Nieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
No. 22.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
1916
55ste Jaargang.
Donderdag 16 Maart.
ARTIKEL 58.
BINNENLAND.
tijd-
VOOR
ard.
Bolswardsche Courant
afzonderlijke
van
te haperen.
larkt
van
Tel.
et in
we
I
roeg
wist,
in dit
een
mdat
onale
id.
idigd
cijkt.
dik-
a taf.
niet,
aan
Ische
jftijd
nabij
God
iderd
ejijn
geen
□der
efde
reen
iden
n en
had
leen
eten
1 dit
t ik
iden
niet
.nan-
Vant
ben,
id ’t
en in
<itty
al er
;a ik
hem
)ven.
50 Cts. Vervolgens
naar plaatsruimte.
dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
k is,
k ter
ische
n zij
waar
den
hier
O. N.:
van
is de
Ding,
hard
allen,
iropa-
ndere
at de
iment
itieke
eens
Alge-
i bet
dit
rken.
hier
Staat
kent,
mder
m op
eden,
eheel
ietee-
;er te
inder
5 niet
t een
et je
iwde
iken.
dat
ifstal
later
lauw
r een
door
i uit
i de
it ik
zag
aan
eloo-
■icht,
i. de
vrij),
harte
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 8 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels
10 Cts. per regel. Overigens
Het bureau van
uitgevers wordt bericht:
dat de prijs voor
len April a.s.
verhoogd, en
welke plaats greep in de chemische fabriek
van den apotheker Fudrice, in genoemde straat.
Toen een knecht van den heer F. aan de
fabriek kwam en de straatdeur opende, had
de ontploffing plaats. De man werd tegen een
vat geslingerd en bekwam brandwonden. De
buitenmuur van de fabriek werd ontzet, de
tusschenmuren stortten in, en bet dak werd
geheel uit zijn voegen gerukt. In een vertrek
op de bovenverdieping, waar chlooretbyl wordt
bewaard, ontstond brand, welke door de brand
weer met twee stralen werd gebluscht.
Van huizen aan de overzijde der straat
sprongen hier en daar ruiten stuk. Alg. H.
Mil. hospitalen.
naar aanleiding
Wij lezen in het Nieuws van den Dag:
»De Koning verklaart oorlog. Hij geeft
daarvan onmiddellijk kennis aan de beide
Kamers der Staten-Generaal, met bijvoeging
van zoodanige mededeelingen, als Hij met
het belang van den Staat bestaanbaar acht.”
oorzaak zijn geweest van de koersafwijking.
De beide veerponten werden ter adsistentie
uitgezonden en slaagden er in de boot los te
krijgen, die te kwart over een vannacht te
Enkhuizen arriveerde, met naar schatting een
200-tal passagiers, onder wie vele militairen.
Alg. H.
Gevaarlijke vreemdelingen.
Men meldt uit Maastricht aan de Tijd:
In de Kleine Looyerstraat hadden 3 per
sonen van Russische nationaliteit een kamer
gehuurd als zoogenaamde Belgische uitge
wekenen. Zij worden verdacht van het maken
van bommen, althans de politie heeft mate
rialen, benoodigd voor het maken van derge
lijke gevaarlijke instrumenten, op de kamer
gevonden en in beslag genomen. Twee ervan
zijn met de Noorderzon vertrokken, de derde,
dien men verleden Woensdag terug verwachtte
is tot heden niet verschenen. Jlet huis wordt
door de politie bewaakt. Ook de dochter van
den verhuurder, met wie een der Russen,
naar men vertelt, omgang had, is niet terug
gekeerd.
Voor die onthouding zijn echter wel redenen.
Zonder den minsten twijfel is de over-
groote meerderheid van het Nederlandsche
volk het met de adressanten eens. De uitslag
van een referendum op dit punt zou aan
duidelijkheid niets te wenschen overlaten.
