lieuws- en Advertentieblad
Bolsward en Wonseradeel.
Donderdag 12 October.
I
I
1916.
Verscüijnt Donderdags en Zondags.
55ste Jaargang.
No. 82.
<1
Li
t.
VOOR
3 maanden.
afzonderlijke
is
t
1
BINNENLAND.
wel vijftig meter het land in-
e
u
n
e
was
zij o
Nieuw podtarief.
Het nieuwe verhoogde posttarief treedt 16
Oct. a.s. in werking.
n
d
>r
n
t,
g
D. die
aan naar
ze hem
intusschen
inrekenden
van de politie kwam
moest heden terecht
hij »er bij.”
bekent, maar
aan dat hij die
nu denkelijk
van een lantaarn
den verkeerden naam
meegegeven,
en werd te
en is daar
een lichte straf vragen, n.l. f 2
ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens
10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte.
Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4.
j
ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per
Franco per post 50 Cents,
nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
j.l. Zondag werd ’t kranig hoofd der
v. Nassauschool, de heer R. J. Praamsma,
van zijn leven weggerakt.
Sneek, 10 Oct. De heer C. A. Zelvelder,
schoolopziener in ’t district Heerenveen, gaat
onze gemeente spoedig verlaten wegens zijne
benoeming in gelijke betrekking te Arnhem.
De gemeenteraad, waarvan de heer Z. sedert
eenige jaren lid is, verliest in den vertrekkende
een degelijk vertegenwoordiger der gemeente
naren, ’t onderwijzend personeel een school
opziener, die bij openbare, zoowel als bij
bijzondere onderwijzers hoog staat aange
schreven.
Tijdens een kort doch hevig onweer
op verleden Zaterdag werd de kap van een
hooi berg plaat s te Bergum door den wind op
genomen en
geslingerd.
’t Was weer een heele rij beklaagden, de rol
voor deze zitting. Eerst kwamen aan de
orde elf zaken van minderjarigen, die volgens
de kinderwetten in gesloten zitting werden
behandeld. De laatste hiervan betrof een
jongen van Makkum, die op een passeerende
auto met steenen gooide. Omdat de dader
niet aanwezig was, werd verstek verleend, en
in openbare zitting de getuige gehoord
n.l. de chauffeur Dooper, die verklaarde dat
hij wel meer last van de lieve jeugd in
Makkum heeft. Op 2 Augs. stonden 4 knapen
bij de brug, die allen min of meer, bun lief
hebberij, bot vierden maar de hoofddader
A. v. d. L. wierp een steen naar getuige,
die hem langs ’t hoofd vloog.
De zaak wordt verdaagd, om den beklaagde
hier de volgende zitting te hooren. Als hij
niet vrijwillig komt, wordt hij met den sterken
arm gebaald, dat is zoo de regel bij de weer
spannige knapen.
In de 2e zaak was weer de beklaagde absent,
maar de getuige, de heer J. H. Wamelink,
te Sneek van de arbeidsinspectie verklaart
dat G. P. te Stavoren in zijn smederij twee
jongens aan het werk had, zonder dat hij
de loonlijsten daarvoor had ingevuld.
Beklaagde gaf aan den ambtenaar, die de
loonlijsten bij hem ophaalde, geen inlichtingen,
en toen getuige, als inspecteur verscheen, zag
hij de jongens behulpzaam bij ’t beslaan
van een paard.
Het-was getuige gebleken dat de jongens
loon in geld hadden ontvangen, althans de
eene, en znlks is niet op de loonlijst, die in
beslag werd genomen, vermeld.
Eisch f 10 of 5 dagen.
Na een behoorlijk rijtje afwezige beklaagden,
waartegen verstek werd verleend, kwam aan de
orde een „strunerij” te Kondum. De beklaagde
in deze zaak is ook absent, maar ’t getuigen
verhoor heeft plaats en daaruit vernamen we,
dat Zaterdagavond 5 Augs. bij S. v. Solkema
op de glazen werd geslagen, juist toen de man
het bed zou instappen. De oude man, die
daarvan wel meer last heeft, wilde daar een
eind aan hebben en deed dus aangifte.
