Meuws- en Advertentieblad Bolsward en Wonseradeel. Verschijnt tïjclelijk alleen Zondags No. 13. 1919. 53ste Jaargang. Zondag 23 Maart. Kede Dr. Fr. van Eeden. VOOR eiland Lichamelijke opvoeding. De heer J. van der Werf vindt het aangenaam ook op deze wijze propaganda te mogen maken voor de beoefening van de sport en voor ’t onderwijs in Gymnastiek. Zij, die soms denken, dat zulks in Bolsward overbodig is, hebben het mis, want verschil lende ouders houden er in dit opzicht nog vreemde denkbeelden op na, wat blijkt uit eenige gegeven opmerkingen, door hem zoq geen grens kan stellen, hier en daar opgevaugen. STADSNIEUWS. Bolswardsclie Courant Afzonderlijke den Spreker, ADVERTENTIEPRIJS: 17 regels 50 Ots. Vervolgen» 10 Cts. per regel. Overigens naar plaatsruimte. Het bureau van dit blad is telefonisch aangesloten onder No. 4. ABONNEMENTSPRIJS: 50 Cents per 3 maanden. Franco per post 621/2 Cents. nos. van dit Blad zijn verkrijgbaar a 5 Cent. De Doelezaal was Donderdagavond slechts dunnetjes bezet, met eenige leerlingen mee gerekend, waren er een kleine honderd per sonen. Ds. Kossen, de Voorzitter van de Afd. /t Nut”, riep de aanwezigen het welkom' toe, en verheugde zich dat de heer van der Werf zich bereid had verklaard, op dezen laatstee Nutsavond in dit seizoen belangstelling te vragen voor de sport, en de lichamelijke opvoeding. Gaarne wordt hem daarvoor ’t woord verleend. Van de gelegenheid om vragen te stellen was door enkele personen gebruik gemaakt. Eerst werd, zooals Spreker zei, de minst beteekenende ter hand genomen, n.l. Hoe men in dien heilstaat zekerheid krijgt dat de menscben die er komen, ook de geschiktheid er voor hebben Spreker antwoordt hierop dat er gezocht wordt naar een eerlijk leven. Niemand wordt gedwongen, maar zooals nu in de munitie fabrieken de menscben moetea arbeiden, zal het daar ook zijn, doch dan met meer ambitie, wijl de arbeid meer gewaardeerd, beter beloond wordt, en tot algemeen nut strekt. De slechte elementen zullen nit eigen beweging zich schikken naar de omstandigheden. De andere vraag begon, hoe de taal, welke in de lichtstad gewisseld wordt, in de diepte door allen gevoeld kan worden. Spr. antwoordt dat daarvoor nog geen oplossing is gevonden. Het taalbegrip is nog te gebrekkig om door allen begrepen te worden, dat moet langzamer hand komen. Vervolgens werd gevraagd: Kan een atheïst ook meewerkeii? Spreker antwoordt, in beves tigenden zin. Het Godsbesef is zoo veelom vattend, dat men Na de reeds gegeven opening van Mevrouw Beekhuis en de inleiding van vervolgde hij ongeveer aldus: Ik ben niet teleurgesteld maar door de ervaring heb ik geleerd. Hoe ik gekomen ben tot het onderwerpHet Godshuis tn d* Lichtstad, dien ik eerst aan te geven. BeSeud zal velen uwer zijn mijn boekwerk, ook door de Voorzitster genoemd, De kleine Johannes”, maar niet allen weten dal daarop twee vervolgen zijn gekomen. Het, 3e deel bevat een visioen, waarin het denkbeeld van een toekomstige eenheid ligt opgesloten. Door de jaren van oorlog en wereldstrijd is bij mij dal denkbeeld versterkt, een sociale hervorming bedoel ik, waarin bet algemeen belang richtsnoer wordt van ieders streven. Was in dat boekwerk reeds het idee uitgesproken, om een wereldlempel te bouwen als het centrum van eenheid, welk idee door de tegenwoordige omstandigheden voor mijn oog meer vasten vorm aannam, het is wel zeer opmerkelijk, dat een architect by mij kwam en mij een teekening, een uitgewerkte sehets toonde, hoe, naar zqu inzicht, die tempel met omgeving er zou moeten uitzien. Het boekwerk had hem bewogen die projectie te ontwerpen. Zonder dat wij van elkander afwisten, vloeiden onze ideeën samen, en toen werd verder saamgewerkt, ik bracht in woorden en hij in teekening wat wij in de verre toekomst bereikbaar achten. Juist nu door den oorlog de grond beploegd is, moet de gemeenschap bet zaad strooien en verzorgen, om tot een goeden oogst te komen. Wij hebben nu gezien daden, die men voorheen ónmogelijk zou achten. Een millioenenleger komt met alles wat het noodig heeft over den oceaan, de strijdmiddelen en uitvindingen zijn ver bazingwekkend, het menscbdom heeft een ontzaglijk vermogen. Maar die uitvindingen hebben een ander doei dan te moorden en om te heerschen. Die krachten willen wij aanwenden ter bevordering van geluk. E moet eenheid komen en samenwerking, en dat kan, ja ’t moet. Of.