Kieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
I
No. 40.
Verscitijnt Donderdags en Zondags.
1916.
55ste Jaargang.
I
II
Donderdag 18 Mei.
MUSEUM VOOR OUDERS
EN OPVOEDERS
VOOR
t
afzonderlijke
F
er
de N. R. Ct. dat gister
verzonden zijn
I
’I
«I
BINNENLAND.
is
1
I
tl
l
M u s e u
schat
veestapel door dien uit-
ver-
t
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
de Fröbel
en het
en verhoogde den post hoofdelijken omslag
met het bedrag, zonder echter het vermenig-
vuldigingscijfer gelijkmatig te verhoogen.
Het gevolg is geweest, dat thans opnieuw
de begrooting niet goedgekeurd is terugge
zonden.
Tentoongesteld in de „Harmonie” te Harlingen,
van 15 tot en met 22 Mei 1916.
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
voor hem, die het ontvangt,
een ernstige natuur als die van
een gave moge
Niet goedgekeurd.
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland
hebben opnieuw hun goedkeuring aan de
Gemeentebegrooting van Zaandam onthouden,
omdat de Raad, naar het oordeel van bedoeld
college, niet geacht kan worden de noodige
middelen tot dekking der uitgaven te hebben
aangewezen.
Bij de oorspronkelijke vaststelling der Ge
meentebegrooting werd tot dekking van het
geraamde tekort een post van f 65,000 op
de begrooting gebracht als bijdrage van het
lijk in het tekort. Gedeputeerde Staten
gaven toen in overweging, dit tekort te dekken
door middel van een leening op korten ter
mijn. De Raad verwierp echter dit denkbeeld
hem den ernstigen, wijzen denker, door vee
studie door veel praktijk van het leven, door
veel ervaring voorbereid tot de moeilijke taak,
die de zijne is. En we zijn met hem zeker,
dat voor zoover menschen iets ten goede
kunnen bestieren, hij het zal doen. We zijn
bij hem overtuigd, dat die taak het eenig
voorwerp is van zijn werken en zorgen. Hoe
groot de erkentelijkheid moge zijn, die de
ernstige Nederlander jegens hem gevoelt, hoe
hoog en terecht uiterlijke eerbewijzingen
hem plaatsten, niet voor het een noch voor
het ander, zoo gevoelen we, verricht dezen
man zijn zwaren arbeiddoor geen van beide
wordt hij daarbij beïnvloed. Hem bezielt
alleen de gedachte, den plicht te doen in het
groote landsbelang.
Cort van der Linden is het type van den
Nederlandschen Staatsman, zooals we ons dien
wenschen kundig, kloek, ernstig en waardig,
met den rustigen eenvoud grooten geesten
soms, grooten zielen steeds éigen. Welk een
voorbeeld is hij, sedert hij de leider werd van
het extra-parlementair Kabinet, geweest voor
allen, die geroepen zijn op de verantwoordelijke
plaatsen der RegeeringOnmiddellijk na zijn
optreden bleek het, dat de taak, die hij
aanvaard had, moeilijk zou zijn. En betrek
kelijk korten tijd daarna, toen de belangen
van den Staat den geheelen Staatsman noodig
hadden, zoodat alle preoccupatie scheen ver
meden te moeten worden, wilde hij de vrijheic
van denken en arbeiden in onbelemmerende
kracht bewaren, aan den vooravond van
Kerstmis 1913 droeviger herinnering
kwam de harde greep van het lot pijnlijke
droefheid brengen in zijn hart, rukte hem
uit den kring zijner arbeidsgedachten en zette
hem tegenover een leed, waarvan de herinnering
nimmer zou vervagen. Men vroeg toen, of de
krachtige figuur van Cort van der Linden
dat leed, die smart over het verlies van een
zoon, zou kunnen dragen en zijn arbeid zou
kunnen volhouden. Doch ernstige mannen als
hij hebben dikwijls in zich een verborgen
kracht, die hen schraagt, waar zwakkeren
zouden bezwijken. Hun geestelijk leven heeft
zich gesterkt aan veelvuldige ervaring en
groote levenswijsheid heeft hun geleerd, dat
in het menschelijk leven een traan en een
glimlach dicht naast elkaar liggen en dat zij,
aldus en niet anders, dat bestaan hebben te
aanvaarden.
Zoo was het met dezen minister-president,
in wien een groot geloof de kracht staalde.
Over het leed heen zag hij, wat hem te doen
stond. En hij deed het, dieper gerijpt door
het leven met zijn smartelijke slagen.