Intusschen slechts een gedeeltelijke grond
wetsherziening komt aan de orde. Alleen
(zoo zegt men) het meest urgente moet daarin
betrokken worden, wil men de zaak snel
klaarspelen en in de eerste plaats de kiesrecht-
bepalingen op de hoogte brengen van den
tijd. Is afschaffing, althans wijziging in
De oorlogsleening
De Tweede Kamer heeft zonder stemming
aangenomen het wetsontwerp tot het aangaan
van een oorlogsleening van 125 millioen.
Een das gevangen.
De jachtopziener H. van Rijken te Barne
veld heeft een prachtigen das gevangen. Het
dier, dat den laatsten tijd bij verschillende
landbouwers meer dan 100 kippen had ge
dood, had een gewicht van bijna 11 K.G. en
een lengte van 90 c.M. In geen veertig jaar
zijn deze dieren aldaar aangetroffen.
Fraude mei postzegels.
Uit'Haarlem kregen wij bericht, dat op de
drukkerij der firma Enschedé, waar onze post
zegels gedrukt worden, op een frauduleuze
wijze vellen van 1 cents-postzegels ontvreemd
waren en deze te Amsterdam te koop waren
aangeboden.
Over deze zaak vernamen wij het volgende:
Op den avond van 29 Januari kwam iemand
bij de firma M. Z. Booleman op het Rokin,
die meedeelde ongeperforeerde l cents-post-
zegelvellen te koop te hebben. Hij vroeg er
een lagen prijs voor. Zouden deze ongetande
postzegels langs officieelen weg, maar bij ver
gissing uitgegeven zijn, dan hadden ze voor
de verzamelaars natuurlijk een groote waarde.
Den firmant, den heer 8. J. Weenig, kwam
den aangeboden prijs echter verdacht laag voor.
Hij vroeg den man terug te komen en stelde
zich inmiddels in verbinding met de Rijks-
contróle aan de drukkerij van Enschedé. Het
bleek, dat de bewuste ongetande 1 centspost-
zegels niet langs den officieelen weg de drukkerij
konden verlaten hebben. Ook de recherche
werd nu gewaarschuwd en het partijtje post
zegels, op 81 Januari aangeboden, in beslag
genomen.
In Haarlem werd daarop een huiszoeking
bij een der werklieden gedaan, met het gevolg,
dat ook daar nog eenige gelijke ongeperforeerde
vellen aangetroffen werden.
Het kwam uit, dat een der werklieden op
frauduleuze wijze eenige afgekeurde ongeper
foreerde vellen machtig was geworden en
daarvoor goed geperforeerde vellen in de
plaats had gelegd. De bedoeling was deze
ongetande postzegels aan handelaren als /zeld
zaamheden” te verkoopen, wat echter mislukt is.
De werkman bekende en werd gearresteerd.
De zaak is thans in handen van de Haarlem-
sche Justitie. Alg. H.
De prijs van het courantenpapier.
De directeuren der dagbladen zijn door de
Vereeniging »De Nederlandsche Dagbladpers”
tegen den 21sten dezer maand opgeroepen tot
een buitengewone algemeene vergadering, om
,/de mogelijkheid te overwegen, bf de abonne
mentsprijzen der dagbladen moeten en kunnen
worden verhoogd, bf de omvang der bladen
verminderd, bf iets anders gezamenlijk kan
worden beproefd.”
In het orgaan der Vereeniging van Dagblad-
,/Ons is gebleken,
het courantenpapier na den
wederom belangrijk zal worden
wij zijn overtuigd, dat hieraan
niet te ontkomen is. Dus zullen andere maat
regelen moeten worden genomen, om de zeer
belangrijke nadeelen gezamenlijk weg te
nemen.”
De prijs van het papier, een der belangrijkste
uitgaven voor een courant, is sedert het begin,
van den oorlog gestegen met 70 pet,
Maar wij willen den lezer niet verontrusten
met wat nog zou kunnen gebeuren, met het
uitdenken van omstandigheden en combina
tiën die ons zouden doen betreuren dat wij
niet intijds er voor gezorgd hadden, den
Vorst een prerogatief te ontnemen dat volkeren
in het verderf kan storten. Uit ’t oogpunt
van urgentie alléén bezien, maakt het nog
’n poosje voortbestaan van art. 58 ons in ’t
minst niet ongerust.