Hij had wel 3 personen op ’t erf gezien,
maar wie ’t waren weet hij niet, echter door
de ijverige nasporingen
er licht in de zaak en
staan J. van D. te Koudum.
Gelijk wij zeiden, deze is niet verschenen,
maar H. Boonstra als getuige verklaart dat
bij wel een paar personen op ’t erf heeft
zien gaan, ook heeft hij geboord dat ze
riepen, met een dik vloekwoord er bijKom
er uit 1 en een van hen op de glazen sloeg.
Wie van die twee op de glazen sloeg kon
hij niet zien.
De andere getuige was wat dichter bij de
misdaad, ’t Was Tj. v, D. van Hindeloopen.
Deze is ook op ’t erf geweest en heeft gezien
dat J. de B. op de glazen sloeg.
De heer Ambtenaar waarschuwt dezen
laatsten-getuige voorzichtig te zijn, want ook
hij behoorde eigenlijk op de bank der be
schuldigden.
Tegen beklaagde eischt hij f 5 of 3 dagen.
8. D. W. te Bolsward liep 11 Augs.
’s avonds op de perken van ’t plantsoen, en
liep daarvoor een bekeuring op. Beklaagde
zegt dat hij ffmar krekt op 'e kant wier”
doch dit is krekt voldoende om een proces
op te loopen. Eisch f 1 of 1 dag.
Vervolgens kwam er weer een zaak aan de
orde, waarvan de beklaagde, 8. P. te Workum,
niet aanwezig was. Het betrof het verkoopen
van vleesch, dat vooraf niet gekeurd was.
J. W. Sikkens had onlangs een gemest
kalf met de boot naar Sneek
Dat kalf werd onderweg ziek,
Wolsum bij de brug afgezet
geslacht. Het vleesch kwam des avonds weer
in Workum terug en werd aan beklaagde
verkocht. Toen de keurmeester J. Stout kwam
zien of 't' vleesch goed was, bleek hem dat
het geheele kalf al haast verdwenen was.
Wat er overig was, was wel van goede kwa
liteit, maar hij moest procesverbaal opmaken,
omdat het de verordening voor de »koud-
slachters” dat is voor uit nood geslacht
vee keuring van het vleesch voorschrijft,
voor dat het verkocht mag worden.
Omdat den heer Ambtenaar uit de behan
deling blijkt, dat hier geen opzet in 't spel
8. O. te Bolsward werd in den nacht van
3 op 4 Sept, te Witmarsum aangehouden
door de marechaussees omdat bij geen licht
op zijn rijwiel had. Hij gaf op te heeten
Ruurd Brouwer, woonplaats Bolsward,ouderdom
enz. alles in orde alleen de naam was verkeerd.
Bekl. bekent, en weet ook tot verontschul
diging niets aan te voeren.
Eisch voor het gemis
f 3 of 2 dagen en voor
f 5 of 3 dagen.
Vervolgens kwam
Workum voor. Deze
dronkenschap
Bolsward, 9 October 1916.
Mijnheer de Redacteur!
J.l. Vrijdag 6 dezer, had te Leeuwarden
een vergadering plaats van de landstormplich-
tigen der jaarklasse 1909 uit Friesland.
Ruim 200 belanghebbenden woonden de
vergadering bij, uit alle deelen der provincie
saamgekomen. Bijna alle 43 gemeenten waren
vertegenwoordigd.
Op deze vergadering werd onder algemeene
instemming bij acclamatie tot oprichting van
bovengenoemde vereeniging besloten.
