ïïïeuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. f Theehandel Focke S. Klein, HARLINGEN. I L I 55ste Jaargang. 1916 No. 41. Verschijnt Donderdags en Zondags. Zondag 21 Mei. I II t 11 VOOR afzonderlijke in Overijsel zulk den MENSCHEN EN TOESTANDEN. al spoedig BINNENLAND. I l dan voor Geen der Alg. H. f 1 ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 8 maanden. Franco -per post 50 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. 1 een vlottende aangekomen schipper een broodje kunnen 3 voor de laatste Sneek, 19 Mei. De vereeniging Volks onderwijs alhier besloot j.l. Woensdag tot ’t vormen van twee kinderkoren en wel van 11 en 12 jarige kinderen uit de 3 openbare scholen. De leiding dezer zangklassen zal worden opgedragen aan den beer v. d. Werf, onderwijzer aan school no. 2. Sneek, 19 Mei. ’t Is' al ruim 4 maanden geleden dat ’t hoofd van school 3 ’t tijdelijke met het eeuwige verwisselde. En nog hooren we niets van een voordracht, hoewel verscheidene weken geleden hier 9 heeren van In vele winkels verkrijgbaar. Voor wederverkoopers Bij Wed. J. Lemstra, Bolsward. W. v. d. Goot, Makkuni. ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4. Bij het steeds meer ingewikkeld worden van het maatschappelijk samenstel is de be hoefte om de invloeden, die bet economisch leven beheerschen, beter te leeren kennen voortdurend grooter geworden. Deze drang tot weten heeft niet bloot een wetenscbappe- lijken kant: de praktische zijde van het vraag stuk is eveneens vau het hoogste belang. Vooral in tijden als de tegenwoordige blijkt het nut er van en het is misschien niet te veel gezegd, wanneer wij beweren, dat te dezen opzichte de huidige Europeesche crisis het menschdom op een zeer onaangename manier heeft ontnuchterd. Staathuishoudkunde wordt sinds langen tijd aan honderden en nog eens honderden onderwijsinrichtingen gedoceerd; de statistiek is allerwegen in haar dienst ge steld; niettemin heeft de oorlog het onom- stootelijk bewijs geleverd, dat nergens de in vloeden, welke bet economisch leven der menschen beheerschen, in voldoende mate worden gekend. Voor een deel moet dit mis schien hieraan worden toegeschreven, dat in vredestijd de economische wetenschap een te schoolsch karakter heeft en te weinig ge baseerd is op dé werkelijkheid zelf; zij is te veel een papieren wetenschap en aangezien papier een doode stof is, waaraan geen andere dan een ondergeschikte rol behoort te worden toegekend, kon zij, toen de oorlog plotseling de noodzakelijkheid schiep, dat zij groote diensten moest praesteeren, aan die taak niet naar behooren voldoen. Dit schoolsche karakter der staathuishoudkun dige wetenschap laat zich misschien het best hierdoor verklaren, dat hare beoefenaren zelf weinig deelnemen aan het eigenlijke econo misch leven, maar als ’t ware een aparte kaste van zoogenaamde geleerden vormen, die daar buiten staan. Wij kunnen er iets voor voelen, wanneer de eenvoudige praktische boer beweert, dat de boerderij de beste leerschool is voor den aanstaanden landbouwer, al willen wij niet ontkennen, dat de landbouwende be volking te dezen opzichte dikwijls blijk geeft van eenzijdigheid. Dit is in elk geval zeker, dat de economist, die het landbouwbedrijf zal beoordeelen, tot een nauwkeurige beoordeeling niet in staat is, wanneer hem de noodige kennis ontbreekt en die kennis doet bij niet of niet voldoende op op schoolbank of kantoor stoel. De brokjes voedsel, welke aan de econo mische wetenschap worden toegeworpen, zijn te mager om haar de noodige kracht te geven; zij lijdt aan bloedarmoede en dit kan pas anders worden, wanneer zij haar hoofdzetel heeft midden in het praktische leven en het kantoor bijzaak wordt. De mannen der prak tijk moeten de hoofdpersonen zijn, door wie deze wetenschap wordt beoefend; de kantoor- menschen kunnen in het algemeen geen andere dan handlangersdiensten verrichten. De oorlog heeft de volken en regeerders plotseling voor de taak gesteld in de uiteen gescheurde maatschappij