Er is een andere reden waarom wij durven
hopen zij 't ternauwernood dat de
volksvertegenwoordiging binnenkort meteen
die artikelen vernieuwt en democratiseert.
Zoo de zaak vermoedelijk noch urgent, noch
praktisch belangrijk is voor ons, Nederlanders,
ze is een levensbelang voor grooter volkeren,
tegenover machtiger, oorlogszuchtiger regee-
ringen. De eisch: democratiseering der diplo
matie, medezeggenschap der volksvertegen
woordiging in het beheer der buitenlandsche
betrekkingen is een eisch welks gegrondheid
nu wél afdoende bewezen is; die op ’t mini
mum-program staat van alle ernstige vredes-
vrienden; zonder welks inwilliging ook naar
onze vaste overtuiging geen duurzame vrede
mogelijk zal blijken. Niet op de formeele
oorlogsverklaring komt ’t daarbij aan, maar
op het toespitsen van een crisis, op het
onvermijdelijk maken van oorlogen door kort
zichtige, achterlijke, belangzuchtige regeerders
en diplomaten'. Dat moet veranderen, en
dat kan veranderen.
En het zou wel mooi en goed zijn als
Nederland ten deze het voorbeeld gaf.
Gevolgen der overstrooming
Men meldt uit Monnikendam:
Gedurende den laatsten tijd zijn
stadje in één maand nagenoeg evenveel
menschen overleden als in gewone omstandig
heden in 8 maanden.
Neemt men de aanwezigheid van vele
vluchtelingen in aanmerking, dan blijft er
nog een zeer hoog sterftecijfer over, dat op
rekening van den watersnood gebracht moet
worden.
Sommige boeren in Waterland hebben het
voornemen op hun landerijen mosterd te
zaaien, zoo het blijkt, dat het gras geheel of
grootendeels door het zoute water is bedorven.
Te eerder gaan zij hiertoe over, wijl bijna
al het vee is verkocht en nieuw aan te
koopen vee op het met zeewater doortrokken
weiland allicht ongesteld zal worden.
Een ontploffing.
De bewoners van de Fahrenheitstraat en
omgeving te ’s-Gravenhage werden heden
ochtend tegen 9 uur opgeschrikt door een
hevigen knal, tengevolge van een ontploffing
Ongetwijfeld naar aanleiding van de talrijke
klachten in de bladen over den militairen ge
neeskundigen dienst heeft de minister van
oorlog het hospitaal te Amsterdam geïnspecteerd.
Z. E. heeft den toestand zeer primitief be
vonden en verbetering toegezegd.
Er schijnt dus wel iets aan
Kolen en Turf.
Men schrijft uit Friesland aan
Het brandstoffenvraagstuk is thans
evenveel belang, zoo niet nog dringender,
dan het voedingsvraagstuk. Dit laatste wordt
vrijwel voldoende onder de oogen gezien en
heeft ook wel zoo goed de zorg onzer Re-
geering, dat we ons daaromtrent niet zoo erg
ongerust behoeven te maken. Gezwegen nu
nog dat alles, wat den prijs betreft, veel
duurder is dan in normale tijden. Maar het
andere, laat ons dat het brandende vraagstuk”
noemen, eischt nadere verzorging. En wij
vragen kan ook hierin van hoogerhand niet
krachtig worden ingegrepen
We lazen de vorige week in dit blad, dat
op onderscheidene plaatsen, waar dezen winter
cokes tegen verminderden prijs verkrijgbaar
was gesteld, die uitreiking thans was opge
houden er zullen er eerstdaags wel meer
komen de voorraad was uitgeput, ’n Heel
begrijpelijk gevolg van den massa-verkoop
want er werd wèl gebruik van gemaakt.
’t Komt nu méér op de turven aan, ten
minste bij zeer velen onzer arbeidende be
volking. Maar turf! Kom daar nu maar eens
aan tegenwoordig; die raakt op, hoorden
d^zer dagen een turfboer beweren, en is er
ook niet en nergens meer te bekomen.