-choon ik weet dat ik zelf met er de vervulling van zal zieu, toch werk ik met genoegen aan dat plan, en ter eere Gods besteed ia mijn zwakke krachten. Ik ben niet teleurgesteld door de proeven, indertijd genomen met gemeenschappelijk grondbezit. Ik heb er van geleerd, als hei Gods wil is, komt het er eenmaal; met het geloof kan men oog bergen verzetten. De eenheidsstaat zal ontstaan, er zal een lichtstad komen, een centrum voor geheel de aarde. Hoe lang bet zal duren? Ja, dal is God bekend, in de historie is lüvüjaarniel veel, al is ’t voor ons een lang tijdperk. Deze oorlog wijst er op, dat het veel sneller ver andert dan vroeger, en met snel tempo komen er wijzigingen. Het ideaal van een volkerenbond leek ónmogelijk en toch het gaat er reeds op toe. Tien S aten spannen zich er voor en het komt. Wilson en L y 1 George zyn de 2 groote mannen die het begonnen, en al is er nog maar pas een begin, en al is de reden voor oorlogvoeren er nog niet mee opgebeven, toch zal het doorgaan en diepgaande veranderingen zullen komen. Woeker op de gemeenschap zal ophouden, de Staat moet zijn als een goede moeder voor de inwoners, bet militairisme, dat al gevloekt wordt, zal niat gemist kunnen worden zoo lang het onrecht bestaat, want Rusland en Duiischiand, waar burgeroorlog bet gevolg is van den krijg en het gebrek, leeren, dat er nog een sterke macht moet zijn. Als evenwel hel rechtvaardigneidsbeginsel er algemeen is, als de tegenstellingen van weelde en gebrek zijn opgeheven die veranderingen moeten en zullen komen dan beeft het milnairisme afgedaan. Voor ongeveer 15 jaren las ik in Friesland de spreuk: r’t Is mei sizzen net to dwaen”, op daden komt bet aan en wie socialistisch voelt, moet het doenniet de politiek bemachtigen, om dan zelf te werk te gaan met het wapen der tegenstanders, neen met geweld gaat het niet, dat is niet de weg tot verbetering. Het doel en het middel is Leeft socialistisch, leeft rechtvaardig. Toon te willen le«en georganiseerd zonder uitbuiting, leef zoo dat ge voldoet aan den eisch der rechtvaardigheid, waarbij men geen vrees moet hebben voor den ouden dag of voor invaliditeit. Bij de gemeenschap moet bet rechtvaardigheidsgevoel heerschen. De opgaat. Amerika, dat bet oude Europa vooruit is, ook in democratischen g«est, heeft door zijn presidenten aan ons geleerd, dat er be kwame rechtschapen personen zijn te vinden, te kiezen door de gemeenschap. Het gezag kan niet gemist worden, doch bet moet niet berusten op overlevering en heersch- zucbt, ’t moet zijn een trouwgezag men moet hebben vertrouwensmannen, die moeten leiden en besturen. Daaraan moet men getrouw blijven, niet op de wijze als hondentrouw, maar naar de regelen der loyaliteit. Een aantal wijze mannen, besturende volgens strenge begrippen van vrijheid en rechtvaardigheid, zullen bun macht met misbruiken. Die raad zal ondergeschikte zakenmenschen aanstellen voor eiken tak van techniscbeu dienst, en alles wordt dan geleid dour zelfvertrouwen, zelfverloochening en met kalmte. Nusijnde. machtigen en heerscbzucbtigen de baas, dan wordt kalmte, bekwaamheid, kennis de hoofd zaak. Die raad en de medebestuurders vormen dan geen museum, maar het zal worden een wereldparlement, geëerbiedigd door de gansche samenleving. Door de lichtbeelden zal de inrichting nader worden aangeduid, bet zijn architectonische leekeningen met ernst hebben de beer London en Spreker er zich op toegelegd om de inrichting volgens hoofdlijnen maar ook in onderdeelen te ontwerpen. En nu kwam er een 8 kant op het doek, bij den eersten indruk leek het een mozaiek. In ’t midden een ro»de plek voor den hoofd tempel, daar omheen naar alle kanten wegen waaraan de tempels voor de verschillende godsdiensten, daarachter weer een ring met gebouwen voor kunsten en wetenschappen, afgewisseld door stukken beplanting, tuin, bosch, enz. en op den uitersten rand nog uitspanningszalen, schouwburgen, bibliotheken, want uit al de talen moet er komen één kunsttaal. Ook kwam er op voor een stapel plaats voor goederen, zalen voor