Nieuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. Verscüijnt Donderdags en Zondags. 54ste Jaargang. 1915. No. 100. te VOOR Donderdag 16 December. afzonderlijke BERICHT! Men zegge dus niet, dat BINNENLAND. De schatrijke boeren. N. R. Ct, katnerbezit. Ik krijg hij meent dat de Vader ir In het nummer van de Bolsw. Courant, verschijnende 1 Januari 1916, zullen Nieuwjaarswenschen worden opgenomen a 25 cents. Spoedige toezending van advertenties is zeer gewenscht. S’! Nieuwe abonné’s ont vangen de in December nog verschijnende nummers gratis. DE UITGEVER. van de politie niet af wist, nog voor het schip goed vast lag, land te komen en te ontsnappen, terwijl het nog niet gelukt is hem te vatten. Alg. H. INGEZONDEN. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). M. de Redacteur Van courantengeschrijf houd ik niet veel. Men bereikt gewoonlijk niet het beoogde doel en maakt dikwijls heete hoofden en koude harten. Nu evenwel mijn naam ineen weeshuiskwestie is betrokken en ik zijdelings word aangevallen dien ik wel even te pareeren, vandaar dat ik beleefdelijk een plaatsje in uwe courant verzoek waarbij ik dan ook bij voorbaat mijn dank betuig. Men spreekt in ’t Old Burger Weeshuis te Sneek van gezinsverpleging, doch volgens mijn bescheiden meening is het gestichts- verpleging. (’t Nieuwe weeshuis is toch eene stichting.) Men bedoelt er waarschijnlijk mee dat men aldaar de verpleging zoo na mogelijk bij die van ’t gezin tracht te brengen, door bijv, geheel met de kinderen om te gaan, er bij te wonen net als in een gezin. Ik appre cieer in hooge mate dat systeem en verklaar in dat geval, niettegenstaande zijne bewering, volkomen aan de zijde van den heer Jouvenar te staan. Sneek is in dit geval echter niet de eerste want reeds meer dan 20 jaar ge leden was Tiel al als zoodanig voorgegaan. Zal echter zoo’n verpleging bestaanbaar zijn, dan moet het aantal weezen daartoe aanleiding geven. Een 20-tal weezen of nog meer draagt alreeds de onnatuurlijkheid in zich. Toch moet men het trachten te brengen bij ’t gezin, maar om de zaak zoover te drijven dat men een afzonderlijke kamer voor Vader en Moeder onnoodig acht, daarin verschilde ik en verschil ik nog in opinie met collega Jouvenar. ’k Geloof dat de heer J. zich een geheel verkeerde voorstelling maakt van zoo’n kamerbezit. Ik krijg zoo de gedachte dat en Moeder in die kamer, zoo geheel onder ons, op hun gemak, kalmpjes hun leven slijten en nu en dan eens met spionneerende blikken de kinderkamer zich te overtuigen of alles wel nog overbleven, het Neder- er van de bevolking, dat leeft van een er een klein troepje menschen is, dat zich steeds maar verrijkt ten koste van het algemeen, en dat dit kleine troepje de boeren zouden zijn, besloot de minister terecht. Als er zijn, die met landbouw-artikelen „schatrijk” worden, dan zijn dat als regel opkoopers en handelaars, die ze ophouden en de prijzen opjagen. De boeren hebben wat men noemt een goed jaar, maar ze blijven verre van //schatrijk”. Trouwens, weet men niet, dat het bij de boeren met beetjes gaat en de bedrijven er niet op zijn ingericht om in één of twee jaar rijk te worden? Zulke voorlichting in de, fer jiaar juiste preciesheid niet bepaald beroemde, Engelsche pers is toch wel het toppunt! En toch, is ze wel zoo te verwonderen, als we ons herinneren, welk een onzin over die „schatrijke boeren” hier te lande verkocht is? Intusschen, al is de agitatie ten onzent wat geluwd, het kan nog allerminst kwaad, dat minister Posthuma gisteren nog eens de praatjes over de boeren tot ware proporties heeft teruggebracht. Dat de zorg voor den landbouw der Re- geering met recht ter harte gaat, bewees hij met de herinnering, dat van de 1.700.000 in het bedrijf werkzame mannen 504.000 in den landbouw werken. Dat is dus 30 pCt., dat direct van landbouw leeft. Van deoverige70 pCt. der bevolking zal nog wel de helft in direct van