En de menschen schijnen het niet te willen
gelooven, sprak hij, maar het is een feit, dat
er verveners zijn, van wien hij geregeld turf
betrekt, die vroeger ’s jaars 700 a 800 roede
veenspecie verwerkten en ’t thans met hoogstens
200 en nog minder doen. Anderen zijn er,
die heelemaal niet meer veen uitspreiden, om
de eenvoudige reden dat ze //uitgeveend” zijn.
De man mag waarheid spreken, wij gelooven
hem dadelijk. En toch
Is ’t niet ’n sprekend feit, dat juist nu,
nu alles tengevolge der buitengewone omstan
digheden duurder is, ook de turf, die toch
een inlandsch product is, deelt in die duurte?
Mag hier, zonder nog te spreken van over
drijving, niet gedacht worden aan /ruime
oververdienste” of ook wel //oorlogswinst?”
Wij vragen: is er van regeeringswege geen
maatregel te treffen dat aan de meer dan
ongewone prijsopdrijving eenige grens worde
gesteld.
Als een typisch staaltje zij nog vermeld,
dat een vervener uit de groote veenderij te
B. dezer dagen van een collega te O. een
partijtje turf kreeg afgeleverd. Als dus te B.,
waar ’t eigenlijke turfland is, nu geen turfje
meer is, hoe erg zal ’t dan op andere plaatsen
wel moeten zijn, en zal dus het spreekwoord:
in het veen ziet men op geen turfje, veel van
zijn waarde verliezen.
Een burgemeester gevraagd.
In De Gemeentestem van 11 Maart 1916
komt de volgende advertentie voor:
//Te Renesse, eiland Schouwen, prov. Zee
land, is vacant het ambt van burgemeester.
Uit de gemeente geen sollicitanten. Het dorp
ruim 600 zielen heeft tramverbinding
is lief gelegen bij bosch, duin, strand en zee”.
Zoover wij weten, is het nog niet vertoond
dat sollicitanten voor bet ambt van burge
meester bij advertentie werden opgeroepen,
merkt de Middelb. Cl. op.
Veerdienst op EnkhuizenStavoren.
Maandagavond geraakte de laatste dienst-
boot naar Enkhuizen, de //Van Hasselt” op
het Zand nabij den Enkhuizer vuurtoren aan
den grond. De mist zal waarschijnlijk wel de
Dat ziet er nu toch uit als een antikiteitje;
haast grappig, zooals dit anachronisme in
botsing komt met alle moderne opvattingen!
We zijn geneigd, er meê te lachen. »Het is
te mooi om waar te zijn,” zegt men van
sommige dingen, maar hier geldt: //te erg
om te kunnen gelooven dat het waar is.”
Stel u voor, de wenschelijkheid komt bij een
Koning op, oorlog te verklaren. Welnu hij
verklaart oorlog. Dit geschied zijnde, her
innert Zijne Majesteit zich een artikel in de
Constitutie, door hem bezworen, en hij haast
zich, aan de Kamers (beide!) een boodschap
te zenden; ’t zou de heeren kunnen interes-
seeren nietwaar? Indien de Koning na ruzie
gezocht te hebben met een ander staatshoofd,
in hoogstdeszelfs humeur is, laat hij aan de
volksvertegenwoordiging nog ’t een en ander
erbij vertellen, maar alleen voor zooveel hij,
Koning, van meening is, dat de heeren ge
voeglijk mogen weten; doch als hij vindt dat
de simpele boodschap/.Wij hebben oorlog
verklaard”, voldoende is, belet niets hem, het
daarbij te laten...
Zoo uitgelegd, is dat alles natuurlijk een
paskwil.
Maar het staat er, en men zou zoo zeggen
dat het vrij overbodig kon heeten, dat bet
was als enfoncer une porie ouverte, wanneer
iemand thans verzoekt, dit artikel 58 bij de
eerstvolgende grondwetsherziening onverwijld
uit de voornaamste wet van onzen modernen
staat te lichten, en in de rommelkamer der
verouderde instellingen op te bergen. Wie,
in de twintigste eeuw, zou in ernst een be
paling als deze verdedigen?
