nieuws- en Advertentieblad
Bols ward en Wonseradeel.
w
Ik
11
No. 56.
1916.
Versciujnt Donderdags en Zondags.
55ste Jaargang.
Wat later te doen zal zün.
I I
II
Donderdag 13 Juli.
VOOR
afzonderlijke
de worsteling geeft
niet
BINNENLAND.
7
Lieber Gott im Himmelreich
Mach’ uns den Soldaten gleich,
Gib uns Sabel und Kanon!
Und auch einen LuftbalJon
Wir fahren dann nach England rein,
IJnd machen alle Feinde klein,
de
tot
I
Of voor dien tijd, immer vechtend, bezwijken,
VrijSphinx.
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents
Franco per post 50 Cents,
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
waaraan een
nemen. Dat men
is te begrijpen.
Heerenveen.
liefdepad. ’n Hij
een
om. Op
per 8 maanden.
vreezen den strijd,
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
Harlingen. De vorige week is alhier een
hengelclnb opgericht „Het Baarsje”. Het
doel dezer Vischsport-Vereeniging is, om het
alle vischliefhebbers mogelijk te maken om
ongestoord in de omgeving der stad te visschen.
Om tot dit doel te komen zullen verschillende
wateren worden gepacht, waarbij dus vooral
ook de hengelaars gebaat zullen zijn. Door
de vereeniging zullen wedstrijden met den
hengel worden georganiseerd en zal alles hei
karakter dragen van sport.
De heeren D. J. Hoekstra en J. Filarski
hebben zitting genomen in het bestuur.
Onder vele feestelijkheden, die deze week
alhier znllen plaats hebben o.a. Kaatswedstrijd,
Harddraverij, Keuring van tuigpaarden, Land
bouwtentoonstelling, Kermis op het terrein,
enz. behoort ook nog een etalagewedstrijd
Paedagogische liefdadigheid. Het hoofd
van een groote Engelsche school had onlangs
onder de leerlingen eene collecte georganiseerd
voor het fonds voor blinde soldaten en
matrozen. Hij verzocht hun, hunne bijdragen
op een bepaalden dag in te leveren. Maar,
zeide hij, jullie moet het geld niet een voudig
aan jullie ouders vragen, doe iets Om het te
verdienen, dan geef jullie tenminste werkelijk
iets van jezelf.
Ieder kind moest bij zijne bijdrage een
papiertje voegen, waarop stond hoe hij het
geld verdiend had.
De scholieren waren erg trotsch op het
hooge bedrag, dat de collecte had opgeleverd
en de bijgevoegde strookjes gaven, zooals te
verwachten was, een belangwekkende kijk
op de individualiteit en op het particuliere
leven der kinderen. Er waren verschillende
exemplaren vanOmdat ik geen suiker heb
gebruikt, 7 pence; Qmdat ik baby een uur
heb opgepast, 2 pence; Omdat ik mijn lossen
tand heb laten trekken, 6 pence. Dan was
er een: In den zak van mijn nieuwe pak
gekregen, 3 pence. Een van de bijschriften
klonk zakelijkVoor een advies aan mijn
vader in zake het schilderen van ons priëel.
Een ander bevatte kortweg de woorden
Voor een week loon, 8 pence. Tenslotte was
er een, die vermelddeOmdat ik zonder
standje naar bed ben gegaan, 2 pence.
teelt op
Und strafen dann in deinem Namen,
Lieber Gott im Himmel, Amen
Den Haag met de toestanden totaal niet op
de hoogte is) heeft in slagerskringen heel wat
verbolgenheid, misschien ook wel 'lachlust
verwekt.
Een slager vraagt thans of de Minister
wel iets afweet van de winsten van een slager.
Z. E. moet dan maar eens zijn licht gaan
opsteken bij den Ned. Slagershond. Z. E. zou
dan vernomen hebben dat vele slagers zich
met een winst van 5 pet. moeten te vreden-
stellen. Z. E. zou dan ook ervaren hebben
hoe veeleisebend bet publiek inzake de vleesch-
voorziening is. En voorts dat de slagers het
vleesch 10 ct. p. kilo hebben afgeslagen on
danks de stijgende markt.
Neen, alvorens zulke krasse taal te spreken
flient Z. E. aan te toonen, met een voor
iederen leek duidelijke calculatie, dat bij een
inkoopsprijs van 65 70 cts. per pond en
een gemiddelden verkoopprijs van 90 il 95
cts per pond, een redelijke winst of zelfs
loon naar arbeid is te behalen.
N. Harl. Cl.
IVolvordering.
De wolvordering door de regeering in de
Noordelijke provincies is afgeloopen. Betaald
werd f 1.65 tot f 1.775 per K.G. tegen f 1.50
’t vorige jaar, waarover toen ook algemeen
werd geklaagd.
