Bïeuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. Dames! Theehandel Focke S. Klein, HARLINGEN. No. 97. VerscJtujnt Donderdags en Zondags. 56ste Jaargang. 1917. 7 KOST THANS DE NUTSAVOND. VOOR Zondag 2 December. Afzonderlijke voor HEEREN, Hoek Schildwijk, BOLSWARD. BINNENLAND. ons te bepalen tot den aller- tot onze naaste omgeving o.a. ABONNEMENTSPRIJS: 40 Cents per 3 maanden. Franco per post 50 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar 5 Cent. 30 ct. p. ons, 37'/2 ct. p. vierdel. Voor wederverkoopers Te Bolsward bij Firma Lemstra. Makkum W. v. d. Goot. l U dichter Ten Kate nader te bespreken in het gedicht Ahasverus op den. Grimsel. Uit dit gedicht werden verschillende frag menten gegeven, die helder lieten uitkomen hoe schoon die Nederlandsche. dichter zijn gedachten in gebonden stijl wist te geven, en tegelijk aantoonende hoe de oude legende zich leende voor een zinnebeeldige verklaring en uitlegging. Met klemmende aandacht werden deze beschouwingen aaugehoord en de Voorzitter sprak na afloop zeker als tolk van alle aan wezigen, toen hij den spreker dank bracht woor zijn boeiende en schooue lezing. ADVERTENTIEPRIJS: 1—7 regels 50 Cts. Vervolgens 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad ie telefonisch aangeeloten onder No. 4. met paard en wagen uit het veld. Onverwachts komt er een hert met groot gewei aansnellen. Het dier komt zoo dicht bij Huizing, dat hij het kan grijpen. Tijdens de worsteling begint het dier te schreeuwen, waardoor het paard bang wordt en wegloopt. Huizing moet het dier loslaten om het paard weer in handen te krijgen. Hij zal nu voortaan een eindje touw medenemen. Munten. Een nieuw wetsontwerp in 't belang van den omlpop van het zilveren, nikkelen en bronzen geld is ingediend. Hierbij wordt ieder verplicht opgave bij den burgemeester te doen indien hij meer dan f 500 aan zilveren of f 20 aan bronzen en nikkelen munt in zijn bezit heeft, zoodra de Minister van Financiën hiertoe de last uit vaardigt. Hij kan verplicht worden het meerdere tegen een ander wettig betaalmiddel in te ruilen. Voorts wordt verboden zilveren, nikkelen of bronzen munt te versmelten of op andere wijze voor den omloop ongeschikt te- maken. De overtreding van deze wet wordt bedreigd met een geldboete loopende tot f 3000, subs 3 maanden hechtenis, wat het niet doen van de opgave betreft. Het smelten enz. van munten wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste een jaar. De reden van de indiening van dit wets ontwerp is, dat naar het schijnt op groote schaal de nikkelen en bronzen pasmunt wordt omgesmolten. Een hulde na den dood. Bij Kon. besluit is toegekend de gouden eerepenning voor menschlievend hulpbetoon en een loffelijk getuigschrift wegens den door den luitenant ter zee der 2e klasse J. A. de Jongh betoonden buitengewonen moed bij zijne poging tot redding van een drenkeling in de Noordzee op 4 October 1917, waarbij voor noemde officier het leven heeft verloren. Donderdagavond had de eerste departements- vergadering plaats van t Nut” in dit winter seizoen. De opkomst kan bevredigend genoemd worden, ongeveer een 60-tal dames en heeren waren opgekomen om den Spreker, den Wel- Eerw. heer B. KLEIN WASSINK van Leeuwarden het onderwerpDe legende van den wandelenden Jood te hooren behandelen. Na een kort openingswoord van den Voor zitter, Ds. D. Kossen, begon Spreker dan ook met voor zijn boeiend onderwerp al dadelijk de volle attentie in beslag te nemen. Met heldere, welluidende stem, in eenvoudige en toch zoo juist gekozen bewoordingen wist hij de belangstelling te trekken en in steeds toenemende mate tot bet einde te boeien. In heel beknopten vorm willen wij een relaas geven van het gesprokene. Na in 't algemeen gewezen te hebben op het ontstaan, de waarde en beteekenis van legenden, kwam Spr. tot zijn eigenlijk onder werp, en verhaalde hoe in 1228 na den terugkeer der Kruisvaders onder Richard Leeuwenhart ook bewoners uit die Oostersche landen meekwamen, en onder dezen een Aarts bisschop uit Armenie, die in St. Albanklooster in Engeland gastvrij ontvangen werd en daar verhaalde van Catafiles, een tijdgenoot van Jezus, die rusteloos rondzwierf, en niet tot sterven kon komen, wijl bij beladen was met den vloek des Heeren, en wel omdat hij, toen Jezus in ’t gerechtshuis van Pilatus even bij de poort ging rusten, Hem met een duw had toegevoegd Ga voort, Jezus, waarop