tentoonstel lingen of wereldbeursen. Ook een bankgebouw, maar geen geldbeurs, effecten zijn daar niet, die voeren tot zwendel. Het geld is er nog, maar de betalingen staan onder toezicht van den staat. Daarna eenige platen, waarop de dé'ails werden aangegevenVervolgens den opstand of een gezicht in vogelvlucht, ook kijkjes van het interieer. Het deed ons denken aan de reusachtige gebouwen der oudheid, want ook zuilengangen en beeldhouwwerk, opschriften enz. waren er bij aangeduid. Men kreeg nog te zien eenige nader uit gewerkte projecties van gebouwen, de inrichting »an terrassen en terreinen, beplanting enz. en een der laatste platen gaf reeds een hoofd toegang te zien, waarin een heele stoet menscben opging naar den tempel, den tempel van vrede en eenheid. Het laatste plaatje gaf nog een visioen, verbeeldende een kijkje op't geheele eenheids- land met de lichtstad en een gezicht ook op het gebouwencomplex. Het was echter nog wat nevelig, maar daarvoor was ’t dan ook een visioen. Zoo iemand, die zegt, er is geen God, kan wel vromer zijn dan een die tot de goedge lovigen zich rekent. Bij diep nadenken zal men beseffen dat zelfs materialisme een waan is. Dan werd gevraagd: Hoe denkt U over het verstandelijk systeem van anderen bijv. Boeddha en Jezus? Spreker antwoordt, dat deze leer geen systeem in houdt, maar een gevoelsuiting. De groote massa vraagt naar vrede op aarde en naar sociale hervorming. Die groote leeringen zijn daarop ook gericht maar hebben nog niet doorgewerkt, vandaar dat men krijgt die catastrophes, waarbij krachtig optreden noodig is. De democratische broeder zin is nog niet voldoende doorgedrongen. Volgende vraag: Hoe kan men onmiddellijk meewerken tot het ideaal? Antwoord: Een voudig door het gevoelen aan te hangen en te verbreiden, maar ook een bestrijder werkt er reeds aan mee, doordat bij eigen en anderer attentie op de zaak vestigt. Het is hiermee eigenlijk als in het versje van De Genestet: Ik kan niet, zegt de trage En daarom kan hy niet. Men moet het denkbeeld levendig houden dat we zullen trachten te krijgen een orga nisatie, die bet goede wil. Volgend» vraag: Al» ’t eiland er is, hoe komt dan de verbreiding van ’t ideaal over de wereld? Antwoord: Dat is duidelijk genoeg. De conferentie over den wereldbond wordt ook alom bekend en van invloed. Wat in Engeland tusscben werkgevers en werknemer» besloten wordt, werkt ook verder door. Eu zoo zal ook van de lichtstad een kracht uitgaan, die alom haar invloed doet gelden. Er zullen zich ook daarbij wel moei lijkheden voordoen, maar de kwesties worden in oprechtheid beslist en daar stelt dan de massa vertrouwen in. Een briefje bevat, zegt Spr. een loftuiting, die echter maar half bevredigt. Het luidt: »Met groot genoegen beb ik gehoord, als kinderen naar een sprookje, mijn dank daar voor.” Dat woord sprookje klinkt iets beden kelijk. Het is voor mij geeu sprookje maar hooge ernst. Verder wordt geschreven: dat ik die my de weelde kan veroorloven te wandelen op den top van het socialisme, van die hoogte beter zal kunnen zien over ’t gedoe, maar toch wil hij vragen, wanneer ik denk, dat de vervulling zal kotsen. Spr. antwoordt: Ik heb straks ai gezegd, 1000 jaren is voor ons een lang tijdperk, maar zoo lang duurt de vervulling niet, deze oorlog heeft de toestand veel vooruitgebraebt, De volkerenbond zal komen, ook de eenheid komt eenmaal en zal on» nageslacht ten zegen worden. De kleine mensch kan zoo weinig in de samen leving doen maar toch als ieder meewerkt die samenleving draaglijk te maken, dan werkt hij mee. Men kan het doel bevorderen door zich als martelaar op te offeren maar ook op heel bescheiden voel kan ieder een steentje aanbrenger! tot het gebouw van goeden wil en geloof. Ik dank alle aanwezigen voor de geschon ken aandacht, hoop allen nog wel eens weer te ontmoeten onder betere omstandigheden en vooruitzichten dan thans. Ik beveel over denking van ons werk aan, dal geschiedt tot eer van den Allerhoogste. (Applaus.) Na de reeds vermelde sluiting van Mevr. Beekhuis ging de talrijke vergadering uiteen. proef inder'ijd met MWalden” genomen, is geen mislukking zoozeer, het heeft mij geleerd dat alles afhangt van een goede leiding. De