Zoo vond hem de tijd, waarin de wereld
oorlog ontbrandde. Toen was 't voor Nederland
goed te weten, dat hij in zijn beproefde handen
het roer van Staat had gekneld. Van allen
die om hem waren, die kwamen en gingen,
ging de blik van den Nederlander steeds naar
hem, den ernstigen voorman. In zijn karakter
sterkte, in zijn nobelen geest zag Nederland
de verzekering, dat, wat er ook mocht ge
beuren, de Nederlandsche Regeering zou doen,
wat van haar gehoopt en verwacht werd ook
in de ernstigste omstandigheden, waarin het
kon worden geplaatst.
Voor dat gevoel/ hetwelk hij ons gaf,
danken we hem, nu zijn zeventigste verjaardag,'
zijhs ondanks, niet ongemerkt voorbij kon
gaan. En we wenschen van ganscher harte,
dat zijn leven nog lang gespaard blijve voor
wie hem in engen kring liefhebben en voor
het volk van Nederland, dat hem de hooge
achting toedraagt, die groote mannen als hij,
karakters van zoo zuiveren aard als het zijne,
buiten hun wil afdwingen en ten volle ver
dienen.
De Arnh. Ct. schrijft:
Wanneer in latere jaren de geschiedenis
van Nederland gedurende den angstigen
wereldoorlog van thans besproken wordt, zal
de naam genoemd worden van den man, die
zijn zeventigste levensjaar heeft voltooid mr.
P. W. A. Cort van der Linden. En dan zal
men zeggen//het was een geluk voor het
land, dien man te bezitten”.
Wij, we zeggen thans van zijn feest: het
is een geluk, dat wij dien man bezitten.
Want hij heeft in hooge mate het vertrouwen
van het Nederlandsche volk en dat is in
dagen als die wij beleven een niet te schatten
geluk, grooter nog voor wie het vertrouwen
schenken dan
hoe hoog ook
Cort van der Linden zulk
schatten. Hem te weten als leider der beraad
slagingen, die beschikken over den koers van
ons Staatsschip, geeft rust en dat is voor een
volk in benarde tijden een weldaad.
Dat vertrouwen, dat gevoel van rust,
letwelk deze Staatsman ons geeft, komt voort
uit de groote, rustige kracht, die het kenmerk
is van zijne persoonlijkheid. We voelen in
De opvoeding van het kind! Ziedaar een
onderwerp, waarover in de laatste jaren a
heel veel geschreven en gesproken is. Wat
is er op dat gebied al veel veranderd. .Ja,
’t is eerst langzaam gegaan, men was zoo
vastgeroest aan gebruiken en gewoonten, dat
het groove moeite heeft gekost verandering,
dat is //verbetering,” aan te brengen. Maar
’t is gelukt, langzamerhand is tot velen
het besef doorgedrongen, dat het finaal uit
moest zijn met het opvoedingssysteem, tot nu
toe gevolgd, en het is met beslistheid te
constateeren, dat we groote verbetering, goede
resultaten, kunnen waarnemen.
Schrijven en hooren was echter niet vol
doende; daar bleven zoo velen halverwege
staan, die maar niet konden besluiten te
breken met traditie en gewoonte. Zien moest
de massa. Toen hebben enkele voorstanders
van de beweging getracht een museum samen
te stellen, waarin alles werd ondergebracht
wat direct of indirect in verband stond met
opvoeding en onderwijs. Vooral hebben zich
in dezen onderscheiden Mevr. Sandberg
Gyswyt van der Netten en ds. Gunning.
Dit museum is //reizende” gemaakt en wordt
overal, waar belangstelling voor de zaak
bestaat, tentoongesteld. En op zijn tocht
door het land is het door duizenden menschen
bezocht, die allen vol lof waren over de prac-
tische en leerzame inrichting. Geen wonder
dat het steeds meer wordt aanbevolen door
de meest vooraanstaande en invloedrijkste
mannen en vrouwen op het gebied van
opvoeding en onderwijs.
Gedurende 7 dagen is het museum tentoon
gesteld te Harlingen in //de Harmonie.” Maan
dag 15 dezer, hebben we, aan vriendelijke
uitnoodiging gehoor gevende, een bezoek
gebracht aan deze instelling. Direct dient
gezegd, dat onze verwachting verre is over
troffen. Wat is hier een schat van belangrijks
bijeengebracht, wat valt hier veel te leeren.
Rustig toekijken zal ongetwijfeld nadenken
opwekken, en wie over hetgeen er is te
zien gaat nadenken, wordt beslist voorstander
dezer goede zaak.
Het Museum telt in zijn geheel 10 Afdee-
lingen, waarvan er vijf te Harlingen aanwezig
zijn, t.w.: lichamelijke ontwikkeling en ver
zorging van het kind, kleeding van het kind
tot 12 jaar,-Fröbelmethode, Montes-
sori-leermiddelen en eindelijk het Bijbelsch
museum van ds. Nieuwburg te Winkel.
Onder het aangenaam geleide van een der
dames-bestuurderessen hebben we een rondgang
gemaakt, bijlange de verschillende onderdeelen.
