Bolsward en Wonseradeel.
w
I
a
nieuws- en Advertentieblad
p
No. 42.
Verschijnt Donderdags en Zondags.
1916.
65ste Jaargang.
I
Donderdag 25 Mei.
Uit Wonseradeel.
VOOR
BINNENLAND.
Naar aanleiding van de duurte
der voedingsmiddelen.
INGEZONDEN.
F
Bolsvardsche Courant
afzonderlijke
I
nieuwe, nn
I
gevolg
en ander
land voldaan. De rest, het verder beschikbare,
gaat naar het buitenland. En hiervan trekt
de Staat, krachtens de uitvoerbelasting, een
ruim aandeel.
Prof. Burger stelt twee voorbeelden:
Uitvoer be lattin g
Het buitenland bepaalt nu de waarde van
onze landbouw- en veeteeltproducten. Hef nu
een uitvoerbelasting, maak haar ongeveer
gelijk aan het verschil tusschen den prijs in
het buitenland en den prijs, die in dezen tijd
billijk geacht wordt voor het binnenland.
Het buitenland heeft wat wij uitvoeren noodig.
Het zal dus koopen in weerwil van onze
uitvoerbelasting. Nu wordt eerst tegen billijk-
normalen prijs aan de behoefte in het binnen-
Zitting van den Gemeenteraad, Zaterdag
20 Mei 1916.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie).
Op verzoek van den inzender nemen wij
onderstaande rectificatie over uit Ons Noorden,
aan welk Blad wij bedoeld bericht in ons
vorig nummer ontleenden.
Redactie Bolsw. Crt.
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 8 maanden.
Franco per post 50 Cents.
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar 5 Cent.
De Raad was voltallig. Er viel nog al
wat mede te deelen”. Interessant was hier
een geval, de uitdieping van de Pingjumer-
vaart betreffende. De begrooting was f 4300,
de laagste inschrijver wilde het voor
f 5424 opknappen. Wat ’n groot verschil,
dat zit hem bier in, dat men zooveel
vraagt voor de berging van baggerspecie. Er
wordt, voor ’t mogen gebruiken als opberg-
terrein, meer gevraagd dan de gebeele waarde
van het land bedraagt. Dat zijn nu nog eerst,
eens de echte (/belanghebbenden”. De afwik
keling bleef aan B. en W.
Half Nederland moet zich, schrijft de
Arnh. Ct. of het wil of niet, bemoeien met
de duurte der voedingsmiddelen. De prijzen
stijgen enorm, zoodat er maar weinige geluk
kigen onder de volwassen zijn, die niet
dagelijks zullen booren praten over de abnor
male omstandigheden, waarin wij leven.
Trouwens, er zijn nog andere zaken dan
voedingsmiddelen, die duurder worden. Het
sur toute la linge, op
tijdens den oorlog, en
nog daarna.
ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
verkoop en
landsche behoefte
zou het buitenland
voorzien. De boer
voorspoedigen tijd beleven, zij het ook zonder
reuzenwinstende Staat bad een zeer welkome
inkomst te boeken.
Tweede voorbeeldStel dat voor een koe,
paard of welk ander dier, waarvoor de ge
middelde prijs in gewonen tijd f 300 bedraagt,
thans buiten de kosten van vervoer
in het buitenland f 600 wordt geboden.
Stel, wij hebben overvloed van zulke dieren
en kunnen door teelt hun getal nog aan
zienlijk doen toenemen. Sluiting van de grens
is wel de meest ongewenschte maatregel, dien
men zich kan denken. Vrije uitvoer is a]
niet beter. Zou nu een uitvoerbelasting van
f 200 per stuk niet een voortreffelijke regu-
leering scheppen tusschen den prijs daar ginds
en den prijs hier? De laatste f 100 meer
dan in gewone tijden verzekert den boer
een winstgevend bedrijf. De belasting
f 200 per stuk wordt door het buitenland
betaald en brengt in de schatkist een bedrag,
dat ik niet vermag te schatten, maar dat
zéér boog moet zijn.
De Amsterdamsche hoogleeraar erkent, dat
de door hem genoemde cijfers geheel wille
keurig zijn en slechts bij wijze van voorbeeld
genomen. Doch hij is overtuigd, dat eene
dergelijke regeling te heffen moet zijn. De
Regeering moet de bevoegdheid kunnen ver
krijgen om voor elk product het bedrag der
belasting al naar de omstandigheden dit eischen
te wijzigen. En dat zou heel iets anders zijn
dan de storende schokken, die de elkaar
afwisselende sluiting en opening der grenzen
van thans veroorzaken. De belasting zou
hooger of lager worden, doch hooger of
lager de voortbrengselen van onzen bodem
zouden voor ons goedkooper zijn dan in het
buitenland en de schatkist zou er baat bij
vinden.