den landbouw leven. Dat is dan ook de reden, waarom, zooals Dh. Tydeman opmerkte, hier nog betrekkelijke welvaart heerscht. De landbouw immers lijdt niet zoo veel onder den oorlog en de oorlogswinst, welke deze maakt, komt niet ten koste van het andere deel der bevolking, maar van het buitenland. Over de „inhaligheid” van de boeren is ook heel wat te doen geweest. De minister las echter toezeggingen van bonden voor, die zich bereid verklaarden boter, kaas, varkens- vleesch en groenten ter beschikking te stellen zooveel als er noodig is. Die oorlogswinsten, die er kwamen lo. niet ten laste van landsche volk, doch 2o. profiteerde direct het i/g van den landbouw en indirect zeker nog wel ander derde! ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 8 maanden. Franco per post 50 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar A 5 Cent. mindering van de buitengewone uitgaven te wachten, tengevolge van de doorgaande uitbreiding der legersterkte die eerst tegen het einde des jaars door het vertrek van landweertroepen vermindering ondergaat de kosten van uitrusting, bewapening enz. van den landstormde belangrijke sommen, benoodigd voor de aanschaffing en den aan maak van munitie; de kosten van den bouw en de inrichting van barakken voor winter- logies waarmede alleen reeds een bedrag van ongeveer f 2,500,000 gemoeid is geweest, de meerdere uitgaven voor vergoedingen wegens kostwinnerschap en in het algemeen aan de stijgende prijzen van grondstoffen en verdere benoodigdheden, die nog voortdurend aange schaft en ten deele, voor zooveel mogelijk, uit het buitenland betrokken moeten worden. ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4. Stofvrije zolders in runderstallen. De Raad van Almelo stelde in zijne zitting van 28 Mei vast eene verordening op den verkoop, de behandeling en bewerking van melk. Daarin is o.m. voorgeschreven, dat de zolderingen van stallen stofdicht moeten zijn. Van dit voorschrift kan op verzoek van belang hebbenden voor ten hoogste 3 jaar ontheffing verleend worden. Van Gedeputeerde Staten dier provincie is thans bericht ingekomen, dat zij met het oog op de kleinere boeren bezwaar hebben tegen genoemd voorschrift. Het stofdicht maken der zolderingen toch zal veelal met niet onaan zienlijke kosten gepaard moeten gaan. Dit nu achten Gedeputeerde Staten te bezwarend. Naar de meening van hun college zou er voor alle belanghebbenden een overgangstermijn moeten worden geschapen, gedurende welken men langzamerhand bij vernieuwing of herstelling der zolderingen met het voorschrift rekening kan houden. Het komt Gedeputeerde Staten daarom wenschelijk voor, dat het bedoelde voorschrift voor allen eerst van toepassing zal worden drie jaren na de inwerkintreding der verordening. De bevoegdheid om na dien tijd in bijzondere gevallen ontheffing te verlee- nen ,kan dan toch ongewijzigd blijven bestaan. B. en W. stellen nu den Raad voor, den termijn, waarbinnen de stofvrije zolderingen moeten zijn aangebracbt, .te stellen op vier jaren, doch dan de bepaling om na dien tijd nog vrijstelling te kunnen verleenen van dit voorschrift, te doen vervallen. Alg. H. Een avontuurlijke reis. Vóór eenige maanden deserteerde in Zuid- Amerika een opvarende van het Nederlandsche stoomschip „Stella”, die zich naar later bleek, verhuurd had op een Amerikaanschen schoener. Na met dit schip een reis gemaakt te hebben naar Suriname, werd hij daar wegens ziekte achtergelaten. Wijl hij na zijne genezing zonder middelen van bestaan was, wendde hij zich om hulp tot de autoriteiten, die hem op transport stelden op het stoomschip „Fauna” dat van daar naar Amsterdam vertrok, ten einde hem hier ter beschikking van de justitie te stellen wegens het deserteeren van een Nederlandsch schip. Bij aankomst in de sluis te IJmuiden wachtte hij gisteren de komst en aan De storm, zegt de Residentiebode, van som mige zijden tegen de „schatrijk” wordende boeren opgestoken, is weer wat gelegd. Zou de room nu al van de melkagitatie af zijn? Enfin, dat gaat zoo in de wereld. Men tiert en scheldt tegen den minister, als hij goedkoope voedingsmiddelen voorstelt en, zijn ze er, dan profiteert men er kalmpjes van, alsof er niets gebeurd ware. Men eet dan met graagte bruinbrood, al heeft men ook nog zoo hard om wittebrood geschreeuwd. Het belachelijke figuur, dat men geslagen heeft, is overal vergeten, denkt men. Men vergist zich daarin echter zeer. De witte- broodsafl'aire der socialisten heugt nog ieder? Intusschen, nu de binnenlandsche herrie geluwd is, geeft de buitenlandsche pers een merkwaardig staaltje van de wijze, hoe ge ruchten en leugens aangroeien. In een stuk van den Amsterdamschen cor respondent van de Daily Express, waarin deze berichtgever schetst, hoe Duitschland uit ons land „geweldige hoeveelheden” levensmiddelen betrekt, staat onder meer het volgende te lezen: „De boeren van Enkhuizen, Hoorn en hon derd andere plaatsen in de provincies Fries land en Leeuwarden zijn op deze wijze halve millionnairs geworden. Pas geleden zag ik op een autotocht door Noord-Holland een aantal zeer oude boeren, gekleed in zeventiende- eeuwsch kostuum, rijdende in de modernste soort auto's, die zij onlangs hadden aange schaft”. betreden om goed gaat. Welnu, geachte Jouvenar, bet echtpaar dat zoo zijn werkkring opvat, moest zoo spoedig mogelijk weggeruimd worden met een brevet van „totaal ongeschikt”. Bijna een kwart eeuw ben ik hier werkzaam en hoe Een kleine opsomming. Ik ging met de jongens zwemmen, vliegeren, visschen, wandelen, was bun leider bij huisvlijt, hielp hun bij moeilijke wiskundige vraagstukken, was hun behulp zaam bij Fransche of Duitsche dicté’s, was leider bij een zangcursus, orde en vrij- oefeningen enz., terwijl mijn vrouw zich on ledig hield de meisjes onderricht te geven in de behandeling der wasch, der slacht, in koken en bakken, in nattige en fraaie hand werken, in één woord, wij waren altijd bij en te midden der kinderen. Toen evenwel het gezin groot was, nuttigden wij het middagmaal in onze kamer (het zelfde menu als dat der kinderen) als de schooljeugd ter school en de vakjongens naar den patroon waren. Wij deden dat, omdat wij tijdens den maaltijd nog al de kleintjes moesten bijstaan en helpen en dientengevolge een koud maal kregen. In gemoede, ik vraag aan elke wel denkende, heeft een weesvader en -moeder geen aanspraak op een oogenblik, waarop zij met smaak hun middagmaal kunnen nuttigen Op dezelfde wijze is ook de verpleging in de Garel van Walreestichting te Dieren ingericht en de heer J. zal bij zijne bezoeken aldaar de vader en moeder sporadisch in hunne kamer aantreffen. De kwestie tusschen de HH. T. uit Bolsward en J. uit Sneek betreft m.i. het verschil in meening omtrent het al of niet bezit van een kamer of te wel het Heiligdom van de HH. weesvaders zooals men het sarcastisch uitdrukte. Vermoord. Te Winschoten zou Zondagavond mej. A. Heikens, onderwijzeres, een brief ter post be zorgen, toen ze dicht bij de woning harer ouders door een onbekenden jongen man zonder eenige aanleiding, met een mes werd gestoken waarbij een slagader werd getroffen, zoodat zij veel bloed verloor. De doctoren Wartena en Van Olm brachten de hevige bloeding tot staan, terwijl onmiddellijk een auto naar Groningen vertrok, om den chirurg dr. Takken- berg te halen, wijl de patiënte daarheen niet vervoerd kon worden. Het meisje is reeds overleden. Dader onbekend. Alg. H. Door het vinden in de duinen van een pakje, waarin drie cliché’s voor het vervaar digen van valsche zilverbons van f 2.50 en een glazen plaat, waarop een afbeelding van een biljet van f 100, is de justitie te Haarlem op het spoor gekomen van drie personen, die valsche zilverbons hebben vervaardigd en uit gegeven. In het bezit van een hunner werd een fotografietoestel gevonden. Amsterdam. Door