’t Zou een te groot verslag worden, als we
alles zouden releveeren, wat onze bijzondere
attentie trok.
Wij begonnen met de afdeeling //de mensch
als kunstgewrocht”. Interessant, we zagen
hier preparaten de organen van den mensch
betreffende, zooals de ontwikkeling van het
gebit, het beenderenstelsel, spierweefsels enz.
Bizonder belangwekkend is hier de demon-
streering van de werking der longen, en enkele
spieren. Bij //verzorging van het kind” konden1
we heel wat verbeteringen opmerken. Vooral
wordt hierbij de nadruk gelegd en aange
toond het zoo nuttige van reinheid. Ook het
vliegengevaar is hier ter tafel gebracht.
Een kind is als eene plant, licht en lucht
zijn twee groote factoren. Karakterestiek is
het onderwerp hier gedemonstreerd door eene
collectie planten, die alle verschillend licht
ontvangen.
Een tafel, met allerlei voorbeelden in was,
van verschillende kinderziekten, zal onge
twijfeld veler attentie trekken.
De afdeeling //zuigelingenzorg” is eene
belangwekkende. Hier wordt (natuurlijk) bizon
der aangetoond het verkieslijke der moeder
lijke voeding. Een eenvoudig ding trekt daar de
belangstelling. Een werkman wilde zijn kindje
niet laten slapen in de ouderlijke bedstede,
geld, om een wiegje aan te schaffen, was er
niet. Toen heeft die man van kratten van
een chinaasappelenkist zelf een wiegje getim
merd. Moeder bekleedde het zoo goed moge
lijk... gaat dat zien... voor ruim één gulden
een alleraardigste slaapgelegenheid voor de baby.
Ter anderer plaatse ziet men aangetoond
het gevolg van verkeerde gewoonten, zooals
Uitvoer van melkvee.
Het Nederl. Correspondentiebureau meldt:
In de laatste dagen wordt veel melkvee
voor uitvoer opgekocht, waaronder, naar van
onderscheidene zijden wordt medegedeeld, tal
van runderen, welke eigenlijk voor de slacht
bank bestemd zijn, maar die, omdat zij nog
een weinig melk geven, door belanghebbenden
tot het melkvee gerekend worden. Dit heeft
eenige ongerustheid gewekt bij de slagers,
die daardoor verhooging van den slachtveeprijs
verwachten en vreezen, daarom den prijs van
het vleesch voor den consument reeds te
moeten verhoogen.
Naa? ons van bevoegde zijde wordt ver
zekerd, behoeft daarvoor echter geen vrees
te bestaan, omdat de disrrictsveeartsen nauw
keurig controleerden, dat, overeenkomstig de
bedoeling van den minister van landbouw,
nijverheid en handel, geen ander dan melkvee
en drachtig vee wordt uitgevoerd.
Intusschen worden reeds maatregelen over
wogen om ook den uitvoer van dit vee meer
te beperken.
Naar wij vernemen, heeft de minister het
Nederlandsch Rundveestamboek reeds ver
zocht, aan exporteurs voorloopig geen opdracht
tot aankoop van vee meer te verstrekken.
Er bestaat geen gevaar, dat zou worden
toegelaten, dat onze
voer werd uitgeput of belangrijk werd
minderd.
Men meldt aan
uit Rotterdam 1600 koeien naar Duitschland
en Zaterdag 1900.
Dinsdag, Woensdag en Donderdag zullen
duizend runderen van Utrecht naar Duitsch
land worden uitgevoerd.
Be bruinbroodregeling
De minister van landbouw, nijverheid en
handel heeft de volgende circulaire tot de
burgemeesters gericht
Als vervolg op mijn circulaire van 20 April,
heb ik de eer u het volgende mede te deeïen
lo. In vele gemeenten leidt het verbakken
van roggebloem tot brood tot ontduiking van
het verbod van wittebrood bakken, doordat
groote hoeveelheden tarwebloem worden toe
gevoegd.
Vermits de controle hierop uiterst moeilijk
is, komt het mij noodzakelijk voor, het ver
bakken van roggebloem tot brood te ver
bieden. Tegen het verbakken van roggebloem
tot koek bestaat uit den aard der zaak geen
bezwaar.