regel te scheppen en hen stonden geen andere middelen ten dienste dan bet weinig beteekenende schoolprodukt, dat men staathuishoudkundige wetenschap heeft genoemd. Zij verkeerden nagenoeg in de conditie van iemand, die in een bootje tegen een sterken stroom moet oproeien, doch daarbij geen ander hulpmiddel heeft dan zijne handen. Het is zeker geen benijdenswaardige positie, waarin zich zoo iemand bevindt en wanneer ten slotte moet worden geconstateerd, dat de boot niet vooruit, maar wel achteruit gaat, dan kan bij daaronder misschien ver- Zoo klakkeloos weg wordt het bericht op genomen, en op zulk een los, door niets gewaarmerkt bericht afgaande, leest nu deze redacteur, de veel jongere, aan den ouden man de les. Hij deed het meer. Keuren de kerken smadelijk bedrijf goed Vooral vergeleken bij wat de liberale Pers deed, steekt deze onverklaarbare houding van den redacteur van het Gereformeerde Over- ijselsche Kerkblad zonderling af. Reeds merkten we op, hoe het Uandelsblad de eerlijkheid had aanstonds de correctie op te nemen. Sinds zag men, hoe het Nieuws van den Dag desgelijks deed. Links voelde men toch blijkbaar, dat hier correctie leveren plicht was. Te meer geeft het daarom ergernis, dat de Overijselsche Kerkbode zich derwijs ver galoppeerde. Laat ons hopen, dat ’t nu maal zal zijn. Streng te waken voor de handhaving van het Sabbathsgebod is uitnemend, mits men niet tegelijkertijd zelf ’t negende gebod „Gij zult geen valsche getuigenis spreken tegen uw naaste”, met voeten treedt. Ged. Staten hebben tot de gemeente- waterschap- en veen polderbesturen een verzoek tot spaarzaamheid bij papierverbruik gericht. Zij vestigen er nog de aandacht op, dat deze maatregel slechts een noodmaatregel is bedoeld, waardoor de regel niet wordt afgeschaft, doch slechts tijdelijk buiten werking wordt gesteld. Gemeenteraadsleden in den landstorm. De Arnhemsche correspondent van het N. v. d. D. schrijft Artikel 23 van de Gemeentewet schrijft voor, dat het raadslidmaatschap onvereenig- baar is met de betrekking van krijgsman in werkelijken dienst. Aangezien nu zij, die een verbintenis bij den vrijwilligen landstorm hebben aangegaan, zich in werkelijken mili tairen dienst bevinden en o.a. ook bij mis drijven voor den krijgsraad terecht moeten staan, mag een raadslid geen vrijwillig land- etormer zijn. Tot heden was, voor zoover bekend, nog niet voorgekomen, dat een raads lid zijn raadslidmaatschap door het lid worden van den vrijwilügen landstorm verloor; naar wij vernemen, heeft evenwel thans de heer Wolzak, lid van den gemeenteraad van Renkum, van B. en W. bericht ontvangen, dat hij ingevolge genoemde wetsbepaling van het raadslidmaatschap vervallen verklaard moet worden en zij dus een nieuwe verkiezing zullen uitschrijven. De vraag rijst nu, of niet alle besluiten, genomen door gemeenteraden, waarin vrijwillige landstormers zitting hebben, on geldig zijn, aangezien niet-bevoegden daaraan hebben deelgenomen. Het onderhavige geval te Renkum wordt nog ingewikkelder doordat de heer Wolzak, reeds van de oprichting van de landstorm- afdeeling aldaar landstormer, dezer dagen voor den verderen militairen dienst is afgekeurd, al is hij nog niet ontslagen. Misbruik van de uniform. Voor eenige dagen werd door soldaat- kommiezen te Glanerbrug van twee smok kelaars een partijtje vet in beslag genomen, dat voor uitvoer was bestemd. Daar de be- keurders vermoedden, dat meer smokkelaars in de nabijheid waren, werd het in beslag genomene niet direct naar de kommiezenwacht opgebracht, maar bij een landbouwer in huis geborgen. Toen zij echter eenige uren later terugkeerden om den smokkelaar mede te nemen, moesten ze aldaar vernemen, dat het vet reeds door een soldaat was afgehaald. Daar bleek, d,at geen soldaat-kommies dit had gedaan, moest dus een handige smok kelaar het vet weder machtig geworden zijn. Als verdacht van deze daad is nu aangehouden een landweer-soldaat, die voor eenige weken in het genot van klein verlof is gesteld. Alg. II. II