De landbouwer nu, die bovenstaanden prijs
voor zijn wol ontving, mag, indien hij nu
eens een wollen deken noodig mocht hebben
voor een zwaar exemplaar f 22 betalen, ter
wijl de deken hem, indien hij deze van eigen
wol mocht laten vervaardigen niet duurder
zou komen dan f 15.90. Met breiwol is ’t
hetzelfdewil de boerin een kilo breiwol
koopen, dan kan zij voor dit gewicht, waarvoor
haar man 1.775 ontving, ongeveer f3 neer
leggen. De vraag is nu, waar blijven deze
meerdere kosten ergens hangen?
De „Onder de Streep”-schrijver van
het Alg. H. schrijft
Vrij! Het Haarl. Dagblad las in het
Maandblad van de Haarlemsche Handelsschool
het volgende versje, dat de dichter zelf terecht
noemt: „Een overmoedig liedje”.
V r ij.
Vrij wil ik wezen van iederen band;
Vrij!
Fel slaat het leven, met wreedsterke hand
Zal het dat machtige leven gelukken
Om me te dwingen tot buigen, tot bukken?
Mij?
Nooit! Want heel diep in m’n binnenste leeft
Macht,
Die me de kracht voor
Hoop op vervulling der mooie idealen,
Die ’k me als kind al ontelbare malen
Dacht.
Zoo wacht ik heel zonder
Blij;
Leven, ik tart je, kom op, ’k ben bereid
’k Blijf tot het eind, of ’k mijn doel zal
[bereiken
45 tal winkeliers zullen deel-
hierbij op mooi weer hoopt,
O. N.
Een avontuurtje op het
en zij waren ieder op 'n fiets,
snoeptochtje gaan maken de Pastorie-laan
een gegeven oogenblik geraakten de
respectievelijke fietssturen in elkaar verward,
met het noodlottig gevolg, dat zij met haar
stalen paardje hals over hoofd in het water
terecht kwam. Fluks sprong hij haar achterna,
doch beiden hadden het al heel spoedig te
kwaad met den slijkerigen bodem en het drij
vende eendenkroos, zoodat ze er beiden alles
behalve benijdenswaardig aan toe waren. Hulp
geroep klonk door de stilte van den avond,
welk geroep werd vernomen door een vijftal
verplegers uit het nabijzijnde ziekenhuis, die
inderhaast ter hulpverleening toeschoten en de
drenkelingen op het droge wisten te brengen.
Dat was dus een nat slot van een genoegelijk
aangevangen uitstapje. O. N.
Balk, 9 Juli. De auto gemerkt B 144
kwam in snelle vaart den Wijckelerweg af
rijden. Plotseling sprong een der banden, de
chauffeur bleef de auto niet meester en ’t
gevolg was, dat het voertuig tegen een boom
opvloog en geheel vernield werd. De inzittenden
kwamen er met jnkele lichte kwetsuren af.
Leeuwarden, 10 Juli, 't Wordt er niet
veiliger op in onze stad. Hedenmiddag is er
voor het postkantoor alhier al weer een rij
wiel ontvreemd. Een heer had zijn flets, een
nog nieuw karretje, de dief schijnt voor
keur te hebben voor nieuwe fietsen in
bet fietsrek voor het postkantoor neergezet,
en toen hij eenige minuten later terugkwam
om verder te rijden, was een ander hem al
voor geweest.
Men zou zoo zeggen, dat de grootste oor-
logswellusteling dit toch wel wat kras zou
vinden. Doch blijkbaar zijn er gewone men-
schen, die dit mooi vinden, die dit met trots
als uiting van eendrachtsgevoel bij een oorlog
voerend volk aanduiden en die het daarom
nog de grenzen over zenden, alsof ze zeggen
wilden „Ziet ge wel Zoo denken wij, zoo
leeren wij aan onze kinderen, zoo denken
onze kinderen ook”.
Het is waarschijnlijk, dat in alle oorlog
voerende landen dergelijke moreele monstruo
siteiten te vinden zijn, want de oorlog is de
groote kweeker van haat en ieder, zelfs het
kleine kind, moet er van doortrokken worden.
Is het daarom te veel gezegd, dat er voor
ons, ouders en opvoeders, wat te doen zal zijn
om tegen het vergif, dat thans in duizenden
kinderharten wordt gedruppeld, te strijden
en, wanneer de wapenen zullen zijn neerge
legd, te trachten althans onze kinderen te
bewaren voor dergelijke moreele ellende? De
oorlog is nu de opvoeder in haat; hij is de
voorbereider van den oorlog der toekomst;
onder hen, die zelf niet in het leed der
slagvelden verleerd hebben om der oorlog
„mooi” te zien, zullen er zijn, die den vijand
blijven haten en aldus later de toejuichende
stemmen zijn, wanneer de regeeringen, onder
den invloed van militaristen, eerzuchtigen en
speculanten, het vaderland in gevaar decre-
teeren, de milliarden opvragen ter voorbe
reiding van den krijg en eindelijk, buiten
elke controle, de diplomatieke listigheden zóó
laten werken, dat de oorlog onvermijdelijk is.