Deze vereeniging stelt zich ten doel, door
algemeene samenwerking der belanghebbenden in
het land er bij de betrokken autoriteiten op
aan te dringen om de militielichting 1917
op te roepen vóór de landstorm van de jaar
klasse 1909. Zij is van meening, dat ook
het landsbelang hiermede gebaat wordt. Immers,
in tegenstelling met de miliciens van de lich
ting 1917, zijn de landstormplichtigen veelal
gehuwd en zakenmenschen, terwijl bovendien
het aantal miliciens der lichting 1917 aan
merkelijk grooter is.
Bij eerst indienststelling van deze militie
lichting kan zeker eenige maanden met het
oproepen der landstormplichtigen 1909 worden
gewacht. Hierdoor wordt het maatschappelijk
leven dier mannen pas aanmerkelijk later, of
bij een eventueel ingetreden vredestoestand in
het geheel niet geschaad.
Steunend op bovenstaande zakelijke over
wegingen, is door onze vereeniging besloten,
te trachten in samenwerking te treden met
de lotgenooten in de andere provinciën des
Rijks, teneinde te komen tot een gezamenlijke
adresbeweging voor dit doel.
Hierom verzoeken ondergeteekenden de
belanghebbenden in de andere provinciën
dringend, om in de plaatsen hunner inwoning
zoo spoedig mogelijk vergaderingen van belang
hebbenden bijeen te roepen.
Foor alle gewenschte inlichtingen stelt het
bestuur der vereeniging voornoemd, zich gaarne
beschikbaar.
U Mijnheer de Redacteur dankend voor de
plaatsing: Hoogachtend,
Het voorloopig Bestuur,
H. v. d. PLOEG, Voorzitter.
J. LEMSTRA.
J. ADEMA, correspondentie
adres, Snorkstraat, Bolsward.
P.S. Andere bladen worden beleefd verzocht
bovenstaande over te nemen.
nog B. v. W. van
voor. Deze was bekeurd wegens
en verstoring der orde.
Bekl. zegt nadat het procesverbaal is voor
gelezen dat de zaak zich heel anders toege
dragen heeft als daarin staat opgeteekend.
Hij had in den avond van 9 September (dat
was een Zaterdag) wel een glas bier gedronken
en één glaasje klare er over heen, maar vol
strekt was hij niet dronken. Hij zocht ook
geen ruzie te maken, hij stond rustig voor
zijn huis maar een overbuur kwam op hem
toeloopen, die maakte praatjes en zocht ruzie,
en daar krijg ik nu proces voor, zoo besluit hij.
De rijksveldwachter die ’t procesverbaal
opmaakte, moet nu komen, maar die doet een
heel ander boekje over beklaagde open. Hij
is een heel lastig buurman. Zaterdags en
Zondags is ’t heel vaak te doen en in huis
is hij dan zoo lastig dat zijn vrouw meermalen
de politie er op inroept. Toen getuige in den
nacht van 9 Sept, op het tumult afkwam,
was er een heele verzameling volk omheen,
want beklaagde trok zijn jas uit en zou den
overbuur te lijf. Later toen bij in huis was
ging het er nog zoo druk om toe, dat de
buren er last van hadden.
Bekl. komt er tegen op. lo. dronken
hij niet. 2o. hij wilde niet vechten maar
overbuur. 3o. Zijn vrouw is erg zenuwacbtig
en druk en hij doet dan zijn best om dat
mensch te kalmeeren.
De veldwachter zegt daar tegenover dat de
man zoo lastig is als hij een slokje op heeft,
dat soms zijn vrouw en dochter dan niet in
huis durven komen. Hij weet dat nog niet
lang geleden de vrouw den geheelen nacht
buiten is gebleven.
Bekl. krijgt een ernstige vermaning doch
blijft zijn rol van ^vermoorde onschuld”
volhouden. Hij is al een tijdlang bij de
geheelonthouders geweest en daar heeft
hij zich weer voor opgegeven.
De veldwachter deswege gehoord, verklaart
dat het een tijdje met hem wat beter ging,
en de laatste paar weken heeft bij ook van
geen herrie vernomen.