buiten, na een uitnoodiging daartoe te hebben ontvangen, een proefles in school 3 hebben gehouden. Sollicitanten uit de stad naar de betrekking zijn, zonder die uitnoodiging door den arrondissements-schoolopziener gehoord. Uit een zeer goede bron vernemen we, dat een verschil tusscben den Districtsschoolop ziener en ’t D. B. de oorzaak moet zijn, dat er van een tal nog allerminst sprake is. De Schoolopziener is in den regel de man die ’t wil weten. Bij een vorige benoeming tot hoofd van school 2 kreeg de heer Zelvelder met de voordracht zijn zin. Of dat nu ook bij de voor de deur staande benoeming zal plaats vinden? Wij gelooven dat B. en W. ditmaal ’t onderspit niet zullen delven. Sneek, 19 Mei. Autoriteiten in Z.W.hoek van Friesland hebben terecht be grepen dat veel vreemdelingenbezoek welvaart in de gemeenten brengt. Vandaar "Hat de burgemeesters van Sloten, H. O. N. en Workum ’t initiatief hebben genomen in Frieslands Z.W.hoek een ver- vereeniging op te richten ter bevordering van Vr.Verkeer. Woensdagmiddag vergaderden daartoe hier ruim 20 heeren uit de gemeenten Doniawersta], Gaasterland, Haskerland, H. O. N., Hinde- loopeu, Lemsterland, Sloten en Workum, om te beraadslagen over de oprichting van ge noemde vereeniging. Voorzitter was de burgemeester van Sloten, de heer G. HaitsmaMulier, aan wien de voorzittershamer uitstekend bleek te zijn toe vertrouwd. Na eenige toelichting kon men tot de oprichting eener vereeniging overgaan, waarbij alle aanwezigen zich als lid aansloten. Bestuursleden werden na vaststelling der Statuten, de h.h. Burgemeesters van Sloten, Workum, H. O. en N., Stavoren, Hindeloopen, drietig worden, hij is niet zoo dwaas te be weren, dat zij, die dit constateeren, hem tegen werken. De staat is wel eens vergeleken bij een vaartuig en hoewel staat en maatschappij geenszins synoniem zijn, is de beeldspraak niet te gezocht, wanneer gezegd wordt dat zij, die het schip van staat besturen, tegen woordig mede het roer van het maatschappelijk vaartuig in hunne handen houden. Het eigen aardige verschijnsel doet zich hierbij voor, dat bij deze stuurlieden eene neiging' valt waar te nemen om geen op en aanmerkingen te kunnen verdragen over de negatieve vorde ringen van het vaartuig. In ons land moet men, als men niet lastig wil heeten, niet zeggen, dat de zaak der volksvoeding niet naar behooren geregeld is; men moet niet spreken over de duurte van sommige levens middelen, over het onvoldoende van verschil lende regelingen. Hoewel het niet met zooveel woorden in wetten en besluiten is uitgedrukt, voelt ieder, dat bet stilzwijgend consigne is houd je mond en maak geen aanmerkingen de zaken gaan zoo goed als ze kunnen gaan. In andere landen, bijname in de oorlog voerende, is het nog erger. Daar ziet men dingen gebeuren, die aan Lodewijk den veertiende en zijn opvolgers doen denken. Parlementsleden wordt het vrije woord ont nomen en- wat men hen nog toestaat te zeggen, wordt voor een deel aan kennisneming door hunne lastgevers, de kiezers onttrokken; de couranten mogen alleen schrijven wat de Regeering goedvindt; van hongerbewegingen mag niet worden gerept; enz. En omdat men wel gevoelt, dat deze handelwijze tot recht matig verzet aanleiding kan geven, wordt zij geëxcuseerd door de phrase: het landsbelang eischt het. Onzinhet landsbelang eischt, dat er vrede komt. Er is een Staat, die militair krachtiger is dan de andere Staten der wereld. Wij zien hierin niets verdienstelijks, want wij kunnen ons niet voorstellen, dat de menschen ge schapen zijn om elkaar dood te slaan. Hoe dit echter zij, die Staat heeft moeten ervaren, dat zijn krachtige militaire organisatie hem niet in staat heeft gesteld den oorlog te winnen. Er is een andere Staat, die de zee beheerscht, doch zijn sterke vloot heeft niet kunnen beletten, dat zijn handelsschepen in voort durend gevaar verkeeren door den vijand tot zinken te worden gebracht. Die vloot, gevoegd bij zijn leger en de legers van zijne bond- genooten, hebben hem evenmin