Ja, er zal veel te doen zijn om tegenover
de nieuwe strooming van haat een nieuwe
vredesbeweging te stellen. Deze laatste kan
alleen krachtig zijn wanneer van onder op
wordt gewerkt, wanneer het kind wordt op
voed in nuchtere, rechtvaardige gedachten
over den oorlog. Het verheugde ons daarom
in den beschrijvingsbrief "voqr de Jaarlijksche
Algemeene Vergadering van den Algemeenen
Nederlandschen Bond „Vrede door Recht”
een der punten van de agenda gewijd te zien
aan de propaganda der vredesbeweging onder
de Jeugd.
Hoe die propaganda zal worden gevoerd,
is nog niet in bijzonderheden aan te geven.
Het zal veel tact, veel zorg vereischen om
bet goed te doen. Doch het is duidelijk, dat
déar, in de opvoeding onzer kinderen, het
antwoord ligt op de vraag, boe Nederland
in de toekomst tegenover het oorlogsvraag-
stuk zal staan. En wat hier gedaan wordt,
zal elders worden gedaan. Wanneer de eerste
moeilijke jaren na het sluiten van den
vrede voorbij zullen zijn, wanneer de laatste
rest van den krijgsroes zal zijn verdwenen
en de eindrekening in al haar ontzetting een
overzicht geeft over de verliesposten, dan zal
ook ginds, waar men thans „een volk in
oorlog” is, behoefte gevoeld worden om tegen
over-den waan der eeuwen, die voor den
oorlog leefden den eisch van den vrede te
stellen, den vrede gegrond op het recht. Dan
zal er in Duitschland en Frankrijk, in Rus
land en Groot-Brittannië gesproken worden
tot het oor der kinderen en hun geest ge
leid worden in de richting van den vrede.
Daar, zooals hier, zullen het de ouders en de
opvoeders zijn, die het groote werk ter hand
nemen en, uit den oorlog van thans met
zijn niet te meten ellende, de elementen
putten ter bestrijding van wanbegrippen, die,
helaas te lang, de wereld hebben beheerscht.
voor Europa,
als de roes voorbij is, de stelselmatig in tien
tallen van jaren voorbereide roes van geweld-
heerschappij, en het ontwaken komt, de reali
teit met haar afschuwelijken kater.
Er zal veel te doen zijn. In de eerste plaats
voor ons, ouderen, en, onder ons, vooral voor
de opvoeders. De daad van "den volwassen
man is de vrucht van zijn gedachten. Hoe
zullen die gedachten goed zijn, zoo het karakter
zich niet heeft gevormd bij strenge eischen,
gesteld aan het zedelijk bewustzijn van het
kind? En omgekeerd, wanneer bet zedelijk
bewustzijn van het kind is bedorven, hoe kan
dan de daad van den volwassene goed zijn
Wij, ouderen, vooral wij, ouders en opvoeders,
hebben er voor te zorgen, dat ten opzichte
van het vraagstuk oorlog of vrede het kind
zuivere gedachten hebbe, dat het dit onaf
scheidelijke verbinde aan eischen van recht.
Zullen we nu, na dezen oorlog, weer door
gaan met te zeggen „Ja, dat is nu eenmaal
zooDaar kan men niets aan doen. Oorlog
is er altijd geweest en zal er wel altijd
blijven”? Of zullen we eindelijk eens wakker
worden en zeggen „Zóó kan het niet langer.
Het moet uit zijn met die barbaarschheid.
We willen geen oorlog meer?”
Het is merkwaardig, dat er menschen zijn,
die dit laatste niet, wel het eerste zeggen.
Zelfs nu, nu de wereld op giganteske wijze
getoond heeft, hoe afschuwelijk, hoe walglijk
demoraliseerend de groote moderne oorlog is,
zelfs nu zijn er menschen, die al kregel
worden, wanneer zij het woord „vredesbe
weging” maar hooren. Laten we dadelijk
zeggen, dat diezelfde menschen de domheid
bestrijden, de zonde bestrijden, de ziekte be
strijden, den dood bestrijden met lofwaardigen
ijver. Toch is het nu eenmaal zoo, dat dom
heid, zonde, ziekte, dood er altijd geweest
zijn evenals de oorlog en er wel altijd
zullen zijn.
Tot dergelijke inconsequenten richt zich
nutteloos de eisch strijdt tegen den oorlog.