Het denkbeeld van een uitvoerbelasting is
niet nieuw. Voor normale tijden is het niet
bruikbaar. Doch thans, nu het waardeverschil
tusschen onze producten binnen- en buiten
lands zóó abnormaal groot is, acht prof.
Burger eene uitvoerbelasting het eenige groote
middel tot bestrijding van de duurte en
tevens tot billijke bestemming van oorlogs
winsten.
van de reusachtige
de besprekingen was, dat de
en W. te machtigen (na
advies van Ged. Staten te hebben bekomen)
om de zaak zoo mogelijk in ’t reine te brengen.
Toen besprak de heer Bergsma nog een
toestand, die niet deugt, bij de kettingbrug
te Makkum. Er is geen officieele brugwachter,
geen tarief, geen verordening... en toch is
er een bruggewipper, met consent van B. en W.
Niemand wist eigenlijk de geschiedenis van
die brug. Na bespreking, zeiden B. en W.
toe, dat ze de zaak eens zouden onderzoeken,
’t Is echter tegenwoordig zoo druk, verzekerde
de Voorzitter, dat het misschien wel 'n jaar
kan duren, voor het Dag. bestuur rapport
uitbrengen zal. Afwachten dus.
Toen was de agenda afgewerkt; sluiting.
Ws.
Twee voorbeeldenKaas en boter. Laat de
eenheidsprijs van melk in gewone tijden 8
cent bedragen; laat thans hier een prijs van
10 cent billijk worden geacht. Nemen wij
aan, dat de boer en de fabriek met zulk een
prijs goede zaken zouden maken. Nemen wij
voorts aan, dat het buitenland voor kaas en
boter prijzen biedt, die na aftrek der
vervoerkosten gelijk staan met 12 cent
per eenheid melk. Nu is het duidelijk, dat
de prijs van de melk niet tien, maar twaalf
cent zal bedragen. Wilde men den prijs
kunstmatig drukken, dan zou het gevolg
zijn, dat alle melk, voor zoo ver doenlijk,
werd omgezet in boter en kaas. Uitvoerverbod
van deze artikelen zou niet baten: de boeren
weten wel, dat het verbod niet zal worden
gehandhaafd, wanneer reusachtige hoeveelheden
van deze waren zich bij de grenzen gaan
opstapelen. Een uitvoerbelasting van 2 cent
per melkeenbeid zou een natuurlijke reguleering
tot stand brengen tusschen binnenlandschen
export. Eerst als aan de binnen-
aan zuivel was voldaan,
van boter en kaas worden
zou bij voortduring een
Verdronken.
De 25-jarige kappersbediende C. Laarman,
uit Scheveningen, in dienst bij den heer Van
der Linden te Haarlem, kwam vanmorgen om
halfzeven voor den eersten keer aan de zwem
inrichting aan de Houtvaart. Ofschoon hij zei
een weinig te kunnen zwemmen, verzocht hij
toch om onderwijs. Toen hij zich zou gaan
ontkleeden, wees men hem het leerlingen
bassin, waarin hij moest te water gaan. Dit
laatste heeft hij blijkbaar niet gedaan, maar
is in het groote bassin gegaan. Om 8 uur
ontdekte men dat zijn kleeren nog in het
hokje hingen. De Haarlemsche reddingsbrigade
ging daarop aan bet duiken en dreggen en
vond omstreeks lO1^ uur met de sleepdreg
der gemeente het lijk van den jongen man.
Alg. H,
Geachte Redactie.
Blijkens eene min nauwkeurige mededeeling
of eene min juiste voorstelling van zaken aan
of van uw correspondent of inzender betref
fende de kermis te Bolsward, waardoor de
schrijver van dit berichtje in uw blad van
Vrijdag j.l. we vertrouwen dit vol
komen ter goeder trouw bleef, haasten we
ons toch dit berichtje alleszins tegen te spreken.
De Anti-Rev. Kiesvereeniging bijeen in
vergadering Woensdag j.l. besloot, juist op
een desbetreffend ingekomen verzoek om aan
vraag tot opschorting der kermis te Bolsward,
als politieke partij absoluut niet in te gaan
en zulks naar aanleiding van een bestuurs
voorstel dat met algemeene stemmen was
aangenomen.
Op de ledenverg. bleven dan ook slechts
2 der aanwezigen zich voor het voorstel ver
klaren.
En wat de commissie van 5 personen be
treft: deze commissie stond geheel op zich
zelf en miste elk verband met het orgaan der
Kiesvereeniging en kan dus ook als minder
officieel buiten beschouwing blijven.