de Heer hem had toegevoegd „Ik ga, maar gij zult wachten tot Ik wederkom Dit is de oudste bron van het verhaal van den wandelenden Jood, door een der monniken opgeteekend naar ’t verhaal van dien Bisschop. In 1602 verscheen een Duitsch geschrift: „Ahasverus” te Rome. Dit verhaal van bijna gelijken inhoud als het bovengenoemde Engel- sche, maakte in die dagen in Duitscbland en ook in andere landen een verbazenden indruk. Hat heette dat in 1567 Dr. van Eysden te Hamburg bij een predikatie in de kerk een vreemd uitziend man onder zijn gehoor op merkte, en na den dienst zocht bij dezen man op en deze vertelde dat hij was Ahas- verus, de wandelende Jood, die ooggetuige van Jezus’ lijden was geweest en toen de Heer, met het zware kruis beladen, even tegen zijn huis ging leunen, Hem toeriep: Vooruit Jezus, naar de plaats waar Gij hoort, waarop de Heer hem had toegevoegd.- „Ik wil hier staan en rusten, doch gij zult wandelen tot den jongsten dag” en sedert was bij dan ook door innerlijke onrust voortgedreven, en kon hij niet tot sterven komen. Dit verhaal dus ontstaan in 1567 werd pas na het overlijden van den predikant open baar gemaakt. Het werd met ontzetting ver nomen, en het vond zoo vast geloof dat hier en daar later getuigenissen opdoken van men- schen die den eeuwigen wandelaar ontmoetten en gezien hadden, zoo o.a. in 1615 te Ant werpen, in 1640 te Brussel en ook aldaar in 1771. In Amerika werd hij zelfs in 1668 bij de Mormoneir gezien. Niet in de lagere volkskringen maar zelfs in wetenschap pelijke colleges vond deze legende geloof, en zijn er van de Hoogescholen zelfs geschriften voor en tegen ’t bestaan van dezen wandelaar verschenen. Dit een en ander, zoo ging Spreker verder, is de stof der legende. Dat deze zooveel geloof heeft gevonden in de vroegere eeuwen it begrijpelijk, zelfs nog in onzen tijd wordt wel De boer was echter nog niet voldaan. De voornaamste boodschap van ons boertje kwam achteraan. Juffrouw, ik heb een par tijtje gouden vijfjes en gouden tientjes, zou ’k die niet met rente kunnen verkoopen? ’t Antwoord van de juffrouw luidde„Neen man, dat is woekergeld, en dat is strafbaar”. „Zou de juffrouw dat denken?” was’t weder antwoord, en daarmee ons boertje af. Onze Raad zal nog één orgenavond moeten houden, 1918 weer in kalk STADSNIEUWS. Muziekkorps „Bolsward”. De aangekondigde opvoering van het ge zelschap geïnterneerden uit Gaasterland op gisterenavond is wegens onvoldoende in- teekening niet doorgegaan. De avond trouwens in de St. Nicolaasdrukte en direct volgende op een Nutsavond was ook niet gelukkig gekozen, en de entrée ook wel wat hoog. Ons Muziekkorps heeft echter een attractie, die wel deelname zal wekken. Elk jaar weet die vereeniging wat bijzonders aan hare kunst lievende leden aan te bieden, en weer is er wat in zicht gesteld, wat voor hier geheel nieuw is. In het laatst der maand December voorloopig is gesteld 20 Dec. zal het korps zijne leden een concert aanbieden en als toegift misschien wel de hoofdschotel het optreden van den heer J. G. van Riemsdijk, een dichterzanger haast in den trant van Speenhoff. Als Geldersche boer weet hij oolijk en vroolijk zijn liedjes te declameeren in het Geldersch dialect. Overal waar hij optrad behaalde hij een uitnemend succes; zoowel in de groote steden als op het platteland vielen zijn voordrachten zeer in den smaak. Om slechts laatsten tijd en De Franeker Courant zegt „De liederen van Speenhoff, de cabaret liedjes van anderen, de Veluwsche liedjes „van Van Riemsdijk zelf, ze hebben alle iets „humoristisch in den besten zin van het „woord, ze zijn een lach, maar ook een traan”. En de Dragteter Courant van deze week geeft een uitvoerige en vleiende beoordeeling van zijn optreden voor „’t Nut” te Drachten, waaraan wij ontleenen „En wat de „Veluwzanger” zoo bekend „maakt, dat is zijn optreden als Veluwsche „boerenjongen met harmonica of guitaar, en „daarbij echt leuk weergevende Veluwsche „boerenliedjes, tintelende van schalkschheid. „Hierin hij zegt het trouwens zelf „schuilt zijn kracht”. Dat het optreden te Drachten heeft in geslagen blijkt ook nog hieruit, dat na het optreden van Woensdagavond voor „’t Nut” men pogingen in ’t werk heeft gesteld om den dichterzanger daar nog een avond te hebben, opdat meerderen van zijn kunst zullen kunnen genieten. Sneek, 30 Nov. Uit een onbeheerd staande broodkar aan den Leeuwarder straatweg stal een zekere