de Amsterdamsche recht bank is vrijgesproken de heer J. C. Schröder, hoofdredacteur van de Telegraaf, van het hem ten laste gelegde, namelijk het opzettelijk verrichten eener handeling, welke de onzijdig heid van ons land in gevaar bracht, en wel door in het Tweede blad van het avondblad van de Telegraaf van 16 Juni 1915 als onderschrift te stellen of te doen stellen de bekende zinsnede: „In het centrum van Europa bevindt zich een groep gewetenlooze schurken” enz. De eisch was zes maanden gevangenis straf. O. N. Ilist. Door de drie Werklieden-vereenigingen alhier werd besloten een adres aan den Raad te richten met verzoek om eenige arbeiders woningen te bouwen daar er 12 Mei a.s. circa 5 huisgezinnen geen woning kunnen krijgen. De Banier. Niet collecteeren door diakenen. Diakenen der Herv. Gemeente te Zutphen hebben tfaet ingang van 1 Januari hun ambt neergelegd. Zij waren n.l. met het college van collectanten overeengekomen, dat deze te beginnen met 1 Januari voor hen tijdens de godsdienstoefeningen de giften voor de armen zouden inzamelen, hetgeen de Alg. Kerkeraad niet goedgekeurd heeft. Alg. H. M. V. S. protesteert in Drijfhout’s Nieuwsblad tegen het sluiten van de veemarkt te Sneek. Hij schrijft: Naar aanleiding van de sluiting der veemarkt voel ik mij gedrongen een woord van protest te laten hooren. Wat zijn hiervoor toch de motieven, om tot zoo een maatregel over te gaan? Hier aan onze veemarkt is toch niet één dier aangehouden, voor mond- en klauw zeer. Daar dat te Leeuwarden wel het geval was, laat het zich hooren, dat door dat feit aanleiding bestond om tot sluiting over te gaan. Doch, wat te Leeuwarden gebeurt, be hoeft Sneek toch niet voor te boeten? Of worden we in deze wat stiefmoederlijk behan deld? Hebben betrokken autoriteiten daarbij dan niet stil gestaan, dat al die zaken aan die veemarkten in één slag hun bestaan stop gezet zien, dat de vele kooplieden enz. en menschen buiten de markt om, groote schade lijden. Wie vergoedt hen dat, en hoelang zal het duren? ’t Is nu plm. 4 jaar geleden, dat toen ook mond- en klauwzeer in onze provincie heerschte, evengoed de markten open waren en ook met succes de ziekte bestreden werd waarom kan dat thans ook niet. 't Zonderlinge van alles is, dat elders in onze provincie wel markt gehouden mag wor den, of zijn die plaatsen misschien gevrij- waarêd voor de gevreesde ziekte. Zou het mij veroorloofd zijn om aan ons bestuur der gemeente en kamer van koop handel in overweging te geven, stappen te doen, tot het zoo spoedig mogelijk weer ope nen van onze veemarkt. Buitengewoon oorlogskrediet. Ingediend is een wetsontwerp tot nadere verhooging van de Oorlogsbegrooting 1915 (buitengewoon krediet), beoogende die be groeting met f 50 millioen te verhoogen. Uit de Memorie van Toelichting blijkt, dat voor het loopende jaar moet worden gerekend op een totaalbedrag van f 190 millioen, waar in dan de interneeringskosten, die stellig meer dan 15 millioen zullen beloopen, begrepen zijn. Ook voor het loopende kwartaal is om ver schillende redenen, veeleer stijging dan ver- Mijne meening daarover wil ik liever uiten op onze eerstvolgende vergadering der leden van de vereeniging van weesvaders, en daarom verzoek ik den heer Jouvenar vriendelijk het volgende punt op die vergadering in te leiden „Is het bezit van een kamer voor den vader en moeder al of niet gewenscht I” Ik stel mij voor dat deze inleiding eene aan gename en nuttige gedachtenwisseling zal tengevolge hebben en ik twijfel niet of de heer Jouvenar zal een beteren indruk van onze vergaderingen krijgen, van de vergaderingen waarover hij zich ongunstig uitlaat naar mijn bescheiden meening onbillijk, onbevoegd te beoordeelen omdat hij slechts eenmaal de vergadering heeft bijgewoond. G. KINGMA, Burger Weeshuis, Tiel. Bolswardsche Courant I I

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1915 | | pagina 1