De heer Ambtenaar meent, dat hier wel
een geval is, waarin een voorwaardelijke straf
mag toegedeeld. Hij eischt 2 dagen hechtenis,
doch als bekl. bij de onthoudersvereeniging
zich aansluit en dan in geen 2 jaar weer
voor dronkenschap wordt bekeurd, dan wordt
hem de straf kwijtgescholden.
Bekl. is hier mee in ’t schik, hij heeft
zich reeds bij meester de Wit aangemeld, als
zijn proeftijd van 2 maanden om is kan hij
lid worden der geheelonthouding en dan zal
hij zich goed houden.
Na dat ten slotte nog een verzetzaak
wegens visscherij tegen een vonnis van 15
Sept, was behandeld werd de zitting geschorst.
Uitspraak op Vrijdag 20 Oct. a.s.
INGEZONDEN.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Bolsward, 8 October 1916.
Mijnheer de Redacteur!
In de Bolswardsche Courant van 8 Oct.
komt een stukje voor betreffende het rooken
aan de loketten.
Teneinde te voorkomen, dat door de ge
geven voorstelling een verkeerde meening bij
het publiek post vat, zoude ik gaarne zien,
dat de volgende toelichting in uw blad werd
opgenomen.
Van hoogerhand is aan de post- en tele
graafambtenaren, aangewezen voor de be
diening van de loketten, het rooken verboden.
Aan de binnenzijde van het loket dus een
verbod, aan de buitenzijde een verzoek.
Aan klachten omtrent overtreding van dat
verbod, mits met opgaaf van juist tijdstip,
zal uitteraard door mij het noodige gevolg
worden gegeven.
De Directeur v. h. Post- en Telegraaf
kantoor te Bolsward:
KONING.
Voor het Kantongerecht.
Zitting van Vrijdag 6 October 1916.
Sneek, 10 Oct. Tegen den 74-jarigen
veehouder M. R. is procesverbaal opgemaakt
wegens vervalsching zijner melk. Aan
gezien de man al vroeger wegens vervalsching
van zijn waar met den strafrechter kennis
heeft gemaakt, is 't te voorzien dat de Recht
bank hem ditmaal alles behalve genadig zal
behandelen.
Sneek, 10 Oct. Sedert 8 Jan. van dit
jaar, toen ’t hoofd van school no. 3 't tijde
lijke met 't eeuwige verwisselde, blijft de
doodsengel hier steeds rondwaren onder het
onderwijzerspersoneel.
13 April j.l. stierf ’t plaatsvervangend
hoofd aan school no 3.
In ’t laatst van Juli werd de heer Th. Faber,
rustend schoolhoofd grafwaarts gedragen; in
het begin van de vorige maand overleed de
heer Voetberg, directeur der Ambachtschool
en
J.
in de kracht
is, zal hij
of 2 dagen.
Daarna werd een jachtovertreding-behandeld.
J. J. te Franeker werd door een rijksveld
wachter waargenomen in land, waarin hij niet
mocht jagen. Nu bad beklaagde een briefje
aan den heer Kantonrechter geschreven, waarin
staat, dat de eigenaar van het land er niets
tegen had. De rijksveldwachter geeft daarvan
een andere lezing. Die boer geeft heelemaal
geen permissie, en deze beklaagde mocht er
ook niet jagen. Toch heeft verbalisant gehoord
en gezien dat hij in het land schoot en uit
de verte ook de beweging gezien dat de pols
drager iets opraapte.
De overtreding wordt dus bewezen geacht
echter wordt niet het requisitoir bekend
gemaakt.
C. v. N. te Bolsward heeft 16 Augs. een
jongen bij zich op de fiets genomen. Dat is
bij verordening verboden en dus toen de
politie het zag, kreeg hij een proces. Beklaagde
bekent. De jongen vroeg zoo beleefd, om een
eindje mee te mogen rijden op de fiets, dat
hij, omdat hij het wel meer ziet doen, het niet
kon afslaan.
