende ontleenen.
Volgens het London Medical College worden
de onaangename gewaarwordingen en ziekte
verschijnselen, die zich in het bijzonder in
de wintermaanden voordoen, in een voorname
plaats veroorzaakt, door de warme lucht die
in de vertrekken, welke centrale verwarming
hebben, blijft „hangen”, zonder dat voldoende
luchtverversching plaats kan vinden, zooals
wèl het geval is door de muren en reten,
wanneer bij een flinke koude de verwarmde
lucht gedwongen wordt den schoorsteen in
te gaan en derhalve tegelijk mèt de gassen,
door de verbranding ontstaan, de onzuivere
dampen uit de kamers in de buitenlucht
afvoert.
Doch men bedenke het wel indien de
temperatuur, zooals dat in deze dagen vooral
bet geval kan zijn, binnenshuis iets lager is
dan buiten, beeft een luchtwisseling in .om
gekeerde orde plaats, en wordt de weldoende
kachel een luchtvergiftiger, die niet alleen
de slechte kamerlucht niet afvoert, doch de
giftige verbrandingsproducten in uw kamer
brengt en allerlei ziekten vooral der adem
halingsorganen zal veroorzaken.
Van daar de ernstige raad dien het Parijsche
blad boven zijn artikel plaatst, en die wij met
allen nadruk herhalen, vooral in deze tijden
van „mak weer” en slecht trekkende kachels,
en evenzoo bij centrale verwarming: Opent
uwe vensters
De jacht op wilde ganzen, die doorgaans
aan het einde dezer maand gesloten is, omdat
de geldigheidsduur der machtigingen dan is
verstreken, heeft de laatste dagen, wat de
Wouden betreft, niets opgeleverd. De vogels
zijn reeds eenigen tijd vertrokken. Nog niet
naar de broedplaatsen in het hooge Noorden,
maar naar veiliger oorden waar de lucht niet
immer van kruitdamp zwanger is. Sedert hier
systematisch dag in dag uit op deze schuwe
vogels wordt gejaagd, vermindert geleidelijk
ieder seizoen het aantal ganzen in onze
polders en hun verblijf gedurende eenige
maanden in koudere gewesten, doet naar het
schijnt niet hun belagers vergeten. Bovendien
heeft een zoo radicale rustverstoring dezer
vogels tengevolge, dat ze in den nawinter
reeds vertrekken naar plaatsen als de omgeving
van de „Groote Wielen” bij Leeuwarden en
daar vertoeven tot het oogenblik van den
grooten trek is aangebroken. Het stelsel van
onvermoeid vervolgen wreekt zichzelve en
voert met zich, dat de honderdtallen wilde
ganzen, die hier anders kwamen, tot tien
tallen worden gedecimeerd en eindelijk niet
meer dan slechts sporadisch zullen worden
waargenomen. Advbl. v. Kollum.
Speculeeren.
„De Amerikaantjes” hebben op de Amster-
damsche Effectenbeurs weer eens een paniek
teweeggebracht, meldt Ons Beginsel.
Rock Island daalde in 8 dagen van 13 tot
6 pc.
Denver en Rio Grande-aandeelen, in 8 dagen
van 18 tot 13 pc.
Naar men berekent, is in ons land in het
laatste halfjaar in de Amerikaansche fondsen
52 millioen verloren.
En toch gaat ons volk maar door met het
koopen van dergelijk scheurpapier.
Je moet maar gelukkig wezen.
Een 21-jarige jongeman te Apeldoorn had
eenige weken geleden zich wegens vernieling
van eigendom voor de rechtbank te verant
woorden. Hij werd veroordeeld tot zes weken
gevangenisstraf. Toen men deze straf op hem
ten uitvoer wilde leggen, kwam hij tegen het
vonnis in verzet. Intusschen was de hoofdge
tuige in zijn zaak overleden, waardoor thans
het wettig en overtuigend bewijs niet meer te
leveren was. De officier van justitie zag zich
dan ook genoodzaakt vrijspraak te eischen,
welken eisch door de rechtbank terstond
werd ingewilligd. O. N.
Zooals het zich thans laat aanzien,
wordt de voorraad hooi in de Wouden op
lange na niet verbruikt. Door de duurte van
de veeprijzen is verleden herfst te weinig
vee gestald in verhouding van de belangrijke
hoeveelheid hooi, dat de veehouders hadden
gewonnen. Menigeen heeft zelfs, afgeschrikt
door de hooge veeprijzen en de weinig schitte
rende financieele resultaten van den landbouw,
van het aanschaffen van rundvee afgezien,
hoewel hij hiervoor in den afgeloopen zomer
voldoende voedsel had vergaard. Kan het vee
dit voorjaar vroegtijdig in de weide worden
gelaten, dan zal een belangrijk overschot aan
hooi aanwezig blijven, hetgeen op de straks
te houden grasverkoopingen vrij zeker van
invloed zal zijn.
Bolswardsche Courant