Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
w
I
a
;1
F
I
No. 28.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
54ste Jaargang.
1915.
r
WELVERDIEND EEREtJETOOG.
8
1
Donderdag 8 April.
BINNENLAND.
VOOR
Afzonderlijke
Alg. R.
een enkel
langzaam kwamen de
de kerk toe. Op dit
naam van
toegekend
welke aan
was en
De directie
een onder-
rooven,
laden was
benzine
ontploffing
uit Gulpen, dat de on*
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post öO Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
IM
Snoek, 6 April. De politie haalde hier
gisteren voormiddag uit de Trekvaart op het
lijk van den kalverenkoopman P. C. De man,
gehuwd en vader van een gezin, was Zondag
avond 10 uur met een verdacht vriend in
een bootje gestapt, vrijzeker om met dezen
op avontuur uit te gaan.
’s Nachts halfeen kwam die vriend terug,
zonder C.
Deze laatste moet, naar verondersteld wordt,
kort na dien tijd bij ’t aan wal stappen te
water zijn geraakt en terstond, wegens den
bedwelmenden toestand waarin hij vrijzeker
verkeerde, zijn gezonken.
Sneek, 5 April. Aan een uitnoodiging
van het Bestuur onzer Ambachtsschool tot
een bezoek aan de Tentoonstelling van Werk
stukken en Teekeningen, door leerlingen der
school vervaardigd, en van de teekeningen
vervaardigd door de leerlingen van de Middel
baar Technische School voor Bouwkunde,
hebben zeer velen voldaan.
Vooral op heden, dank zij ook ’t eenig
weer, was 't bezoek druk. Aangezien Bolsward
met den nieuwen cursus 12 jongelui naar
deze school zendt, achten we het dienstig den
indruk te vertolken, die de expositie op ons
heeft gemaakt.
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad ie telefonisch aangesloten onder No. 4.
Gesnapt.
Op aanwijzing van een sergeant stations-
wacht zijn aan het station Arnhem gearresteerd
een man en een vrouw, ewste klas reizend,
die daar wilden overstappen. Het vreemde
loopen der vrouw wekte argwaan. Bij onder
zoek bleek, dat de twee personen waren een
matroos en een pontonnier, die uit het Engel-
sche interneeringskamp ontvlucht waren.
Alg. H.
De aanslag in de Joh. Camphuisslraat.
Men schrijft uit Den Haag aan het Alg. H.:
Het onderzoek in deze zaak heeft tot
resultaat gehad, dat tegen den gearresteerden
echtgenoot der ernstig verwonde vrouw
wier toestand thans nog zeer ernstig is, in
tegenstelling naar zich aanvankelijk liet aan
zien zoo vele bewijzen werden bijgebracht,
dat ontkennen niet baten kon en hij dan ook
een volledige bekentenis aflegde.
Als reden voor de daad gaf hij op, dat zijn
vrouw hem reeds driemalen had verlaten en
nu met een ander samenwoonde. Om zoowel
baar als dien man van het leven te be-
vervaardigde hij een toestel, dat ge-
met kruit, draadnagels, steenen,
en een ontstekingsmiddel, hetwelk de
van dat alles moest veroorzaken,
als het toestel werd geopend. Zooals reeds
werd gemeld, werd de vrouw ernstig getroffen.
De man, met wien zij samenwoonde, was
echter niet tehuis, wel zijn vader, die even
eens werd verwond.
Het toestel had hij laten bezorgen door een
besteller, dien hij op het Stationsplein bij
het Hollandsche Spoor het pakje had overge
geven met de boodschap er voorzichtig mee
om te gaan.
Het meisje, dat op denzelfden dag als hij
werd aangehouden, was weldra weer op vrije
voeten gesteld, daar bleek, dat zij met den
moordaanslag niets te maken had.
De stille week te Nijmegen.
De burgemeester van Nijmegen had, in
overleg met het dagelijksch bestuur en den
militairen bevelhebber de verordening uitge
vaardigd, dat van Witten Donderdag tot en
met Zondag geen publieke vermakelijkheden
mochten plaats hebben. Gedurende de drie
laatste dagen van de stille week is alles goed
gegaan en bleven alle concertzalen, de biosco
pen en de schouwburg gesloten. Doch Zondag
werden uitzonderingen gemaakt en mochten
muziekuitvoeringen en voetbalwedstrijden plaats
hebben.
Aan het Circus Carré, dat Zondag zou be
ginnen, werd echter verboden, zijn uitvoerin
gen aan te vangen. Politie en militaire auto
riteiten kwamen er aan te pas om aan de
directie te beduiden, dat de voorstelling niet
mocht doorgaan. Het circus heeft eerst
Maandag zijn deuren kunnen openen.
Alg. H.