2o. Het is mij gebleken, dat in vele ge
vallen voor hen, die wittebrood moeten ge
bruiken, een mindere hoeveelheid- wittebrood
dan van de in mijne circulaire van 20 April
vastgestelde hoeveelheid bloem gebakken kan
worden, voldoende is. Ik verzoek u derhalve
den geneesheeren de verplichting op te leggen,
in hunne verklaringen mede te deelen, hoe
veel brood dagelijks door hen voor hunne
patiënten noodzakelijk wordt geacht, waarbij
als maximum moet worden aangenomen 3
hectogram brood voor volwassenen en 1^2
hectogram wittebrood voor kinderen beneden
14 jaar per hoofd en per dag. Bij de be
rekening van de hoeveelheid bloem, welke de
bakkers mogen verbakken, moet dan de op
gave van de geneesheeren als maatstaf worden
aangenomen. x
3o. Naast geneesheeren zullen ook vroed
vrouwen verklaringen mogen afgeven voor
iet gebruik van wittebrood ten behoeve van
kraamvrouwen, voor den tijd van ten hoogste
3 weken na hare bevalling.
Een probaat middel.
Bij een geneesheer te Alkmaar komt, aldus
de Alk. Ct., een brok van een meid, blakende
van gezondheid, met de mededeeling: //Och
dokter, ik kan niet tegen dat bruinbrood, ik
rrijg er het zuur van en moet... zou ik
;*een bon kunnen krijgen voor wittebrood?”
De dokter kijkt haar eens aan en zegt
z/Ja meisje, dat zal wel gaan. Maar ik heb
nu geen gelegenheid. Kom morgen terug
dan zal ik je maag even leegpompen en ook
eens met x-stralen bezien en als het dan
blijkt dat het noodig is, krijg je van mij een
bonnetje, hoor.”
Het meisje staat even beteuterd, gaat heen
en.., ii)oet nog terugkomen.
ongeschikt schoeisel. Allerlei modellen in gips
zijn hier bijeengebracht en we beklaagden
van harte die oude dame, welke door eigen
schuld zoo’n ongemodelleerden voet had ge
kregen.
Krijgen uwe kinderen wel eens rumboonen
Ja nu gaat dan eens zien h o e v e e
rum er te vinden is in een ons van die
snoeperij. Een half glaasje! Staat er
aanschouwelijk voorgesteld. Dus de rum
boonen komen op de lijst van verboden goed.
Zakdoeken-gebruik, corsetten, fopspëen, dot,
deurknop, ja, wat niet al, oppassen er
mee. U gelooft het niet Gaat zien, vraagt
U een der demonstreerende dames... nog
eens: z/o p p a s s e n”.
De afdeeling //kleeding” was interessant,
zoo zeide de mij rondleidende dame. En
beleefdheidshalve zei ik o, ja, zeker, mevrouw
Maar voor dames is ’t interessant, dat
geloof ik graag. „Voor weinig geld goede
kleeding”, dat mocht er wel boven de deur
van deze afdeeling staan.
Montessori. Eene Italiaansche docteres.
Deze dame had eens een achterlijk kind onder
behandeling. Op de ondervinding, hierbij
opgedaan, beeft zij eene methode gegrondvest,
om jeugdige kinderen spoedig en prettig iets
te leeren.
Aan het kind wordt feitelijk te veel opge
drongen in spel en leeren men late het
kind, natuurlijk onder beproefde leiding, zelf
eens werken en zal dan versteld staan over
het resultaat.
Het tastgevoel speelt hierbij een groote rol,
ook bij cijfers en letters.
Papa Fröbel is, dat spreekt van zelve, ook
vertegenwoordigd.
We meenden tamelijk op de hoogte te zijn
met //gaven”, pijpaardewerk, koralenrijgen en
dergelijke bewaarschool-bezigheden.
Maar och, wat hebben we hier een nieuws
gezien. En mooi werk ook, altijd in aanmerking
genomen den jeugdigen leeftijd der kleine
knutselaars. Een paar eigen vindingen van
leerlingen zullen gewis de belangstelling trekken
van elk, die op dit gebied niet geheel en al
vreemdeling is.
Het Bijbelsch Museum van ds.
Nieuwburg. Wat een schat van onderwijs
materiaal is hier bijeengebracht. Niet alleen
de jeugd, neen, ook groote. menschen
kunnen hier hun hart ophalen en in natura
in teekening of gipsmodel zien uitgestald,
zooveel waarvan men meermalen las en hoorde.
Dit Bijb. Museum alleen is de moeite reeds
waard.
Een aardig kinderhuisje, eldorado voor onze
jeugd, sluit de reeks van al het belangrijke
wat is geëxposeerd.
(Op de bovenzaal vindt men
afdeeling, het Bijbelsch Museum
kinderhuisje.)
Een en ander geeft me aanleiding den lezers
onzer B. C. bizonder aan te bevelen een bezoek
te gaan brengen aan deze expositie. Ze is
leerzaam en belangwekkend, Er is veel te
zien, ieder vindt er zijn gading vooral
vader en moeder, meester of welke opvoeder
der jeugd dan ook.
De Tentoonstelling is aanstaanden Zondag
niet geopend. Ws.
CORT VAN DER LINDEN.
Bolswardsche Courant
i
3
1
1
l
t
t
I
r
3
r
i
1
1
r