massa kan niet leiden, doch moet geleid worden. Er wordt vaak beweerd dat de sociale verbeteringen moeten komen van onderen op. Dat is niet zoo, niet slechts van proletarischen kant, die ahoos bestolen is, kan niet heerschen, omdat bij bezield is met wraak dat brengt bet Bolsjewiki neen de dwaze leus: »Geen God en geen meester” is onbestaanbaar. Er zijn knappe koppen noodig, die leidinggeven. Socialisme en Christendom zijn in den grond eenderbeide zijn gegrond op broederschap. De arbeiders moeten beseffen dat ze door knappe menschen geleid dienen te worden, en de leuze van Marx moet zoo luiden: Edelsten aller volken, vereeuigt u! Om dien toestand mogelijk te maken, is noodig een centrum, en daarvoor dient de tempel in de Lichtstad. Het moet zijn een reuzentempel, in een stad, waarvan de leiding zal uitgaau over de wereld. Bij voorkeur zal die stad op een dienen te worden gevestigd. De practische Nederlander zal wel vragen Wat moet dat kosten? Ik antwoord, geld moet slechts beschouwd worden als een ruil middel, niet als een machtsmiddel. Die thans de grond heeft, is heerscher, maar dat moet met blijven. De geldzaak is ep te lossen. Waar is het geld vandaan gekomen voorden grooten oorlog? Dat geld kan ook immers besteed worden voor een monument van eenheid. Het kapitaal moet dienst baar gesteld worden voor de model-organisatie. En het moet juist van een bepaald punt uitgaan. Daar kan men den grond als gemeengoed beschouwen, lu deze maatschappij zal men op scherpe tegenkanting stuiten, ais men het veranderen wil, maar als het van een centraal punt uitgaat, zal men de heilzame werking gevoelen en het zal zich geleidelijk kunnen uitbreiden. De ommekeer kan niet ineens gaan, dan ontstaan er oproeren, maar kapitaal en rente, grond en producten, winst en risico moeten aan de gemeenschap komen. lu den kleinen proefstaat zal men zien, hoe heilzaam het werkt, er zal overvloed van uitstroomen, de werking zal algemeen wordea. De tempel zal dan zijn het middelpunt van gezag en orde, van rechtvaardigheid en godsdienst. Welke godsdienst? zal men vragen. Het godsgeloof in het algemeen, niet met woorden doch met daden. Uit alle oorden en van alle richtingen moeten afgevaardigden gezonden worden en dan is het mogelijk dat er eenheid komt voor alle gelooven. In den tempel kan elk vinden een ineensmelting van gemoederen, en niet in ceremoniën of een ritus maar in de gemoederen van goedgezinde menschen zal eenheid komen. Om den tempel laten we ruimte voor de boofdstroomiugen van gods diensten, en daar kan dan eeu tempel voor elk staan. De menschen w- rden als het ware in een geloof geboren, en die verschillen zullen blijven bestaan. In die buitentempels kao eik dan zyn eigen richting dienen, de hoofdtempel dient voor allen. Men moet niet uit het oog verliezen, dat de tijden een verzwakking brengen van bet godsdienstgeloof. De kerk was vroeger het voornaamste gebouw, nu is dat de beurs, en was de kerk aleer het mooiste gebouw, nu is dat het warenhuis. De groote handel kantoren en magazijnen zijn nu de hoefdzaak, de kerk is gebogen onder dan mammon. In de kerk bad men voor de zegepraal van het leger en aan den anderen kant van het strijd- front voor de nederlaag. Dal kan niet blij ven, er moet eenheid zijn, een goddelijke eenheid, een maatschappij waarin men meer eerbied voor den godsdienst betoont. Die godsdienst beoogt te leven als broeders, als dat inderdaad wordt gedaan, dan zijn we er. Men moet niet denken dat er geen aardsch en geen bemelsch paradijs bestaat, we loopen als een groep, als een kudde die geleid wordt, maar niet naar een zelfde doel. En toch dat moet, en dan is noodig de stichting van de Lichtstad met een tempel van en voor allen, in een staat onder de leiding van een democratisch bewind. Daar moeten regeeren edele, nobele menschen, koninklijk zou ik het willen noemen, want ik geloof in het koningschap, mits men dit niet als een recht van erfenis beschouwt. De koninklijke eigenschap moet bestaan, men moet die zoeken, en daarom de kouingen, de bestuurders kiezen. De tnensch- heid heeft reed» getoond, dat het dien weg

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Bolswards Nieuwsblad nl | 1919 | | pagina 1