L. v. d. W. alhier, die daarjuist voorbij kwam, een partijtje taai en suikergoed. De smaak zal den man nog lang heugen, wijl de marchaussee’s hem kort daarna ver baliseerden. Sneek, 30 Nov. Waar bleef ons goudgeld. In een winkel alhier kwam een landbouwer in de vorige week iets koopen. De man betaalde met een bankje van f 60 en vroeg de juffrouw, of ze ’t briefje s.v.p. tot rijksdaalders wou wisselen. Maar de juffrouw, die al ondervinding genoeg had van ons beste zilveren geld in handen van de boeren, wisselde met gelijke munt. „nolens volens” werden onderworpen aan de voorschriften van de distributie en van den Scbippersbond m. a. w. totdat er voor deze breede categorie van varende handelslui niets anders overschoot dan de vrachtvaart te gaan beoefenen en zich te laten voorschrijven van waar te varen en tot welke bestemming. De handeldrijvende schipper was zoowel bij zijn klanten als zijn leverancier (de vervener) bekend en bij beiden doorgaans een gaarne geziene en op geregelde tijden verschijnende gast, die nog wel eens extra zaken deed met den vervener, en als het pas gaf, ook nu en dan een vertrouwden klant crediteerde. Zoo kon, tegelijk met de voortschrijdende ontginning der venen, in Friesland en Groningen een welvarende en goed aan geschreven turfschippersstand ontstaan en menige eenvoudige schipper die een woning aan den wal had oververdiend, werd niet zelden tot de gegoede burgers gerekend. Nu men deze lieden niet in hun vrije vaart heeft gelaten, zijn ze inderdaad hun handels bedrijf kwijt en zullen ze na den oorlog voor geheel nieuwe toestanden komen te staan. - Is het wonder dat velen dezers schippers, aan een eigen en vrij handelsbedrijf gewoon, noodgedwongen maar „aan den wal” gaan en anderen trachten hun levensonderhoud op andere wijs te gaan zoeken N. v. d. D. Ook een jachtavontuur. De vorige week, zoo vertelt de Ace. Ct., kwam te Grolloo de landbouwer Klaas Huizing vindt U in ruime keuze bij veel waarde gehecht aan de voorzeggingen van kaartlegsters, waarzegsters enz. In de woelige tijden toen Peter van Amiëns heel Europa haast in geestdrift wist te brengen voor de bevrijding van ’t H. Land uit de macht der Turken, was het geen wonder dat een verhaal als zulk een wandelenden boeteling insloeg. Ofschoon dit verhaal zelf nu wel voorgoed naar ’t rijk der legenden en der volksover levering is verhuisd, schuilt er toch een diepen zin in deze legende, n.l. het lijden en strijden van geheel het Joodsche volk. Evenals Ahas- verus telkens na veroudering weer krachtig werd en opleefde, zoo is ook het Joodsche volk steeds verdrukt en door de Christenen bestreden en toch dat volk bestaat nog en bleef na elke verdrukking weer krachtig te zijn geworden. Over de Jodenvervolgingen in de middeleeuwen en ook nog in de latere tijden kwamen schrikbarende bijzonderheden aan het licht, en toch dat volk is nog steeds een wel verstrooid, maar toch nog krachtvolle natie. Na de pauze schetste spreker meer in bijzonderheden hoe schrijvers en dichters zich de stof van deze legende hebben ten nutte gemaakt en wees hij in ’t bijzonder op den Franscben schrijver Eugène Sue,- die er aan verbond de legende van Herodias, de konings dochter die om de onthoofding van Johannes de Dooper ook veroordeeld was tot een voort durende omzwerving op Goethe, Walles en Hamerling,dieer ook zinnebeeldige bewerkingen" van hebben gemaakt, om ten slotte onzen Sneek, 30 Nov. zitting en wel m om de Begrooting voor en cement te hebben. Met verhoogingen waren B. en W. zeer schriel geweest en wel met het oog op onze financiën, die op moment niet zoo schitterend zijn. De Openbare Leeszaal mocht zich echter verheugen in aanneming van een voorstel van den heer Ytsma, om deze inrichting voor 1918, f 1100 inplaats van de gewone f 650 subsidie te geven. ’t Eindcijfer der inkomsten en uitgaven zal ongetwijfeld wel een millioen worden. Handeldrijvende turfechippere. Met het einde van den vrijen turfhandel in de venen zoo schrijft een onzer corres pondenten is het ook gedaan met de vrije turfvaart en daarmede met de vrijheid van de handeldrijvende turfschippers, die, vooral in de Noordelijke Veenkoloniën, van ouders op kinderen een zeer groot deel van den turf handel in handen hebben gehad, totdat zij, Bolswardsche Courant KLEINS THEE Practische Geschenken K. MOL I 3 1 Llk,tt..LL

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1917 | | pagina 1