Postdirecteur gearresteerd.
Zondag werd de postdirecteur te Gulpen
op zijn kantoor gevangen genomen en naar
het huis van bewaring te Maastricht over
gebracht. Hij wordt verdacht van fraudu
leuze handelingen.
Later meldt men
Verbod van uitgaaf.
Volgens de Mark- en Dintelbode is door
den commandant van het veldleger met ingang
van 3 April voor den tijd van 8 dagen de
uitgave van de Oudenbossche Courant verboden,
wegens het door haar overnemen uit de
Telegraaf van het bericht over de relletjes
te Utrecht. Ook de Zoom ontving dienaan
gaande een waarschuwing. De Telegraaf
echter, die het bewuste bericht de wereld
inzond, is tot op heden nog verschenen.
HERHAALDE WAARSCHUWINGEN
geplaatst in het Maandblad tegen de Kwak
zalverij.
De fistelpot van Klaas Ursem. Het volk
noemt alle chronische etterende gezwellen fistels
en daaronder zoowel die gemakkelijk, als die
zeer moeilijk genezen.
Klaas Ursem, een Noord-Hollandsche boer,
die voor eenige jaren is overleden, speculeerde
daarop en verkocht voor veel geld een zoo-
genaamden fistelpot. De erfgenamen zetten
nu de winstgevende zaak voort. Volgens mede-
deeling van den heer P. Kruysse (zie No. I,
jaarg. II) bestaat het middel uit 2 dooiers
van eieren met boter en eenige plantenpoeders,
voornamelijk van karweizaad, laurierbessen en
zevenboom. Eén enkele pot, (die misschien
geen 25 cent waarde heeft) kost ruim f 4,
doch men moet volgens Ursum minstens 6
stuks gebruiken voor men een oordeel over
de uitwerking kan vellen, zoodat ruim f 24
het minste is, wat men op ’t altaar der licht-
geloovigheid offert. Gelukkig zoo dit geld
het eenige is wat men er door verliest, want
maar al te dikwijls doet het misplaatste ver
trouwen in den fistelpot, die niet kan baten,
den lijder het inroepen van noodzakelijke
geneeskundige hulp uitstellen, of de door den
geneesheer aanbevolen behandeling veronacht
zamen. Dr. J. Essing deelde vroeger (No. 3,
jaarg. II) een geval mede waarin Klaas (Jrsem’s
kwakzalverij op die wijze den dood van een
jongmensch had veroorzaakt, terwijl onze
nommers van April 1895 en van Maart 1901
weer nieuwe gevallen vermeldden van de
schadelijke werking van den fistelpot. En van
hoevele gevallen dragen wij geen kennis?
Eureka. De erven Wed. Abbring hebben
concurrentie gekregen in hun middel ter be
strijding van drankmisbruik, en gevaarlijk
ook. Want wat zij doen voor vijf en twintig
gulden doet een zich noemende J. Josephus,
vroeger te Rotterdam thans te 's-Hage, voor
60 cent.
’t Is goedkoop... maar het kan nog goed-
kooper, zooals wij zullen zien.
Het wondermiddel van Josephus, onder de
leuze //Sluit Schiedam” aangekondigd, is vol
gens de onderzoekingen van onze leden, de
h.h. Dr. L. van Italië te Rotterdam en Dr.
van Hamel Roos te Amsterdam, een aftreksel,
verkregen door een of ander bitter plantendeel
met azijn te behandelen. Dus, evenals al de
bekende middeltjes tegen drankmisbruik, een
bitter //niemendal”, dat ook in uitwerking
met die anderen gelijk staat, dat wil zeggen:
ook niets uitwerkt.
Er is maar één middel tegen drankmisbruik:
//onthouding van het gebruik”, en dit behoeft
geen cent te kosten.
De f 25, besteed bij de Wed. Abbring of
de 60 ct. bij Josephus is weggeworpen geld,
AUG. HOMANS schrijft het volgende in
De Nieuwe Courant
In alle landen, uitgenomen misschien in
Duitschland, is men het er over eens, dat
koning Albert van België, eene der grootste
figuren is in den huidigen reuzenstrijd, waarin
bijna gansch Europa gewikkeld is, en ook
tevens, dat al den lof, hem sedert het uit
breken van den oorlog en zijn heldhaftig
optreden tegen een overmachtigen indringer
gebracht, nooit beter verdiend werd.
Nu nog geeft koning Albert aan zijn
soldaten een bewonderenswaardig voorbeeld
met in hun midden te vertoeven op het
slagveld. In den omtrek van Mechelen zag
men hem blootgesteld aan het vijandelijk vuur,
rustig in een loopgraaf zijn cigarette rooken,
terwijl de kogels hem langs de ooren floten.