Doch, wij, ouders en opvoeders, we hooren
dien en weten, dat hij rechtvaardig is.
Is die strijd noodig, is hij noodig ten op
zichte van het kind?
Eenige dagen geleden is hier ter stede een
Duitsche prentbriefkaart ontvangen, waarop
twee kindertjes in hun bedjes te zien waren,
die, met de handjes gevouwen, hun gebedje
deden. En zij, de kinderen, baden
De Arnh. Ct. schrijft
Zaterdag, 8 Juli. Wanneer deze oorlog
voorbij zal zijn en Europa langen tijd naar
adem zal snakken en heel langzaam, als een
die ernstig ziek geweest is, zal herstellen,
zal er veel te doen zijn om de gevolgen der
internationale vernietigingswoede weer eenigs-
zins te niet te doen, vernielen is gemakkelijk
herstellen moeilijk en van langen duur. Als
wonden, die slechts langzaam heelen, doch
waarvan ontsierende litteekenen overblijven,
zullen de verwoeste landstreken, de steden en
dorpen met hun verdwenen schoon van natuur
en kunst, weer bijgewerkt, bebouwd en her
bouwd moeten worden door de krachtsinspan
ning van vele geslachten. Maar veel zal voor
goed zijn weggevaagd. En de honderdduizenden
levens, die geofferd zijn, wie geeft die terug
en het leed der gezinnen, voor hoeveel tien
tallen jaren de vaste gast in den verkleinden
kring, wie zal het verdrijven?
Voor zoover menschen in staat zullen zijn,
uit het droevig verleden een nieuwe toekomst
op te bouwen, kunnen we vertrouwen op de
onvernietigbare energie van „den mensch”.
Hij is als Verhaeren’s Passeur d’eau, die, in
weerwil van de tegenslagen van het lot, het
groene takje der hoop tusschen de tanden
geklemd houdt. Het hoopt altijd verbetering
en, zij dit ook eene illusie, die illusie geeft
hem kracht om te blijven leven, om te blijven
voortgaan, om, vergetende wat achter is, te
jagen naar hetgeen vóór is.
Maar er zal veel te doen zijn
Hepk. Nieuwsbl. v. Fr.
Door de hooge veeprijzen heeft de vee-
de Noordzee-eilanden een groote.
vlucht genomen. Niet alleen op Terschelling
is door buitengewone duurte een grooten
uitvoer van koeien, paarden, veulens,lammeren,
en boter veel geld binnengestroomd, maar ook
op Texel.
Van 1 Januari tot 1 Juli van dit jaar zijn
daar uitgevoerd circa 1500 stuks hoornvee,
800 kalveren, 28000 lammeren, 800 schapen,
50 paarden en 500 varkens, die volgens
matige berekening meer dan 1 millioen hebben
opgebracht. N. H. Ct.
Ter vervulling, van de drie vacatures
in den Raad van Barradeel, ontstaan door
het en bloc bedanken van de vrijzinnige
*heeren D. R. de Jong, F. J. Hoogterp en
J. H. Anema, zijn bij enkele candidaatstelling
gekozen de heeren R. 8. Bruinsma te Ooster-
bierum, L. Schaaf te Minnertsga en A.
Wiersma, aldaar.
De Raad is thans geheel rechts.
De vrijzinnige kiezers wenschten zich
met deze verkiezing te bemoeien.
Bond tan Vrije Liberalen.
22 Juli a.s. zal te Utrecht een vergadering
worden gehouden van het hoofdbestuur van
den Bond van Vrije Liberalen met de gede
legeerden der afdeelingen. De vergadering
strekt ter voorbereiding van de in het najaar
te houden algemeene vergadering van den
Bond. Punten van bespreking zijn o.a. het
door de Regeering voorgestelde gewijzigde
artikel 192 der Grondwet en de algemeene
politieke toestand.
Geneesmidde len voorziening
Naar de N Roti. Ct. verneemt heeft
minister van binnenlandscbe zaken zich
zijn ambtgenoot van buitenlandsche zaken
gewend met het verzoek, langs diplomatieken
weg de levering te willen bevorderen van de
benoodigde hoeveelheden geneesmiddelen tegen
de in Duitschland zelf geldende prijzen.
Oud-minister Talma.
Ds. A. 8. Talma heeft de laatste nachten
wel betrekkelijk rustig doorgebracht, doch
zijn toestand is van dien aard, dat het ergste
wordt gevreesd. Behalve zijn vrouw, wordt
ook zijn jongste zoon in het Diaconessenhuis
te Haarlem verpleegd.
Onze slagers.
De laatste circulaire van den Minister van
Landbouw inzake de wenschelijkheid van het
oprichten van gemeentelijke slagerijen (uit
welk drukwerk weer eens bleek, dat men in
Bolswardsche Courant
I
■I
i