Nu is er een, partieele, grondwetsherziening
op til. En een klein comité van Amsterdamsche
en Haagsche dames en heeren zond dezer
dagen een adres aan de Tweede Kamer, ver-
zoekende wijziging van het bovenstaande art.
58 der Grondwet, met de bijbehoorende
artikelen 57 en 59. Het laatstgenoemde be
treft de verdragen met vreemde mogendheden,
en vangt aldus aan: Z/De Koning sluit en
bekrachtigt alle verdragen met vreemde
Mogendheden. Hij deelt den inhoud dier
verdragen mede aan de beide Kamers der
St. Gen., zoodra Hij oordeelt dat het belang
van den Staat dit toelaat.” Dus niet alleen
wordt, formeel tenminste, het beginnen van
een oorlog, maar ook het sluiten van een
vrede aan den Vorst overgelaten als een hem
toekomend recht, en voorts sanctionneert deze
bepaling alle geheimhouding bij de diplomatie.
Het comité wenscht dit meteen op te
ruimen. Het is //overtuigd dat medezeggen
schap van de Volksvertegenwoordiging in de
buitenlandsche staatkunde een eisch des tijds
is... ten einde het gevaar zooal niet weg te
nemen dan toch in sterke mate te vermin
deren, dat de diplomatie in het geheim en
zonder controle van de zijde der Volksver
tegenwoordiging de zaken tegenover een
buitenlandsche mogendheid op het critieke
punt brengt.”
Is het, in het licht der gebeurtenissen
van Juli en Augustus 1914, nog wel noodig,
iets hieraan toe te voegen Het is niet te
verwonderen dat mevrouw W. Drucker, mr. E.
Fokker eu eenige anderen aan de Staten-
Generaal verzoeken, van de a.s. Grondwets
herziening gebruik te maken om zulk een
hervorming tot stand te brengeneerder zou
t ons kunnen verbazen dat niet van alle
kanten dat verzoek, die eisch, tot de heeren
in den Haag wordt gericht.
democratischen zin, van de artikelen 5759
nu in urgentie daarbij te vergelijken Vol
strekt niet, zeggen zij, die erkennen dat
voor ons land, en voor de prakt ij k,
het verklaren van een oorlog, zelfs het sluiten
van een verdrag, niet maar ’n zaak is die
een Koning op eigen gezag, en ook niet met
eenig diplomatiek gekonkel, zou kunnen
klaarspelen. Er komt in werkelijkheid (dank
zij de verantwoordelijkheid der ministers en
het feit dat men geen oorlog voert zonder
geld) heel wat méér bij te pas dan eenvoudige
zielen uit de lezing van de bedoelde artikelen
zouden opmaken. En dan heeft ’t heele
artikel eigenlijk nog wel belang voor ons?
Zelfs met Venezuela en Portugal maken wij
geen oorlog’t is gebleken. Het schijnt iets
ondenkbaars dat Nederland, het land der in
ternationale conferenties en internationale be
trekkingen, ooit oorlog zou maken, zoolang
oorlog te vermijden ishetzij dan een vorst
of een vertegenwoordigend Jichaam in de eerste
plaats daarover te zeggen heeft. Het Vredes
paleis en een open Janus-Tempel kunnen
niet dicht bij elkaar staan.
O, indien wij nog leefden in den tijd
waarin om met Potgieter te spreken
de weegschaal der vqlkeren van Europa niet
ter hand werd genomen of de Hollandsche
maagd, aan hunne zijde op het reebtsge-
stoelte gezeten, wierp er mede haar oorlogs
zwaard of haren olijftak in, en deed door
deze bijwijlen den evenaar overhellen
indien ’t nog denkbaar ware dat het Neder
landsche volk jingoïstische bevliegingen had
Maar die tijd is lang voorbij, voor goed voorbij.
En toch