Eens waren twee officieren bloodaards of laf
genoeg zich op zekeren afstand achter hunne
manschappen te houden. z/lk zal hun laten
zien, zei de koning, welk het gedrag moet
zijn van een officier”, en zoo deed hij. Men
verzekert, dat tijdens zijn verblijf te Antwerpen
de koning, in het midden van den nacht,
opstond en gansch alleen meer dan eens een
bezoek ging brengen aan de militaire hospitalen
om zich te vergewissen over de goede ver
pleging der gekwetsten.
Nu nog, aan de Belgische zeekust, geeft
de koning voortdurend het voorbeeld geniet
hij een oogenblik welverdiende rust, dan
vertoeft hij bij zijne soldaten, voor wie hij
inderdaad een koninklijke raadsman ismeer
dan eens kan men hem zien de soep der
soldaten etende en de schotels weigeren, welke
men hem aanbood, en dikwijls vraagt hij
soldatenbrood in plaats van het gebak, dat
men hem voorzet. Zulke daden vernieuwen
den moed der Belgische jongens, welke voelen,
dat in dezen oorlog slechts één hart in hun
klopt, slechts ééne ziel in hun leeft, in volle
verknochtheid voor en in volle vertrouwen
in hunnen vorst.
Nu eens is de verblijfplaats van den
generalen staf te Yperen, dan weer eens te
Popeninghe, of wel ook eens meer westelijk.
Telkens neemt de koning de te nemen maat
regelen tot zijn werk telkens als de leger-
afdeelingen der geallieerden den Koning
ontmoeten, juichen zij hem warm en hartelijk
toe, want voor hun immers ook is hij de
verpersoonlijking van den Belgischen moed
en van den vrijheidszin. In de nabijheid van
Dixmuiden heeft de dood met zijne vlerken
den Koning aangeraaktAlbert I bevond zich
in een loopgraaf juist toen een schrapnel er
uiteenbarsttehij zelf bleef ongedeerd, maar
zijn adjudant werd doodelijk gewond.
Als men den koning spreekt over de wijze
waarop België in den oorlog kwam, over den
inval van Duitschland, zegt hij
»/Geen eerlijk man heeft anders kunnen
handelen dan ik deed. België heeft steeds zijn
neutraliteit strikt gehandhaafd en het was
steeds een loyaal vriend van alle mogendheden,
die zijn neutraliteit garandeerden. Eerst gaf
Duitschland openlijk toe, dat het door België's
neutraliteit te schenden, onrecht deed, maar
thans tracht het bij zijn propaganda in de
neutrale landen een smet op België te werpen
en te doen voorkomen of België trouweloos
bij de z.g. Engelsch-Belgische conventie zijn
neutraal standpunt heeft verlaten. Ik kan u
verklaren, dat nooit iemand in België den
Engelsch-Belgische conventie heeft
aan den brief van generaal Ducarne
den minister van Oorlog gericht
waarin mededeeling van ’t onderhoud
met den Engelschen militairen attaché gedaan
werd. Ik wenschte zoozeer zelfs den schijn
van niet-neutraal-zijn te vermijden, dat ik de
aangelegenheid, waarover thans zooveel leven
wordt gemaakt, ter kennis van den Duitschen
militairen attaché liet brengen. Toen de
Duitschers onze archieven onderzochten, wisten
zij nauwkeurig, wat zij zouden vinden, en al
hun verrassing en verontwaardiging is slechts
voorgewend”.
En hij voegde er bij, dat hij hoopte, dat
het Duitsche volk zich van het Pruisische
militairisme zou bevrijden. Veel vertrouwen,
dat zij zulks zouden doen, had hij echter niet,
daar hij het Duitsche volk zeer goed kende.
Hij wist, dat hun geleerd was te gelooven
dat zij boven andere volkeren stonden en
plechts een verpletterende nederlaag hun geloof
regelmatigheden waarvan de directeur ver
dacht wordt, zouden zijn: valschheid in ge
schrifte en verduistering, vermoedelijk van een
bedrag van f 20 a 30.000.
De postdirecteur moet reeds eenigen tijd
door zijn groote uitgaven de aandacht hebben
getrokken.
Stilliggende trawlers.
Wij vernemen uit IJmuiden:
der reederijen te IJmuiden had
houd met het kolenbureau uit het Nationaal
Steuncomité om tot een vermindering der
bunkerkolen te geraken. Dit onderhoud leidde
tot geen resultaat. Daarop besloten de reeders
een groot aantal trawlers stil te leggen, waarvan
zij de Regeering in kennis stelden.
Het Dagelijksch Bestuur van Velsen ver
zocht de Regeering telegrafisch om medewer
king ten einde, tot eene goede oplossing te
komen, wijl de gemeente anders te zwaar
getroffen zoude worden, aangezien deze in
hoofdzaak van de visscherij moet bestaan.