Hoogachtend,
N. BUMA, Seer. A. R. K.
Bolsward, 22 Mei 1916.
niet voldoende zijn, tenzij het Rijks-subsidie
belangrijk worde verhoogd.
Het voorstel wordt, onder plechtig zwijgen
van de Raadsbeeren aangenomen. W a t i s
’t vooruitzicht schoon.
Nu deed de heer Bergsma (Makkum), met
verlof der vergadering, een paar vragen. Eerst
informeerde hij, of er ook eens zal worden
begonnen met de uitdieping der vaargeul.
Dat avanceert daar niet. Hoe zit dat? Over
deze zaak is nog al wat gepraat.
Hebben we ’t goed begrepen, dan is de
langzame vordering dezer affaire een
van het feit, dat Ged. Staten een
nog in studie hebben.
’t Bleek, dat de Voorzitter nu juist geen
voorstander van de uitdieping is, ’t is
geld wegwerpen, zei Z.E.A. Er is geen scheep
vaart.
De Makkumer Raadsleden drongen echter
nog al vrij sterk op afdoening aan. Dat er
geen„ scheepvaart is, is een gevolg van de
verzanding.
't Eind van
Raad besloot B.
is een prijsverhooging
alle gebied.
Nu kan af en toe eene gebeurtenis van
beteekenis de aandacht even bij iets anders
bepalen: de puzzle b.v. wie dan toch de
ffTubantia” getorpedeerd heeft en waarvan
wij voorstellen de oplossing te zoeken in het
weigeren van de vulpen tusschen de vingers
van den duikbootcommandant, zoodat'bij den
datum van het lanceeren van de torpedo,
die den 16en Maart het Nederlandsche schip
vernielde, als 6 Maart boekte, dergelijke
gebeurtenissen zijn niet in staat het voor
Nederland belangrijkste langen tijd naar den
achtergrond te schuiven. Dat belangrijkste
is en blijft: de duurte van alles, in het
bijzonder die van de levensmiddelen.
In De Groene heeft de Amsterdamsche
hoogleeraar prof. dr. H. Burger naar aan
leiding van die duurte een denkbeeld geuit,
waarvan hij, wordt het in een daad omgezet,
heil verwacht in de benarde dagen, die we
beleven. Hij wijst terecht op het bevreemdende
feit, dat niet alleen de van buiten ingevoerde
dingen duur zijn, maar dat ook onze eigen
voortbrengselen, die van onze landbouw en
onze veeteelt zoo duur zijn. In gewone tijden
gaat van deze laatste een groote hoeveelheid
naar het buitenland en daarop berust voor
een deel onze volkswelvaart. En nu, terwijl
alle levensmiddelen zoo verontrustend duur
worden, gaan toch geregeld onze landbouw
producten over de grenzen. Het groote publiek
koppelt duurte en uitvoer aaneen en spreekt
van ongehoorde bevoorrechting van den
boerenstand ten nadeele van het overige volk.
Rechtvaardig en logisch schijnt het te eischen
sluit de grens.
Maar de zaak is niet zoo eenvoudig.
Wordt de grens gesloten, dan volgt daarop
nog niet aanstonds -prijsverlaging. Een uit
voerverbod maakt niet, dat de producent van
het verboden artikel zijn prijs verlaagt, doch
dat hij zijn voorraad oplegt, net zoo lang
dat ^eze zóó groot is, dat de grens weer
open moet. En geschiedt dit, dan stroomt
alles weer weg naar het buitenland, waar de
hooge prijzen worden betaald en... hier
stijgen de prijzen. Men heeft de ervaring
reeds van geopende en gesloten grenzen: het
spel heeft niet kunnen beletten, dat de
levensmiddelen hier te lande duurder zijn
geworden. Gaat men er mee door, dan blijft
ook de stijging der prijzen aanhouden nu,
wie weet hoe lang
Wat komt inmiddels
winsten terecht in de berooide schatkist?
Prof. Burger meentzoo goed als niets. Het
buitenland en ons eigen volk betalen te
zamen de hooge prijzen aan onze landbouw
producten. Moet nu de Regeering millioenen
bijpassen aan dien duren prijs, dan dringt
zich volgens prof. Burger de vraag
op, of er niet een andere levensmiddelenpolitiek
kan worden gevoerd, eene politiek, waardoor
het volk goedkooper voedsel en de Staat
een aanzienlijk deel der oorlogswinst zou
kunnen krijgen. Zulk eene politiek is, volgens
hem, te vinden. Eén middel is er, dat de
beide tegenstrijdige elementen.- hooge buiten-
landsche prijzen en binnenlandsche behoefte
op bevredigende wijze kan vereenigen. Dat
middel zou den Staat groote baten opleveren.
Het heet uitvoerbelasting.