Zijn bereidwilligheid kost bem
f 1 of 1 dag.
In de kermis alhier surveilleerden gewoonlijk
twee marechaussees. Zij zagen D. v.
wat abnormaal was, en rieden hem
huis te gaan. Even later troffen
weer op straat en zijn kwaal was
zooveel verergerd, dat ze hem nu
en proces tegen hem opmaakten.
De heer Ambtenaar teit het lijstje van bekl.
eens over en het blijkt dat dit sedert 27 Mei
reeds de 10e misstap van bekl. is op dit pad.
Met een straf van f 10 of 6 dagen wil hij
het hem nu nog eens trachten af te leeren.
Thans komt weer een ^strunerij” aan de
orde. Dit stuk speelt te Lollum. Daar woont
een eindje buiten de buurt de koemelker
A. Ypma. Op 27 Augustus (Zondagavond)
omstreeks halftien zou de boer in bet bed
stappen, zijn vrouw was reeds in de koets,
toen er op de glazen werd gebonsd. De bóer
kleedde zich snel weer aan, want hij wilde
toch eens weten, wie hem dat lapte.
Toen hij door ’t raam keek, was het zoo
duister, dat hij niets kon onderscheiden, maar
hij hoorde wel gesmuspel om huis. Om te
weten te komen, wie daar waren, ging hij
een achterstraatje langs om zoo langs een
omwegje bij het gezelschap te komen. Toen
de knapen de deur hoorden, smeerden z’em,
doch Ypma trof spoedig een clubje en vroeg
aan hen: Wie benne jelui? Ik kreeg een
bits antwoord en kon ze niet onderscheiden
ook herkende ik ze niet, verklaart getuige.
Thans staan twee hunner voor de balie,
n.l. 8. Z. en P. D. beiden te Lollum. Ze
bekennen bij de woning van IJpma te zijn
geweest dien avond en wel even op de glazen
te hebben geklopt maar niet geslagen, zooals
het nu wordt voorgedragen.
’t Was een Zondagavondlolletje.
Beiden krijgen een ernstige vermaning om
dat niet als een grapje te beschouwen, ’t Is
ernstig om zelfs oude menschen op die manier
lastig te vallen. Omdat getuige IJpma heeft
verklaard, dat hij na dien avond geen last
meer vandergelijke loopjes om zijn huis gehad
heeft zal de heer Ambtenaar het nu nog eens
schappelijk met ze maken, maar bij herhaling
wil hij uit een zuurder vaatje tappen. Nu
is de eisch voor elk f 2 of 2 dagen.
8. 8. te Gaast is tijdelijk Bulpbesteller bij
de Posterijen, 's Morgens in de vroegte ging
bij Makkum uit op de fiets, maar daarop
had hij geen licht branden. De rijksveldwachter
had hem reeds gewaarschuwd, dat hij daar
voor zorgen moest, en toen hij 5 September
weer reed zonder lantaarn was
Bekl. is tegenwoordig en I
geeft voor verontschuldiging
fiets van 't postkantoor kreeg, de smid had
den haak er af genomen, om die te veranderen.
Hij kon de lantaarn er niet aan hebben,
maar moest toch met de brieven weg. Hij
heeft nu een nieuwe fiets gekregen, de zaak
is nu in orde.
De heer Kantonrechter wijst beklaagde er
op, dat hij had moeten zorgen dat de lantaarn
in orde was, want hij mag nu eenmaal niet
rijden zonder licht tusschen een half uur na
zonsondergang tot een halfuur voor zonsop
komst.
Met de omstandigheden rekenende- eischt
de heer Ambtenaar f 2 of 2 dagen.
Bolswardsche Courant
3.
D
l
I
1
1
3
I
8
3
Q
i
s
t
t
d
je
3t
n,
id
Q-
t!
al
st
»e