O. N.
Bij vernieuwing deden we nu op onze reis
door de verschillende zalen weer de volle
overtuiging op, aan welke uitstekende handen
hier het onderwijs is toevertrouwd.
De directeur, de heer Voetberg, mogen we
gerust de rechte man op de rechte plaats
noemen, die niet alleen als paedagoog hoog
staat, maar wiens practische blik hem steeds
gelukkig doet zijn in de keus van personeel,
dat ten volle voor zijn taak berekend is. We
wagen ons als leek niet aan het critiseeren
van alles wat we zagen. Liever gaan we af
op wat vaklui bij de beschouwing van teeke
ningen en werkstukken verkondigden. En dan
hoorden we van dezen niets dan lof, ja vaak
de grootste bewondering over ’t tentoongestelde.
Gaasterland. Zondagmiddag maakten een
viertal heeren een autotochtje van Oudemirdum
naar Sneek. Op de terugreis kwam de auto
nabij Harich in botsing met een melkwagen,
zoodat de auto in een sloot geraakte. Dr.
Moesman uit Balk was spoedig ter plaatse en
legde enkele verbanden. De auto was vrij
ernstig beschadigd, zoodat de heeren met een
andere auto hun weg moesten vervolgen. Be
houdens eenige schrammen en builen, kwamen
zij er met den schrik en een nat pak af.
O. N.
in hen, die thans een Duitsche overwinning
voorspellen, kan vernietigen.
z/Toen de crisis kwam, hoopte ik dat de
internationale verdragen voldoende zouden zijn
om België te beschermen. Maar in ieder geval
viel er niet aan te twijfelen, wat 't Belgische
volk zou doen. De schending van ons grond
gebied maakte ons één, en ofschoon wij bij
verrassing werden overvallen, hebben wij allen
mogelijken tegenstand geboden en ons best
gedaan”.
Zooals men weet, verlaat koningin Elisabeth
den koning bijna nooit, en zijn de ijselijk
heden van den oorlog niet bij machte hare
edelmoedige ziel angstig te maken. Eens, bij
een kerkelijk feest, woonden een groot aantal
inwoners van een Belgisch dorp in het tot
nog toe Belgisch gebleven gebied, den dienst
bij in een kerk, dicht bij de duinen. Van uit
de villa, bewoond door den koning, zag men
twee personen komen de eene in uniform
van Belgisch generaal, de andere gekleed als
eene dame, in een elegant, doch tevens uiterst
eenvoudig blauw kleed. Het waren de koning
en de koningin, gevolgd door
officier. Zwijgend en
hooge bezoekers naar
oogenblik zweefde een tweedekker in sierlijke
kringen in de lucht. De koning nam zijn
kijker en sprak Z/Het is een Franschman”,
en beiden traden daarop de kerk binnen. Zij
nam wijwater en bood er hem aan, en beiden
maakten het teeken des kruises, namen plaats
midden in de kerk tusschen officieren, soldaten
en dorpelingen. Bij het verlaten van den
tempel riep een jong meisje//Leve de
Koning 1 Leve de Koningin 1 Leve België1”
en onmiddellijk rolde die kreet door het ruim,
door honderden monden geestdriftig herhaald.
Dezer dagen is door koningin Elisabeth van
België een deputatie ontvangen, die haar
namens het 11e en 12e linie-regiment kwam
danken voor haar zorg voor de soldaten, die
door haar bemiddeling van warme kleeding,
linnengoed, schoenen en tabak werden voor
zien. De deputatie bestond uit zeven soldaten,
onder wie een advocaat uit Brussel, die als
woordvoerder optrad. Hij hield een korte
toespraak waarin hij zeideUwe Majesteit
heeft bij ons de plaats ingenomen onzer
moeders, die thans zoover weg zijn. Wij
kunnen de gevoelens, die ons bezielen, niet
onder woorden brengen, maar uit het
diepst van ons hart brengen wij u onze hulde
en betuigen wij u onze groote vereering,
dankbaarheid en toewijding tot den dood”.
Diep ontroerd had de koningin geluisterd
naar de sympathieke woorden van den advocaat
en allen, oök de soldaten hadden tranen in
de oogen. De koningin gaf allen leden der
deputatie de hand en informeerde naar hun
families en het leven in de loopgraven.
Des avonds was er in het kamp feest
en luide klonk het gejuich ter eere der
heldhaftige koningin.
België is met recht fier op zijn edel
vorstenpaar, het roemt met recht op zijnen
onversaagden en beminden koning en op zijne
lieve en beminnelijke koningin.
Bolswardsche Courant
j!
I
1 F
I
I
[i
I
II