in staat gesteld den oorlog te winnen. Nooit te voren is het woord organisatie zoo veel gebruikt als tegenwoordig. Indien het mogelijk ware, dat een Marsbewoner een kijkje op onzen aardbol nam, tien tegen een, dat hij in dit jammerdal een toovermiddel aanwezig zou vermoeden, hetwelk den naam draagt van organisatie. In Nederland is de levensmiddelen voorziening met vele andere zaken „ge organiseerd”. In Duitschland is nagenoeg alles «georganiseerd”. Intusschen blijkt de kracht van het toovermiddel minder groot te zijn, dan de fantasie van hen, die het aanwenden, zou doen vermoeden. Melk, suiker, boter, kaas, tarwe, varkens, steenkolen en misschien honderd andere onmisbare zaken, onmisbaar voor den geregelden gang van het maatschappelijk leven in zijn ganschen omvang, doen aan die toover- kracht twijfelen. Voor hen, die regel moeten brengen in den tegenwoordigen chaos, is het niet voldoende het woord organisatie te gebruiken, en door eenige manipulaties den schijn aan te nemen alsof zij het tooverstokje kunnen banteeren het zit ’m niet in het woord, noch in de manipulaties, het zit ’m iu het stokje zelf. Als dit niet echt is, bereikt niemand er iets mee. De Zuivelcourant. benevens de h.h. dr. Moesman te Balk, dr. Brenkman te Langweer, notaris v. d. Werf te Joure, en de heer Brouwer, lid van den Raad van Lemsterland. Van onderscheidene personen kwamen ter vergadering sympathiebetuigingen met de oprichting binnen, en wel van de burgemeesters van Wijmbritseradeel en Ijlst (beiden ver- hinderd de vergadering te bezoeken) van de h.h. Eikelboon uit Warns, pastoor Terwindt te Balk, dr. Moesman te Balk, den directeur van de boterfabriek te Sloten en ’t hoofd der school, den heer Bonekamp, aldaar. Een telegram van sympathiebetuiging werd nog gezonden door den heer Kingma te Bolsward. De zetel van ’t bestuur werd gevestigd te Sloten, als ’t centrum in den Z.W. hoek. ’t Werkprogram van dezen zomer werd druk besproken. Voorgesteld werd van de bestuurstafel, om reeds als blijk van leven der pas opge richte vereeniging, medailles beschikbaar te stellen voor den te houden motorwedstrijd. Verder hoopt men een kaart uit televen van den Z. W. hoek en eindelijk dezen zomer alle belemmeringen uit den weg te ruimen, die ’t vreemdelingenbezoek mochten hinderen. Harlingen. De kantonrechter beeft de echtgenoote van een bakker, die op Zondag avond na 10 uur, een brood verkocht en deswege door een agent bekeurd werd, ver oordeeld tot f 0.50 boete. Hiermede is in eerste instantie uitgemaakt, dat zulks alhier verboden is, een gevolg van de jongste aanvulling van de politie-verordening waarbij bepaald wefd, met het oog op de on geregeldheden, die in den laten avond steeds bij sommige vischwinkels ontstonden, dat verkoop van eetwaren na 10 uur op Zondag avond verboden was. In een plaats als deze met bevolking, zal dus een ’s-Zondagavonds alleen koopen in een café. Aangezien dit niet de bedoeling van den Raad kan zijn geweest, dient de verordening weer gewijzigd te worden in het belang van de neringdoenden. N. Harl, Cl. Af gestra ft. Het Gereformeerde Kerkblad voor Overijsel critiseert de handeling van dr. Kuyper, die op Zondag uit Budapest naar Berlijn zou gespoord zijn, wat later is tegengesproken. De Standaard had het Christenplicht en roeping van den redacteur gevonden, eerst te onderzoeken, alvorens „een klad op dr. Kuypers naam te werpen”. Ook een middel. Bij een dokter in Friesland regende het aanvragen om attesten voor het verkrijgen van wittebrood. Bij gebruik van het oorlogs- brood had men steeds last van maagpijn, zuur en andere kwalen. De dokter vertrouwde de aanvragers niet en nam een middel te baat, dat hielp. Hij vroeg den menschen den vol genden dag terug te komen, hij zou onderzoek hun maag uitpompen, aanvragers verscheen. A 1 1 f 1 t 1 Klein s Thee, in ons pakjes thans 22 ct., in vierdel pakjes 27'/2 ct. Gebro ken Thee ook per ons. Bolswardsclie Courant.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1916 | | pagina 1