De armvoogd Reitsma te Pingjum, werd
herbenoemd voor 3 jaren, met algemeene
stemmen.
Een verzoek van het Onderwijzers-gezelschap
,y Wonseradeel”, om duurtetoeslag, zal worden
behandeld in een volgende vergadering,
maar ik vrees voor nul op het request.
Aan den onderwijzer aan de school te
Kimswerd, T. Donia, werd, op zijn verzoek
eervol ontslag verleend, in de vacature is
voorzien door de benoeming als zoodanig van
H. R. Betten te Oosterwolde.
In verband met het Prov. blad, no. 42,
1916, zijn enkele pensioensgrondslagen ge
wijzigd.
Goedgekeurd is de rekening over 1915 van
de commissie van beheer over den weg Bols-
ward-Harlingen. De eindcijfers luiden Ont
vangsten f 12868.Uitgaven f 11472.25.
Ook viel in goede aarde een verzoek van
dezelfde commissie, om goed te keuren haar
besluit tot verhooging der jaarwedden van de
wegwerkers en toekenning van duurte-toeslag,
terwijl tevens het voorstel dier commissie,
tot vaststelling van de pensioensgrondslagen
van hare ambtenaren en werklieden is aan
genomen.
Vastgesteld is het kohier van het school
geld over het 1ste kwartaal 1916, tot een
bedrag van f 715.70.
De rekening over 1915 van het algemeen
armbestuur werd op voorstel der commissie
van onderzoek goedgekeurd, met een compli
mentje voor het nauwkeurig beheer.
J. Postma, concierge van het Gemeentehuis,
had gevraagd om hoogere vergoeding voor de
levering van consumptie, in casu de koffie,
welke hij moet verstrekken aan het secretarie-
personeel. Hij ontvangt daarvoor per kwartaal
30 gulden.
B. en W. hadden geen reden kunnen vinden,
om dat bedrag te verhoogen. De Raad vond
ook dat dit genoeg was.
Voor de jaarlijksche schoonmaak wilde het
Dag. Bestuur voortaan f 50 tegemoetkoming
geven. Het lid Ypey stelde voor, in aan
merking genomen de duurdere belooning der
ffhüshimmelsters” en de steeds stijgende prijzen
van gereedschappen, (niet te vergeten de dure
kost”), dat bedrag vast te stellen op f 75.
Daarmede gingen 13 Raadsleden accoord, de
Wethouders stemden tegen.
Het punt (no. 11) z/wijziging van de ver
ordening op de heffing van den Hoofdelijken
Omslag en van de Gemeentebegrooting voor
1916”, raakte maar danig de dubbeltjeskwestie.
Wonseradeel komt niet uit met zijn geld,
dit jaar. Alles is duurder, veel duurder zelfs.
Bij aanbestedingen van leveringen en bij de
uitvoering van werken, is de ondervinding
opgedaan, dat alle benoodigdbeden booger
in prijs zijn, sommige belangrijk hooger,
dan waarop bij de vaststelling der begrooting
is gerekend. fn het algemeen zullen de
posten, waaruit materialen en loonen worden
betaald, ontoereikend zijn.
Enkele voorbeelden worden door B. en W.
aangegeven. De kantoorbehoeften voor de
Secretarie werden voor 1915 aan besteed voor
f 340. Nu bedragen die kosten ruim f 500.
De verbouwing van het postkantoor te Makkum,
geraamd op f 1030, werd aangenomen voor
f 1360.80.
De Pingjummervaart, die gebaggerd zal
worden, brengt een vermeerdering van uit
gaven van f 700 mee.
Grind, voor de wegen, is haast niet te
krijgen, basalt kost nu f 1.75 per kub.
Meter meer dan in 1915.
De sluisbrug is kapot, zal f 650 moeten
kosten.
En nu is er op den post van Onvoorziene
Uitgaven slechts f 813.87 meer beschikbaar.
B. en W. willen dat brengen op f 1600,
om eenigen steun te hebben voor nieuwe, nu
nog niet te voorziene uitgaven.
In verband met dit alles wordt voorgesteld,
het maximum, hetwelk volgens de verorde
ning op de heffing van den hoofdelijken
omslag mag worden geheven, te verhoogen
met f 10.000, zegge tienduizend gulden. En
dit zal niet tijdelijk zijn. Na intrede van een
normalen toestand, staat de gemeente voor
nieuwe uitgaven, de aanleg van wegen in
Zuid-Wonseradeel, en de daaruit voortvloeiende
onkosten van renten, aflossing en onderhoud.
B. en W. zeggen dat ze de gedachte verre
willen houden, dat binnen afzienbaren tijd
het maximum weer zal worden kunnen ver
laagd. Eerder (naar het Dag. bestuur met
reden durft beweren) zal dit maximum nog